GJdeBruijn schreef:Zonderling schreef:
Dat weet ik. Comrie beriep zich op nog veel meer theologen en zelfs op de Dordtse Synode.
Dat wil nog niet zeggen dat dit beroep terecht was.
Volg de genoemde link eens, dan kun je zien wat dit beroep van Comrie inhield. Ik vraag me af of je Comrie wel juist verstaat.
Ds. Moerkerken over de leer van Comrie:
http://www.digibron.nl/search/detail.js ... ae&docid=7
Geloof en geloven
"Als het geloof niet anders dan een daad is waardoor wij gerechtvaardigd worden, dan is het volgens Comrie "zoo klaar als de zon aan den hemel" dat wij gerechtvaardigd worden uit en door de werken. En dát is zo "Paapsch" als het maar zijn kan. Met grote nadruk bevestigt hij dat het zó belangrijk is dat hier door het geloof geen daad of werkzaamheid moet worden verstaan, dat als men hieraan begint te tornen men "de geheele leer doet wankelen" (blz. 427).
Hij wijst erop dat de Catechismus in Zondag 7 niet zegt dat wij door te gelóven, maar door het geloof Christus worden ingelijfd. Dit woord "geloof" geeft te kennen "de genade of de hebbelijkheid des geloofs, waaruit de daden van het gelooven voortvloeien en uitgeoefend worden; gij behoorde uw eigen taal te verstaan en te begrijpen dat er onderscheid is tusschen geloof en gelooven. Onthoudt het in het vervolg: Geloof geeft te kennen de genade des geloofs of de ingestorte hebbelijkheid, maar gelooven geeft te kennen de werkzame daden, uit dat geloof voortkomende. Zoo is het in alle andere opzichten, het gehoor is niet hooren; het eene is het zintuig, het andere de werkzame gewaarwording van hetgeen dat door het gehoor als een lijdelijk zintuig ontvangen wordt" (blz. 427).
Nadat Comrie duidelijk gemaakt heeft dat het geloof géén werkzaamheid of daad kan zijn en dus wat het níét is, gaat hij ertoe over te zeggen wat het wel is: "Wij verstaan dan door het geloof hier een ingestorte hebbelijkheid of vermogen, dat God de H. Geest in de harten de uitverkorenen instort, tegelijk met de nieuwe natuur, als deszelfs eerste en voornaamste deel, waardoor zij een vermogen, uit Christus en van Christus in hen overgaande, ontvangen om al de indrukken, die het Goddelijk Woord op dit vermogen of deze hebbelijkheid maakt, te ontvangen en volgens de ontvangen indrukken van het Woord, omtrent al de gedeelten van dit Woord werkzaam te zijn, overeenkomstig met de natuur van dit ingestorte vermogen en de inhoud van die teksten, welker inhoud met een bovennatuurlijk licht tot de ziel gebracht worden en van dit nieuw vermogen ontvangen worden" (blz. 428, 429).
Hebbelijkheid en dadelijkheid
In de preek over Zondag 7 betoogt Comrie verder dat, hoewel de hebbelijkheid (habitus) tot de dadelijkheid (actus) komen moet, de hebbelijkheid daarom in zichzelf nog niet onvolkomen is. Zo kan de smaak volmaakt zijn, hoewel zij nooit zoet heeft geproefd. Doorgaans verloopt er, aldus Comrie, niet veel tijd tussen de inplanting van het geloofsvermogen en de eerste geloofsdaden. De habitus komt tot de actus door de werking van de Heilige Geest, Die het Woord tot het geloofsvermogen brengt en de geloofsdaden veroorzaakt: "De werkzaamheden uit dit beginsel voortvloeiende, zijn overeenkomstig die gedeelten des Goddelijken Woords, waarmede en waardoor het God den Heiligen Geest behaagt op dit vermogen te werken. Werkt Gods Geest door de Wet op dit ingewrocht geloof, dan wordt de mensch, die het geloof oefent van zijn zonden en ellende op een zaligmakende wijze zoo overtuigd, dat hij waarlijk zich zoo kennende, zijn ellende betreurt, zijn zonden belijdt en zich voor God schaamt. Werkt Gods Geest door het Evangelie op het ingewrocht geloof, Jezus in het Evangelie openbarende aan de ziel, dan werkt het geloof omtrent den Middelaar, zooals Hij ontdekt wordt, van verre of nabij, in begeeren, verlangen, hongeren, dorsten, vluchten, enz., zoo Hij van verre gezien wordt; maar zoo Hij van nabij aan de ziel geopenbaard wordt in het Woord van 't Evangelie, dan in aannemen, omhelzen, vertrouwen en verlating van zichzelven op Hem met de volste gerustheid en verzekering" (blz. 430, 431).
Dit lijkt mij een heel belangrijke passage voor de ook vandaag veelbesproken vraag of er van geestelijk leven sprake kan zijn vóór de geloofskennis van de Middelaar en voor de vraag waar de Wet Gods een plaats heeft in de waarachtige bekering. (…..)
De prediking in de Gereformeerde Gemeenten draagt nog altijd de sporen van Comries invloed. Met name geldt dit het hier besproken onderscheid tussen geloof en geloven, maar nauw hiermee verbonden -zoals reeds opgemerkt- ook de zo belangrijke vragen naar de plaats van de kennis van Christus in het genadeleven. Deze prediking weigert aan de ene kant mee te gaan met hen die van geen geestelijk leven willen spreken vóór men gekomen is tot de bewuste kennis van Christus, en aan de andere kant geeft deze prediking niemand grond voor de eeuwigheid buiten het borgwerk van de Middelaar. Voor velen moge dit een inconsequentie zijn, voor degene die zich in Comries werken en met name in zijn verklaring van de Catechismus heeft verdiept, zullen deze dingen helder zijn." (einde citaat)
Lees hier een reactie op dit artikel van G.A. Van der Brink :
http://www.refdag.nl/opinie/geloof_en_geloven_1_426774#
-------------------------------------------------
Lees ook dit voorwoord van ds. Moerkerken bij Comries verhandeling over HC zondag 7.
http://preken.dewoesteweg.nl/bestanden/ ... ag%207.pdf
Vergelijk hier de leer van ds. Comrie, ds. Kersten en ds. Moerkerken met de leer der Reformatie over HC zondag 7:
http://www.dewoesteweg.nl/vraag-antwoor ... -zondag-7/
......en vraag uzelf af hoever de leer der reformatie verwaterd is geworden!