Even een vraag valt een legging onder leer en leven?Jantje schreef:Als het kerkenraadslid daar commentaar op geeft, heeft hij in ieder geval ds. Van Aalst aan zijn zijde, die er een zeer behartigenswaardig artikel over schreef, nu al weer een tiental jaren geleden. Daar zou hij naar kunnen verwijzen. Maar het feit dat die opmerking van de ouderling voor sommigen al genoeg schijnt te zijn om het kerkverband te verlaten, dát steekt mij. Dát vind ik zorgelijk.eilander schreef:Krijgen we dan de volgende situatie?Nasrani schreef:Het gaat niet om commentaar geven op kerkenraadsleden. Het gaat erom dat er kerkenraadsleden zijn en kerkenraden die willen heersen over hun gemeenteleden. Die gaan bepalen of ze wel of niet naar een avond mogen waar de bijbel besproken wordt..... Of dat kleine kinderen wel of geen legging aan mogen... En inderdaad die zich bemoeien met het uiterlijk van een vrouw als het gaat om een broek.Jantje schreef:@DIA heeft wel gelijk. En zeker in de post waar jij nu op reageert, @Nasrani. Vroeger had men het niet eens bedacht om commentaar te leveren op kerkenraadsleden. Maar nu, als de kerkenraad bepaalde dingen zegt, al is het maar een standpunt over een lange broek vrouwen, dan is dat al de aanleiding om het kerkverband te verlaten, of je nu uiterst links kerkt (daar is er dan wellicht een andere reden) of uiterst rechts, het gebeurt in de volledige breedte van de Gereformeerde Gemeenten.
- kerkenraadslid zegt iets over legging --> die draag ik niet --> 'denk erom, geen commentaar op ambtsdrager geven, ze zijn onze eer waardig!'
of
- kerkenraadslid zegt iets over legging --> die draag ik ook --> 'kerkenraadslid heerst over gemeentelid, waar bemoeit hij zich mee?'
Zelf heb ik daar een ander idee bij, Rom 14 : 5 De een acht wel den enen dag boven den anderen dag, maar de ander acht al de dagen gelijk. Een iegelijk zij in zijn eigen gemoed ten volle verzekerd.
Jacobus 1 gaat toch meer over het Woord horen en doen
19 Zo dan, mijn geliefde broeders, een iegelijk mens zij ras om te horen, traag om te spreken, traag tot toorn;
20 Want de toorn des mans werkt Gods gerechtigheid niet.
21 Daarom, afgelegd hebbende alle vuiligheid en overvloed van boosheid, ontvangt met zachtmoedigheid het Woord dat in u geplant wordt, hetwelk uw zielen kan zalig maken.
22 En zijt daders des Woords, en niet alleen hoorders, uzelven met valse overlegging bedriegende.
23 Want zo iemand een hoorder is des Woords en niet een dader, die is een man gelijk, welke zijn aangeboren aangezicht bemerkt in een spiegel;
24 Want hij heeft zichzelven bemerkt, en is weggegaan, en heeft terstond vergeten hoedanig hij was.
25 Maar die inziet in de volmaakte wet, die der vrijheid is, en daarbij blijft, deze geen vergetelijk hoorder geworden zijnde, maar een dader des werks, deze, zeg ik, zal gelukzalig zijn in dit zijn doen.
26 Indien iemand onder u dunkt dat hij godsdienstig is, en zijn tong niet in toom houdt, maar zijn hart verleidt, dezes godsdienst is ijdel.
27 De zuivere en onbevlekte godsdienst voor God en den Vader is deze: wezen en weduwen bezoeken in hun verdrukking, en zichzelven onbesmet bewaren van de wereld.