Volgens 1 Korinthe 11 is het toch echt de dood des Heeren gedenken.
Ik lees dat er in vers 26 staat dat als je het brood zult eten en deze drinkbeker zult drinken zo verkondig de dood des Heeren totdat Hij komt.
Ik lees niet het woord gedenken.
Als de Here Jezus de beker neemt na het eten van het avondmaal, dan zegt Hij dat de drinkbeker het nieuwe verbond is en dat zouden we gedenken tot Zijn gedachtenis.
De Here Jezus stierf onder het oude verbond.
Maar nadat het voorhangsel scheurde brak het Nieuwe Verbond aan.
Wij leven daaronder.
Bloed spreekt niet van dood maar van leven. En dat Nieuwe Leven krijgen gelovigen als ze deel hebben aan Zijn Leven niet aan Zijn dood en dan moeten we zijn in de Hebreeën brief waar de Heere Jezus de aanstelling tot Hogepriester heeft gekregen naar een andere ordening dan Aäron en daarom is Hij de Middelaar des nieuwe Testaments.
Hij is door Zijn eigen bloed eenmaal ingegaan in het heiligdom een eeuwige verlossing teweeggebracht hebbende.
Het heiligdom is toch niet het kruis lijkt mij.
Hoeveel te meer zal het bloed van Christus Die door de Eeuwige Geest Zichzelf Gode onstraffelijk ( dus dat was na Zijn kruisiging want voor die tijd droeg Hij onze straf) opgeofferd heeft uw geweten reinigen van dode werken om de levende God te dienen.
Dat is het Werk van de Here Jezus Christus van vandaag. Hij reinigt Zijn Gemeente en heiligt haar.
Hij vernieuwd ons binnenste van dag tot dag.
Dat is een werk aan gelovigen.
Het werk aan de wereld heeft Hij 2000 jaar geleden voltooid.
Het woord offeren is ook wel het woord offreren. Of opofferen wordt gebruikt in de dienst aan de tempel waarbij bijvoorbeeld Jeftha zijn dochter aan God aan bood.
Jeftha doodde zijn dochter niet maar offreerde haar aan God.
Er zijn meer voorbeelden waarbij de moeder haar zoon offreerde aan de dienst aan God en dat is geen slachtpartij.
Wellicht roep dit weer discussie op over de verschillende offers in het OT, maar dat wilde ik niet uitlokken.
Dat offeren is geen slachtpartij ook niet in Hebreeën maar het is een functie van de Hogepriester echter niet met het bloed van geiten en bokken, maar Zijn eigen bloed.