Volmaaktheid in de menselijke sfeer.

Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9087
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Kaw schreef:
Bert Mulder schreef:Verder doet God zelf de deur open
Openbaring 3:20 Zie, Ik sta aan de deur, en Ik klop; indien iemand Mijn stem zal horen, en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden, en hij met Mij.
Andersom is ook mogelijk.
Niet uit verband trekken, Kaw:
14 En schrijf aan den engel van de Gemeente der Laodicensen:37) Dit zegt de Amen,38) de trouwe, en waarachtige Getuige, het Begin der40) schepping Gods:
15 Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt,41) noch heet; och, of gij koud waart, of heet!
16 Zo dan, omdat gij lauw zijt, en noch koud noch heet, Ik zal u uit Mijn mond spuwen.42)
17 Want gij zegt: Ik ben rijk,43) en verrijkt geworden, en heb geens dings gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en44) naakt.45)
18 Ik raad u dat gij van Mij koopt goud,46) beproefd komende uit47) het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte klederen, opdat48) gij moogt bekleed worden, en de schande uwer naaktheid niet geopenbaard worde; en zalf uw ogen met ogenzalf, opdat gij zien moogt.49)
19 Zo wie Ik liefheb,50) die bestraf en51) kastijd Ik; wees52) dan ijverig, en bekeer u.
20 Zie, Ik sta aan de deur53), en Ik klop; indien iemand Mijn stem zal horen, en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden,55) en hij met Mij.
21 Die overwint, Ik zal hem geven met Mij te zitten in Mijn troon, gelijk als Ik56) overwonnen heb, en ben gezeten met Mijn Vader in Zijn troon.
22 Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt.

53) Ik sta aan de deur
Deze plaats schijnt genomen uit het Hooglied van Salomo, Hoogl. 5:2, waar dergelijk kloppen van den bruidegom Christus aan de deur van Zijn slaperige bruid beschreven wordt; en daardoor wordt verstaan het geestelijk aanmanen van Christus, aan de deur van ons geweten, door Zijn Woord en Geest, om ons uit onze zonden en slaperigheid op te wekken, en Zijn vermaning bij ons plaats te doen hebben.
En de bruid van Christus is de kerk, niet enige bepaalde persoon. Dus Christus klopt aan de deur van de kerk van Laodicea in deze tekst.
Evidently Jesus is standing not at the door of the heart, but at the door of the church in Laodicea. That church had become unfaithful. That church had cast Him out. He was now standing outside. Within, however, there are those whom He loves and whom He would rebuke and chasten, that they may come to repentance and wake up to a new zeal. Therefore He addresses them from without. He admonishes them to wake up. And He promises them who would hear His voice and let Him in that He will sup with them. Once more, the church as a whole seems hopelessly lost. It is miserable beyond redemption. He will spue her out of His mouth. But His own beloved, the elect of God, must not perish with the rest. Hence, He calls them. And He promises them that they shall have communion with Him, the communion of the covenant. That communion they now miss. For in their present condition they cannot exercise conscious communion with their Lord. But if they repent and wake up to a new zeal, they shall again be receptive for all the blessings of Its grace. And wake up the remnant according to the election of grace surely will, when the Lord applies by His powerful grace His Word of admonition to their hearts. The supper is symbol of friendly communion. When therefore the Lord promises that He will sup with His people, He assures them of that most intimate communion of friendship which is the central, the most essential idea of the covenant. He will sup with them! In Him they will sup with the Father and the Son through the Spirit. They shall be restored to that intimate communion with the Triune God which is life. From all this, however, it is quite apparent that the church as a whole is lost, and that only the individual faithful, the individual people of God within the church, shall be saved.
from Behold He Cometh, by Rev. H. Hoeksema
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Adorote

Bericht door Adorote »

Tiberius schreef:
Kaw schreef:
Adorote schreef:Onze vrije wil hebben wij niet verloren ,maar is aan getast door zonde en slechtheid, daaroor is het een moeizaam gebeuren ge worden om tot Hem te komen, maar de droefheid naar God hebben wij niet veloren, en daardoor is het troostrijk daar er Een is die klopt aan de deur van het hart en en wij hoeven maar open te doen ,ook genade trouwens,, maar Hij komt als eerste naar ons toe om ons te behouden .
Adorote die reformatorische uitspraken doet :mrgreen: Het is een wonderlijke dag. Je moet nog even toevoegen dat Hij altijd eerst komt om ons gewillig te maken. Dan komt het wel goed met je op dit forum :!:
Vergis je niet, Kaw.
Dit zijn geen reformatorische uitspraken, maar semi-pelagiaanse.
pelagiaans nul comma nul.
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Adorote schreef:Doe geen reformatorische uit spraken , maar uit spraken die worden geleerd in de Kerk van Jezus Christus, wij kunnen niets anders dan deze Jezus Christus navolgen, totaal..
Maar even wat anders... Ik heb er over zitten nadenken, maar Jezus benadrukt een aantal dingen sterk in zijn leven. Daar is 1 van dat je als rijke niet/zeer moeilijk de hemel zal kunnen ingaan. Het andere is dat als we niet alles achterlaten om Hem te volgen, dat we dan verloren zullen gaan. Ten diepste zijn deze twee dingen nauw verbonden zoals duidelijk wordt bij de rijke jongeling. Ik durf niet te zeggen dat ik alles heb achtergelaten om Jezus te volgen. Ik heb een nogal toffe baan, daarboven nog een vriendin (bijna vrouw) en eigenlijk een heel rijk leven waar ik overigens God dankbaar voor ben. Ik heb min of meer tussen de regels doorgelezen dat jij ongetrouwt je leven heb gestelt in de dienst van God. Ik weet niet wat precies je 'vak' is, maar volgens mij is het niet nodig om Christus te volgen door zo radicaal je af te zonderen van het 'normale' leven. Aan de andere kant weet ik wel dat het vooral geestelijk bedoelt wordt, maar ook weer niet volledig. De rijke jongeling moest zijn spullen achterlaten om Jezus te volgen. Jezus stuurde hem niet naar huis met de boodschap: als je maar vaak genoeg aan Mij denkt. Ik denk dat de huidige christelijke samenleving hier geen antwoord op Jezus heeft en dat jouw 'vak'/ambt roemenswaardig is in de lijn van Paulus, maar dat Jezus daar ook weer niet op doelt, want we kunnen niet allemaal als een monnik leven.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 9054
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Bericht door J.C. Philpot »

Adorote schreef:
Tiberius schreef:
Kaw schreef:
Adorote schreef:Onze vrije wil hebben wij niet verloren ,maar is aan getast door zonde en slechtheid, daaroor is het een moeizaam gebeuren ge worden om tot Hem te komen, maar de droefheid naar God hebben wij niet veloren, en daardoor is het troostrijk daar er Een is die klopt aan de deur van het hart en en wij hoeven maar open te doen ,ook genade trouwens,, maar Hij komt als eerste naar ons toe om ons te behouden .
Adorote die reformatorische uitspraken doet :mrgreen: Het is een wonderlijke dag. Je moet nog even toevoegen dat Hij altijd eerst komt om ons gewillig te maken. Dan komt het wel goed met je op dit forum :!:
Vergis je niet, Kaw.
Dit zijn geen reformatorische uitspraken, maar semi-pelagiaanse.
pelagiaans nul comma nul.
Jawel, de uitspraak "maar de droefheid naar God hebben wij niet veloren" is niet bijbels.

Rom 3:11: Er is niemand, die verstandig is, er is niemand, die God zoekt.

Overigens is dat geen reden tot vrome en valse lijdelijkheid, maar des te meer reden om tot de Ark des behouds te vluchten. Anders zullen we door eigen schuld met al onze theologische correctheid verloren gaan.
Laatst gewijzigd door J.C. Philpot op 13 feb 2007, 16:53, 1 keer totaal gewijzigd.
Adorote

Bericht door Adorote »

Kaw schreef:
Adorote schreef:Doe geen reformatorische uit spraken , maar uit spraken die worden geleerd in de Kerk van Jezus Christus, wij kunnen niets anders dan deze Jezus Christus navolgen, totaal..
Maar even wat anders... Ik heb er over zitten nadenken, maar Jezus benadrukt een aantal dingen sterk in zijn leven. Daar is 1 van dat je als rijke niet/zeer moeilijk de hemel zal kunnen ingaan. Het andere is dat als we niet alles achterlaten om Hem te volgen, dat we dan verloren zullen gaan. Ten diepste zijn deze twee dingen nauw verbonden zoals duidelijk wordt bij de rijke jongeling. Ik durf niet te zeggen dat ik alles heb achtergelaten om Jezus te volgen. Ik heb een nogal toffe baan, daarboven nog een vriendin (bijna vrouw) en eigenlijk een heel rijk leven waar ik overigens God dankbaar voor ben. Ik heb min of meer tussen de regels doorgelezen dat jij ongetrouwt je leven heb gestelt in de dienst van God. Ik weet niet wat precies je 'vak' is, maar volgens mij is het niet nodig om Christus te volgen door zo radicaal je af te zonderen van het 'normale' leven. Aan de andere kant weet ik wel dat het vooral geestelijk bedoelt wordt, maar ook weer niet volledig. De rijke jongeling moest zijn spullen achterlaten om Jezus te volgen. Jezus stuurde hem niet naar huis met de boodschap: als je maar vaak genoeg aan Mij denkt. Ik denk dat de huidige christelijke samenleving hier geen antwoord op Jezus heeft en dat jouw 'vak'/ambt roemenswaardig is in de lijn van Paulus, maar dat Jezus daar ook weer niet op doelt, want we kunnen niet allemaal als een monnik leven.


Men moet doen waar men voor geroepen is ,in alle vreugde en blijheid, met voorop het allereerst God boven alles lief hebben totaal.
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Adorote schreef:
Kaw schreef:
Adorote schreef:Doe geen reformatorische uit spraken , maar uit spraken die worden geleerd in de Kerk van Jezus Christus, wij kunnen niets anders dan deze Jezus Christus navolgen, totaal..
Maar even wat anders... Ik heb er over zitten nadenken, maar Jezus benadrukt een aantal dingen sterk in zijn leven. Daar is 1 van dat je als rijke niet/zeer moeilijk de hemel zal kunnen ingaan. Het andere is dat als we niet alles achterlaten om Hem te volgen, dat we dan verloren zullen gaan. Ten diepste zijn deze twee dingen nauw verbonden zoals duidelijk wordt bij de rijke jongeling. Ik durf niet te zeggen dat ik alles heb achtergelaten om Jezus te volgen. Ik heb een nogal toffe baan, daarboven nog een vriendin (bijna vrouw) en eigenlijk een heel rijk leven waar ik overigens God dankbaar voor ben. Ik heb min of meer tussen de regels doorgelezen dat jij ongetrouwt je leven heb gestelt in de dienst van God. Ik weet niet wat precies je 'vak' is, maar volgens mij is het niet nodig om Christus te volgen door zo radicaal je af te zonderen van het 'normale' leven. Aan de andere kant weet ik wel dat het vooral geestelijk bedoelt wordt, maar ook weer niet volledig. De rijke jongeling moest zijn spullen achterlaten om Jezus te volgen. Jezus stuurde hem niet naar huis met de boodschap: als je maar vaak genoeg aan Mij denkt. Ik denk dat de huidige christelijke samenleving hier geen antwoord op Jezus heeft en dat jouw 'vak'/ambt roemenswaardig is in de lijn van Paulus, maar dat Jezus daar ook weer niet op doelt, want we kunnen niet allemaal als een monnik leven.
Men moet doen waar men voor geroepen is ,in alle vreugde en blijheid, met voorop het allereerst God boven alles lief hebben totaal.
Ja, maar hoe doe je dat dan vervolgens in de praktijk? Daar heb ik het over. Jij geeft daar een hele concrete uitdrukking aan door dat beroep te kiezen. Ik doe dat misschien verstandelijk wel, maar zelf vind ik dat het in de praktijk te weinig tot uiting komt.
Adorote

Bericht door Adorote »

Kaw schreef:
Adorote schreef:
Kaw schreef:
Adorote schreef:Doe geen reformatorische uit spraken , maar uit spraken die worden geleerd in de Kerk van Jezus Christus, wij kunnen niets anders dan deze Jezus Christus navolgen, totaal..
Maar even wat anders... Ik heb er over zitten nadenken, maar Jezus benadrukt een aantal dingen sterk in zijn leven. Daar is 1 van dat je als rijke niet/zeer moeilijk de hemel zal kunnen ingaan. Het andere is dat als we niet alles achterlaten om Hem te volgen, dat we dan verloren zullen gaan. Ten diepste zijn deze twee dingen nauw verbonden zoals duidelijk wordt bij de rijke jongeling. Ik durf niet te zeggen dat ik alles heb achtergelaten om Jezus te volgen. Ik heb een nogal toffe baan, daarboven nog een vriendin (bijna vrouw) en eigenlijk een heel rijk leven waar ik overigens God dankbaar voor ben. Ik heb min of meer tussen de regels doorgelezen dat jij ongetrouwt je leven heb gestelt in de dienst van God. Ik weet niet wat precies je 'vak' is, maar volgens mij is het niet nodig om Christus te volgen door zo radicaal je af te zonderen van het 'normale' leven. Aan de andere kant weet ik wel dat het vooral geestelijk bedoelt wordt, maar ook weer niet volledig. De rijke jongeling moest zijn spullen achterlaten om Jezus te volgen. Jezus stuurde hem niet naar huis met de boodschap: als je maar vaak genoeg aan Mij denkt. Ik denk dat de huidige christelijke samenleving hier geen antwoord op Jezus heeft en dat jouw 'vak'/ambt roemenswaardig is in de lijn van Paulus, maar dat Jezus daar ook weer niet op doelt, want we kunnen niet allemaal als een monnik leven.
Men moet doen waar men voor geroepen is ,in alle vreugde en blijheid, met voorop het allereerst God boven alles lief hebben totaal.
Ja, maar hoe doe je dat dan vervolgens in de praktijk? Daar heb ik het over. Jij geeft daar een hele concrete uitdrukking aan door dat beroep te kiezen. Ik doe dat misschien verstandelijk wel, maar zelf vind ik dat het in de praktijk te weinig tot uiting komt.

Zoals ik het al zei Kaw, en breng het in de praktijk, weet dan dat je tegenstand zal krijgen, en je vrienden zal verliezen , maar je krijgt er eeuwigheid voor terug Hem na Volgen , en je scharen onder het Levendschenkend Kruis.
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Bert Mulder schreef:
Kaw schreef:
Bert Mulder schreef:Verder doet God zelf de deur open
Openbaring 3:20 Zie, Ik sta aan de deur, en Ik klop; indien iemand Mijn stem zal horen, en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden, en hij met Mij.
Andersom is ook mogelijk.
Niet uit verband trekken, Kaw:
14 En schrijf aan den engel van de Gemeente der Laodicensen:37) Dit zegt de Amen,38) de trouwe, en waarachtige Getuige, het Begin der40) schepping Gods:
15 Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt,41) noch heet; och, of gij koud waart, of heet!
16 Zo dan, omdat gij lauw zijt, en noch koud noch heet, Ik zal u uit Mijn mond spuwen.42)
17 Want gij zegt: Ik ben rijk,43) en verrijkt geworden, en heb geens dings gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en44) naakt.45)
18 Ik raad u dat gij van Mij koopt goud,46) beproefd komende uit47) het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte klederen, opdat48) gij moogt bekleed worden, en de schande uwer naaktheid niet geopenbaard worde; en zalf uw ogen met ogenzalf, opdat gij zien moogt.49)
19 Zo wie Ik liefheb,50) die bestraf en51) kastijd Ik; wees52) dan ijverig, en bekeer u.
20 Zie, Ik sta aan de deur53), en Ik klop; indien iemand Mijn stem zal horen, en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden,55) en hij met Mij.
21 Die overwint, Ik zal hem geven met Mij te zitten in Mijn troon, gelijk als Ik56) overwonnen heb, en ben gezeten met Mijn Vader in Zijn troon.
22 Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt.

53) Ik sta aan de deur
Deze plaats schijnt genomen uit het Hooglied van Salomo, Hoogl. 5:2, waar dergelijk kloppen van den bruidegom Christus aan de deur van Zijn slaperige bruid beschreven wordt; en daardoor wordt verstaan het geestelijk aanmanen van Christus, aan de deur van ons geweten, door Zijn Woord en Geest, om ons uit onze zonden en slaperigheid op te wekken, en Zijn vermaning bij ons plaats te doen hebben.
En de bruid van Christus is de kerk, niet enige bepaalde persoon. Dus Christus klopt aan de deur van de kerk van Laodicea in deze tekst.
Evidently Jesus is standing not at the door of the heart, but at the door of the church in Laodicea. That church had become unfaithful. That church had cast Him out. He was now standing outside. Within, however, there are those whom He loves and whom He would rebuke and chasten, that they may come to repentance and wake up to a new zeal. Therefore He addresses them from without. He admonishes them to wake up. And He promises them who would hear His voice and let Him in that He will sup with them. Once more, the church as a whole seems hopelessly lost. It is miserable beyond redemption. He will spue her out of His mouth. But His own beloved, the elect of God, must not perish with the rest. Hence, He calls them. And He promises them that they shall have communion with Him, the communion of the covenant. That communion they now miss. For in their present condition they cannot exercise conscious communion with their Lord. But if they repent and wake up to a new zeal, they shall again be receptive for all the blessings of Its grace. And wake up the remnant according to the election of grace surely will, when the Lord applies by His powerful grace His Word of admonition to their hearts. The supper is symbol of friendly communion. When therefore the Lord promises that He will sup with His people, He assures them of that most intimate communion of friendship which is the central, the most essential idea of the covenant. He will sup with them! In Him they will sup with the Father and the Son through the Spirit. They shall be restored to that intimate communion with the Triune God which is life. From all this, however, it is quite apparent that the church as a whole is lost, and that only the individual faithful, the individual people of God within the church, shall be saved.
from Behold He Cometh, by Rev. H. Hoeksema
Daar is ds. Hoeksema weer... ;)

Lucas 12:
36 En zijt gij den mensen gelijk, die op hun heer wachten, wanneer hij wederkomen zal van de bruiloft, opdat, als hij komt en klopt, zij hem terstond mogen opendoen.

En er is nog een tekst die ik zo niet kan vinden, maar waar Jezus klopt aan onze deur.

Daarnaast staat de persoon hier als enkelvoud. Ook in openbaringen 3. Je hebt gelijk als je zegt dat dit Woorden van Jezus zijn voor een specifieke gemeente. Maar het is wel in het verband met de rest van de tekst dat het hier net zo goed gaat om de individuele leden uit de gemeente.
"19 Zo wie Ik liefheb,50) die bestraf en51) kastijd Ik; wees52) dan ijverig, en bekeer u.
20 Zie, Ik sta aan de deur53), en Ik klop; indien iemand Mijn stem zal horen, en de deur opendoen, Ik zal tot hem inkomen, en Ik zal met hem avondmaal houden,55) en hij met Mij.
21 Die overwint, Ik zal hem geven met Mij te zitten in Mijn troon, gelijk als Ik56) overwonnen heb, en ben gezeten met Mijn Vader in Zijn troon.
22 Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt."
Dit zijn allemaal stuk voor stuk elementen die je als individu moet doen. Je kunt je als gemeente wel bekeren, maar het is toch vooral het individu die zich moet bekeren. Anders zou je immers via een gemeentelidmaadschap zalig kunnen worden. Zo is het ook met de rest van de tekst en mag vers 20 ook als een persoonlijke boodschap gelezen worden. Je aanhalen van de kanttekeningen doet niets af van de betekenis in deze zin.
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9087
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Kaw schreef: Lucas 12:
36 En zijt gij den mensen gelijk, die op hun heer wachten, wanneer hij wederkomen zal van de bruiloft, opdat, als hij komt en klopt, zij hem terstond mogen opendoen.
Weer in het verband, Kaw:
32 Vreest niet, gij klein kuddeken, want het is uws Vaders welbehagen, ulieden het Koninkrijk te geven.32)
33 Verkoopt hetgeen gij hebt,33) en geeft aalmoes. Maakt uzelven buidels, die niet verouden, een schat, die niet afneemt, in de hemelen, daar de dief niet bijkomt, noch de mot verderft.
34 Want waar uw schat is, aldaar zal ook uw hart zijn.
35 Laat uw lendenen omgord zijn,34) en de kaarsen brandende.
36 En zijt gij den mensen gelijk, die op hun heer wachten,35) wanneer hij wederkomen zal van de bruiloft,36) opdat, als hij komt en klopt, zij hem terstond mogen opendoen.
37 Zalig zijn die dienstknechten, welke de heer, als hij komt, zal wakende vinden. Voorwaar, Ik zeg u, dat hij zich zal omgorden, en zal hen doen aanzitten, en bijkomende, zal hij hen dienen.
38 En zo hij komt in de tweede nacht wake,37) en komt in de derde wake, en vindt hen alzo, zalig zijn dezelve dienstknechten.
39 Maar weet dit, dat, indien de heer des huizes geweten had, in welke ure de dief zou komen, hij zou gewaakt hebben, en zou zijn huis niet hebben laten doorgraven.
40 Gij dan, zijt ook bereid; want in welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen.38)
41 En Petrus zeide tot Hem: Heere! zegt Gij deze gelijkenis tot ons, of ook tot allen?
42 En de Heere zeide: Wie is dan de getrouwe en voorzichtige huisbezorger, dien de heer over zijn dienstboden zal zetten, om hun ter rechter tijd het bescheiden deel39) spijze te geven?
43 Zalig is de dienstknecht, welken zijn heer, als hij komt, zal vinden, alzo doende.
44 Waarlijk, Ik zeg ulieden, dat hij hem over al zijn goederen zetten zal.
45 Maar indien dezelve dienstknecht in zijn hart zou zeggen: Mijn heer vertoeft te komen; en zou beginnen de knechten en de dienstmaagden te slaan, en te eten en te drinken, en dronken te worden;
46 Zo zal de heer deszelven dienstknechts komen ten dage, in welken hij hem niet verwacht, en ter ure, die hij niet weet; en zal hem afscheiden,40) en zal zijn deel zetten met de ontrouwen.41)
47 En die dienstknecht, welke geweten heeft den wil zijns heeren, en zich niet bereid, noch naar zijn wil gedaan heeft, die zal met vele slagen geslagen worden.
48 Maar die denzelven niet geweten heeft, en gedaan heeft dingen, die slagen waardig zijn, die zal met weinige slagen geslagen worden. En een iegelijk, wien veel gegeven is, van dien zal veel geeist worden; en wien men veel vertrouwd heeft,42) van dien zal men overvloediger eisen.
49 Ik ben gekomen, om vuur op de aarde te werpen;43) en wat wil Ik,44) indien het alrede ontstoken is?
blijkt hier duidelijk, dat Hij hier de discipelen aanspoord getrouw te zijn.

Verder over die tekst in Openbaringen, Hij klopt daar niet aan een bepaald persoon's hart, Hij klopt aan de kerk voor de getrouwen, om tot Hem weder te keren.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Bert Mulder schreef:blijkt hier duidelijk, dat Hij hier de discipelen aanspoord getrouw te zijn.
Als de dingen die Hij zegt tegen Zijn discipelen alleen geldt voor Zijn discipelen, dan vervalt er een hoop...
Bert Mulder schreef:Verder over die tekst in Openbaringen, Hij klopt daar niet aan een bepaald persoon's hart, Hij klopt aan de kerk voor de getrouwen, om tot Hem weder te keren.
Maar wat wil je hier nu mee zeggen Bert? Ben je er op tegen dat ik zeg dat God aan ons hart klopt?
1 Ik ben gevonden van hen, die [naar] [Mij] niet vraagden; Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; tot het volk, dat naar Mijn Naam niet genoemd was, heb Ik gezegd: Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik.
2 Ik heb Mijn handen uitgebreid, den gansen dag tot een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die niet goed is, naar hun [eigen] gedachten.
3 Een volk, Mij geduriglijk tergende in Mijn aangezicht, in hoven offerende, en rokende op tichelstenen;
4 Zittende bij de graven, zo vernachten zij bij degenen, die bewaard worden, etende zwijnenvlees, en er is sap van gruwelijke dingen in hun vaten.
5 Die daar zeggen: Houd u tot uzelven, en naak tot mij niet, want ik ben heiliger dan gij. Dezen zijn een rook in Mijn neus, een vuur, den gansen dag brandende.
6 Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschreven; Ik zal niet zwijgen, maar Ik zal vergelden, ja, in hun boezem zal Ik vergelden;
7 Uw ongerechtigheden, en uwer vaderen ongerechtigheden tegelijk, zegt de HEERE, die gerookt hebben op de bergen, en Mij smaadheid aangedaan hebben op de heuvelen; daarom zal Ik hun vorig werkloon in hun boezem weder toemeten.
8 Alzo zegt de HEERE: Gelijk wanneer men most in een bos druiven vindt, men zegt: Verderf ze niet, want er is een zegen in; alzo zal Ik het om Mijner knechten wil doen, dat Ik hen niet allen verderve.
9 En Ik zal zaad uit Jakob voortbrengen, en uit Juda een erfbezitter van Mijn bergen; en Mijn uitverkorenen zullen het erfelijk bezitten, en Mijn knechten zullen aldaar wonen.
10 En Saron zal tot een schaapskooi worden, en het dal van Achor tot een runderleger, voor Mijn volk, dat Mij gezocht heeft.
11 Maar gij verlaters des HEEREN, gij vergeters van den berg Mijner heiligheid, gij aanrichters ener tafel voor die bende, en gij opvullers des dranks voor dat getal!
12 Ik zal ulieden ook ten zwaarde tellen, dat gij allen u ter slachting zult krommen, omdat Ik geroepen heb, maar gij hebt niet geantwoord, Ik gesproken heb, maar gij hebt niet gehoord, maar hebt gedaan, dat kwaad was in Mijn ogen, en hebt verkoren hetgeen, waaraan Ik geen lust heb.
13 Daarom zegt de Heere HEERE alzo: Ziet, Mijn knechten zullen eten, doch gijlieden zult hongeren; ziet, Mijn knechten zullen drinken, doch gijlieden zult dorsten; ziet, Mijn knechten zullen blijde zijn, doch gijlieden zult beschaamd zijn.
14 Ziet, Mijn knechten zullen juichen van goeder harte, maar gijlieden zult schreeuwen van weedom des harten, en van verbreking des geestes zult gij huilen.
15 En gijlieden zult uw naam Mijn uitverkorenen tot een vervloeking laten; en de Heere HEERE zal ulieden doden, maar Zijn knechten zal Hij met een anderen naam noemen;
16 Zodat, wie zich zegenen zal op aarde, die zal zich zegenen in den God der waarheid; en wie zal zweren op aarde, die zal zweren bij den God der waarheid, omdat de vorige benauwdheden zullen vergeten zijn, en omdat zij voor Mijn ogen verborgen zijn.
17 Want ziet, Ik schep nieuwe hemelen en een nieuwe aarde; en de vorige dingen zullen niet [meer] gedacht worden, en zullen in het hart niet opkomen.
18 Maar weest gijlieden vrolijk, en verheugt u tot in der eeuwigheid [in] hetgeen Ik schep; want ziet, Ik schep Jeruzalem een verheuging, en haar volk een vrolijkheid.
19 En Ik zal Mij verheugen over Jeruzalem, en vrolijk zijn over Mijn volk; en in haar zal niet meer gehoord worden de stem der wening, noch de stem des geschreeuws.
20 Van daar zal niet meer wezen een zuigeling van [weinig] dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen; want een jongeling zal sterven, honderd jaren oud zijnde, maar een zondaar, honderd jaren oud zijnde, zal vervloekt worden.
21 En zij zullen huizen bouwen en bewonen, en zij zullen wijngaarden planten, en derzelver vrucht eten.
22 Zij zullen niet bouwen, dat het een ander bewone; zij zullen niet planten, dat het een ander ete, want de dagen Mijns volks zullen zijn als de dagen eens booms, en Mijn uitverkorenen zullen het werk hunner handen verslijten.
23 Zij zullen niet tevergeefs arbeiden, noch baren ter verstoring; want zij zijn het zaad der gezegenden des HEEREN, en hun nakomelingen met hen.
24 En het zal geschieden, eer zij roepen, zo zal Ik antwoorden; terwijl zij nog spreken, zo zal Ik horen.
25 De wolf en het lam zullen te zamen weiden, en de leeuw zal stro eten als een rund, en stof zal de spijze der slang zijn; zij zullen geen kwaad doen noch verderven op Mijn gansen heiligen berg zegt de HEERE.
Wie oren heeft die hore.
17 Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods.
18 Maar ik zeg: Hebben zij het niet gehoord? Ja toch, hun geluid is over de gehele aarde uitgegaan, en hun woorden tot de einden der wereld.
19 Maar ik zeg: Heeft Israel het niet verstaan? Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden tot jaloersheid verwekken door [degenen, die] geen volk [zijn]; door een onverstandig volk zal ik u tot toorn verwekken.
20 En Jesaja verstout zich, en zegt: Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; Ik ben openbaar geworden dengenen, die naar Mij niet vraagden.
21 Maar tegen Israel zegt Hij: Den gehelen dag heb Ik Mijn handen uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk.
tot het volk, dat naar Mijn Naam niet genoemd was, heb Ik gezegd: Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik.
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9087
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Je geeft hier jezelf antwoord, Kaw:
Kaw schreef:
1. Ik ben gevonden van hen, die [naar] [Mij] niet vraagden; Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; tot het volk, dat naar Mijn Naam niet genoemd was, heb Ik gezegd: Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik.
2 Ik heb Mijn handen uitgebreid, den gansen dag tot een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die niet goed is, naar hun [eigen] gedachten.
3 Een volk, Mij geduriglijk tergende in Mijn aangezicht, in hoven offerende, en rokende op tichelstenen;
Wie oren heeft die hore.
17 Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods.
18 Maar ik zeg: Hebben zij het niet gehoord? Ja toch, hun geluid is over de gehele aarde uitgegaan, en hun woorden tot de einden der wereld.
19 Maar ik zeg: Heeft Israel het niet verstaan? Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden tot jaloersheid verwekken door [degenen, die] geen volk [zijn]; door een onverstandig volk zal ik u tot toorn verwekken.
20 En Jesaja verstout zich, en zegt: Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; Ik ben openbaar geworden dengenen, die naar Mij niet vraagden.
21 Maar tegen Israel zegt Hij: Den gehelen dag heb Ik Mijn handen uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk.
tot het volk, dat naar Mijn Naam niet genoemd was, heb Ik gezegd: Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik.
Zoals er geschreven staat, ze hebben Mij niet gezocht. God heeft hun gezocht, en levendgemaakt, zodat ze konden horen. De zaligmaking begint ALTIJD met God.

Verder over Lukas, dat is duidelijk tot de kerk, dat is de gelovigen gericht.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Bert Mulder schreef:Zoals er geschreven staat, ze hebben Mij niet gezocht. God heeft hun gezocht, en levendgemaakt, zodat ze konden horen. De zaligmaking begint ALTIJD met God.

Verder over Lukas, dat is duidelijk tot de kerk, dat is de gelovigen gericht.
Daarom klopt God niet aan ons hart? Omdat dit een remonstrantse redenatie zou zijn? Waarom komen beide teksten dan in 1 zin achter elkaar voor? "Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik. Ik heb Mijn handen uitgebreid, den gansen dag tot een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die niet goed is, naar hun [eigen] gedachten. " Of wordt dit maar voor het gemak weg geredeneerd?
Gebruikersavatar
Afgewezen
Berichten: 17323
Lid geworden op: 12 mei 2005, 21:50

Bericht door Afgewezen »

Jullie halen er toch ook altijd de uitverkiezing bij! :wink:
Gebruikersavatar
Kaw
Berichten: 5448
Lid geworden op: 07 jun 2003, 08:42
Contacteer:

Bericht door Kaw »

Afgewezen schreef:Jullie halen er toch ook altijd de uitverkiezing bij! :wink:
Laat ons nou maar lekker mekkeren Afgewezen ;)
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9087
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Kaw schreef:
Bert Mulder schreef:Zoals er geschreven staat, ze hebben Mij niet gezocht. God heeft hun gezocht, en levendgemaakt, zodat ze konden horen. De zaligmaking begint ALTIJD met God.

Verder over Lukas, dat is duidelijk tot de kerk, dat is de gelovigen gericht.
Daarom klopt God niet aan ons hart? Omdat dit een remonstrantse redenatie zou zijn? Waarom komen beide teksten dan in 1 zin achter elkaar voor? "Ziet, [hier] ben Ik, ziet, [hier] ben Ik. Ik heb Mijn handen uitgebreid, den gansen dag tot een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die niet goed is, naar hun [eigen] gedachten. " Of wordt dit maar voor het gemak weg geredeneerd?
God klopt niet alleen aan het hart van Zijn volk, Hij geeft hen een nieuw hart. Uit genade alleen.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Plaats reactie