Waar denk je op dit moment aan? [3]

[-DIA-]

Als het goed is hoeven Gods kinderen niet te vrezen. Al zal de aardse zondige natuur altijd meetellen, maar ze weten ook dat ze van het sterven niet minder worden.

Maar toch.... Johannes de ziener op Patmos, Daniel de zeer gewenste man, Jeremia de boetgezant... en vele anderen,
en wie bleef staande als de HEERE verscheen in Zijn grote majesteit en volmaakte heiligheid? Wij wel? Nee, dat wordt ook goed opgemerkt: We zijn niet bang. Ds. noemt het wel eens zo: Het is zo benauwd op de aarde omdat niemand echt benauwd is. Vat u het?

Hier ben ik het mee eens. Ik denk dat we twee dingen goed moeten onderscheiden: vrees voor de oordelen over ons land (of over de wereld in het algemeen) is iets anders dan vrees voor onze persoonlijke toekomst.
Toen Potappel en (de latere ds.) Slager in 1953 hebben aangevoeld dat er oordelen op komst waren (de week voor de watersnoodramp) waren zij hier verslagen van. Was dat omdat ze niet zeker waren van hun persoonlijke aandeel in Christus? Welnee, daar geloof ik niets van. Maar dat maakt niet ongevoelig voor dit soort rampen, integendeel.

Ik geloof dat ook niet. Wel denk ik ook aan de dood, als de laatste vijand. Dat is iets waar veel van Gods volk zo tegenop zien, en niet wat daarna komt, meer de dood op zich. Ik weet van veel van Gods kinderen die heel hun leven met vreze over de aarde gingen, en -nee niet allemaal- maar er zijn erbij die het uitriepen op hun sterfbed: Is dàt nu sterven!? Anderen waren ook heel hun leven met de vreze des doods bezet, en ze zagen de dood als het ware niet. Het blijft wel: Dat God een Vreselijke, Verschrikkelijke Heiligheid en Heerlijkheid is waar, als hij verschijnt aan een mens, geen mens staande kan blijven. Manoah vreesde te sterven omdat hij de Heere had gezien. En toch vertoonde Hij Zich daar niet in Zijn toorn of gerichten. Wat zal het dan zijn als God ter hoge vierschaar treedt? Als alle verberging wegvalt. Ik weet het, Gods volk zal niet sterven, maar juist zij weten vaak wat de dood is en opvallend hoe juist zij vaak tegen de laatste vijand aan kijken. Nee, dat bagatelliseren ze niet, al zijn ze bevestigd in hun staat.

[mulder]

Ja er is wat gaande in de wereld

Hier ben ik het mee eens. Ik denk dat we twee dingen goed moeten onderscheiden: vrees voor de oordelen over ons land (of over de wereld in het algemeen) is iets anders dan vrees voor onze persoonlijke toekomst.

Dat is zo eilander. Maar wanneer je geen vrees meer voor je persoonlijke toekomst hebt kan er een last van je afvallen en dan maak je jezelf ook minder zorgen over land en wereld, al zal dat zeker niet helemaal verdwijnen.

Toen Potappel en (de latere ds.) Slager in 1953 hebben aangevoeld dat er oordelen op komst waren (de week voor de watersnoodramp) waren zij hier verslagen van.

Niet belangrijk maar het klopt niet dat Potappel dat voorspelt heeft.

Ik geloof dat ook niet. Wel denk ik ook aan de dood, als de laatste vijand. Dat is iets waar veel van Gods volk zo tegenop zien, en niet wat daarna komt, meer de dood op zich. Ik weet van veel van Gods kinderen die heel hun leven met vreze over de aarde gingen, en -nee niet allemaal- maar er zijn erbij die het uitriepen op hun sterfbed: Is dàt nu sterven!? Anderen waren ook heel hun leven met de vreze des doods bezet, en ze zagen de dood als het ware niet. Het blijft wel: Dat God een Vreselijke, Verschrikkelijke Heiligheid en Heerlijkheid is waar, als hij verschijnt aan een mens, geen mens staande kan blijven. Manoah vreesde te sterven omdat hij de Heere had gezien. En toch vertoonde Hij Zich daar niet in Zijn toorn of gerichten. Wat zal het dan zijn als God ter hoge vierschaar treedt? Als alle verberging wegvalt. Ik weet het, Gods volk zal niet sterven, maar juist zij weten vaak wat de dood is en opvallend hoe juist zij vaak tegen de laatste vijand aan kijken. Nee, dat bagatelliseren ze niet, al zijn ze bevestigd in hun staat.

Dat verschilt per kind van God dat kan je niet in de algemeenheid zeggen. Ja enerzijds zijn er die een ontzettende vrees voor de dood hebben. Anderzijds zijn er genoeg die naarmate ze ouder worden als het ware over de dood heen kunnen kijken ondanks alle aardse bezittingen, kinderen en kleinkinderen. Wat is dat laatste mooi wanneer we zo de liefde van de Heere mogen ervaren dat het '""allemaal niets meer uitmaakt"".

[-DIA-]

Wat toch opvalt is ook dat nu al meer wordt gebeden: Kom Heere Jezus, kom haastiglijk.
Dat is niet vreemd, maar ik denk dat dit gebed naarmate de benauwdheid en goddeloosheid vermeerderd, ook dit gebed vermeerderd gaat worden.

[-DIA-]

Dat verschilt per kind van God dat kan je niet in de algemeenheid zeggen. Ja enerzijds zijn er die een ontzettende vrees voor de dood hebben. Anderzijds zijn er genoeg die naarmate ze ouder worden als het ware over de dood heen kunnen kijken ondanks alle aardse bezittingen, kinderen en kleinkinderen. Wat is dat laatste mooi wanneer we zo de liefde van de Heere mogen ervaren dat het '""allemaal niets meer uitmaakt"".

Zo heb ik het nooit gehoord, want hier klink iets door van onverschilligheid. Als ik me niet vergis. In ieder geval heb ik het nooit zo gehoord. Ook al verlangt een kind van God naar Huis. Hij wordt toch niet onverschillig over de dood.

[Jeremiah]

Gods oordelen gaan over deze ondergaande wereld. En Ik zal wonderen geven in den hemel boven, en tekenen op de aarde beneden, bloed, en vuur, en rookdamp. Hand. 2 : 19. Bloed, vuur en rookdamp dat zijn de aanslagen van deze tijd. Altijd al geweest? Natuurlijk niet! Hieronder staan 2015 en 2016 er nog niet bij, de jaren waarin er meer terroristische aanslagen waren als ooit tevoren.

[eilander]

Toen Potappel en (de latere ds.) Slager in 1953 hebben aangevoeld dat er oordelen op komst waren (de week voor de watersnoodramp) waren zij hier verslagen van.

Niet belangrijk maar het klopt niet dat Potappel dat voorspelt heeft.

Dat weet ik, en daarom zei ik dat ook niet.

[Hendrikus]

Als het goed is hoeven Gods kinderen niet te vrezen. Al zal de aardse zondige natuur altijd meetellen, maar ze weten ook dat ze van het sterven niet minder worden.

Maar toch.... Johannes de ziener op Patmos, Daniel de zeer gewenste man, Jeremia de boetgezant... en vele anderen,
en wie bleef staande als de HEERE verscheen in Zijn grote majesteit en volmaakte heiligheid? Wij wel? Nee, dat wordt ook goed opgemerkt: We zijn niet bang. Ds. noemt het wel eens zo: Het is zo benauwd op de aarde omdat niemand echt benauwd is. Vat u het?

Psalm 98 zingt:

5 Psalmzingt den HEERE met de harp, met de harp en met de stem des gezangs,
6 Met trompetten en bazuinengeklank; juicht voor het aangezicht des Konings, des HEEREN.
7 De zee bruise met haar volheid, de wereld met degenen, die daarin wonen.
8 Dat de rivieren met de handen klappen, dat tegelijk de gebergten vreugde bedrijven,
9 Voor het aangezicht des HEEREN, want Hij komt, om de aarde te richten; Hij zal de wereld richten in gerechtigheid, en de volken in alle rechtmatigheid.

Merk op dat de verzen 8 en 9 één zin vormen. Het handen klappen van de rivieren en het vreugde bedrijven van de gebergten staan in oorzakelijk verband met de komst van de Heere ten oordeel. "...want Hij komt".
De berijming 1773 heeft dat niet overgenomen. En zo kan het gebeuren dat je Psalm 98: 4 soms hoort inzetten met het volle orgel "Laat al de stromen vrolijk zingen"- maar dat de organist halverwege ("Hij komt, Hij komt om d' aard te richten") overschakelt naar een angstig fluistergeluid. De berijming van 1773 werkt dat enigszins in de hand misschien, maar het is niet overeenkomstig de onberijmde psalmtekst.

De berijming van 1968 zingt:

Laat alle zeeën, alle landen
Hem prijzen met een blij geluid.
Rivieren klappen in de handen,
de bergen jubelen het uit.
Hij komt, Hij komt de aarde richten,
Hij komt, o volken weest verblijd,
Hij komt zijn koninkrijk hier stichten,
zijn heil en zijn gerechtigheid.

Ik denk dat dié berijming dichter ligt bij de bedoelingen van de psalmdichter

Voor deze keer ook De Nieuwe Psalmberijming van Arie Maasland:

Juich, aarde, om de HEER te prijzen.
Zing blij voor Hem, bazuin het uit.
Laat heel de schepping eer bewijzen.
Zeeën en bergen, jubel luid.
Hij komt om alles recht te zetten.
Straks klinkt zijn vonnis wereldwijd.
Dan buigen volken voor zijn wetten;
dan toont Hij zijn rechtvaardigheid.

[-DIA-]

Als het goed is hoeven Gods kinderen niet te vrezen. Al zal de aardse zondige natuur altijd meetellen, maar ze weten ook dat ze van het sterven niet minder worden.

Maar toch.... Johannes de ziener op Patmos, Daniel de zeer gewenste man, Jeremia de boetgezant... en vele anderen,
en wie bleef staande als de HEERE verscheen in Zijn grote majesteit en volmaakte heiligheid? Wij wel? Nee, dat wordt ook goed opgemerkt: We zijn niet bang. Ds. noemt het wel eens zo: Het is zo benauwd op de aarde omdat niemand echt benauwd is. Vat u het?

Psalm 98 zingt:

5 Psalmzingt den HEERE met de harp, met de harp en met de stem des gezangs,
6 Met trompetten en bazuinengeklank; juicht voor het aangezicht des Konings, des HEEREN.
7 De zee bruise met haar volheid, de wereld met degenen, die daarin wonen.
8 Dat de rivieren met de handen klappen, dat tegelijk de gebergten vreugde bedrijven,
9 Voor het aangezicht des HEEREN, want Hij komt, om de aarde te richten; Hij zal de wereld richten in gerechtigheid, en de volken in alle rechtmatigheid.

Merk op dat de verzen 8 en 9 één zin vormen. Het handen klappen van de rivieren en het vreugde bedrijven van de gebergten staan in oorzakelijk verband met de komst van de Heere ten oordeel. "...want Hij komt".
De berijming 1773 heeft dat niet overgenomen. En zo kan het gebeuren dat je Psalm 98: 4 soms hoort inzetten met het volle orgel "Laat al de stromen vrolijk zingen"- maar dat de organist halverwege ("Hij komt, Hij komt om d' aard te richten") overschakelt naar een angstig fluistergeluid. De berijming van 1773 werkt dat enigszins in de hand misschien, maar het is niet overeenkomstig de onberijmde psalmtekst.

De berijming van 1968 zingt:

Laat alle zeeën, alle landen
Hem prijzen met een blij geluid.
Rivieren klappen in de handen,
de bergen jubelen het uit.
Hij komt, Hij komt de aarde richten,
Hij komt, o volken weest verblijd,
Hij komt zijn koninkrijk hier stichten,
zijn heil en zijn gerechtigheid.

Ik denk dat dié berijming dichter ligt bij de bedoelingen van de psalmdichter

Voor deze keer ook De Nieuwe Psalmberijming van Arie Maasland:

Juich, aarde, om de HEER te prijzen.
Zing blij voor Hem, bazuin het uit.
Laat heel de schepping eer bewijzen.
Zeeën en bergen, jubel luid.
Hij komt om alles recht te zetten.
Straks klinkt zijn vonnis wereldwijd.
Dan buigen volken voor zijn wetten;
dan toont Hij zijn rechtvaardigheid.

Maar dat sluit ik ook nergens uit.
En bovenstaande, dat is ook niet vreemd.
Het is een andere zaak.
Ik geloof niet dat er een kind van God is die nooit in God verblijd heeft gezongen.
Zelfs voor een Heman was er troost. O, God Mijns heils!
En hoe vaak is deze psalm niet gezongen als Gods gerichten op de aarde waren?
Ook bij boete- en bededagen.
Er was een volk, en dat is nu er nog, dat zich wel een mag verheugen in Gods oordelen.
Daar wist de dichter ook wat van,
Lees psalm 97 eens aandachtig.

God heerst als Opperheer;
Dat elk Hem juichend eer';
Gij, aarde, zee en eiland,
Verheugt u in uw Heiland.
Hem dekt met majesteit
Der wolken donkerheid;
Hij vestigt Zijnen troon
Op heil'ge rijksgeboôn,
Vol recht en wijs beleid.

Een vuurgloed gaat Hem voor,
Den gansen hemel door,
En blaakt aan alle zijden
Hen, die Zijn macht bestrijden;
Zijn felle bliksemschicht
Snelt door al 't zwerk, verlicht
Den gansen wereldkloot;
Het aardrijk ziet zijn nood,
En ijst, en beeft, en zwicht.

't Gebergte smelt als was,
En wordt geheel tot as,
Voor 't aangezicht des HEEREN,
Wien al wat leeft, moet eren.
't Verbaasde hemelrond
Meldt, in dien naren stond,
Zijn billijkheid en macht;
De volken zien Zijn kracht
Op 's aardrijks ruimen grond.

Dat ieder schaamrood zij,
Die, onbeschroomd en vrij,
Een beeld durft eer bewijzen
En nietig' afgoôn prijzen,
Den waren God ten hoon.
Knielt voor Hem, al gij goôn!
Zwicht voor den Opperheer;
Buigt u met ootmoed neer
Voor Zijn geduchten troon.

Gans Sion was verheugd,
En juicht', o HEER, van vreugd,
Met Juda's docht'renscharen,
Wanneer 't de blijde maren
Uws oordeels had gehoord;
Want Gij heerst ongestoord,
En toont Uw macht alom,
Ver boven 't godendom,
't Welk siddert voor Uw woord.

Beminnaars van den HEER,
Verbreiders van Zijn eer,
Hoopt steeds op Zijn genade,
En haat altoos het kwade.
Hij, die in tegenspoed
Zijn gunstgenoten hoedt,
Verleent hun onderstand,
En redt z' uit 's bozen hand,
Die op hun onschuld woedt.

Gods vriend'lijk aangezicht,
Heeft vrolijkheid en licht
Voor all' oprechte harten,
Ten troost verspreid in smarten.
Juicht, vromen, om uw lot;
Verblijdt u steeds in God;
Roemt, roemt Zijn heiligheid;
Zo word' Zijn lof verbreid
Voor al dit heilgenot.

[eilander]

Het handen klappen van de rivieren en het vreugde bedrijven van de gebergten staan in oorzakelijk verband met de komst van de Heere ten oordeel. "...want Hij komt".

Dat is als het goed is ook de verwachting van Gods kinderen, en hun oorzaak tot vreugde, maar dat is wezenlijk iets anders dan wat er hier bedoeld werd: wat je hier zegt gaat over de wederkomst, waarin alle dingen nieuw gemaakt worden.
Het ging hier echter over de oordelen van God over deze wereld, waarover o.a. in Openbaringen duidelijk wordt gesproken. Daarvan staat er dat het zo'n benauwde tijd zal zijn dat die om der uitverkorenen wil verkort zal worden. Dat zijn wel "Zijn voetstappen" zoals dat wel gezegd wordt, maar ik geloof toch niet dat hiervan staat dat er veel vreugde in te vinden is. Wel: "heft dan uw hoofden opwaarts".

[Coosje]

"Zo ziet omhoog en heft Uw hoofden opwaarts, omdat Uw verlossing nabij is".
Als daar geen vreugde in ligt; maar dan wel in de beoefening.

[Jeremiah]

Hoe lang nog, zullen we ongestoord naar de kerk kunnen?

Priester vermoord bij gijzeling in kerk Normandië
http://nos.nl/artikel/2119684-priester- ... andie.html

Hier ben ik vaak zo bang voor..

[DDD]

Wat ontzettend. Ik ben daar inderdaad ook regelmatig bang voor.

Ik weet een GerGem waar twee mensen voor beveiliging bij de ingangen staan, naast de mensen van de evangelisatiecommissie. Maar er zijn nog veel kerken waar de beveiliging slecht is geregeld. Ik kan dat ook niet begrijpen.

[eilander]

Wat ontzettend. Ik ben daar inderdaad ook regelmatig bang voor.

Ik weet een GerGem waar twee mensen voor beveiliging bij de ingangen staan, naast de mensen van de evangelisatiecommissie. Maar er zijn nog veel kerken waar de beveiliging slecht is geregeld. Ik kan dat ook niet begrijpen.

Ik neem aan dat ze niet bewapend zijn, dus wat denk je dan te beginnen tegen terroristen?

[Coosje]

Vraag en antwoord 52 van de HC.
Wat troost U de wederkomst van Christus om te oordelen de levenden en de doden?
Dat ik in alle droefenis en vervolging met opgerichte hoofde even Dezelfde, Die Zich tevoren om mijnentwil voor Gods gericht gesteld en al de vloek van mij weggenomen heeft, tot een Rechter uit den hemel verwachte, Die al Zijn en mijn vijanden in de eeuwige verdoemenis werpe, maar mij met alle uitverkorenen tot Zich in de hemelse blijdschap en heerlijkheid nemen zal.

Dat geeft de Heere wel eens in de toepassing en wel omdat:
"Indien wij alleenlijk in DIT leven op Christus zijn hopende, zo zijn wij de ellendigste van alle mensen". 1Korinthe15 vers 19.

[eilander]

Vraag en antwoord 52 van de HC.
Wat troost U de wederkomst van Christus om te oordelen de levenden en de doden?
Dat ik in alle droefenis en vervolging met opgerichte hoofde even Dezelfde, Die Zich tevoren om mijnentwil voor Gods gericht gesteld en al de vloek van mij weggenomen heeft, tot een Rechter uit den hemel verwachte, Die al Zijn en mijn vijanden in de eeuwige verdoemenis werpe, maar mij met alle uitverkorenen tot Zich in de hemelse blijdschap en heerlijkheid nemen zal.

Dat geeft de Heere wel eens in de toepassing en wel omdat:
"Indien wij alleenlijk in DIT leven op Christus zijn hopende, zo zijn wij de ellendigste van alle mensen". 1Korinthe15 vers 19.

Dat klopt, dit heeft Hendrikus ook al opgemerkt. Maar betekent dat ook dat we met blijdschap en vreugde kunnen uitzien naar de oordelen (natuurrampen, aanslagen, oorlogen, ernstige ziekten, etc.) over deze wereld?
Wat je nu zegt gaat over het laatste oordeel.