jmpavo schreef:Bert Mulder schreef:Geachte Marnix, hier zit een heel ingewikkeld stuk dogmatiek aan verbonden. Wel eens van supralapsarian en infralapsarian gehoord?
Alles is door God van eeuwigheid besloten. Toch maakt dat God niet tot de auteur van de zonde.
Toch had de mens in het paradijs een geheel vrije wil. Door de zondeval, echter, kan de mens van nature alleen het kwade willen.
Beste Bert, ik lees twee paradoxen in je reactie: alles door God besloten en toch maakt dat God niet tot de auteur van de zonde; en: alles door God besloten en toch had de mens in het paradijs een vrije wil.
Waarom kun je deze paradoxen wél laten staan en de paradox van 'God wil dat alle mensen zalig worden en God wil niet dat alle mensen zalig worden' niet?
Omdat het lijnrecht tegen de Schrift in is, dat God allen zalig wil maken. Om een paar voorbeelden te noemen:
Het staat in de Bijbel dat God Farao's hart verhardde.
10 En Mozes en Aaron hebben al deze wonderen gedaan voor Farao's aangezicht; doch de HEERE verhardde Farao's hart, dat hij de kinderen Israels uit zijn land niet trekken liet.26)
Rebecca kreeg te horen over Ezau, voordat hij geboren was, dat God hem haatte.
11 Want als de kinderen nog niet geboren waren,36) noch iets goeds37) of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods,38) dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende;39)
12 Zo werd tot haar gezegd: De meerdere40) zal den mindere dienen.41)
13 Gelijk geschreven is: Jakob heb Ik liefgehad,42) en Ezau heb Ik gehaat.
En ook bevestigd door de Nederlandse professoren te Dordt, 1618-1619:
Dit dan dus gesteld en bewezen zijnde, verwerpen wij deze navolgende leerstukken der Remonstranten. Haags. Conf. pag. 158. Latijnsche Brand. p. 186. Antwoord aan die van Walch. p.50, 51. Grevinch. Tegen Ames. pag. 8, 9, en 15. Conf. 139. Nederlandsche Conf. 139. Latijnsche Conf. Brand. 157 Brand. 185 In de Ant. op de Stell, en de Tegenst. Delf. Conf. Haags. pag. 160. Brand. Latijnsche Cont. 189. Antw. aan die van Walch. 50, 51.
I.
Dat Christus voor alle menschen even na en even gelijk de zaligheid verkregen heeft, daar nochtans aan vele miljoenen menschen de dood van Christus noch verkondigd, noch bekend gemaakt wordt.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.