Onlangs ging het in een discussie over de leer van K. Barth. Min of meer werd toen de volgende stelling: ‘ware ellendekennis wordt aan de voet van het kruis geboren’ als Barthiaans benoemd.
Voordat ik verder wil gaan op de stelling zelf, wil ik eerst eens bezien hoe K. Barth nu dacht. Dat doe ik aan de hand van de laatste uitgave van het ‘comité’.
Barth schrijft in de BT: ‘Zoals Jezus Christus Gods reëele áánzegging is van de vergeving van al onze zonden, zo en met gelijke ernst is Hij ook Gods krachtige aanspráák op ons hele leven.’
Ds. C.J.P. v.d. Bas reageert hierop en ziet de contouren van de volgorde van Evangelie en Wet. Barth schrijft eerst dat Christus onze aanzegging is van de vergeving en daarna onze aanspraak op ons leven. V.d. Bas benoemt de volgorde ‘belofte en aansporing’ Evangelie en Wet. Ook spreekt Barth even later van ‘Troost en vermaning’. Ook hier weer belofte en aansporing, oftewel Evangelie en Wet.
Volgens Prof. Dr. W.H. Velema raken we met de omkering van Wet en Evangelie het hart van het theologisch denken van Barth. Heel zijn theologie is er met doordrenkt.
Barth wil dan ook niet weten van een drie-erlei functie van de Wet en zeker niet van een aanklagende functie van de Wet. Prof. Dr. W.H. Velema schrijft hierover: ‘Volgens Barth kan men niet van een Wet spreken vóór het Evangelie. Dat de Wet des HEEREN ons onder de vloek van God stelt. En dat het Evangelie het antwoord is op die vloek. Dat het Gods liefde is in het Evangelie die ons onttrekt aan de bedreiging van Gods heiligheid, die besloten ligt in Zijn Wet.’
Zo wordt dus bij Barth zowel de Wet als het Evangelie van zijn eigenlijke inhoud berooft. Waar dat toe leidt heeft Dr. W. Aalders verwoordt, namelijk in een anarchie.
Maar zit er dan toch geen waarheid, of is nog stelliger is het geen bijbelse notie dat ‘ware ellendekennis aan het kruis geboren wordt’. Hiermee beweer ik niet dat de Wet, zoals Barth beweert, achter het Evangelie komt, nee de Wet komt zoals Gods Woord ons leert vooraf. Hij heeft immers de dodende functie in zich, om ons tot leven van het Evangelie te brengen. Nee, ik wil hier spreken van de ware ellendekennis, nl. de kennis die we ook wel noemen ‘evangelische boetvaardigheid.’ Voorbeeld uit de Schrift? De voetwassing van de zondares bij Simon de Farizeeër.
Mag ik een aantal stellingen neerleggen:
1. Als we spreken van de ontdekkende functie van de Wet kunnen we, om verwarring te voorkomen, beter spreken van kennis der zonde. Rom. 5:20
2. De Evangelische boetvaardigheid is de kennis van onze ellende, die resoneert door al de Psalmen, ja dat is de grondtoon van Romeinen 7,14.
Groeten,
Evangelische boetvaardigheid ........
- ndonselaar
- Berichten: 3105
- Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
- Contacteer:
Evangelische boetvaardigheid ........
In necessariis unitatem custodiant, in non necessariis libertatem, in utrisque prudentiam et charitatem, in omnibus conscientiam inoffensam in diem Domini
1. Inderdaad, zie ook Romeinen 6. Kennis van de zonde zonder boetvaardigheid.Oorspronkelijk gepost door ndonselaar
1. Als we spreken van de ontdekkende functie van de Wet kunnen we, om verwarring te voorkomen, beter spreken van kennis der zonde. Rom. 5:20
2. De Evangelische boetvaardigheid is de kennis van onze ellende, die resoneert door al de Psalmen, ja dat is de grondtoon van Romeinen 7,14.
2. Deels. Het is tevens kennis van de verlossing en onze dankbaarheid. Deze drie stukken zijn wel te onderschieden, maar nooit te scheiden van elkaar!