Upquark schreef:Caprice, volgens mij heb ik je een tijd geleden in een ander topic eens beloofd een meditatie uit BWP te posten. Ik zal dit zsm doen!
Hierbij dan; deze is uit de meest recente uitgave.
Meditatie
Simeon heeft de vervulling van de belofte aan hem geschonken mogen beleven. Hij zou niet sterven eer hij de Christus des Heeren zou zien.
Hij hééft de Christus des Heeren gezien. Door de Geest kwam hij in de tempel. Daar in de tempel mocht hij het Kindeke in zijn armen nemen, de Heere loven en zeggen: Nu laat Gij, Heere, Uw dienstknecht gaan in vrede, naar Uw woord; want mijn ogen hebben Uw zaligheid gezien, die Gij bereid hebt voor het aangezicht van al de volken; een Licht tot verlichting der heidenen en tot heerlijkheid van Uw volk Israël. Dan gaat Simeon nog apart het woord richten tot Maria. Hij zegt tot haar: Zie, Deze wordt gezet tot een val en opstanding veler in Israël, en tot een teken dat wedersproken zal worden.
In deze woorden mag Simeon een profetie uitspreken. Hij mag zeggen wat er in de toekomst zal gaan gebeuren. Hij mag zeggen wat dit Kindeke zal wedervaren. Het moet niet zo gezien worden dat de heidenen zullen vallen en dat het volk Israël staande zal blijven, maar de scheidslijn loopt dwars door de heidenen en Israël heen. "Tot een val veler in Israël." We hebben hierbij te denken aan wat we vinden opgetekend in Jesaja 9:14: Dan zal Hij (ulieden) tot een heiligdom zijn; maar tot een steen des aanstoots en tot een rotssteen der struikeling den twee huizen Israëls, tot een strik en tot een net den inwoners van Jeruzalem. Ook de apostel Paulus schrijft erover in zijn brieven.
"Tot een val veler in Israël." Om te vallen moet men eerst staan. Nu is staan het beeld van hoogmoed. Het geeft aan het trots zijn op eigen macht, het zich verheffen op eigen kracht, het vertrouwen op eigen inbeelding. De priesters en de schriftgeleerden zullen een dodelijke vijandschap aan de dag leggen tegenover de Zaligmaker. Hij zou door hen verworpen worden. Zo zal duidelijk worden dat de Gekruisigde voor de joden een ergernis is en voor de Grieken een dwaasheid (1 Corinthe 1:23). Velen van de kerk van het Oude Verbond zullen zich aan Hem ergeren, niet willen weten van de leer van vrije genade. Zij willen staan in eigen kracht. Daarom zullen zij ten val komen. Zij zullen ternedergeworpen worden. Dat zal gebeuren omdat zij zich aan de Christus gestoten hebben. Velen uit het oude bondsvolk Israël zullen zo het oordeel over zich halen.
Hier mag Simeon er al over spreken. Calvijn zegt dat Maria deze waarschuwing nodig had opdat zij zich niet te zeer over het gelukkig begin verheugen zou (gelijk men gewoonlijk doet) en daardoor minder geschikt zijn om tegen een mogelijke treurige afloop der zaak bestand te wezen. Tevens ook, opdat zij de hoop niet zou voeden, dat Christus met eenparige toejuiching door het volk begroet zou worden, maar liever met onoverwinnelijke heldenmoed wapenen tegen vijandschap en bespotting. Zo dient Gods volk zich nog te wapenen tegen het ongeloof der wereld. De wereld immers is wederspannig tegen de Christus. Wat zal dit ook niet geweest zijn voor de Christus? De kerk van het Oude Verbond heeft Hem merendeels verworpen. De leidslieden dier kerk gingen daarin voorop.
Zie, Deze wordt gezet tot een val en opstanding veler in Israël. Dat is de andere zijde.
Opstanding. Om op te staan moet men eerst liggen. Dat liggen duidt aan: besef van ootmoed, kennis van eigen nietigheid, schuld en verlorenheid, kennis van de diepe val in Adam, kennis van de doodsstaat. Het houdt in dat men in het stof der verootmoediging neerbuigt voor de Heere.
Dat ootmoedig gemaakte, dat in zichzelf verlorene, dat zal nu behouden worden. Dat zal mogen opstaan uit de verlorenheid en die ellende. Het in het stof gebogene wordt opgericht door de werking des Heiligen Geestes. Voor hen is het Woord Gods een reuke des levens ten leven en niet een reuke des doods ten dode. Voor hen is Christus de hoeksteen.
Wat een zaak is dat: mogen opstaan tot een nieuw leven door de werking des Heiligen Geestes. Mag u daar door genade deel aan hebben?
Dan volgt er nog: en tot een teken dat wedersproken zal worden. In Handelingen 28:22 staat dat het bekend is dat het christendom overal tegengesproken wordt, zowel bij joden als bij heidenen. Is dat niet tot op de dag van vandaag het geval? Velen stoten zich aan de Christus. Velen preken dingen die in strijd zijn met de leer van vrije genade en doen dingen die in strijd zijn met de leer van vrije genade.
Waar behoren wij nu bij? Want daar gaat het om. Behoren wij bij hen die nog staan in eigen kracht? Behoren wij bij hen die nog staan in eigen vrome kracht? Net als de Farizeeën en de schriftgeleerden? Willen wij niet weten van de leer van vrije genade? Dan zullen we zeker ten val komen. Dan zullen we zeker neergeworpen worden. Dan Christus voor u zijn tot een val.
Laten we smeken om de bearbeiding des Geestes eer het voor eeuwig te laat is.
Kent u door genade iets van eigen nietigheid, schuld en verlorenheid? Kent u iets van dat buigen in het stof der verootmoediging voor de Heere? Mag u ook iets kennen van opstaan tot een nieuw leven?
Dan mag het voor u op Gods tijd gelden: Nu laat Gij, Heere! Uw dienstknecht (dienstmaagd) gaan in vrede naar Uw woord.
A. van Heteren