En tegen wie wordt dit gezegd? En wat was diegene?Wandelende schreef:"Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben?"
Lees Efeze 1 en Romeinen 8 er eens op na! Wel zuiver natuurlijk, maar dat begrijp je.
En tegen wie wordt dit gezegd? En wat was diegene?Wandelende schreef:"Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben?"
Ik maak ook bezwaar tegen de formuleringen van JCRyle alsof in die passieve kenmerken de ware geloofsoefening plaatsvind. Dat is een ander speken dan de NGB. Als het daar over de geloofsoefening gaat, dan is dit het handelen van Gods kinderen:JCRyle schreef:Dat kan je vinden, maar ik vind het ook zeer ongepast als er gesproken wordt over sekte en over dwaling. Daarmee trek je de discussie in een sfeer van jullie zijn fout, wij zijn goed. Jan en alleman is dan nog een gangbare uitdrukking.GJdeBruijn schreef:Ik begrijp wat je bedoelt maar je wijze van formuleren vind ik echt ongepast: "En dat niet voor Jan en alleman".JCRyle schreef:Ja natuurlijk we moeten 'aannemen'. We moeten Jezus aannemen. Laten we het Bijbels houden hé! Dus Bijbels aannemen! Oftewel het is een gave, een geschonken geloof, een geopenbaarde Christus, een geschonken Middelaar van achter het recht. En dat niet voor Jan en alleman, zoals ze hier wel graag doen geloven. Maar voor een verloren zondaarsvolk dat in de diepte getrokken met koorden van eeuwige goedertierenheid.
Laten we een voorbeeld nemen aan Paulus: "En als zij hem een dag gesteld hadden, kwamen er velen in zijn woonplaats; denwelken hij het Koninkrijk Gods uitlegde, en betuigde, en poogde hen te bewegen tot het geloof in Jezus, beide uit de wet van Mozes en de profeten, van des morgens vroeg tot den avond toe."
Dat weet ik, JCRyle.JCRyle schreef:En tegen wie wordt dit gezegd? En wat was diegene?Wandelende schreef:"Maar gij, wie zegt gij, dat Ik ben?"
Lees Efeze 1 en Romeinen 8 er eens op na! Wel zuiver natuurlijk, maar dat begrijp je.
Benoem dan expliciet wat je ongepast vindt als reactie op de betreffende post. Dat schept al wat meer duidelijkheid. Nu is niet echt duidelijk waar je precies op doelt en welke argumenten je precies wilt delen.JCRyle schreef:Dat kan je vinden, maar ik vind het ook zeer ongepast als er gesproken wordt over sekte en over dwaling. Daarmee trek je de discussie in een sfeer van jullie zijn fout, wij zijn goed. Jan en alleman is dan nog een gangbare uitdrukking.
Ik begin me zo langzamerhand af te vragen of het een soort standaardformule aan het worden is: Niet met mij eens? Dan is het een (verkapte) remonstrant.Simon0612 schreef:Al vind ik persoonlijk sommige reacties aardig richting het remonstrantse gaan. .
Filippensen 2:13refo schreef:Het klopt allemaal precies. Maar vindt God ook dat het klopt? Ik lees wel dat God straft als Zijn volk (!) niet luistert, maar niet dat Hij zegt: Ik zorg ervoor dat je luistert. Dat is toch echt het onderdeel wat de mens zelf moet doen. Het hele OT staat er vol van.
En je leest ook niet dat we niets te zeggen hebben, als Hij niemand zou verlossen. Dat is filosofisch wel waar (misschien), maar geen bijbelse waarheid.
Hier heb je het over de uitwerking, maar de roeping is altijd welgemeend,gallio schreef:En een zekere vrouw, met name Lydia, een purperverkoopster, van de stad Thyatira, die God diende, hoorde ons; welker hart de Heere heeft geopend, dat zij acht nam op hetgeen van Paulus gesproken werd.liz boer schreef:Kun je het weerleggen vanuit de Bijbel, de inwendige en uitwendige roeping?pieterrr schreef:liz boer schreef:Ik denk dat je helemaal voorbij gaat aan Geeskes postings. Zij legt duidelijk het verschil uit tussen uitwendige en inwendige roeping. Daar hobbelt jouw reactie helemaal overheen. Moeilijke dingen hoeven geen onware dingen te zijn!maar toem ik jou postings las kon ik het toch niet laten me opnieuw aan te melden, kind... je zegt zulke moeilijke dingen...
Nog een uitleg: ik schrijf dit omdat ze tegenwoordig allemaal maar vanuit verkapt remonstrantisme meepraten. Ze nemen tegenwoordig alles zo makkelijk aan.
Lydia dacht niet na of het in of uitwendig was, ze geloofde, de Heer werkt het, maar de Heere gaat niet voor jou geloven, dat is een geloofsdaad, uitgaande naar de Heere toe!.God is geen man dat Hij liegen zou noch eens mensenkind dat het Hem berouwen zou, zou Hij het zeggen en niet doen of spreken en niet bestendigmaken?
Wat is hier dan de inwendige of uitwendige roeping?Brbndr schreef:Handelingen 17 is een goed voorbeeld. Doch sommige mannen hingen hem aan, en geloofden; onder welke was ook Dionysius, de Areopagiet, en een vrouw, met name Damaris, en anderen met dezelve.liz boer schreef:Kun je het weerleggen vanuit de Bijbel, de inwendige en uitwendige roeping?pieterrr schreef:liz boer schreef:Ik denk dat je helemaal voorbij gaat aan Geeskes postings. Zij legt duidelijk het verschil uit tussen uitwendige en inwendige roeping. Daar hobbelt jouw reactie helemaal overheen. Moeilijke dingen hoeven geen onware dingen te zijn!maar toem ik jou postings las kon ik het toch niet laten me opnieuw aan te melden, kind... je zegt zulke moeilijke dingen...
Nog een uitleg: ik schrijf dit omdat ze tegenwoordig allemaal maar vanuit verkapt remonstrantisme meepraten. Ze nemen tegenwoordig alles zo makkelijk aan.
Dat is een juiste samenvatting!Brbndr schreef:Alle hoorders op die plaats kregen de uitwendige roeping - ernstig en welmenend. Bij degen die geloofden was wat Paulus verkondigde toegepast aan het hart. Dat is de inwendige roeping - en dat is God's werk.
Dat doen we allemaal het liefst! Als we dit bevindelijk mogen komen te verstaan, wij zouden in 't aaklig zwart gaan.JCRyle schreef:
Dus maak nooit meer het verwijt, Jantje, dat ik of Geeske of iemand anders God heimelijk de schuld in de schoenen te schuiven.
(vet en onderstreping door mij, Z.)refo schreef:Ik lees wel dat God straft als Zijn volk (!) niet luistert, maar niet dat Hij zegt: Ik zorg ervoor dat je luistert. Dat is toch echt het onderdeel wat de mens zelf moet doen. Het hele OT staat er vol van.
Dordtse Leerregels III/IV schreef:VERWERPING DER DWALINGEN
De rechtzinnige leer verklaard zijnde, verwerpt de Synode de dwalingen dergenen (...)
6. Die leren: Dat in de ware bekering des mensen geen nieuwe hoedanigheden, krachten of gaven in den wil door God kunnen ingestort worden, en dat overzulks het geloof, waardoor wij eerst bekeerd worden, en waarvan wij gelovigen genoemd worden, niet is een hoedanigheid of gave, van God ingestort, maar alleen een daad des mensen, en dat het niet anders kan gezegd worden een gave te zijn, dan ten aanzien van de macht om daartoe te komen.
Want daarmede wederspreken zij de Heilige Schrift, die getuigt dat God nieuwe hoedanigheden des geloofs, der gehoorzaamheid, en van het gevoel Zijner liefde in onze harten uitstort: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven, en zal die in hun hart schrijven (Jer. 31:33). En: Ik zal water gieten op den dorstige en stromen op het droge; Ik zal Mijn Geest op uw zaad gieten (Jes. 44:3). En: De liefde Gods is in onze harten uitgestort door den Heiligen Geest, Die ons is gegeven (Rom. 5:5). Zulks strijdt ook tegen het gedurig gebruik der Kerke Gods, dewelke bij den profeet aldus bidt: Bekeer mij, zo zal ik bekeerd zijn (Jer. 31:18).
7. Die leren: Dat de genade waardoor wij tot God bekeerd worden, niet anders is dan een zachte aanrading; of (gelijk anderen dit verklaren), dat dit de alleredelste manier van werking is in de bekering des mensen, en die het best overeenkomt met de natuur des mensen, welke door aanrading geschiedt; en dat er niets is, waarom deze aanradende genade alleen niet zou genoegzaam zijn om den natuurlijken mens geestelijk te maken; ja, dat God niet anders de toestemming van den wil voortbrengt, dan door deze wijze van aanrading; en dat de kracht der Goddelijke werking, waardoor zij de werking des satans te boven gaat, hierin bestaat, dat God eeuwige, maar de satan tijdelijke goederen belooft.
Want dit is gans pelagiaans en strijdig tegen de gehele Heilige Schrift; dewelke, behalve deze, nog een andere en veel krachtiger en Goddelijker manier van werking des Heiligen Geestes in de bekering des mensen erkent; gelijk bij Ezechiël: Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlezen hart geven (Ez. 36:26).
Dat is het wel degelijk. Lees Romeinen 2 en 3.Refo schreef:En je leest ook niet dat we niets te zeggen hebben, als Hij niemand zou verlossen. Dat is filosofisch wel waar (misschien), maar geen bijbelse waarheid.
Het is Zijn Naam. In het bevel zit ook de belofte.refo schreef:Het klopt allemaal precies. Maar vindt God ook dat het klopt? Ik lees wel dat God straft als Zijn volk (!) niet luistert, maar niet dat Hij zegt: Ik zorg ervoor dat je luistert. Dat is toch echt het onderdeel wat de mens zelf moet doen. Het hele OT staat er vol van.
En je leest ook niet dat we niets te zeggen hebben, als Hij niemand zou verlossen. Dat is filosofisch wel waar (misschien), maar geen bijbelse waarheid.
Genesis 3:15 / STV
15 En Ik zal²⁵ vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad²⁶ en tussen haar zaad;²⁷ datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het²⁸ de verzenen vermorzelen.
Genesis 17:2-11 / STV 2 En Ik zal Mijn verbond stellen⁵ tussen Mij en tussen u, en Ik zal u gans⁶ zeer vermenigvuldigen. 3 Toen viel Abram⁷ op zijn aangezicht, en God sprak met hem, zeggende: 4 Mij aangaande, zie, Mijn verbond is met u; en gij zult tot een vader van⁸ menigte der volken worden! 5 En uw naam zal niet meer genoemd worden Abram; maar uw naam zal wezen Abraham;⁹ want Ik heb u gesteld tot een vader van menigte der volken. 6 En Ik zal u gans zeer vruchtbaar maken, en Ik zal u tot volken¹⁰ stellen, en koningen zullen uit u voortkomen. 7 En Ik zal Mijn verbond oprichten¹¹ tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten, tot een eeuwig¹² verbond, om u te zijn tot een God, en¹³ uw zaad na u. 8 En Ik zal u, en uw zaad na u, het land uwer¹⁴ vreemdelingschappen geven, het gehele land Kanaän, tot eeuwige¹⁵ bezitting; en Ik zal hun tot een God zijn. 9 Voorts zeide God tot Abraham: Gij nu¹⁶ zult Mijn verbond houden, gij, en uw zaad na u, in hun geslachten. 10 Dit is Mijn verbond,¹⁷ dat gijlieden houden zult tussen Mij, en tussen u, en tussen uw zaad na u: dat al wat mannelijk is,¹⁸ u besneden worde. 11 En gij zult het vlees¹⁹ uwer voorhuid besnijden; en dat zal tot een teken²⁰ zijn van het verbond tussen Mij en tussen u.
Genesis 46:3-4 / STV 3 En Hij zeide: Ik ben die God, uws vaders God; vrees niet⁷ van af te trekken naar Egypte; want Ik zal u aldaar tot een groot volk zetten. 4 Ik zal met u aftrekken⁸ naar Egypte en Ik zal u⁹ doen weder optrekken, mede optrekkende; en Jozef¹⁰ zal zijn hand op uw ogen leggen.
Was dit wat je wilde horen? Of moet ik nog verder gaan? Zal wel veel worden hoor.Exodus 3:10-14 / STV10 Zo kom nu, en Ik zal u tot Farao zenden, opdat gij Mijn volk (de kinderen Israëls) uit Egypte voert. 11 Toen zeide Mozes tot God: Wie ben ik, dat ik tot Farao zou gaan; en dat ik de kinderen Israëls uit Egypte zou voeren? 12 Hij dan zeide: Ik zal voorzeker met u zijn, en dit zal u een teken zijn,¹⁶ dat Ik u gezonden heb: wanneer gij dit volk uit Egypte geleid hebt, zult gijlieden God dienen op dezen berg.¹⁷ 13 Toen zeide Mozes tot God: Zie, wanneer ik kom tot de kinderen Israëls, en zeg tot hen: De God uwer vaderen heeft mij tot ulieden gezonden; en zij mij zeggen: Hoe is Zijn naam? wat zal ik tot hen zeggen? 14 En God zeide tot Mozes: IK ZAL ZIJN, Die IK ZIJN ZAL!¹⁸ Ook zeide Hij: Alzo zult gij tot de kinderen Israëls zeggen: IK ZAL ZIJN heeft mij tot ulieden gezonden!
Exodus 6:6-8 / STV 6 (6–5) Derhalve zeg tot de kinderen Israëls: Ik ben de HEERE! en Ik zal ulieden uitleiden van onder de lasten der Egyptenaren, en Ik zal u redden uit hun dienstbaarheid, en zal u verlossen door een uitgestrekten arm,⁸ en door grote gerichten;⁹ 7 (6–6) En Ik zal ulieden tot Mijn volk aannemen,¹⁰ en Ik zal u tot een God zijn; en gijlieden zult bekennen,¹¹ dat Ik de HEERE uw God ben, Die u uitleide van onder de lasten der Egyptenaren. 8 (6–7) En Ik zal ulieden brengen in dat land, waarover Ik Mijn hand opgeheven heb,¹² dat Ik het aan Abraham, Izak, en Jakob geven zou; en Ik zal het ulieden geven tot een erfdeel, Ik, de HEERE!¹³
Ezechiël 36:23-30 / STV 23 Want Ik zal Mijn groten Naam heiligen,⁴¹ die onder de heidenen ontheiligd is, dien gij in het midden van hen ontheiligd hebt; en de heidenen zullen weten, dat Ik de HEERE ben, spreekt de Heere HEERE, als Ik aan u voor hun ogen⁴² zal geheiligd zijn.⁴³ 24 Want Ik zal u uit de heidenen⁴⁴ halen,⁴⁵ en zal u uit al de landen vergaderen; en Ik zal u in uw land brengen. 25 Dan zal Ik rein water op u sprengen,⁴⁶ en gij zult rein worden; van al uw onreinigheden⁴⁷ en van al uw drekgoden zal Ik u reinigen. 26 En Ik zal u een nieuw hart geven,⁴⁸ en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven. 27 En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u; en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen zult wandelen, en Mijn rechten zult bewaren en doen. 28 En gij zult wonen in het land, dat Ik uw vaderen gegeven heb, en gij zult Mij tot een volk zijn,⁴⁹ en Ik zal u tot een God zijn.⁵⁰ 29 En Ik zal u verlossen van al uw onreinigheden; en Ik zal roepen tot het koren,⁵¹ en zal dat vermenigvuldigen, en Ik zal geen honger op u leggen. 30 En Ik zal de vrucht van het geboomte en de inkomst des velds vermenigvuldigen; opdat gij de smaadheid des hongers niet meer ontvangt onder de heidenen.
Anders is er geen hoop. Zodat je alleen nog maar naar boven kunt staren. O nee, Gij heft mijn hoofd omhoog, en doet m' Uw gunst aanschouwen.Hosea ...want Ik ben God en geen mens,²⁸ de Heilige²⁹ in het midden van u...
Johannes 8:58 / STV58 Jezus zeide tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Eer Abraham was,⁹² ben Ik.⁹³