-DIA- schreef:Op 21 april 2015 publiceerde De Wachter Sions een stukje dat ik hier wel passend vind als antwoord op vragen die ik als vreemd moet beschouwen. Waarom moeten wij uitmaken hoeveel wij van die drie stikken van node hebben om te kennen. Het lijkt een standaardvraag van bepaalde critici te zijn geworden. Ik hoef daarom ook niet te antwoorden want er is ook genoeg over geschreven wat goed is te weten.
Ook dit is wel goed om eens te lezen. Ik weet dat er wat dit betreft nog veel meer en betere artikelen via Digibron zijn te vinden. Ik zou bijna zeggen met een bekend theoloog: Spant u een weinig in.
------------------------------------------------------------------------------------
De eenvoudige Heidelberger
Vorige maand was de Heidelbergse Catechismus enkele keren in het nieuws. We hebben via het Reformatorisch Dagblad kunnen vernemen dat de ChristenUnie haar grondslag opnieuw gaat formuleren. De Heidelbergse Catechismus zal niet meer worden genoemd. Er zal in de preambule nog wel verwezen worden naar de drie gereformeerde belijdenisgeschriften. Een preambule is een inleidende tekst. Ongetwijfeld zal er iets in komen te staan waaruit blijkt dat er inspiratie kan worden opgedaan uit de oude belijdenisgeschriften. De Catechismus mag dan nog wel inspirerend zijn, maar iemand die een andere koers vaart is daarop niet meer aanspreekbaar. En dat terwijl de Catechismus zulke belangrijke en concrete handvatten biedt voor het politiek handelen.
Nederlands Gereformeerde Kerken
Het tweede bericht over de Heidelbergse Catechismus was afkomstig van ds. K. Muller uit Emmeloord, schrijver van het jaaroverzicht in het Informatieboekje 2015 van de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK).
Deze predikant concludeert dat de prediking vanuit de Heidelbergse Catechismus in zijn kerkgenootschap zo goed als tot het verleden behoort. Ook stelt deze predikant dat de gewoonte om op zondag twee kerkdiensten te houden minder vaak de regel lijkt te zijn. ”Ik maak het in mijn omgeving niet meer mee dat er uit de catechismus wordt gepreekt”, licht de emeritus-predikant zijn opmerking in het Jaarboekje 2015 van de NGK toe. „Zelf deed ik het de laatste jaren ook niet meer. Vroeger, toen ik begon, wel. Ik ben een paar keer helemaal door de catechismus heengegaan. Maar op een gegeven moment houdt het op.”
De predikant begrijpt wel waarom de catechismuspreek onder druk staat. „Er is concurrentie van themadiensten, jeugddiensten of gezamenlijke diensten met andere kerken.”
Bovendien ervaren predikanten volgens hem toch afstand tot het 16e-eeuwse leerboek. „Het avondmaal bijvoorbeeld was toen actueel en wordt daarom breed uitgesponnen. Nu leeft dat nauwelijks meer. Bovendien mis je ook thema’s in de Heidelbergse Catechismus, zoals de visie op Israël of het thema missionair zijn.”
Volgens de predikant kan artikel 18 van het Akkoord voor Kerkelijk Samenleven (AKS), de kerkorde van de NGK, waarin staat dat de gemeente „regelmatig in de leer van de kerk wordt onderwezen aan de hand van de Heidelbergse Catechismus”, beter worden aangepast. „De praktijk wijkt duidelijk af van wat er in het AKS staat. Dan wordt het een dode letter.” Desalniettemin vindt hij dat jammer.
„Ik zie het eigenlijk wel als een verlies. Een van de voordelen van een regelmatige catechismusprediking is dat je gedwongen wordt bepaalde thema’s aan de orde te stellen. De verzoening, de opstanding: je kunt er als predikant niet omheen.”
Ds. C.T. de Groot, predikant van de NGK te Nunspeet, zou het zeer betreuren als er helemaal niet meer uit de Heidelbergse Catechismus zou worden gepreekt. „Het heeft zin om de orde van de catechismus te volgen. Via de trits ellende-verlossing-dankbaarheid, niet lineair maar circulair opgevat, komt de hele leer langs. Daar wordt de gemeente door gebouwd.”
Verlichting
Nu zouden we kunnen denken dat het in onbruik raken van de Heidelbergse Catechismus onze kerken niet raakt en dat het dus niet zo zinvol is ons hierin te verdiepen. De geest van de Verlichting gaat onze kerken echter niet voorbij. Daarom is het goed om lering te trekken uit ontwikkelingen die we zien bij andere kerkverbanden.
Prof. dr. A. Baars heeft enkele jaren geleden een brochure geschreven over de geschiedenis van de Heidelbergse Catechismus. Hij laat zien dat de positieve houding ten opzichte van de Heidelbergse Catechismus begint af te nemen tegen het einde van de 18e eeuw. In die periode krijgt de geest van de Verlichting brede invloed in de Nederlandse samenleving. Als gevolg hiervan worden steeds meer bezwaren genoemd tegen de Heidelbergse Catechismus. In de Nederlands Hervormde Kerk raakt de catechismusprediking in verval. De heersende theologische opvattingen in Nederland verwijderen zich meer en meer van de letter en de geest van de Heidelbergse Catechismus. In de tweede helft van de 19e eeuw wordt in grote delen van de Hervormde Kerk de wekelijkse catechismusprediking volledig achterwege gelaten ofwel verregaand aangepast aan de ’godsdienstige behoeften’ van de hoorders. Alleen in het orthodoxe deel van dit kerkverband, met name de Gereformeerde Bond, wil men nog vasthouden aan de belijdenisgeschriften en houdt men de prediking van de Heidelbergse Catechismus in ere.
Protestantse Kerk in Nederland
In de jaren vijftig van de 20e eeuw begint de teruggang van de catechismusprediking ook door te werken in de Gereformeerde Kerken in Nederland. Een kritische houding ten opzichte van de klassiek gereformeerde leer, een vrijere opvatting over de zondagsviering en de wens om speciale erediensten te beleggen over actuele thema’s, zijn de oorzaak van het in onbruik raken van de catechismuspreek.
In 2004 fuseren de Gereformeerde Kerken in Nederland met de Nederlandse Hervormde Kerk. In de kerkorde van de nieuw gevormde Protestantse Kerk in Nederland (PKN) wordt op een vage manier verwezen naar de mogelijkheid om een tweede dienst op de zondag te beleggen waarin leerstellige onderwerpen kunnen worden behandeld. Met een beetje goede wil zouden we kunnen veronderstellen dan men hiermee onder andere de Heidelbergse Catechismus bedoelt.
De gereformeerde gezindte
De kerken in de gereformeerde gezindte houden tot op de dag van vandaag vast aan de wekelijkse catechismuspreek in de tweede dienst op zondag. Toch wordt dit minder vanzelfsprekend. In de laatste jaren wordt ook in sommige van deze kerken kritiek geuit op oude standpunten in de Heidelbergse Catechismus. Waarom moet er gesproken worden over de mis als vervloekte afgoderij? De Roomse Kerk staat immers dicht bij ons? Men wenst de paus ook niet meer te zien als de antichrist. Men heeft steeds minder bezwaren tegen het doen van allerlei activiteiten op zondag. En dan denkt men zich daarvoor ook nog te kunnen beroepen op de Bijbel (o.a. op Markus 2:27).
Men vindt het dan al snel niet meer noodzakelijk om tweemaal naar de kerk te gaan op een zondag.
In deze postmoderne tijd willen mensen niet langer naar de kerk om onderwezen te worden in de leer van de Schrift. Zowel de ouderwetse taal als de inhoud van de Heidelbergse Catechismus spreekt een groeiend aantal mensen in onze tijd niet langer aan.
Het is uiterst zorgelijk als we merken dat mensen die jarenlang onder de catechismusprediking hebben gezeten nauwelijks kennis hebben van de meest wezenlijke zaken. De gevolgen hiervan kunnen niet uitblijven.
Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is; dewijl gij de kennis verworpen hebt, heb Ik u ook verworpen, dat gij Mij het priesterambt niet zult bedienen; dewijl gij de wet uws Gods vergeten hebt, zal Ik ook uw kinderen vergeten (Hoséa 4:6).
Chronologisch of cyclisch
Er zou veel over te zeggen zijn, maar we zullen nog slechts één punt noemen. Er komt steeds meer weerstand tegen de chronologische volgorde van de Heidelbergse Catechismus in drie stukken: ellende, verlossing en dankbaarheid. Onder ons is altijd geleerd dat dit de volgorde is die wordt ervaren als God in een mens gaat werken. Een christen ervaart eerst zijn zonde en ellende, voordat hij komt tot kennis van de verlossing in Christus. Dit wordt in onze tijd in toenemende mate tegengesproken.
Men stelt dat de drie stukken gezien moeten worden als drie aspecten van het geestelijk leven, die niet noodzakelijk in chronologische volgorde ervaren behoeven te worden. Het is in die visie ook mogelijk om na de verlossing van de mens, de ellende in te leven.
Het is maar net hoe iemand iets beleeft. De bevinding wordt dan niet meer getoetst aan Gods Woord. Een levensgevaarlijke ontwikkeling! Laten we ons houden aan de oproep die dr. H.F. Kohlbrügge (1803-1875) deed op zijn sterfbed: ’De Heidelberger! De eenvoudige Heidelberger! Houdt daaraan vast, kinderen! Gij kunt uit uzelf niet één enkele waarheid verstaan; maar het is alles begrepen in deze catechismus, zoals ik het u geleerd heb.’
PS Ik zie net dat ook de Romeinenbrief word genoemd, dat lijkt me ook een heel goed voorbeeld van de chronologie zoals die door de HC wordt aangehouden. Zullen we het dan maar bij Paulus en de rest van de Schrift houden?
Graag zou ik van u ook nog een
onderbouwend antwoord willen ontvangen, als u daartoe mogelijk bent, op de laatste 3 topics die ik, DGG, gaf, met daarin vragen en opmerkingen, a.d.v. de H.C. en het lied van ds. R.M. Mc. Cheyne, hierboven.
Ik heb trouwens nooit ontkend dat het niet chronologisch zou zijn. Maar naast dat het chronologisch is, is het ook steeds weer een cirkel: ellende - verlossing - dankbaarheid, ellende - verlossing - dankbaarheid, ellende - verlossing - dankbaarheid, enzovoort. Steeds weer opnieuw en steeds weer in die volgorde.
Het is niet ellende, ellende, ellende, ellende, ellende...