Fjodor schreef:Hoeveel doen de kerken van het verband waar ouderling Polderman toe behoort eigenlijk zelf aan evangelisatie?
Hoeveel doet ouderling Polderman zelf aan evangelisatie?
En is het iets wat wij doen?
Ik denk dat er op dit vlak in Nederland weinig mensen zijn die in de positie staan om kritiek te leveren zonder bij zichzelf te beginnen..
Ik denk dat je aan dit argument nooit zoveel hebt in de discussie.
Het is eigenlijk hetzelfde argument dat ouderling Polderman gebruikt richting prof. Maris en dr. de Vries. En dat vond ik niet zo'n verheffend stukje uit het interview.
Op een gegeven moment kan er zo nooit meer kritiek worden geleverd. Dus ik denk dat dit een beetje makkelijke kritiek is die niet zo ter zake doet.
Verder vind ik het een boeiend interview, het is in ieder geval prikkelend. Verschillende dingen die ik na een eerste blik denk:
- Hij stelt terechte vragen aan de keuzes die worden gemaakt door studenten. Daar zijn vaak helaas inderdaad weinig geestelijke motieven bij. En heel wat ouders stimuleren het gedrag om te zoeken naar een baan die betaalt.
- Hij overvraagt de reformatorische studenten op geestelijk gebied flink. Deze zin is wel kernachtig:
"Waar het mij echter vooral om gaat is dat kinderen van jongs af aan de Heere zoeken te kennen en dat ouders hen jaloers maken op het dienen in Gods Koninkrijk."
Dat is inderdaad belangrijk, maar nu vaak niet het geval. Weinig(!) reformatorische studenten die nu gaan studeren en van de middelbare school komen hebben werkelijk geestelijk leven. Dat lijkt me altijd de éérste vraag. Het is ook niet voor niets dat juist over die vraag (inderdaad o.a. aan de hand van Calvijn) veel wordt nagedacht op studentenverenigingen. Zonder geestelijk leven is een leven met zending en theologie helemaal niet aan de orde.
Ik geloof dat er veel studenten zijn die in de loop van hun studententijd ook op dit gebied veel doormaken. Maar ik geloof dat er maar weinig middelbare scholieren zijn die klaar zijn voor dergelijke geestelijke keuzes. Dat ene zinnetje wat ik citeerde, zou een belangrijker deel moeten innemen van het interview. Want heel veel studenten voelen zich helemaal niet "klaar" om zich in hun vrije tijd in te gaan zetten voor zending en evangelisatie (waar Polderman toe oproept), omdat zij niet het gevoel hebben iets te kunnen "geven".
- 'Studentikoos gedoe', 'zot geklap en gekkernij' en 'gezelligheidsverenigingen' vind ik persoonlijk overdreven. Ik ben me ervan bewust dat verschillende reformatorische studentenverenigingen (veel) studentikoziteit kennen. Misschien kan dat wel eens wat minder. Het is een deel van het spel, maar de studie en met name bijbelstudie en persoonlijke (geestelijke) gesprekken voeren absoluut de boventoon. (Ik spreek nu overigens voor de C.S.F.R. waar de bijbelstudie de centrale kringen inneemt; bij bijv. Depositum Custodi zijn dat de Institutie-kringen.)
- De alinea's rond Murray vind ik eerlijk gezegd niet heel overtuigend. Zoals Zita terecht zegt is de sneer richting Maris en De Vries niet goed. Maar dat is denk ik ook mijn algehele 'kritiekpunt' op dit gedeelte: dogmatiek en geestelijk leven worden teveel tegenover elkaar gezet. Juist wie iemand als ds. De Vries kent, weet dat hij daarvoor probeert te waken. Ze horen bij elkaar.
Blijft staan dat ik het met zijn hoofdoproep van harte eens ben. Die zou ik willen samenvatten als: studeer bewust voor het aangezicht van de Heere en besteed je leven in dienst van de Heere.
En ik ben bang dat dat maar heel weinig gebeurt. Ik zit midden tussen de studenten (ben er zelf een), maar herken wel de zorg.
Hoe veel mensen zijn er die werkelijk hun leven (ook hun carrière) in dienst van de Heere willen besteden?
De tegenvraag is dan: je kunt toch in elk (goed) beroep de Heere dienen? Zeker, maar hoeveel mensen zijn er dan eigenlijk die werkelijk hun "gewone" beroep in dienst van de Heere willen besteden?