Ik ga er mee stoppen maar opvallend is dat ik in mijn postings Schriftplaatsen noem ( in mijn laatste zelfs 6) en jij alleen maar stellingen poneert zonder enige onderbouwing uit Gods Woord ( behalve Rom 9)Posthoorn schreef:Altijd goed om alles weer eens op een rijtje te hebben.Er is nog meer verschil. De bediening van het genadeverbond (excuses voor de dogmatische benaming, Madel) had in het OT ook een schaduwachtige zijde. Daarin waren álle Israëlieten begrepen (kinderen van het verbond). Maar in het wezenlijke van het verbond, het heil dat door Christus zou worden aangebracht, deelden zij niet ("niet allen Israël".)huisman schreef:Idd schaduwachtig afgebeeld met een verbondsvolk (Israël) en een bloedig verbondsteken ( besnijdenis).
En de Schrift leert dat niet het gehele verbondsvolk uitverkoren was.Enerzijds is het verbond ingeperkt: het gaat nu alleen om de gelovigen en niet om hen die natuurlijk zaad alleen waren, anderzijds is het verbond uitgebreid: het geldt de gelovigen van alle volken.Na de komst van Christus zijn de schaduwen weg en is het verbondsvolk uitgebreid tot de heidenvolken.(o.a. Hand 2:39 en Hand 11)
Het verbondsteken werd onbloedig omdat na het volmaakte offer van Christus er geen bloed meer hoeft te vloeien.
Het verbond bevat nog steeds tweeërlei kinderen des verbonds en valt dus niet samen met de verkiezing.(o.a. Joh 15 wel ingeent in de ware Wijnstok maar geen vrucht)Ik zeg niet dat de kinderdoop - want daar doel je kennelijk op - geen waarde heeft of niets betekent......en de vragen over de waarde van het zijn van een bondeling zijn oprecht maar wel in-en-in triest .
(...)
Op dit forum zijn er blijkbaar die de HEERE het kwalijk nemen dat ze gedoopt zijn omdat zij vinden dat de doop niets betekend..........ik vind het gevaarlijke gedachten.
Madel is dan eerlijker en neemt gewoon afstand van de gereformeerde leer en dwarrelt zonder dit fundament door de Schrift heen.
En wat die tweeërlei kinderen betreft, daar hebben we het al eerder over gehad: tweeërlei betekent in het NT alleen maar echt versus niet-echt, uitwendig in het verbond (slechts door doop en belijdenis) versus wezenlijk in het verbond (door het geloof).
Wat hier nu zo moeilijk, onbijbels en ongereformeerd aan is, vermag ik niet in te zien.
Eén kritiekpunt op de gereformeerde vaderen, met name de reformatoren, heb ik wel: dat zij niet ingezien hebben dat in het OT het verbond een schaduwachtige kant had die álle Israëlieten betrof, terwijl het in het nieuwe verbond uitsluitend om de ware gelovigen gaat (alle anderen zijn wel 'in' de kerk, maar niet 'van' de kerk).
Op de door mij genoemde teksten wordt ook niet ingegaan. Jammer maar ik vrees voor onze gezindte die zo over verbond en doop spreekt.
Tot een volgende keer
