huisman schreef:Afgewezen schreef:huisman schreef:Natuurlijk maakt het geloof pas goed gebruik van de doop maar toch heeft de doop al eerder betekenis
H.C. vr 74 "Vr.74. Zal men ook de jonge kinderen dopen?
Antw. Ja het; want mitsdien zij alzowel als de volwassenen in het verbond Gods en in Zijn gemeente begrepen zijn, en dat hun door Christus' bloed de verlossing van de zonden en de Heilige Geest, Die het geloof werkt, niet minder dan den volwassenen toegezegd wordt "
Ja, omdat men óf ervan uitgaat dat de kinderen gelovig zijn óf dat zij dit zullen worden. Dus ook bij de gedoopte kinderen heeft de doop geen betekenis zonder geloof.
Nee, de grond van de doop ligt niet in het geloof of het verondersteld geloof maar in het verbond. dat was in het O.T. ook de grond van de besnijdenis. Ook daar wees het teken naar de betekende zaak die alleen door wedergeboorte verkregen kon worden
Zie Deut 10:15 en 16 en Deut 30:6 het teken is daar ook belofte en eis net als in ons doopformulier.
15 Alleenlijk heeft de HEERE lust gehad aan uw vaderen, om die lief te hebben, en heeft hun zaad na hen, ulieden, uit al de volken verkoren, gelijk het te dezen dage is.
16 Besnijdt dan de voorhuid uws harten, en verhardt uw nek niet meer.
6 En de HEERE, uw God, zal uw hart besnijden , en het hart van uw zaad, om den HEERE , uw God, lief te hebben met uw ganse hart en met uw ganse ziel, opdat gij levet .
6 En de HEERE, uw God, zal uw hart besnijden, en het hart van uw zaad, om den HEERE, uw God, lief te hebben met uw ganse hart en met uw ganse ziel, opdat gij levet. 7 En de HEERE, uw God, zal al die vloeken leggen op uw vijanden en op uw haters, die u vervolgd hebben. 8 Gij dan zult u bekeren, en der stemme des HEEREN gehoorzaam zijn, en gij zult doen al Zijn geboden, die ik u heden gebiede. 9 En de HEERE, uw God, zal u doen overvloeien in al het werk uwer hand, in de vrucht uws buiks, en in de vrucht uwer beesten, en in de vrucht uws lands, ten goede; want de HEERE zal wederkeren, om Zich over u te verblijden ten goede, gelijk als Hij Zich over uw vaderen verblijd heeft; 10 Wanneer gij der stemme des HEEREN, uws Gods, zult gehoorzaam zijn, houdende Zijn geboden en Zijn inzettingen, die in dit WETBOEK geschreven zijn; wanneer GIJ U ZULT BEKEREN tot den HEERE, uw God, met uw ganse hart en met uw ganse ziel. 11 Want ditzelve gebod, hetwelk ik u heden gebiede, dat is van u niet verborgen, en dat is niet verre.
Gelden deze beloftes niet voor Israel, Zijn verbondsvolk?
Is de gemeente ook verbondsvolk?Zo ja, waar vind ik dat?
(''Immers, zij zijn Israelieten, hunner is de aanneming tot zonen en de heerlijkheid EN DE VERBONDEN en de WETGEVING'' etc.)
De scheidingsmuur is dan wel weg, maar Paulus maakt toch voortdurend een onderscheid tussen Israelieten en heidenen, het verbondsvolk en de gemeente.
Ook leerde hij dat de heidenen verder geen juk opgelegd zou worden, etc.
Zijn wij niet slechts MEDE-erfgenamen?