Herman schreef:
De normale reformatorische opvatting op de prediking is dat het antwoord geeft op de vraag hoe krijg ik een genadige God. Die vraag staat centraal, en als die vraag niet meer het uitgangspunt wordt van de prediking, dan kan je nog wel iets over genade bepreken, maar dan mist het gereformeerde diepgang.
Ik vind die vraag helemaal niet centraal staan. De vraag is bovendien nogal ongelukkig geformuleerd, God is namelijk genadig.
De actualiteit van het Evangelie plaatsen buiten de hoofdvraag van de schrift is niet nieuw. Ook de generatie van na Nietszche, zeg maar, stelde de vraag naar het bestaan van God zodanig op de voorgrond, dat ze van daaruit het Evangelie gingen lezen en inderdaad met bevrijdende inzichten kwamen aandragen.
Wat is de relevantie van het noemen van Nietzsche? Is het antithetische denken bij hem begonnen?
En daarmee konden ze dan verder, zonder zich rekenschap te geven van de gruwelijke hoge schuld voor God en de rechtvaardiging die uit het geloof is. De innerlijke diepgang die daarbij hoort, daar is men dan vreemd van. Vanouds wordt vanuit de gereformeerde theologie daar ernstig stelling tegen gekozen.
Waarom zou je elke preek de schuld die de mensheid op zich heeft geladen centraal stellen? De Bijbel staat vol met opdrachten aan gelovigen hoe ze zich moeten verhouden tot andere mensen. Door actuele ontwikkelingen te gebruiken in een preek, kan een predikant duiden hoe we als gelovigen moeten reageren op deze ontwikkelingen, bijvoorbeeld door aan te sporen ons in te zetten voor de minder bedeelden of mensen die slachtoffer zijn van natuurrampen.