Ik begrijp niet exact waar ik het moet lezen...John Galt schreef:Lees even terug in dit topic!

Ik begrijp niet exact waar ik het moet lezen...John Galt schreef:Lees even terug in dit topic!
Ja, ik zie het. Maar is dat het echt? Dat is wel menselijk gedacht. Is het niet de Heere die roept? Wie waar of hoe dan ook?John Galt schreef:Zie de posting van Herman van gisteravond half 11.
Lastige vragen inderdaad. Ik weet het ook niet goed. In hoeverre is God afhankelijk van een ja of een nee van een mens?John Galt schreef:Je moet de menselijke factor niet onderschatten. Is een roeping tot het ambt onwederstandelijk? Ik denk dat er een groot stuk menselijke verantwoordelijkheid in zit. Het kan zijn dat Hij vraagt: Ben je bereid? En bij "nee" verder gaat. Ik heb te weinig inzicht in Zijn wezen om daar iets over te kunnen zeggen.
Prof. Dr. A. de Reuver spreekt daar heel helder over. Hierbij een deel een lezing die hij eind 2002 heeft gehouden.HersteldHervormd schreef:Lastige vragen inderdaad. Ik weet het ook niet goed. In hoeverre is God afhankelijk van een ja of een nee van een mens?John Galt schreef:Je moet de menselijke factor niet onderschatten. Is een roeping tot het ambt onwederstandelijk? Ik denk dat er een groot stuk menselijke verantwoordelijkheid in zit. Het kan zijn dat Hij vraagt: Ben je bereid? En bij "nee" verder gaat. Ik heb te weinig inzicht in Zijn wezen om daar iets over te kunnen zeggen.
De hele lezing is terug te lezen in de Waarheidsvriend van 7, 14 en 21 augustus 2003.Prof.Dr. A de Reuver schreef:Wat betekent de term 'roeping' eigenlijk? Minstens twee dingen. De eerste betekenis wijst op de activiteit van Gods roepen. Roeping is meer werkwoord dan zelfstandig naamwoord. In de roeping komt God aan het woord. Hijzelf is er het subject van. Die roeping geschiedt wanneer Hij Zijn Woord aan ons adresseert. Daarvan is Hij de auteur.
Zijn roepstem gaat aan al het onze vooraf. Het is een gebeuren dat om te beginnen absoluut op eenrichtingsverkeer berust. Vergeleken met dit wonder van Zijn roep mag onze inbreng nauwelijks een naam hebben. Hij roept, ik ontvang. Hij spreekt, ik luister, overrompeld door Zijn sprake. Daarbij ben ik op geen manier productief, maar louter receptief. In deze roeping is er maar Een creatief: de Roepende.
Deze overweging zet ons op de plaats en in het juiste gelid. Want als de zaak er zo bijstaat, kan Gods roeping nooit mijn 'bezit' worden, nooit iets waarover ik beschik. Als Gods roeping niets minder behelst dan het geheim van Zijn genadige lokroep aan mij gericht, dan kan ik die even weinig claimen als dat ik het zonlicht in mijn jaszak kan stoppen of de buitenlucht in mijn handpalm kan bergen. Op Gods roepstem kan een mens zich, vooral onder aanvechting en aantijging, wel beroepen, maar men kan zich er nooit in beroemen. Juist het gegeven dat God het subject en de auteur van de roeping is, sluit alle aanmatiging uit. Ik wil maar zeggen - en ik zeg het met nadruk - dat de roeping niet de onze is, en ook nooit wordt, maar de Zijne blijft, levenslang.
Nu de tweede betekenis. Die lokroep en oproep van Boven vragen om onze respons vanbinnen. Om het met een eenvoudig beeld te verduidelijken: Gods geadresseerde en aangetekende brief wil niet ongeopend teruggestuurd worden, maar wil biddend gelezen zijn en biddend beantwoord worden. Niet met 'ja maar' of 'ja misschien', maar met 'ja en amen'. Het is in dit amen van het geloof dat wij de roep van de Heere aanvaarden. Schuchter wellicht, maar met de overgave van het hart.
Is deze geloofsrespons nu een prestatie, en toch nog iets van eigen fabrikaat? Naar mijn ervaring en overtuiging niet. Ze is vrucht van Gods overmachtige roepstem en vormt geen eigen zelfstandige inbreng. Onontbeerlijk, maar louter als gevolg, en nooit als grond. Gods roepwoord wordt niet gedragen door ons jawoord, maar het is andersom: ons jawoord wordt door Zijn oproep gedragen.
Bedankt voor het stukje. Maar de vraag was meer of de Heere afhankelijk is van ons? Dhr Galt poste min om meer dat een geroepen man ook nee kan zeggen, en dat de Heere het daar dan bij houdt. Ik geloof dat zelf echter niet zo stellig. Persoonlijk zou ik zelf eerder neigen om te stellen dat als God wil dat iemand predikant word; dat een mens dan, al zou deze het niet willen (kijk naar Jona), toch de wil des Heeren zal navolgen.Vervolgde schreef:Prof. Dr. A. de Reuver spreekt daar heel helder over. Hierbij een deel een lezing die hij eind 2002 heeft gehouden.HersteldHervormd schreef:Lastige vragen inderdaad. Ik weet het ook niet goed. In hoeverre is God afhankelijk van een ja of een nee van een mens?John Galt schreef:Je moet de menselijke factor niet onderschatten. Is een roeping tot het ambt onwederstandelijk? Ik denk dat er een groot stuk menselijke verantwoordelijkheid in zit. Het kan zijn dat Hij vraagt: Ben je bereid? En bij "nee" verder gaat. Ik heb te weinig inzicht in Zijn wezen om daar iets over te kunnen zeggen.De hele lezing is terug te lezen in de Waarheidsvriend van 7, 14 en 21 augustus 2003.Prof.Dr. A de Reuver schreef:Wat betekent de term 'roeping' eigenlijk? Minstens twee dingen. De eerste betekenis wijst op de activiteit van Gods roepen. Roeping is meer werkwoord dan zelfstandig naamwoord. In de roeping komt God aan het woord. Hijzelf is er het subject van. Die roeping geschiedt wanneer Hij Zijn Woord aan ons adresseert. Daarvan is Hij de auteur.
Zijn roepstem gaat aan al het onze vooraf. Het is een gebeuren dat om te beginnen absoluut op eenrichtingsverkeer berust. Vergeleken met dit wonder van Zijn roep mag onze inbreng nauwelijks een naam hebben. Hij roept, ik ontvang. Hij spreekt, ik luister, overrompeld door Zijn sprake. Daarbij ben ik op geen manier productief, maar louter receptief. In deze roeping is er maar Een creatief: de Roepende.
Deze overweging zet ons op de plaats en in het juiste gelid. Want als de zaak er zo bijstaat, kan Gods roeping nooit mijn 'bezit' worden, nooit iets waarover ik beschik. Als Gods roeping niets minder behelst dan het geheim van Zijn genadige lokroep aan mij gericht, dan kan ik die even weinig claimen als dat ik het zonlicht in mijn jaszak kan stoppen of de buitenlucht in mijn handpalm kan bergen. Op Gods roepstem kan een mens zich, vooral onder aanvechting en aantijging, wel beroepen, maar men kan zich er nooit in beroemen. Juist het gegeven dat God het subject en de auteur van de roeping is, sluit alle aanmatiging uit. Ik wil maar zeggen - en ik zeg het met nadruk - dat de roeping niet de onze is, en ook nooit wordt, maar de Zijne blijft, levenslang.
Nu de tweede betekenis. Die lokroep en oproep van Boven vragen om onze respons vanbinnen. Om het met een eenvoudig beeld te verduidelijken: Gods geadresseerde en aangetekende brief wil niet ongeopend teruggestuurd worden, maar wil biddend gelezen zijn en biddend beantwoord worden. Niet met 'ja maar' of 'ja misschien', maar met 'ja en amen'. Het is in dit amen van het geloof dat wij de roep van de Heere aanvaarden. Schuchter wellicht, maar met de overgave van het hart.
Is deze geloofsrespons nu een prestatie, en toch nog iets van eigen fabrikaat? Naar mijn ervaring en overtuiging niet. Ze is vrucht van Gods overmachtige roepstem en vormt geen eigen zelfstandige inbreng. Onontbeerlijk, maar louter als gevolg, en nooit als grond. Gods roepwoord wordt niet gedragen door ons jawoord, maar het is andersom: ons jawoord wordt door Zijn oproep gedragen.
Ik mag toch op dit forum verwachten dat elke vorm van arminiaans denken hartgrondig wordt verworpen. De hele idee dat God afhankelijk zou zijn van het schepsel zou niet bij ons op mogen komen. Ook in het door mij geciteerde stelt Prof. De Reuver dat de roepstem overmachtig is.HersteldHervormd schreef:Bedankt voor het stukje. Maar de vraag was meer of de Heere afhankelijk is van ons? Dhr Galt poste min om meer dat een geroepen man ook nee kan zeggen, en dat de Heere het daar dan bij houdt. Ik geloof dat zelf echter niet zo stellig. Persoonlijk zou ik zelf eerder neigen om te stellen dat als God wil dat iemand predikant word; dat een mens dan, al zou deze het niet willen (kijk naar Jona), toch de wil des Heeren zal navolgen.
Maar het is moeilijk, ook andersom. Dat mannenbroeders een roeping ervaren, maar uiteindelijk geen predikant worden, om wat voor rede dan ook.
Misschien weet @Valcke een antwoord?
Wat leuk. Ik ken hem van mijn jaarclub.helma schreef: ↑14 jun 2023, 16:59 Het curatorium van de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) heeft woensdagmorgen een student toegelaten tot de predikantsopleiding van de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK).
Het betreft H.J. (Harm Jan) Holsappel (41) uit Veenendaal. Hij is gehuwd en lid van de christelijke gereformeerde kerk in Veenendaal-Bethel. Holsappel studeert aan de TUA.
Bethelkerk, dat is toch de minder behoudende variant van de CGK in Veenendaal?