Jaap Fijnvandraat behoort ook tot de Vergadering van Gelovigen. Ik heb nu even geen tijd meer om te reageren. Alleeen dit: Ik denk dat de Vergadering toch nauwere banden heeft met de Evangelische bewegingen dan met de reformatorische kerken.Susan schreef:Jaap Fijnvandraat zegt hierover: De eerste vraag die we te beantwoorden hebben, is natuurlijk deze: ‘Wat is een gelovige?’ Daarbij moeten we voorop stellen, dat iemand die geboren is uit christelijke ouders, die een christelijke opvoeding heeft gehad en zich aangesloten heeft bij één of andere gemeenschap van christenen niet noodzakelijk een gelovige behoeft te zijn en het alleen op grond van deze drie dingen zeer zeker niet is. Ook verstaan we onder een gelovige niet iemand die de theorie geen-god, geen-hemel, geen-hel en geen-hier-namaals als onhoudbaar aan de kant heeft gezet en aanvaard heeft dat er inderdaad een God bestaat die eenmaal rekenschap van onze daden zal vragen. Zo iemand kan wel zeggen: ‘Ik ben een gelovige, want ik geloof in het bestaan van een almachtige God’, maar dat geloof stempelt hem nog niet tot een gelovige in de bijbelse zin van het woord. De duivelen geloven namelijk hetzelfde en zo voegt de apostel Jakobus er aan toe: ‘zij sidderen’. Onder een gelovige verstaat de Schrift: iemand, die met oprecht berouw voor God heeft erkend een zondaar te zijn en die in het geloof het offer van Christus heeft aanvaard als redmiddel voor zijn schuld. Waar het om gaat is dus of zo iemand nog verloren kan gaan. Wie gelooft, heeft eeuwig leven, maar wat zegt dat nog? Voor alle duidelijkheid wil ik er de aandacht op vestigen dat dit vraagstuk niet op te lossen is met het aanvoeren van een bijbeltekst als Johannes 3:36 ‘Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven’. De kwestie waar het om gaat is niet, of iemand die gelooft het eeuwig leven heeft, maar of een gelovige van dat geloof kan afvallen en zodoende het eeuwig leven kan kwijtraken. We hebben dus niet aan te tonen dat iemand die gelooft behouden is, maar dat zo iemand behouden wordt, wat er ook mag gebeuren. En daarbij moeten we niet ons gevoel en nog minder ons verstand, maar alleen de Bijbel aan het woord laten.
Als eerste Schriftplaats voer ik aan Romeinen 8:38,39. ‘Want ik ben verzekert dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch machten, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God, die is in Christus Jezus, onze Heer’. In deze verzen geeft Paulus een antwoord op de vraag die in vers 35 staat: ‘Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus?’ Met ‘ons’ worden zoals vers 33 aangeeft ‘de uitverkorenen van God’ bedoeld. De hierboven geciteerde verzen geven aan dat niets of niemand de mensen, die God verkoren heeft en die Hij zijn liefde in Christus bewezen heeft, van deze liefde scheiden kan. Het antwoord is zo duidelijk en zo volledig als het maar kan, er is geen schaduw van twijfel mogelijk. Is in ‘dood noch leven’ niet alles begrepen wat invloed kan uitoefenen? Welnu, dood noch leven kan ons scheiden van de liefde van God. Ook in de wereld van de geesten is er geen macht te vinden: noch engelen, noch overheden. Op grond van Efeze 6:12 neem ik aan dat met overheden de boze engelen en dat met engelen de niet gevallen geesten bedoeld zijn. Om met een ander te spreken: ‘Er is dus niets wat de goede engelen zouden willen doen of wat de boze engelen zouden kunnen doen, dat ons van de liefde van God kan scheiden’. Maar dan nog sterker: geen tegenwoordige, noch toekomende dingen. Kunt u zich enige belevenis of ervaring voorstellen, die niet onder de tegenwoordige of toekomende dingen valt? Wel, ook die kunnen ons niet scheiden van de liefde van God. En dan vervolgt de apostel: noch machten – welke dan ook, noch hoogte – dus niets in de hemelen, noch diepte – dus niets in het dodenrijk, noch enig geschapen wezen kan ons van de liefde van God scheiden. Deze verzen stellen de gelovige volkomen veilig!
Linkje:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Vergadering_van_gelovigen