Zonderling schreef:IK ben het geheel met Huisman eens dat de ontdekking door de Wet voorafgaat aan zowel wedergeboorte als geloof.
De Heilige Geest werkt inderdaad ook al in dode zondaren, maar nog niet zaligmakend.
Een zaligmakende overtuiging van zonden is namelijk veel méér dan een overtuiging van zonden door de Wet!
Gaat volgens jou echt de ontdekking aan de Wet die een zaligmakende uitwerking heeft vooraf aan wedergeboorte en geloof? Heb je daar een Bijbels voorbeeld van? Zoals ik aan Huisman schreef is dit strijdig met Rom. 8: 23 (Eerstelingen des Geestes heiligen de hele massa, zie ktt 61). Ik zou het trouwens wel fijn vinden als jij die vragen die Huisman niet wilde beantwoorden, beantwoordt. Het zou voor mij verhelderend zijn wbt deze discussie.
Ik geloof wel dat er algemene overtuigingen kunnen zijn, die over kunnen gaan in zaligmakende overtuigingen. Ik vraag me af of je dat dan niet meer moet duiden als blijken van God algemene genade i.p.v. werkingen van de Geest in dode zondaren die dan dode zondaren zouden blijven. Ik dacht nml dat de Geest altijd onwederstandelijk werkt.
Ik ben het met je eens dat een zaligmakende overtuiging van zonden is namelijk veel méér dan een overtuiging van zonden door de Wet! Sterker nog: ik denk dat we Wet en Evangelie niet zo uit elkaar moeten trekken.
Zonderling schreef:Een helder stuk van Boston waaruit ik zie dat Boston de ware kennis van zonden beschouwt als een vrucht van wedergeboorte EN geloof.
Dat ben ik met je eens. Je gaat allereerst echt geloven dat je gescheiden bent van God. Omdat er liefde tot God in je hart is uitgestort, heb je daar verdriet over. Zeker als je ziet, dat het je eigen schuld is. Als zo iemand dat ervaart, zal hij niet zeggen: “ja, ik ben wedergeboren en heb Christus niet nodig.” Nee, want hij ziet die gescheiden staat en dat moet goed komen en hij zal direct op zoek gaan naar een Borg voor zijn schuld. Hij weet dat Christus er is tot een Verzoening, maar hij wil dat Hij zijn Borg is! Hij ervaart liefde tot Christus, maar hij wil ook weten of Christus hem liefheeft. Je moet kenmerken van het eerste leven niet loskoppelen van Christus.
Zonderling schreef:
Nogmaals: dat de ware droefheid naar God vrucht is van wedergeboorte, daar ben ik het geheel mee eens. Maar dat is niet het eerste stuk van de catechismus, maar het derde stuk.
Je moet de droefheid naar God niet aan één stuk koppelen maar aan drie en die stukken niet uit elkaar gaan trekken.
2 Kor 7:10:
10 Want de droefheid naar God werkt een onberouwelijke bekering tot zaligheid; maar de droefheid der wereld werkt den dood.
ktt 20 Dat is, die van God komt, Gode aangenaam is, en den zondaar tot God brengt; wanneer namelijk het hart des zondaars daarover recht bedroefd is, dat hij God zijn Vader door zijn zonde vertoornd heeft (1. ellende), met een vertrouwen van de vergeving derzelve door Christus Jezus (2.verlossing) , vergezelschapt met een vast voornemen van de zonde te vlieden (3. dankbaarheid); gelijk de voorbeelden van David, den verloren zoon, de zondares, Petrus en anderen uitwijzen.
ktt 21 Dat is, welke in wereldse mensen is, om het verlies van wereldse zaken, of die uit vrees voor Gods straf alleen wordt veroorzaakt, waarop verharding in de zonde, wanhoop en eindelijk de verdoemenis zelve volgt, gelijk in Kaïn, Achitofel, Achab, Judas en dergelijken te zien is.
Nogmaals: ik ben het met Huisman eens dat de liefde tot Christus direct in de wedergeboorte in het hart wordt uitgestort en ook dat je deel hebt aan al Christus weldaden. Ik ben het met hem oneens dat dat gelijk de bewuste geloofsomhelzing van Christus als jouw Borg en Zaligmaker is.
Bijbelse voorbeelden:
Kananese vrouw: "Groot is uw geloof": Matth. 15:28. Ze wist nog niet dat Jezus zou geven wat ze vroeg, maar ze hield aan. Toevluchtnemend geloof!
En: Luk 7:36-50: eerst betoonde de vrouw haar liefde tot Jezus (geloofsdaden). Later zegt Jezus: uw zonden zijn u vergeven. Zou dat van Gods kant daarvoor niet zo zijn geweest? Ik denk het wel!
Zie ook de toetsstenen uit 1 Joh. 1: 7,8:
7 Geliefden, laat ons elkander liefhebben, want de liefde is uit God; en een iegelijk die liefheeft, is uit God geboren en kent God.
8 Die niet liefheeft, die heeft God niet gekend; want God is Liefde.
En daarom doet die wetsontdekking zo`n kracht: de Wet eis liefde, maar je kunt daar nooit aan voldoen, en je ziet dat een drie-enig God je liefde waard is!