Luther schreef:Bovendien: Juist omdat Gods kind iets heeft ervaren wat de dood zal inhouden, zal er een drang zijn om de naaste juist daarop te wijzen: "Vliedt de toekomende toorn." Dus levensernst heeft niet alleen te maken met mezelf, maar ook met de ander om me heen.
Amen.
Luther schreef:
Inderdaad, als Christus in ons woont, is God verblijd over Zijn eigen werk in ons. Tegelijkertijd is hier het hemels Jeruzalem nog niet, en dat is m.n. te merken aan de overblijvende zwakheid en zonde die nog in ons woont, waardoor steeds weer op onszelf, op deze wereld en op de zonde gericht zijn. Dat we steeds de Heere weer niet geven wat Hij zo waard is. Onze predikant zei onlangs daarover eens: "De Heere heeft met eerbied gesproken nog geen minuut plezier van ons, zoals we zijn in onszelf." En ja, tegelijkertijd is het waar dat de Heere Zich verblijd over Zijn eigen werk in zondaren.
Nogmaals: amen. (alleen zie ik de Efteling nog niet terugkomen in jouw stukje)
Luther schreef:Als voorbeeld blijdschap. Ik zie bij Abraham het mooiste voorbeeld daarvan: "Abraham heeft met verheuging verlangt naar Zijn (=Christus') dag. En hij heeft hem gezien en is verblijd geweest." Dat is wat anders dan aardse blijdschap. Ik zie dat ook bij Simeon als hij de Chritus der Schriften in zijn armen mag sluiten. Dan staat er dat hij God loofde.
Jij legt 'blijdschap' uit als 'alleen maar' (tussen ', want het is natuurlijk heel erg veel) 'blijdschap in de Heere'. Calvijn - om maar eens een tijdgenood van je te citeren

- denkt daar anders over:
Calvijn schreef:Joy does not here, I think, denote that “joy in the Holy Ghost” (Ro 14:17,) of which he speaks elsewhere, but that cheerful behavior towards our fellow-men which is the opposite of moroseness. (
bron)
Volgens Calvijn mogen we blijdschap dus ook uitleggen als 'gewone' blijdschap.
Luther schreef:
Verder lees ik in mijn Bijbel vooral over de aarde als een tranendal, waar Gods kind als vreemdeling verkeert en de wereld niet gelijkvormig dient te zijn." Lees daartoe het Hogepriesterlijke gebed maar eens: "Zij zijn niet van de wereld, omdat Ik van de wereld niet ben."
De kernvraag is dus weer: wat
is wereldgelijkvormigheid precies? Haal ik weer Calvijn erbij, in zijn uitleg over Romeinen 12:2
Rom 12:2 schreef:En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij.
Calvijn schreef:The term world has several significations, but here it means the sentiments and the morals of men; to which, not without cause, he forbids us to conform.
Met andere woorden (naast de expliciet verboden zaken zoals prostitutie): wereldgelijkvormigheid wil niet zeggen dat we niet mogen fietsen, vrijen, bergbeklimmen, voetballen, in achtbanen zitten, zwemmen, maar om de gesteldheid van ons hart. We kunnen dus 3x per week naar de kerk gaan en toch wereldgelijkvormig zijn, en 3x per week naar de efteling gaan zonder wereldgelijkvormig te zijn.