Grace schreef:Men leze de opinie-reactie van ds. A. Bloemendaal uit Groot-Ammers vandaag in het RD op dit stuk. Ik kan het helaas niet digitaal vinden. Blijkbaar is Calvijn een beetje voor de helft geciteerd door ds. m karens.
Hier komt hij:
--------------------------
Streven naar heiligheid niet on-Bijbels
Calvijn roept christenen op tot heiliging van hun leven.
Ds. A. Bloemendal citeert de reformator in reactie op een lezing van ds. M. Karens.
In het RD van zaterdag las ik een verslag van een conferentie voor studerenden van de Gereformeerde Gemeenten. In dit verslag wordt geciteerd uit de lezing die ds. M. Karens uit Werkendam hield met betrekking tot het thema ”De praktijk van de heiligmaking”. Ds. Karens heeft daar duidelijk gemaakt dat heiligmaking geen streven is, maar een sterven, namelijk aan de zonde.
Uitvoerig is ook de reformator Calvijn geciteerd met betrekking tot dit onderwerp. Hoe kan het ook anders, want we lezen voortdurend uitspraken van deze reformator met betrekking tot het zogenaamde Calvijnjaar. Eveneens heeft ds. Karens de gelegenheid aangegrepen om nog eens helder te waarschuwen voor een on-Bijbels heiligheidsstreven. Hij noemt dat een bedreiging voor de kerk.
Terecht, denk ik, en we moeten daar voortdurend op bedacht zijn. Ds. Karens is van mening dat we dit gedachtegoed vinden bij pinkstergroepen en evangelische gemeenten. En ook hier weer moet de stichting Heart Cry genoemd worden, want door de activiteiten van deze beweging zou dit heiligheidsstreven ook de kerken binnenkomen.
Meer te zeggen
Toch wil ik dan nog wel een paar vragen stellen, want begrijpen doe ik het dan niet helemaal. Vooropgesteld: ik deel helemaal de opmerkingen van ds. Karens. Maar is er dan niet méér te zeggen? Is streven naar heiligheid per definitie on-Bijbels? Wat moet ik aan met de volgende citaten van Calvijn, gelezen in de Institutie?
Ik geef een paar gedeelten weer uit hoofdstuk 6 van boek 3, over het leven van de christen. Ik lees daar als volgt: „Dat, daar Christus ons door het bad van Zijn bloed gereinigd heeft, en deze reiniging door de doop heeft meegedeeld, het niet betaamt, dat wij met nieuw vuil bezoedeld worden (Efeze 5:26; Hebreeën 10: 10; 1 Korinthe 6:11, 15; 1 Petrus 1:15 en 19). Dat, daar Hij ons in Zijn lichaam heeft ingelijfd, wij ons er nauwgezet voor moeten hoeden, dat wij onszelf, die Zijn leden zijn, met geen smet of vlek bezoedelen (Johannes 15:3; Efeze 5:23). Dat, daar Hij, die ons Hoofd is, ten hemel is gevaren, wij alle aardse gezindheid moeten afleggen en met ons ganse hart daarheen moeten streven (Kolossensen 3:1).
Dat wij, daar de Heilige Geest ons Gode tot tempelen heeft gewijd, ons ertoe moeten inspannen, dat Gods eer door ons verheerlijkt worde, en niet moeten toelaten, dat wij door de vuilheid der zonde ontheiligd worden (1 Korinthe 3:16; 6:19; 2 Korinthe 6: 16). Dat wij, daar onze ziel en ons lichaam tot de hemelse onverderfelijkheid en tot de onverwelkelijke kroon bestemd zijn, er naarstig naar moeten streven, dat zij zuiver en ongeschonden tot de dag des Heeren bewaard worden (1 Thessalonicensen 5: 23).” Dit is slechts één citaat.
Streven
Nogmaals uit datzelfde hoofdstuk déze woorden van Calvijn: „Wat wil ik dan? Dat het doel der volkomenheid voor ogen gesteld wordt, opdat wij daarop alleen onze ijver mogen richten. Laat zij als eindpaal voor ons gezet worden, opdat wij naar haar streven en wedijveren. Want het is niet geoorloofd zo met God te delen, dat ge van die dingen, die u door Zijn Woord voorgeschreven worden, een deel aanvaardt en een deel naar uw goeddunken voorbij gaat.”
Ten slotte nog een paar vragen van mij: Zou het kunnen dat bepaalde sprekers van Heart Cry een dergelijk streven naar heiligmaking voorstaan zoals Calvijn dat blijkbaar ook bedoelt? Zou het zo kunnen zijn dat bepaalde sprekers van Heart Cry ons een spiegel voorhouden?
De auteur is hervormd predikant in Groot-Ammers.