Nee, ik weet niet waar je dat in leest. Maar het verschil tussen het bidden van een onbekeerde en het pleiten van een gelovige is al genoegzaam aan de orde geweest hier.Willem schreef:Dus als ik het goed begrijp mag een gelovige wel pleiten op de doop van zijn nog onwedergeboren medemensen (ze zijn toch gedoopt, ze zijn toch in de doop naar U genoemd?) maar kan of mag iemand die zichzelf nog als onwedergeboren moet beschouwen niet pleiten op zijn doop (of deze tekst van Daniel als voorbeeld gebruiken) in zijn eigen gebed?Ander schreef:Dat is een gelovig pleiten, net als Mozes in het voorbeeld van Marnix. Dat wordt ook nergens ontkend.Willem schreef:In Daniël 9 lijkt het toch wel heel sterk op een pleiten. (zie onderstreepte).Ander schreef:En wijs vanuit het Woord maar eens aan hoe ik het pleiten moet zien. Ds. de Heer kon het niet vinden, wellicht dat jij hem en mij kunt helpen.
15 En nu, o Heere, onze God! Die Uw volk uit Egypteland gevoerd hebt, met een sterke hand, en hebt U een Naam gemaakt, gelijk hij is te dezen dage; wij hebben gezondigd, wij zijn goddeloos geweest.
16 O Heere! naar al Uw gerechtigheden, laat toch Uw toorn en Uw grimmigheid afgekeerd worden van Uw stad Jeruzalem, Uw heiligen berg; want om onzer zonden wil en om onzer vaderen ongerechtigheden, zijn Jeruzalem en Uw volk tot versmaadheid bij allen, die rondom ons zijn.
17 En nu, o onze God! hoor naar het gebed Uws knechts, en naar zijn smekingen; en doe Uw aangezicht lichten over Uw heiligdom, dat verwoest is; om des Heeren wil.
18 Neig Uw oor, mijn God! en hoor, doe Uw ogen op, en zie onze verwoestingen, en de stad, die naar Uw Naam genoemd is; want wij werpen onze smekingen voor Uw aangezicht niet neder op onze gerechtigheden, maar op Uw barmhartigheden, die groot zijn.
19 O Heere, hoor! o Heere, vergeef! o Heere, merk op en doe het, vertraag het niet! Om Uws Zelfs wil, o mijn God! Want Uw stad, en Uw volk is naar Uw Naam genoemd.
Lees ook het stukje van ds. de Heer eens secuur. Hierover geeft hij duidelijk en Schriftuurlijk een antwoord.