tweede posting als antwoord aan afgewezen.
Dies schreef:In Hand 15 is er een apostelconvent dat uitspreekt dat de heidenen die zich in het kader van de gemeente van Christus tot God bekeren niet gebonden zijn aan de wet van Mozes maar alleen aan de geboden die al van meet af ook de heidenen golden.
Dat houdt in dat de gemeente uit de heidenen niet in Israël ingelijfd wordt (het doel van het proselitisme), maar een eigen plaats heeft in Gods bedoelingen.
afgewezen schreef:"Dit houdt in". Een wankele conclusie. De gemeente is voorwerp van de profetie en niet een apart item in Gods "bedoelingen".
De gemeente is een geheimenis. Evenals de val van Israel en haar volheid geheimenissen zijn. Bij het proselytisme is het einddoel dat een heiden Jood wordt en dan ook naar Joods gebruik gaat leven. Wat in Hand 15 wordt benoemt is totaal iets anders: daar hoeft een heidense bekeerling niet naar Joods gebruik te gaan leven. Hetzelfde wordt niet gezegd van Joden die in de Messias geloven. En dat is veelzeggend. Jouw conclusie is in elk geval niet te verbinden met Hand 15. Daar zou meer motief voor nodig zijn.
Dies schreef:Van Israël zijn o.m. de verbonden en de wetgeving (Rom 9:4).
Dat volk staat op de eerste plaats. Het is het uitverkoren volk. 'Gods bruggehoofd op aarde' zou je kunnen zeggen.
Dat het evangelie over de wereld gaat is zodoende een vervulling van de belofte aan Abraham: in u zullen alle geslachten van de aarde gezegend worden. Het Godswoord gaat via Israël (woorden Gods toevertrouwd Rom 3:2) naar de heidenen.
afgewezen schreef:Dat klopt. Dat is gebeurd via de apostelen en de gelovigen uit Israël, niet via degenen die Jezus verwierpen.
Het ligt genuanceerder. De Wet van Mozes ligt voor de Joden onder een bedekking. De bedekking heeft God er zelf opgelegd. De bedekking was er al sinds Mozes. De bedekking dient ertoe om het Goddelijke licht van de geschreven Thorah te temperen. De bedekking is transparant. Er dring dus wel licht door de bedekking heen. De karikatuur die chrisenen doorgaans maken van de bedekking op de Thorah veronderstelt dat er totaal geen licht zou doordringen. Dat is niet waar. Wij, heidenen, hebben er geen vermoeden van wat er wel doordringt. Het probleem voor ons, heidenchristenen is dat wij de joden hebben afgeleerd hier wat van te laten blijken naar ons toe. Heidenchristenen hebben zich er - vooral door toedoen van een verdraaide visie op de Tenach - tegen afgeschermd. Daarom zou je de stelling kunnen poneren dat de bedekking die christenen uit de heidenen bedekt van ernstiger aard is dan de bedekking op de Thorah voor de Joden. Die kan inderdaad het zicht van de Joden op de diepte van de woorden temperen. En dat zijn dan juist diegenen die Jezus niet als Messias aanvaarden. Maar het gebeurt ook dat het licht van de Thorah wel doorbreekt en dat zodoende een Jood ontdekt dat de schriftelijke Thorah afschaduwing is van Yeshua, Die de Hemelse Thorah is. Dat kan in zo'n mate gebeuren dat er tenslotte geen sprake meer is van een bedekking. Paulus benoemt dat ook met de woorden: telkens als iemand zich omkeert naar God toe wordt de bedekking weggenomen.
De bedekking op de Thorah is nog altijd een gekwalificeerde, een heilige bedekking. Door God er op gelegd. Dat kan je niet zeggen van de bedekking die ons, heidenen, danig kan hinderen om de Schriften te verstaan. Ik weet, het is schokkend. Maar ik kan er vanuit de Schriften niets anders uit concluderen.
Dies schreef:In de hoedanigheid van eersteling is Israël blijvend Gods oogappel.
De gemeente van Christus heeft een andere plaats in verhouding tot Israël en ligt als zodanig niet als een Nieuw Verbondsvolk in het verlengde van "het Oude verbondsvolk Israël", zoals dat vaak wordt gezegd. Het Nieuwe verbond ligt in het verlengde van het oude verbond en is als zodanig ook met Israël gesloten.
Omdat de verbonden geen gesloten systeem zijn exclusief tot zegen van het volk van het verbond waaiert de zegen van het verbond uit naar de heidenen. Die volgorde: eerst de Jood; ook de Griek!
Ik denk dat Calvijn wel een clou te pakken had toen hij het verbond beschreef als concentrische cirkels met Israël in de binnenste cirkel. Het is jammer dat hij deze zienswijze niet echt heeft door-ontwikkeld.
afgewezen schreef:Het verbond waaiert niet alleen uit (wat we daar ook onder moeten verstaan), we zijn erin opgenomen. Niet-Mijn volk (=de heidenen) is Mijn volk geworden. De heidenen zijn deel van Gods volk geworden. Een verbondsbelofte als Jes. 54:13 wordt door de Heere Jezus op alle gelovigen toegepast, "een ieder die het van de Vader gehoord en geleerd heeft".
De wind waait nu eenmaal waarheen hij wil. Wij kunnen de zegeningen van het verbond van God met Israel, ten behoeve van de heidenen, niet meten! Die zegen is op geen enkele wijze in te kaderen in kerkelijke verbonds-instituties die de verbonden exclusief aan de christelijke kerk verbinden met nog hooguit een randkerkelijk gebied er omheen. De zegen gaat altijd ver over door menselijke dogma's geformuleerde grenzen heen.
Joh 6:45 spreekt van Jes 54:13. "Ieder die het van de Vader gehoord heeft; zij zullen tot Mij komen" zegt Jezus daar. Jezus spreekt daar nog steeds tegen Joden. En de tekst strekt verder. Want de boodschap gaat inderdaad ook naar de heidenen. Maar de boodschap loopt wel via Israel naar de heidenen. Het slotvers van Mattheus is geformuleerd als een Joodse missie naar de heidenen toe. Dat is een bijbels principe dat niet losgelaten kan worden.
Dies schreef:Israël is openbaringsvolk (Rom 3:2). Apart gezet door God om de volkeren te zegenen. In die zin kan de kerk niet al te grote pretenties hebben als doorgeefluik van het evangelie. Paulus zegt het zelf: de wederaanneming van Israël zal voor de wereld een leven uit de doden inhouden (Rom 11:12-15). Dat komt nog bovenop de zegen die het gevolg was van hun val: die betekende namelijk al rijkdom voor de heidenen. God heeft kennelijk al deze dingen op de kaart van Israël gezet. Het is een mysterie wat we niet helemaal onder woorden kunnen brengen. Dat zegt Paulus ook in Rom 11.
afgewezen schreef:Israël was openbaringsvolk. Zie Matth. 21:43. Het Koninkrijk Gods is nu van hen weggenomen. Paulus zegt niet dat de wederaanneming het leven voor de wereld een leven uit de doden zal inhouden. Paulus zegt dat hun verwerping de verzoening is der wereld, en dat hun wederaanneming het leven uit de doden is (niet "zal zijn", dat is een foutieve vertaling). En dat is toch ook zo? Als een afgebroken, dus dode, tak wordt ingeënt, is dat toch het "leven uit de doden"?
Inderdaad is hier sprake van een mysterie. Niemand zal dit alles precies op formule krijgen.
"Niemand kan het onder formule krijgen". Daarom verbaast het me dat de grenzen van het verbond in de christelijke theologie zo stellig bepaald wordenen begrensd tot de christelijke gemeente en een eventuele randkerkelijkheid. Dat is een onbijbelse versmalling. En het suggereert ten onrechte dat het verbond een kerkelijke aangelegenheid is. De verbonden echter blijven een strikt Israelitische aangelegenheid. Daarom handhaaf ik ook - en het is op bijbelse gronden - "Israel
is openbaringsvolk: "hunner
zijn de verbonden, etc".
En dat staat Nota Bene geschreven over het volk van welks ongeloof Paulus smart heeft!!!
De vertaling die je bekritiseert mag dan grammaticaal niet deugen; dat wil niet zeggen dat je hem niet dient te verklaren vanuit het voorgaande: de gevolgen die de val van Israel had ten behoeve van de heidenen. Jouw exegese maakt de opstandingszin zelfs overbodig: de tekst zou dan slechts een onnodige herhaling van hetzelfde inhouden.
Dies schreef:
Best mogelijk dat het probleempunt voor veel reformatorischen ligt bij de kwestie uitverkiezing. Maar de Schrift spreekt nu eenmaal variabel over uitverkiezing. Israel is de uitverkorene onder de volkeren. Wil dat zeggen dat de volkeren dus het nakijken hebben? Nee, Israël wordt juist verkoren om de volkeren te zegenen.
afgewezen schreef:Dat is toch ook gebeurd? De apostelen waren toch allen joden? En in Jeruzalem is toch de Heilige Geest uitgestort?
Ja, inderdaad: de Heilige Geest, de Shechinah is uitgestort over Israel. Niet over de kerk. In Die fase is in Handelingen geen sprake van kerk of christelijke gemeente. Het volk Israel is de primaire drager van de Sjechinah onder de volkeren. Dat loopt in zekere zin dus via de synagoge. Dat heidenen delen in het ontvangen van de Heilige Geest houdt ook weer verband met de missie van Israel onder de heidenen.
Dies schreef:Punt is dat het begrip oogappel in de Schrift exclusief gebruikt wordt binnen de relatie God > Israël. Dat wil nog niet zeggen dat gelovigen uit de heidenen niet kostbaar zijn in Gods ogen. Je moet het ene niet tegen het andere uitspelen natuurlijk. Maar de oogappel teksten zijn nu eenmaal betrokken op Israël. Daar verandert geen lieve heiden iets aan.
afgewezen schreef:Nu de heidenen "Mijn-volk" zijn geworden, zijn ze óók Gods oogappel. En de ongelovige joden, die zich hebben losgescheurd van het ware Israël, zijn niet meer Gods oogappel, tenzij ze opnieuw in de olijfboom worden ingeënt.
Het adres van Zach 2:8 is glashelder. Evenals dat van Deut 32:10. Paulus' vrije gebruik van de "lo-ammi" teksten maken van de christelijke gemeente geen uniek verbonds-volk in de kerk als gesloten gemeenschap of hoe je dat ook benoemen mag. Voor de heidenen is de Joodse Messias niet los verkrijgbaar in de zin van wel Jezus maar Israel heeft afgedaan: dan versmaad je de minste broeders van Jezus (Matth 25).
Dies schreef:
Gal 3:28 is hier natuurlijk wel wat gechargeerd vertaald. In de context staat er dat in Christus Jood noch Griek bestaat. Ze zijn beiden één in Christus. Dat veegt niet weg dat er wel degelijk Joden en Grieken bestaan.
afgewezen schreef:Maar vers 29 laat aan duidelijkheid niets te wensen over.
Je zal mij niet horen ontkennen dat vers 29 glashelder is: die van Christus zijn, zijn volgens de belofte erfgenamen. De onbesneden heidengelovigen en de besneden Joodse gelovigen zijn in Christus erfgenamen. In Christus zijn ze beide een. De tekst noemt ook man en vrouw. Speelt dat dan op geen enkele andere manier nog een rol? Kom nou!
Trouwens: de beloften voor het geestelijk herstel van Israel benadrukken wel degelijk dat geheel Israel als eersteling erfgenaam is. Heidengelovigen zijn mede-erfgenamen der belofte.
Dies schreef:
De kwestie is dat - zeker aanvankelijk - Joden en christenen samen de gemeente uitmaakten. In de bijbel merk je al dat dat gaat veranderen. Paulus spreekt de gemeente in Rome al exclusief aan als heidengemeente. In Galatië lag dat nog wel anders gezien Paulus' conflict met Petrus. In de loop van de kerkgeschiedenis is al heel snel de joodse wortel, waarin we geënt zijn, uit het oog verloren. Met de Reformatie overigens weer hervonden. Maar het blijft kennelijk een netelig probleem.
afgewezen schreef:Het was in Paulus' dagen al een netelig probleem. Kennelijk speelden in de gemeente van Rome twee zaken. In de eerste plaats: hoe kon het nu zijn dat het merendeel van de joden Christus verwierp, terwijl zij Gods volk waren, en in de tweede plaats: heidenchristenen gingen zich daardoor verheffen boven de ongelovige joden.
Mee eens!
Dies schreef:
Ik denk juist dat je de joodse wetsgetrouwheid in het kader van de gemeente van Hand 15 niet kan verklaren vanuit de gedachte: 'dat waren ze nu eenmaal gewend'. De Apostelen legden het blijkbaar vast als zijnde een kernpunt. Het was helemaal niet de bedoeling dat heidenen zich als joden gingen gedragen: zij zijn kinderen van de onbesneden Abraham, die als onbesnedene God geloofde.
De Joden, ook de messiasbelijdenden onder hen, zijn kinderen van de besneden Abraham en zijn daarmee gebonden aan de besnijdenis en de wet van Mozes. Dat is blijkbaar ook de Nieuwtestamentische Goddelijke orde.
afgewezen schreef:In de tijd van de apostelen bestond het oude verbond nog. "Het was nabij de verdwijning", Hebr. 8:13. Na de val van Jeruzalem was de tijd van het oude verbond definitief afgesloten. Maar van Petrus wordt al gezegd (Gal. 2:14), dat hij als Jood naar heidense wijze leefde en Paulus verweet hem dat hij de heidenen naar de joodse wijze wilde laten leven.
Waarom trek je de grens bij de val van Jeruzalem. Het "nabij de verdwijning" geeft inderdaad een subtiele notie aan waarin een rol speelt dat het oude nog niet geheel voorbij is. Er is geen enkel bijbels motief aan te geven waarom dat niet nog steeds zo is.
Dies schreef:
Wat doe jij dan met de beloften voor de afgebroken natuurlijke takken?
Wat jij nu verwoordt, dat is dus de aloude vervangingstheologie. Die haalt een streep door Israël als verbondsvolk en zet de kerk als verzameling van de gelovige Joden en heidenen er voor in de plaats. Zodoende blijft er van Rom 9-11 dus niets over! Hooguit een of ander idee dat de Joden die nu niet in Jezus geloven straks kerkleden zullen zijn. Nou, met een dergelijke verwachting voor ogen is er al genoeg ellende geweest richting Joden.
afgewezen schreef:Overigens zijn er inderdaad niet twee verbondsvolken. Er is één verbondsvolk: zowel oud als nieuw: Israël. (Zie Jer 31)
Waarbij bij jou de criptische exegese een rol speelt dat de gemeente het nieuwe Israel zou zijn! En dat maakt een groot verschil met de manier waarop de Bijbel er over spreekt.
afgewezen schreef:Inderdaad sta ik de "aloude vervangingstheologie" voor en daarvoor schaam ik me niet.
Verder, dat de joden straks kerkleden zullen zijn, is dunkt mij een grote zegen. Wat moeten ze nog meer willen?
De ongelovige joden hebben zich losgemaakt van het verbondsvolk, zijn "Niet-Mijn volk" geworden, maar ze worden beschouwd als behoord hebbende tot het verbondsvolk. Dat impliceert dat de joden – althans in díe tijd, maar mogelijk ook nu nog – een bevoorrechte positie hebben.
Dat betekent níet dat de heidenen niet tot Gods volk zouden behoren. Zoals gezegd: "niet-Mijn volk" wordt "Mijn volk".
Ik vind het eerlijk van je dat je zo met ronde woorden erkent dat je de vervangingstheologie voorstaat. Heel veel gereformeerden ontkennen dat en aanvaarden intussen de consequenties daarvan niet.
Inderdaad is het een zegen als Messiasbelijdende Joden kerklid zouden willen zijn. Ik wil dat zelfs graag onderstrepen. Alleen ligt hier een groot probleem: de meeste messiasbelijdende Joden schuwen een dergelijke aansluiting. En ik geef hen vanwege hun ervaringen met de christelijke kerk geen ongelijk!
De clou is trouwens dat er tijdens de Apostelen inderdaad gemengde gemeenten bestonden van Joden en heidenen samen. Dat veegt niet weg dat de Joden onder hen op de Sabbat hun plek in de synagoge bleven innemen. Dat was een voluit legitieme zaak. Het was voor henzelf geen reden voor een schisma met de synagoge. Een werkelijkheid die zijn consequenties heeft als we de bijbelse verhouding tussen Jodendom en gemeente van Christus willen benoemen. Ook al leven we al eeuwen in de realiteit van een schisma; deze realiteit is intussen wel een geschonden werkelijkheid. Zeker als we gaan beseffen dat de verhouding kerk-Israel parallel is gaan lopen met de verhouding Rome-Israel. En dat is uit de aard der zaak een vijandige verhouding zolang Rome Israel niet als eersteling erkent.
Dies schreef:
Het verschil met mijn insteek is blijkbaar dat mijn opponenten zich niet een kerk kunnen voorstellen zonder dat die gekaderd is binnen een apparte verbondsrelatie. Dat komt omdat men de kerk ziet als een instituut, los van de wortel Israel.
afgewezen schreef:Ik zie de kerk juist absoluut niet als een instituut. Het komt me voor dat jij dat juist doet. Ik zie de kerk geheel in het verlengde van Israël, dus niet los van de wortel Israël, ja, maar wacht, welk Israël bedoel je dan met die wortel? Toch niet de afgebroken takken, want dáárop zijn we nu juist niet ingeënt.
Het gegeven dat jij de kerk beschouwt als het nieuwe Israel betekent vanzelfsprekend dat de kerk in jouw ogen een uniek heilsinstituut is. Je kan voor het woord 'instituut' vast wel een alternatief bedenken, maar daarmee verandert er eigenlijk niets wezenlijks. Ook als je het begrip 'gemeente' hanteert; met de geestelijk-Israel gedachte in je achterhoofd, dan nog is dat wezenlijk hezelfde.
Dies schreef:De heidenen binnen de gemeente van Christus zijn juist verbonden met Israel omdat het haar geestelijke wortel is. De gemeente is dus geen appart vebondsvolk, Want dat zou de positie van de gemeente verzelfstandigen, Zo'n verzelfstandigde positie van de kerk maakt van de kerk de wortel zelve terwijl Paulus - in de Romeinenbrief - de wortel juist definieert als liggend in het verbond van God met Israel: "niet gij draagt de wortel maar de wortel draagt u"!
afgewezen schreef:Zoals gezegd, jij bent juist degene die de kerk verzelfstandigt als apart organisme. Terwijl ik op grond van de Schrift de gemeente, de kerk, geheel in het verlengde zie van het OT Israël. Zij is begonnen in Israël op de Pinksterdag te Jeruzalem, of misschien zelfs al eerder, tijdens Jezus' omwandeling op aarde, en de gelovigen uit de heidenen zijn in die gemeente ingelijfd. De gemeente heeft haar wortels dan ook al veel verder terug dan de Pinksterdag, ze gaan terug op de gelovige vaderen, op het ware Israël.
Je begrijpt me nog steeds niet. Maar dat kan natuurlijk ook aan mij liggen.
In mijn optiek is de christelijke gemeente verbonden met Israel en als zodanig geen gesloten heils-instituut. De gemeente wordt gevoed via de geestelijke schatten van Israel: de saprijke wortel. In jouw optiek betekent de synagoge niets meer. Dat is in jouw ogen blijkbaar niets anders dan een valse godsdienst. Daar ben ik het dus beslist mee oneens. Wij kunnen niet oordelen over het licht dat door de bedekking van de Thorah heendringt als de Thorah wordt gelezen in de synagoge. In Hand 15 wordt wel degelijk naar de synagogen in elke stad verwezen: in positieve zin!
Dies schreef:Daarbij is het heel belangrijk om een tekst de bezien vanuit de achtergrond van de bijbel-schrijver. En dan is er dus sprake van een Joodse achtergrond. Belangrijk blijft dus vooral de link met de Tenach. Dat was de bijbel van de Apostelen.
afgewezen schreef:Inderdaad. En daarom staat Rom. 9-11 niet als Fremdkörper in de Schrift, maar als integrerend bestanddeel hiervan. Het geheimenis waar Paulus over spreekt is de 'wijze' waarop de OT profetieën hun vervulling vinden. Namelijk, dat er, ondanks dat het grootste deel van de Joden Christus verwerpt, er toch een 'heel Israël' zal zijn.
Mee eens als formulering ....... ! Maar jij zal dit nog steeds anders bedoelen, neem ik aan.
Dies schreef:Dan zou er staan: dan; daarna. Maar er staat alzo. We moeten letten op de contrasten in de tekst. En dan valt op dat Israel valt en weer opstaat. Dit zijn bijzonder belangrijke motieven in de tekst van Rom 9-11.
afgewezen schreef:Hierbij gaat het om individuen, niet om Israël als volksgeheel, laat staan als nationale staat.
Het gaat om geheel Israel. En dan is Israel natuurlijk Israel: geen kerk!
Israel als volk. De staat als zodanig verheerlijk ik niet. Al besef ik dat God er zijn verborgen bedoelingen mee zal hebben. Gods hand staat niet los van de geschiedenis. Zeker niet als het hier om gaat.
Dies schreef:Bij een dergelijke verklaring vraag ik me echt af wat men dan wel verstaat onder vervangingstheologie. Wat hierboven staat betekent toch in helder Nederlands: de kerk is in de plaats van Israel gekomen? Ik kan er heus niets anders van maken. Nergens lees ik dat trouwens in de bijbel hoor! Ook vooral dus niet in het Nieuwe Testament: dat de naam Israel op een of andere wijze geldt voor de christelijke gemeente uit de heidenen.... Dat soort zegswijze kan slechts op vooringenomen wijze in de bijbeltekst worden ingelegd. De redeneertrant die je nu hanteert heeft zonder meer tot gevolg dat je in het ene geval Israel moet lezen als echt Israel en in het andere geval als kerk. Dat is volslagen willekeur!
In een dergelijk geval zou Paulus absoluut niets recht te zetten hebben gehad bij de gemeente van Rome! Dan hadden ze daar gewoon het gelijk aan hun kant en bij Paulus iets recht te zetten!
afgewezen schreef:Ik heb boven al aangegeven: 1. dat de gemeente in het verlengde ligt van OT Israël, 2. dat "niet Mijn-volk" tot "Mijn-volk" is gemaakt.
Wat Paulus recht had te zetten, was dat de heidenen zich verhieven boven het ongelovige Israël. Dat mocht niet en dat mogen wij ook niet.
Je positie in deze is duidelijk. We zijn het best wel ergens over eens. En dat noteer ik graag!
Dies schreef:Maar hoe kan je nu zeggen dat de vervulling volledig is? Moet er nog niet heel veel gebeuren wat verband houdt met de eind-vervulling? Inderdaad! Het is allemaal voorzegd in de Apostolische geschriften. Maar blijkbaar moet er nog heel veel misverstand worden opgeruimd alvorens de woorden van de Schrift zonder enige heidense bedekking (we hebben de Joden niets te verwijten) gelezen kunnen worden.
Ik zie er naar uit!
afgewezen schreef:Er moet nog meer gebeuren. Zie 2 Petr. 13. En wij verwachten, naar Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, in dewelke gerechtigheid woont. Dát zal de uiteindelijke vervulling zijn van de beloften van het vrederijk. Maar die vervulling vindt plaats ná de "dag Gods, in welke de hemelen, door vuur ontstoken zijnde, zullen vergaan, en de elementen brandende zullen versmelten".
Zoals je zal begrijpen gaat het in mijn antwoord waar je op reageert om wat er voordien nog moet gebeuren.
Dies schreef:
Dat is nu eenmaal een zeer intieme zaak.
afgewezen schreef:Het heil voor de gelovigen uit Israël is geen ander heil dan voor de gelovigen uit de gemeente. En Israël (etnisch gezien) kan alleen heil verwachten wanneer het tot geloof in Jezus komt en derhalve aan de gemeente wordt toegevoegd.
Deze kwestie hangt uiteraard samen met wat voor visie jij en ik hebben op de profetieen betreffende het Messiaanse Rijk. In die sfeer liggen de Joodse beloften anders dan die voor de heidenen. Hoe God handelt met Zijn volk Israel is een intieme zaak waar wij heidenchristenen buiten staan. Wij zijn dichtbij gekomen terwijl we eertijds veraf waren.
Het is een subtiele notie dat 'dichtbij' wel in verbinding staat met Israel, maar Israel houdt de eigen positie.
Dies schreef:
Bij dit alles moeten we in het oog houden - Paulus benadrukt het nog extra - wij zijn vreemde takken, terwijl de originele takken dat niet zijn. En met betrekking tot de weggebroken takken staat er de belofte dat ze opnieuw geënt worden.
afgewezen schreef:Hoe vreemd de takken ook zijn, we horen er toch echt bij. En de weggebroken zullen alleen opnieuw worden ingeënt wanneer ze "in het ongeloof niet blijven".
Zie Rom 11:25.
Dies schreef:
Maar de verbonden als zodanig blijven een strikt joodse aangelegenheid. Joden blijven in die positie ook gebonden aan de wet van Mozes vanwege de andere verbinding van dat volk met haar Messias in vergelijking met die tot ons heidenen. Je kan de Messias namelijk niet los denken Israel: Messias en volk zijn één! Jezus spreekt dan ook in die collectieve zin: het betaamt ons alle gerechtigheid te vervullen.
afgewezen schreef:Dit is een onbewezen stelling. Er is geen andere binding met Christus en met dat 'ons' bedoelt Christus in elk geval niet Zichzelf en de óngelovige joden. Van de laatste neemt Hij uitdrukkelijk afstand in de Evangeliën en, door de apostelen, in Handelingen.
De belofte van Rom 11:25 kan je niet loszien van de bekering van geheel Israel! Het gaat dus niet om ongelovige Joden. Dit is nu eenmaal het profetische perspectief waarin de Messiaanse profetieen vervuld zullen worden. Via de Thorah blijft Israel verbonden met de Messias. In een verborgen gestalte. Maar de verbinding is wezenlijk!
Dies schreef:
De wetsvervulling door het volk - je mag wat mij betreft ook lezen 'de rest van het volk' - wordt zodoende gekwalificeerd als navolging van de Messias. De volkomenheid van de vervulling van de wet door de Messias wordt in die weg en in de weg van de vervulling waar Paulus op doelt uiteindelijk op het conto geschreven van heel Israel. Wij als heidenen zijn eveneens verbonden met Israels Messias, maar die verbinding is van een andere aard: de vervulling van de wet door Christus wordt ons om niet geschonken. Maar wij staan nog steeds in een andere positie tot Israels Messias. Wij blijven vreemde loten. Wij zijn 'dichtbij gekomen', maar die positie blijft onderscheiden van de unieke binding van de Messias met Israel. Die blijft voor ons een geheimenis.
afgewezen schreef:Je redeneringen worden steeds vreemder. Lees Rom. 4:2. "Want indien Abraham uit de werken gerechtvaardigd is, zo heeft hij roem, maar niet bij God. Want want zegt de Schrift? En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid." In dit hoofdstuk wordt Abraham een vader genoemd "van allen die geloven in de voorhuid zijnde", "en een vader der besnijdenis, namelijk, die niet alleen uit de besnijdenis zijn, maar die ook wandelen in de voetstappen des geloofs van onze vader Abraham". Met name die laatste woorden laten van heel jouw theorie geen spaan heel.
Hoezo geen spaan over? Paulus onderscheidt hier wel degelijk twee afzonderlijke groepen en verbindt beide in Abraham. Dat laat onverlet dat er twee afzonderlijke groepen zijn
Een belangrijk euvel van het christelijke denken is het individualistische mensbeeld. Het Jodendom getuigt van een collectief mensbeeld. De ene mens draagt de andere! Ik ben bang dat dit inmiddels ketters klinkt in gereformeerde oren. Ondanks de hooggeroemde theologie van het Verbond Gods!
Met vr groet
Dies