Erasmiaan schreef:Klavier ik snap niet wat je bedoelt en hoe het bestaat dat jij dit opschrijft. Weet je wat die vruchten zijn van de Habitus, van de wedergeboorte in engere zin? Een verbroken hart en een verslagen geest. Een droefheid naar God. Een onbestendige liefde naar een onbekende God. dat is wel Gods werk, maar Christus is hier nog niet opgetreden als de volkomen Borg! Dat wordt niet in een punt des tijds geleerd!
Direct op de prediking van Petrus:
En als zij dit hoorden, werden zij verslagen in het hart, en zeiden tot Petrus en de andere apostelen: Wat zullen wij doen mannen broeders?
Dat doet de Heilige Geest in het overtuigen van zonden, gerechtigheid en oordeel.
Maar daarmee hebben ze Christus nog niet. Maar die ligt wel direct daarop volgend in de prediking.
En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.
Petrus vraagt om bekering terwijl sommigen zouden zeggen dat die mensen al bekeerd waren, ze waren immers verslagen?
Petrus gaat verder met overtuigen:
Want u komt de belofte toe, en uw kinderen, en allen, die daar verre zijn, zo velen als er de Heere, onze God, toe roepen zal.
Hij roept de verslagenen: Je hebt een belofte, je bent verslagen omdat je weet dat je zondig bent. Ik verkondig de bekering en de mogelijkheid.
En met veel meer andere woorden betuigde hij, en vermaande hen, zeggende: Wordt behouden van dit verkeerd geslacht! Die dan zijn woord gaarne aannamen, werden gedoopt; en er werden op dien dag tot hen toegedaan omtrent drie duizend zielen
Zou God niet nog zo werken?
Geschiedenis met de stokbewaarder: Idem. Gelijke lijn.
Paulus: Idem: Hij wordt teneergeworpen op de grond, met blindheid verslagen:
En hij, bevende en verbaasd zijnde, zeide: Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal?
Hij is daar echt bekeerd. Hij vraagt naar de wil van de Heere. Het kenmerk van wedergeboorte en bekering. Dat er onderwijs op volgt is duidelijk. Maar de eerste geloofsvrucht is al gedragen. Paulus gehoorzaamd bovendien. Tweede vrucht. Mensen zijn van nature ongehoorzaam.
Saulus leerde het in drie dagen en Comrie schrijft hierover dat Gods gewone weg is dat er niet veel tijd zit tussen het instorten van het geloof en het daadwerkelijk geloven.
Dat is dus Bijbels.
Bij Saulus van Tarzen duurde het drie dagen.
Ik ontken dit.
Vroeger zeiden ze van dezulken: hij loopt in zijn ongeluk. Maar daar is dus zeker wel een chronologie.
In zijn ongeluk? Dat loopt ieder mens. Of de mens zich daarvan bewust is of niet, maakt niet uit. In beide gevallen leeft men zonder Zaligmaker en kan zodoende nooit delen in zijn genade.
Een ongelukkige die notabene wéét dat hij een zaligmaker nodig heeft en desondanks de Zaligmaker Zelf niet op Zijn Woord geloofd? "
Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.".
Wat schort er dan aan Gods Woord dat mensen in hun ongeluk blijven hangen? Is Zijn genade is u niet genoeg dan?
Het is Gods Woord verdacht maken. Het is verslagen ongelovige zonder Christus zoethouden vóór de enge poort. Het is een volk zaligspreken zonder zaligmaker.
Dit is de grootste zonde die in de kerk kan plaats vinden:
Met gedoopte voorhoofden niet geloven. Met kennis van zondestaat en ellende NIET geloven en NIET Christus als Zaligmaker aankleven.
Een mens die in zijn ongeluk leeft kan heel vroom en rechtzinnig zijn en desondanks verharden in zijn onbekeerlijkheid met het rechtzinnige "ik kan zelf niet", "ik weet niet of ik uitverkoren ben", "God moet het doen" enz. Allemaal waar, maar tevens er niet in geloven dat God dagelijks mensen wil bekeren en geen ongeloof vraagt, geen volharding, maar een aannemen van Christus.
Hier ligt tevens het gevaar dat de ware bekommerde verwart wordt met een hoogmoedige die nog zelf iets wil doen alvorens tot Christus te gaan. Die wacht op een brief uit de hemel. Die een bijzondere openbaring wenst: Geef mij een teken. Die aan Gods Eigen Woord en Werking van de Heilige Geest niet genoeg heeft.
De ware bekommerde is iemand die met een heel klein geloof, als een mosterdzaadje, heel beschroomd voor Christus staat en evengoed als de krachtdadig getrokken zondaar het uitroept: Heere, wees mij de Zondaar genadig! Die bekommerde zal vertroost worden. Door Gods Woord. Door uitleg daarvan, door te wijzen op de beloften, op het teken, op het zegel. Om de zwakheid te doen opwassen tot kracht in het geloof om des te meer vrucht te kunnen dragen (Petrus Immens).
Hopelijk bedoel jij dit Erasmiaan! En dat heeft alles te maken hoe hard een zondaar is en hoeveel genade nodig is om het harde hart in stukken te breken. Hoe harder het hart, hoe meer bekommernis.
Hoe eerder daar vandaan, hoe beter.
Comrie wilde vooral deze ware bekommerde met vriendelijke en zachte hand op Christus doen zien, zich Hem doen eigenen. Omdat een geloof als een mosterdzaadje ook een waar geloof is en toegang geeft tot de volkomen Zaligmaker. Uit Hem komt de volkomen zalligheid. Niet afhankelijk van de omvang van het geloof, maar van de waarheid. Voor deze geldt in het bijzonder: Maak uw verkiezing vast.
En om dit allemaal te snappen en te weten moet er zeker ervaringskennis zijn. Maar het is niet noodzakelijk om er bij te komen. De toegang tot genade is niet afhankelijk van deze kennis. Die leert de Heilige Geest Zelf aan de gelovigen. Na de wedergeboorte. Niet ervoor.
Het onderscheid tussen de mensen in hun ongeluk zonder Christus en de ware bekommere met een Christus zonder zich dat te durven eigenen (en die wel vruchten draagt, ook al ziet hijzelf niets daarvan), is vooral door Ds. G.H. Kersten krachtig benoemd.
Om daarin geen valse bevindelijkheid als overheersende factor te krijgen is het mede aanleiding geweest zo krachtig aan te dringen op de theologische school. Omdat er ook dienaars van het Woord waren die op dit punt de mist ingingen door gebrek aan kennis van de gereformeerde leer. Daarom 'vermaalde' Ds. Kersten Comrie. Die heeft dit pastorale stuk zo duidelijk uitgewerkt omdat hij dezelfde gevaren eerder onderkend heeft.
Nog een korte dogmatische uiteenzetting.
Chronologie in de bekeringsweg.
Dit zijn de punten die hoe dan ook langs komen:
1 - Prediking van Gods Woord onder de bediening van Gods Geest
2 - Wedergeboorte; De Trekkende Liefde van de Vader, die de Zijnen uitverkoren heeft;
3 - Dagelijke bekering.; Door de Inplanting in Christus omdat hij de Zijnen van de Vader heeft verkregen.
God Drienig bekeerd in deze weg.
De Heilige Geest past de middelen toe.
Om de gegevenen des Vaders te trekken met Zijn Liefdekoorden tot Hem die alles Volbracht heeft.
Als God begint geldt:
De HEERE zal het voor mij voleinden; Uw goedertierenheid, HEERE! is in eeuwigheid; en laat niet varen de werken Uwer handen.
God begint onder de prediking. Dat bewijst de betekenis van de doop. En als God begint geldt:
De HEERE zal het voor mij voleinden; Uw goedertierenheid, HEERE! is in eeuwigheid; en laat niet varen de werken Uwer handen.
Bij 1:
Zie de verslagenheid die volgt op de prediking van Petrus.
Zie de uitroep van de Stokbewaarder
Bij 2:
Heere help mij, ik verga!
Geef mij Jezus, of ik sterf!
Bij 3:
Want Gij, HEERE! hebt mijn ziel gered van den dood, mijn ogen van tranen, mijn voet van aanstoot.
Ik zal wandelen voor het aangezicht des HEEREN, in de landen der levenden.
Ik heb geloofd, daarom sprak ik; ik ben zeer bedrukt geweest.
Ik zeide in mijn haasten: Alle mensen zijn leugenaars.
Wat zal ik den HEERE vergelden voor al Zijn weldaden aan mij bewezen?
Ik zal den beker der verlossingen opnemen, en den Naam des HEEREN aanroepen.
Mijn geloften zal ik den HEERE betalen, nu, in de tegenwoordigheid van al Zijn volk.
Waar en hoe we van 1 naar 2 gaan en van 2 naar 3 is Gods Wegen naspeuren:
O diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods, hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen!
Maar dit weten we, in 1, 2 en 3:
De HEERE zal het voor mij voleinden; Uw goedertierenheid, HEERE! is in eeuwigheid; en laat niet varen de werken Uwer handen.
Dit is gesystematiseerd. Dat geef ik toe. Gelijkertijd wil ik oproepen vooral niet de verder uit te pluizen.
In een punt des tijds: Dan vallen 1, 2 en 3 samen, of 2 en 3.
Punt 2 kan langer duren.
De Habitus komt in 2.
De Actus vloeit in 3.
Erasminaan, waar zit jouw bezwaar?