Geplaatst: 27 dec 2007, 12:04
Er tekent zich inderdaad een scheiding van geesten af. Ik geloof niet meer dat het gaat om accentverschillen. Om nog een geijkte kreet te gebruiken: laten we eerlijk met elkaar omgaan. In de discussie over de doodsstaat van de mens roept niemand dat deze niet bestaat. Toch is er een partij die de andere partij beschuldigd van het doodverklaren van die doodsstaat. Niet openlijk, maar stiekum wordt de doodsstaat ontkent wanneer de oproep tot bekering zou moeten leiden tot een "Ik zal mij bekeren en mijn zonden opbiechten en mijn leven wederom in de dienst des Heeren stellen". Het is immers God die bekeerd en leert? Dan ontkent de arminiaanse partij niet en blijft er ook op hameren dat de mens niet uit zichzelf zich kan bekeren, maar dat de mens zich wel moet bekeren. Tot zoverre zijn beide partijen het eens. Maar dan gaat de arminaanse partij nog een stapje verder en beweerd dat de bekering niet moet blijven bij pogingen die er voor moeten zorgen dat het onderwerp afgesneden wordt van elke hoop, maar dat het onderwerp zich daadwerkelijk bekeerd. De rechtzinnige partij parreerd dit door te stellen dat het toch niet mogelijk is dat de mens zich in zijn doodsstaat bekeerd? Een bevredigend antwoord van de arminiaanse partij die recht doet aan het gezonde reformatorische evenwicht tussen de doodsstaat en de verantwoordelijkheid, komt er niet, wat de rechtzinnige partij bevestigd dat de arminiaanse partij het gezonde reformatorische evenwicht overboord heeft gegooit en werkt in eigengerechtigheid.
De arminiaanse partij blijft maar uit de bijbel citeren dat het de mens is die zich moet bekeren en dat de houding van de rechtzinnige partij voortkomt uit een poging om de lijdelijkheid te rechtvaardigen. Dat wordt ontkent, maar de vraag: "hoe ga je er dan mee om?" is zo persoonlijk dat een antwoord uit blijft. Hierdoor heeft de arminaanse partij toch het gevoel dat ze gelijk heeft en dat het uiteindelijk voortvloeid vanuit de rechtvaardiging van de lijdelijkheid. De arminiaanse partij vraagt zich verder af of al die doodstaatpredikers de andere kant van het geloofsleven wel bevindelijk kennen, maar dat wordt ook niet duidelijk.
M.a.w.: Het is een kiezen tussen een dode rechtzinnigheid en een levendige onevenwichtigheid.
Ik kies persoonlijk voor de levendige onevenwichtigheid. Dat mag iedereen weten. Ik heb geen antwoord op alle vragen, maar ik voel me gesteund door de bijbel en de bevinding.
Ik zal de scheiding van geesten nog wat verdiepen met het volgende:
- De bijbel noemt omzien naar de armen en de wees en de weduwe (niet als enige maar) als belangerijkste vrucht van het geloof waaraan we kunnen zien of iemand werkelijk het zaligmakende geloof bezit. Uitingen van zondebezef, belijdenissen van bevinding en kledingkeuzes die passen in de reformatorische traditie zijn geen vruchten waar de bijbel waarde aan hecht.
- Geloven is niet het ervaren van een teken of het bezitten van een gevoel, maar een verstandelijk weten. Iemand die de hiervoorgenoemde vruchten draagt omdat hij leeft naar dat verstandelijk weten, die heeft een zaligmakend geloof.
- Het verbond en zijn beloften staan niet onder de bediening van de uitverkiezing, maar zoals de bijbel ons dat voorhoud onder het niet verbreken of het vervullen van de verbondseis. (Hangt af van welk verbond en de opstelling of er iets vervuld moet worden of dat er iets juist niet verbroken moet worden.)
- Het Lichaam van Christus is niet een fictieve allesoverkoepelende gemeente vol met uitverkoren mensen, maar je plaatselijke gemeente die afgerekend zal worden op zijn functioneren.
- Je zult toch het idee moeten loslaten dat je lijdelijkheid rechtzinnig is en een keuze moeten maken voor God. Je kunt dat het beste hier en nu doen.
De arminiaanse partij blijft maar uit de bijbel citeren dat het de mens is die zich moet bekeren en dat de houding van de rechtzinnige partij voortkomt uit een poging om de lijdelijkheid te rechtvaardigen. Dat wordt ontkent, maar de vraag: "hoe ga je er dan mee om?" is zo persoonlijk dat een antwoord uit blijft. Hierdoor heeft de arminaanse partij toch het gevoel dat ze gelijk heeft en dat het uiteindelijk voortvloeid vanuit de rechtvaardiging van de lijdelijkheid. De arminiaanse partij vraagt zich verder af of al die doodstaatpredikers de andere kant van het geloofsleven wel bevindelijk kennen, maar dat wordt ook niet duidelijk.
M.a.w.: Het is een kiezen tussen een dode rechtzinnigheid en een levendige onevenwichtigheid.
Ik kies persoonlijk voor de levendige onevenwichtigheid. Dat mag iedereen weten. Ik heb geen antwoord op alle vragen, maar ik voel me gesteund door de bijbel en de bevinding.
Ik zal de scheiding van geesten nog wat verdiepen met het volgende:
- De bijbel noemt omzien naar de armen en de wees en de weduwe (niet als enige maar) als belangerijkste vrucht van het geloof waaraan we kunnen zien of iemand werkelijk het zaligmakende geloof bezit. Uitingen van zondebezef, belijdenissen van bevinding en kledingkeuzes die passen in de reformatorische traditie zijn geen vruchten waar de bijbel waarde aan hecht.
- Geloven is niet het ervaren van een teken of het bezitten van een gevoel, maar een verstandelijk weten. Iemand die de hiervoorgenoemde vruchten draagt omdat hij leeft naar dat verstandelijk weten, die heeft een zaligmakend geloof.
- Het verbond en zijn beloften staan niet onder de bediening van de uitverkiezing, maar zoals de bijbel ons dat voorhoud onder het niet verbreken of het vervullen van de verbondseis. (Hangt af van welk verbond en de opstelling of er iets vervuld moet worden of dat er iets juist niet verbroken moet worden.)
- Het Lichaam van Christus is niet een fictieve allesoverkoepelende gemeente vol met uitverkoren mensen, maar je plaatselijke gemeente die afgerekend zal worden op zijn functioneren.
- Je zult toch het idee moeten loslaten dat je lijdelijkheid rechtzinnig is en een keuze moeten maken voor God. Je kunt dat het beste hier en nu doen.