-DIA- schreef:Geloofsverlangen?
Nu stalt de donk're winter weer haar schone schatten uit.
De oude dwaze wereld kraakt en kreunt in on- en bijgeloof
Welhaast verheven als het sierraad van een rode roos.
En koude wind blaast nu het leven van het leven uit.
De huizen van de wereld zijn vervuld met vrolijk Sint-gezang
Weg is het lied van blijde vreugdezangen
Nu klinkten and're klanken door de weelderige gangen
Het wordt voor mensen die de Sint niet kennen nu wel bang!
Een springvloed van cadeaus en overvolle winkels
Is snel voorbij, en leeg is weer het mensenhart
En mensen die de Sint met vreugd' omarmden komen weer in smart
In laatste vreugde-poging hoort men nog naar kerstbel-rinkels!
Dan is het op, het is voorbij, zo gaat het leven door
Op weinig plaatsen in het land leent zich een oor
Aan ander, Heilig smetteloos verlangen...
-DIA-
-----------------------------------------------------------
Er is nog een topic over Sinterklaas... Ik heb destijds in haast daar een gedichtje gemaakt,
een sonnet, spreekt me altijd nog wel een beetje aan. Het is een beetje naar een gedicht van Marinus Nijsse.
Schoot me net weer te binnen.
Misschien de regels voor een sonnet nog even toetsen?
http://klassiekegedichten.net/wb/sonnet.html
Sonnet - Een gedicht van veertien regels dat in principe gebonden is aan strenge regels van rijm en structuur.
Het klassieke, Italiaanse of Petrarca-sonnet is geschreven in vijfvoetige jambische versregels, en opgebouwd uit twee kwatrijnen met rijmschema abba/abba (samen het octaaf) en twee terzetten met rijmschema cdc/dcd (samen het sextet). Octaaf en sextet staan in een zekere verhouding tot elkaar: het octaaf bevat bijvoorbeeld een bepaalde gedachtegang, gevoelsstroom of verbeelding, het sextet reageert met een conclusie, toepassing, tegenstelling of verbeelding. Deze verandering heet de chute of de volta (val, wending).
Het Engelse of Shakespeare-sonnet bestaat uit veertien regels die gewoonlijk als één geheel worden afgedrukt, maar die door het gehanteerde rijmschema (ababcdcdefefgg) eigenlijk bestaan uit drie kwatrijnen en een distichon. Deze twee laatste verzen vertonen vaak typografisch een wat ander beeld en geven meestal een conclusie, een vaststelling of een bepaald standpunt. Hier ligt de wending dus na de twaalfde regel in plaats van na de achtste.
Noem het geen sonnet als het geen sonnet is, zou ik zeggen. Noem het dan maar gewoon gedicht of zo.
Maar afgezien daarvan: een mooie 5 december toegewenst.