Luther schreef:refo schreef:Het is allemaal waar wat je zegt: er moeten arbeiders uitgestoten worden. Maar dat doet de Koning dan wel Zelf.
En anderzijds: dat er studenten worden aangenomen is geen bewijs van wat dan ook.
Mag ik het eens terug spelen... Hoe zou jij het idealiter ingericht willen zien?
Ik ben het met Refo eens. De huidige procedure is verre van optimaal, omdat juist die mensen afgewezen worden, die niet in staat zijn om in een uurtje hun geestelijke leven en roeping voldoende treffend te verwoorden.
Een alternatief (wat ik al eens eerder geopperd heb) zou kunnen zijn, om mensen bijvoorbeeld eerst één of twee jaar algemeen theologie te laten studeren (vergelijkbaar met CGO-E), onder begeleiding van een commissie van toelating, die enkele gesprekken in dat jaar met de studenten kan voeren. Daarna kan op basis van die gesprekken en de studieresultaten bekeken worden of de student door gaat naar de predikantsopleiding of bijvoorbeeld opleiding tot pastoraal werker, godsdienstleraar, of dergelijke. Of er zelfs helemaal mee stopt.
Een ander alternatief is beschreven in een column door dr. Post, wat ik uit een ander topic omhoog haal.
S.D. Post schreef:Datum: 05-05-2007
Curatorium
S. D. Post
Curator is een ambt met oude papieren. Vroeger heetten onder anderen de toezichthouders van de Latijnse school curator. Vrijwel alle predikanten begonnen de weg naar het ambt op zo'n Latijnse school, de universitaire vooropleiding. Daar kwam de predikant in spe dus curatoren tegen, al was het maar bij de jaarlijkse prijsuitreiking voor de beste student. Het onderzoek naar de geschiktheid als predikant vond na de opleiding plaats door de classis, in een preparatoir en een peremptoir examen. Daar bemoeiden de curatoren zich niet mee.
In een aantal afgescheiden kerken is het de gewoonte dat het onderzoek naar de geschiktheid plaats vindt bij de voordeur van de opleiding. Zo vergadert binnen enkele weken het curatorium van de theologische opleiding van de Gereformeerde Gemeenten. Verschillende andere afgescheiden kerken kennen ook zo'n curatorium of een commissie van onderzoek. Wie zich met een attest van de kerkenraad meldt bij de Theologische School, krijgt een gesprek met de curatoren. Dit college van predikanten en ouderlingen beslist over de toelating, gemandateerd door de synode. Ze buigt zich over de geestelijke staat en de roeping van de kandidaat.
Daarnaast is er aan het einde van de studie, voordat de proponent zich aan een gemeente verbindt, het onderzoek door de classis.
Verwarring
Het is alleszins begrijpelijk dat de toelating tot de theologische opleiding van deze kleinere kerkelijke gemeenschappen zorgvuldig plaatsvindt. Afscheiding betekent in het algemeen versmalling. De Hervormde kerk van vroeger kende brede grenzen. Verschillende stromingen, later met eigen academische opleidingsplaatsen, pasten binnen de kerkelijke muren. In een stad of soms ook in een dorp stonden verschillende predikanten. Een klein kerkverband kent die breedte niet. Het is niet de volkskerk van vroeger. Een open instroom van predikanten zou voor veel verwarring zorgen en gemeenten verwoesten.
Dat dit onderzoek plaatsvindt aan het begin van de opleiding zal ermee te maken hebben dat het gaat om een particuliere opleiding die bekostigd wordt vanuit de gemeenten zelf, en die geheel is ingericht om predikant te worden binnen de eigen gemeenten.
De curatoren die dit onderzoek doen, zijn niet te benijden. Het is een verantwoordelijke taak. De beslissing, die bij meerderheid van stemmen genomen wordt, is niet alleen van grote betekenis voor de kandidaat, maar ook voor het kerkverband, waar vele kansels leeg staan. Het is ook een moeilijke taak. Het onderzoek richt zich op zeer persoonlijke dingen en de uitkomst laat zich niet aflezen uit een ingevulde checklist. Integendeel, alleen indringend en biddend luisteren kan aanwijzingen geven voor het stemgedrag van de individuele curator.
Gebed
Ik ken enkele predikanten die in het curatorium zitten, en ik ben ervan overtuigd dat zij net als veel gemeenteleden met hoop en verwachting naar de vergadering toeleven, overtuigd van de noodzaak dat de jongeren in het vergrijzende predikantenbestand de plaatsen van de ouderen innemen. Ze zullen dit werk doen in opzien naar boven. Dat gebed is ook nodig bij de achterban. Bid tot de Heere van de oogst dat Hij arbeiders in zijn oogst uitzendt.
Niet het bestaan van het curatorium zou ik hier ter discussie willen stellen. Zeker niet de intentie van de curatoren. Wel de praktische werkwijze.
Voor zover ik op de hoogte ben, is de werkwijze dat de kandidaat verslag doet van zijn bekering en van de roeping tot het ambt. Na eventueel een enkele vraag beantwoord te hebben, verlaat de kandidaat vervolgens de zaal en hoort enkele ogenblikken later de uitslag. Is dit een goede werkwijze?
Voor de ene kandidaat zal dit een prettige werkwijze zijn. Hij kan het hele verhaal thuis voorbereiden. Voor de ander zal het ongemakkelijk zijn om zo gedachten, ervaringen en gevoelens te presenteren. Niet ondenkbaar dat mensen zich heel onzeker gaan voelen of zelfs 'dichtslaan'. Zonder het gesprek bij het curatorium te willen gelijkstellen met een sollicitatiegesprek, zou het een optie zijn om die werkwijze te kiezen. In een gesprek zullen veel mensen beter tot hun recht komen en meer van zichzelf prijsgeven. Het zou de curatoren ook veel meer opleveren als ze met open vragen de kandidaat zouden uitlokken om iets te vertellen, als ze zouden doorvragen waar het hun niet helder is of waar ze twijfels hebben.
Voorgesprek
De procedure zou mijns inziens verder aan zorgvuldigheid winnen als er door een kleine commissie in een informelere sfeer al vast een voorgesprek zou plaatsvinden, zodat in ieder geval enkele curatoren de persoon in kwestie beter leren kennen. Natuurlijk is dat een hele tijdsinvestering, maar dat zou dubbel en dwars terugverdiend worden als er hierdoor meer predikanten zouden komen, of als predikanten eerder zouden worden toegelaten.
Er wordt in dit verband nogal eens gezegd: Als iemand predikant moet worden, dan wordt hij dat. Dan kan de werkwijze van het curatorium dat niet verhinderen. Hierop past maar één antwoord. Deuteronomium 29:29. De verborgen dingen zijn voor de Heere.
Als iemand naar Leeuwarden wil, moet hij niet in de trein naar Maastricht stappen. Zeker, als de Heere wil dat iemand in Leeuwarden komt, zal niets dat verhinderen. Maar wij hebben onze verantwoordelijkheid om ons uiterste best te doen om te bereiken wat goed is.
Het is iedere keer een wonder als een student wordt aangenomen. Niet: een wonder ondanks de werkvorm. Integendeel, laten deputaten blijven zoeken naar een optimale manier van onderzoek. Wel: een wonder omdat de Heere, ondanks verdeeldheid, geesteloosheid en wereldsgezindheid, wil denken aan de gemeenten. Nieuwe predikanten vormen het bewijs dat de Heere nog goedertieren gedachten heeft. Hij stuurt arbeiders, er is dus oogst. Nieuwe studenten vormen een teken van hoop.