Luther schreef:Ds. Kersten schrijft dat hij prof. Wisse niet kan volgen, en dat het wel orakeltaal lijkt. Maar dat snap ik vervolgens niet; volgens mij zijn zowel Kersten als Wisse glashelder. Jongeleen trouwens ook.
Overigens denk ik dat je met de uitwerking van Jongeleen evengoed twee-verbonder kunt zijn. Dat doet er niet zo toe, lijkt me.
Dat weet ik niet. Jongeleen verwerpt het vragenboekje van ds. A. Hellenbroek, en aan elkeen dat dit oude beproefde boekje afdankt, daar zou ik mijn ziel niet graag aan toebetrouwen.
Ik kan niet anders constateren dan dat het krom in elkaar zit. Het wordt je wel geschonken, maar niet deelachtig gemaakt gemaakt? Dat is afhankelijk van geloof en bekering. Nu schemert dadelijk al door dat deze leer uitgedacht is door Arminius.
Ik citeer dhr. L.M.P. Scholten maar in de laatste Wachter Sions:
L.M.P. Scholten schreef:We menen de drieverbondenleer waartegen ds. Kersten zich richt, als volgt te kunnen samenvatten: Alle gedoopten zijn op dezelfde wijze bondeling in het genadeverbond. Alle gedoopten delen in de belofte van vergeving der zonde. Het heil is hun reeds geschonken in de belofte. Zij bezitten de belofte in voorwerpelijke zin. Het komt er nu op aan, ze toe te eigenen in geloof. Doen zij dat niet, dan verbreken zij het verbond. Het verbond is dus verbrekelijk. De in de belofte geschonken genade is verliesbaar. Daartoe is men onderscheid gaan maken tussen 'schenking' en 'deelachtigmaking'. Schenking is nog geen deelachtigmaking. De deelachtigmaking is afhankelijk van geloof en bekering.
Hoe geheel anders wordt het wanneer we belijden, dat het genadeverbond vast ligt in zijn band met de eeuwige verkiezing, zoals de leeruitspraak van 1931 doet. We begonnen deze Terzijde met een aanhaling uit Meer dan overwinnaars, we willen er ook mee eindigen, pag. 86, meditatie over Hebreeen 11:10, verschenen in de Saambinder van 26 januari 1928.
Ds. Kersten:
'Het fundament ligt in het soevereine willen Gods. Niets van de mens telt mede. ... Het fundament dezer stad is gelegd in het verbond der genade, dat met de Zoon werd gesloten van eeuwigheid en dat God hier in de tijd sluit met al Zijn uitverkorenen, als zij, gelijk Hellenbroek zegt, armoedig, gelovig, oprecht het verbond met God sluiten met een volle toestemming aan de eisen, zowel als aan de beloften des verbonds. Onze vaderen spraken van de leer van het genadeverbond van eeuwigheid, en van het genadeverbond in de tijd.'
Hoe kan men een doemwaardig mens nu iets in de handen in de handen stoppen? Onze rechten liggen op de bodem van de hel. Mocht dat eens ingeleefd worden! Wedergeboorte is noodzakelijk daartoe, dat de Heilige Geest dat Woord eens in ons hart brengt door Zijn onwederstandelijke werking, en ons ging overtuigen van zonde, gerechtigheid en oordeel. Dan hebben we geen zak vol beloften meer over, maar getuigt alles tegen ons, dat wij gezondigd hebben tegen God. Dan vergaat op zo'n moment de wereld voor zo'n ziel, gelijk de 3000 met Pinksteren, wier hart verslagen werd: 'wat moeten wij doen, mannenbroeders?'
Dat is geen handen en zakken vol beloften, want daar moet je voor eeuwig mee omkomen. Het gaat om het eenzijdige Godswerk, verheerlijkt bij God vandaan, en uitlopend op de ere Gods tot in der eeuwigheid.
Door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen! Door die ontdekkende werking alleen, waarbij de zondaar te maken krijgt niet alleen met de rechtvaardigheid Gods bij aanvang, maar ook met het recht Gods, wordt door de bearbeiding van Gods Woord en Geest plaats gemaakt voor de Middelaar der Schriften. Door diezelfde werking gaan die beloften waarde krijgen. Elke belofte heeft een adreskaartje. Dat kunnen we goed vinden in Gods Woord. Het staat er gewoon bij.
Wat zegt Paulus? 'Het heeft
God behaagd Zijn Zoon in mij te openbaren'.
Dus niet: het heeft mij behaagd om in Jezus te gaan geloven.
Gewetensbezwaarde trouwambtenaar - 'De totalitaire staat werpt het geweten van haar burgers weg als een waardeloos vod'
Dr. J.H. Bavinck