Het woord zweven betekent ook broeden (zie ook de kanttekening). Daarmee wordt in vers 2 aangegeven dat het voortbrengen van de verdere schepping het werk was van de Geest (en door de Geest Zijns monds al hun heir). Het is dus geen toestand van rust of een tussen-tijdperk.Afgewezen schreef:Ik lees dit dan toch als de 'aankleding' van de hemel, zee en aarde. Want hoe lees je bijv. de tekst 'en de Geest Gods zweefde over de wateren' als de schepping meteen volgde na het ontstaan van de aarde?Zonderling schreef:Kom je dan niet in de knoop met wat in het vierde gebod staat?Afgewezen schreef:Ik mis mijn optie: op een bestaande aarde heeft God geschapen in 6 x 24 uur.Niet alleen in zes dagen 'alles wat daarin is' (namelijk in hemel, aarde en zee), maar ook hemel, aarde en zee zelf.11 Want in zes dagen heeft de HEERE den hemel en de aarde gemaakt, de zee, en alles wat daarin is, en Hij rustte ten zevenden dage; daarom zegende de HEERE den sabbatdag, en heiligde denzelven.
(Overigens: 'alles wat daarin is' wordt door bijna iedereen fout opgevat alsof het alleen bij 'zee' hoort. Wat niet zo is, want het hoort ook bij hemel en aarde gezien het meervoud waarin dit 'daarin' in het Hebreeuws staat. Vandaar de wezenlijke komma na 'zee'.)
Feitelijk verdeel jij de schepping in een pre-schepping van hemel en aarde en dan vervolgens een schepping in zes dagen. Zo kan ik het niet lezen. M.i. wijst het citaat in het vierde gebod heel duidelijk een andere richting aan.