memento schreef:Het is de liefde tot een vertaling die door de jaren heen Gods kinderen heeft onderwezen. Als je daar iets van begrijpt is die vertaling je lief. Dat wordt bedoeld. Dat kan los staan van een discussie over een evt. hertaling.
Dat kan zeker zo zijn. Dat geld ook voor de (ook verouderde) psalmberijming van 1773 (die ik zeker missen zal als ik de vervanging daarvan nog mee mag maken). Alleen, we moeten gevoel en argumenten wel scheiden.
Ik ben (principieel) vóór een nieuwe bijbelvertaling (wat m.i. een heel gereformeerd principe is: de Schrift voor iedereen toegankelijk), ik ben vóór een nieuwe psalmberijming. Alleen, ik zie daar nu geen mogelijkheden voor (ook voor de kerken niet) om dat te realiseren. Alleen: noem dan argumenten waarom je de HSV niet als alternatief ziet, en ga geen argumenten verzinnen om te 'bewijzen' dat de SV nog prima volstaat.
Memento,
Realiseer je wel dat de Joden het Oude Testament nog steeds lezen in de taal van duizenden jaren geleden. Dat
kán kennelijk. We moeten het verschil tussen de taal van de 17e eeuw en de taal van nu niet overdrijven. Met beperkte taalkundige revisie is de Statenvertaling nog steeds goed leesbaar in deze tijd. Het is waar dat de zinnen en betekenissen van teksten vaak lastig zijn, bijvoorbeelde in de Profeten en de zendbrieven, maar dat los je met een nieuwe vertaling niet op. Voor sommige verzen in de profeten lopen de verklaringen vér uiteen. Naar mijn overtuiging mag je dat niet 'oplossen' door in plaats van te vertalen de toevlucht te nemen tot een omschrijvende (onzekere) interpretatie zoals in de meeste vertalingen tegenwoordig wél gebeurt. Wanneer je de Bijbel volgens dezelfde methode vertaalt als de Statenvertaling, dan zul je in het hedendaags Nederlands op een vertaling uitkomen die niet eens zo heel veel van de Statenvertaling zal verschillen. Inderdaad, verouderde woorden komen dan niet meer voor, maar óók in de Statenvertaling kunnen verouderde woorden worden vervangen, een nieuwe vertaling is daarvoor niet nodig. De zinsbouw zal in een nieuwe vertaling evenmin veel anders worden, mits net als de Statenvertaling gekozen wordt voor een strikt brontaalgerichte methode waarin zeer nauw aangesloten wordt bij woordkeus en zinsbouw van de grondtekst. Ook Bijbelse begrippen zullen in een nieuwe vertaling niet anders worden. Ten slotte zullen moeilijke passages in bepaalde hoofdstukken even moeilijk blijven in een nieuwe vertaling. Tenminste, zolang op soortgelijke wijze vertaald wordt als in de Statenvertaling. Het 'moeilijke' van de Statenvertaling zit namelijk niet in het Nederlands van de 17e eeuw, maar in het feit dat men zo dicht mogelijk gebleven is bij de Hebreeuwse en Griekse taal. Ik heb zelf verschillende hoofdstukken van de Bijbel voor mijzelf (vrijwel woordelijk) vertaald, naar mijn idee is dat inderdaad gemakkelijker te lezen dan de Statenvertaling, maar toch zijn uiteindelijk de verschillen niet eens bijster groot, zolang je in je vertaling tenminste dicht bij het oorspronkelijke wilt blijven.
Daarnaast: Van ieder mens mag worden verwacht dat hij/zij zich inspant om de Bijbel te leren lezen en zich de Bijbelse begrippen eigen te maken (althans verstandelijk). Ik ben ervan overtuigd dat wanneer dagelijks de Bijbel gelezen wordt (of liever: bestudeerd), dat dan de taal van de Statenvertaling voor bijna niemand te moeilijk is. Ook wennen we dan aan Hebreeuwse constructies zoals 'hoor naar mijn stem' of 'hij viel op zijn aangezicht', enzovoort. Dat levert dan geen enkel probleem meer op. Echt hoor, kinderen op de basisschool begrijpen al dat 'horen' hier tevens inhoudt 'gehoorzamen' en dat 'vallen' hier betekent 'neervallen'. In deze voorbeelden gaat het niet om hertaling van oud-Nederlands, maar om de vraag of onze vertaling de Hebreeuwse spreekwijze volgt of niet. Zoals gezegd, kan iedereen zich deze spreekwijzen voor een belangrijk deel zonder veel moeite eigen maken en met oud Nederlands heeft het niet te maken. Natuurlijk blijft het nodig om terug te kunnen vallen op kanttekeningen of een Bijbelverklaring, ook dat zal bij een nieuwe vertaling niet anders zijn dan bij de Statenvertaling. De Bijbel zal (gelukkig) nooit gelezen kunnen worden als een oppervlakkig boek dat je even kunt uitlezen.
Overigens ben ik niet tegen een betrouwbare nieuwe vertaling die náást de Statenvertaling gebruikt zou kunnen worden (hoewel ik in de huidige situatie liever sommige buitenlandse vertalingen zou willen aanbevelen), maar ik ben er wel zeer op tegen om de Statenvertaling in te ruilen voor iets wat 'gemakkelijker' leest, maar niet nauwkeurig weergeeft wat er in de grondtekst staat.
M.vr.gr.
Zonderling