Je citeert een mooi stuk om te laten zien wat het verschil is tussen een algemene overtuiging en een zaligmakende overtuiging. De laatste loopt onherroepelijk uit op het aannemen van Christus. Maar ik zie nergens het verband tussen geloof en zekerheid, en zeker niet de mate van zekerheid!
Dan je andere posting eronder.
Je zei:
Zeker, maar voor het volk kan het voelen dat ze zich nog voor de enge poort bevinden. Waarom? Omdat ze nog de verzekering van hun staat missen, ze durven het er nog niet voor te houden dat ze wederom geboren zien, ook al wordt het hen misschien van alle kanten toegeschreeuwd: Je gelooft toch!Aan de andere kant waardeer ik je stukje wel, want je schrijft ‘ze hebben Hem liefgekregen’. Als dat Hem is die alle lof, eer en dankzegging waard is. Als dat Hem is, in Wien alle beloften ja, en amen zijn, dan moeten we de ruis wegnemen RJ.
Het bekommerde volk kan niemand anders zijn dan dat volk dat door het geloof gerechtvaardigd is en dat het geloofsleven oefent. Het bekommerde volk kan zich nooit bevinden vóór de enge poort!
Luther zegt van de tollenaar achter in de tempel dat toen hij het gebed uitsprak: Wees mij, de zondaar, genadig...al gerechtvaardigd was. Voor eigen beleving? Nee toch zeker!
Of denk aan de moordenaar aan het kruis: "Gedenk mijner", meer durfde hij niet vragen aan de Heere Jezus. Maar op dat moment was hij gerechtvaardigd, hoewel hij het er zelf zeker niet voor hield. Hij had bij zichzelf niet zoiets van: En nu kies ik ervoor. Er viel niets te kiezen, hij kon enkel naar Jezus toe!
Nu, dat zijn enkel bekommerden, gerechtvaardigd, maar niet in eigen oog! "Gedenk mijner!" is een 'misschien', maar wel een totale overgave aan Jezus Christus, en dat is de zaak waar het om gaat!
En die moordenaar kreeg direct antwoord. Saulus na drie dagen. Dat meisje na 17 jaar. De Heere is niet aan tijd gebonden. Wij weten niet altijd Zijn redenen.
Mee eens.Tenslotte je opmerking over ‘Heere wat wilt Gij dat ik doen zal’ maar die nog niet gerechtvaardigd zijn. Als deze vraag vanuit het hart door het geloof geslaakt wordt zijn ze gerechtvaardigd. Hier is nu het geloof in oefening wat alleen zijn vertrouwen (geloof) op de Heere stelt. Het vraagt toch ‘wat wilt Gij’.
Het spijt me voor het verkeerde gebruik, maar dat bedoelde ik inderdaad.Met de rechtvaardiging bedoel je RJ de ‘gevoelige zekerheid’, oftewel wat de Erskine’s noemden de zekerheid van het gevoel. Dat is nooit de rechtvaardigmaking. Dit misverstand heeft de grote verwarring doen ontstaan in het huidige kerkelijk klimaat. Een verschuiving van de zekerheid van het gevoel als was dat de rechtvaardigmaking heeft veel mensen opgebouwd in hun veronderstelde bekering.
Lees je eigen citaat van Van der Groe nog maar eens na. Een mens moet eerst ontdekt worden aan de zonde van ongeloof.Ds. A. vd. Voorden heeft daar gesproken van een ‘schuldbrief’, het inleven van de ellende, ja het diep inleven’. Voor die mag de Zaligmaker gepredikt worden. Als dat zo is dan wordt niet de goddeloze door het geloof gerechtvaardigd, maar de boetvaardige.
"Dies is het dan nu volstrekt noodzakelijk, dat zo een van deze zijn ongelovigheid eerst nog grondig overtuigd moet worden door de Heilige Geest, indien zijn overtuiging volkomen en zaligmakend zal zijn om hem eens gelovig tot Christus te leiden."
Wil Christus een volkomen Zaligmaker zijn, dan moet een mens zich volkomen schuldig verklaren voor Gods ogen. Hoe zal hij anders om genade en geen recht smeken?
Voorbijganger,
Jij gaat gewoon door. Je stelt alsof de persoon in kwestie zeventien jaar lang in ongeloof en niet in de vreze des Heeren heeft geleefd, enkel omdat ze niet zeker was over haar staat.
Ik snap niet waar je het vandaan haalt om daar zo over te oordelen.
Een vreemde redenering: ‘misschientjes’ zijn kleintjes in de genade, en daarom mag je ze niet neersabelen. Maar ‘mischientjes’ staan buiten de genade en daarom mag men ze geen rust laten.
Niets geen 'maar', dat is nu juist de grote fout die je maakt!
Niet een ieder in gelijke mate, maar de zekerheid is er.
Juist, niet een ieder in gelijke mate. Zowel groten, die bevestigd zijn, als de kleinen in de genade, die nog zo vaak twijfelen.
Moet je eens indenken: 17 jaar buiten de gemeenschap van God!
Niet waar!
Een schande is het om de suggestie te wekken dat het 17 jaar aan God heeft gelegen dat iemand geen zekerheid van het geloof heeft ontvangen!
Een schande is het die suggestie in mijn posting te lezen. Als ik zeg dat God iemand na 80 jaar bekeerd heeft, dan kan ik wellicht de suggestie wekken dat het aan God lag dat die persoon onbekeerd was. Of ik kan de suggestie wekken dat het juist Gods onverdiende welbehagen is dat die persoon toch nog tot bekering is gekomen. Welnu, zo ligt het ook met de zekerheid!
[Aangepast op 1/5/03 door Refojongere]