Ik kan het niet anders zien als, dat het aards verkoren volk Israel een beeld/afschijnsel/typologie is van het geestelijk verkoren volk Israel. En wel o.a. om de volgende redenen :
Jezus Christus
De zaligheid is uit de Joden, Joh. 4:22. Maar ook uit de geestelijke Joden. Christus is uit het aardse volk Israel geboren, maar ook geestelijk geboren uit/in het geestelijk verkoren Israel, Joh. 3:6b, Matth. 19:28, 1 Joh. 3:9, 1 Joh. 4:7, 1 Joh. 5:1-18, Titus 3:5, Jac. 1:18, Openb. 12:1-13.
Tarwe en Onkruid
Het aardse Israel bestond uit tarwe en onkruid, het geestelijke Israel uit enkel tarwe dat moet opgroeien met het onkruid, Matth. 13:30.
Verlossing uit Egyptische diensthuis
Het aardse bondsvolk Israel werd verlost middels een weg van bloedstorting en gerechtigheid, het geestelijke Israel precies eender, 2 Kor. 1:10, Gal. 3:13, 1 Thess. 1:10. Israels’ behoudenis en verlossing lag verklaard in het gestreken bloed aan de deurposten, en het eten van het vlees van het geslachte en gebraden paaslam, zo ook bij het geestelijke Israel, Joh. 6:53, Matth. 26:28, Joh. 19:34, Rom. 3:25, Efeze 1:7, Kol. 1:14, Hebr. 9:22, 1 Joh. 5:6.
Zelfde heiliging
Het aardse bondsvolk is apart gezet en geheiligd van alle volkeren op aarde, zo ook het geestelijk verkoren Israel, Num. 23:9, Lev. 21:8, Deut. 33:28, Jer. 49:31, 1 Petrus 1:14-16.
Zelfde Leidsman
Het aardse bondsvolk werd des daags geleidt door de wolkkolom en des nachts door de vuurkolom. Zo ook het geestelijk verkoren Israel door de verworven Geest van Christus, Gal. 5:18, 1 Kor. 2:14, Mark. 4:11, Rom. 8:4-11, Hebr. 12:2, Openb. 7:17.
Zelfde opwas
Christus geboren uit het volk der Joden. En het Kindeken wies op, en werd gesterkt in den geest, en vervuld met wijsheid; en de genade Gods was over Hem, Lukas 2:40. Zo ook het geboren Kindeke Jezus in het hart van het verkoren Israel. Ook zij wassen op de in kennis van Christus en van Goddrie-enig, en worden gesterkt en getroost door dezelfde Geest van Christus. De apostel Johannes spreekt van kinderen, jongelingen en vaders in de genade, 1 Joh. 2:12-14. De discipelen waren in hun omgang met Christus op aarde nog geestelijke kinderen, Joh. 21:5, 1 Petrus 2:2, en konden toen geestelijk nog niet dragen/verstaan, wat zij later wel konden dragen/verstaan, Joh. 16:12, Matth. 13:31-32.
Zelfde onderwijs in de woestijn
Na hun verlossing werd het aardse bondsvolk Israel door God onderwezen in wet en evangelie, door de dienst van de tabernakel. God kwam onder/bij Zijn volk wonen, daartoe moest Israel zich heiligen, zo ook het geestelijke Israel. Gods heilige wet moest in de ark des verbonds gelegd worden, met daarboven het gouden verzoendeksel. Israel moest onderwezen wat deze zaken betekenden, zo ook het geestelijk verkoren Israel. Het geestelijke Israel moet onderwezen worden in hetgeen ze in Christus ontvangen hebben, HC zondag 8 t/m HC zondag, opdat ze door die vermeerdering van kennis hun roeping en verkiezing ten opzicht van hunzelf vast mogen maken, naar 2 Petrus 1:10 (met kant.), om vervolgens vanuit de baten des geloofs te mogen leven, HC zondag 23, Kol. 2:2-7, 2 Petrus 1:5-9.
“Want dat doende zullen zij nimmermeer struikelen….”
Zelfde Doop
Het aardse bondsvolk Israel werd na hun verlossing uit diensthuis van Egypteland gedoopt in de Rode Zee en in de rivier de Jordaan, waardoor zij droogvoets heentogen. Die beiden wateren hadden dezelfde bron, namelijk de berg Hermon. Zo ook het geestelijke Israel. Een ieder die in en door die Meerdere Jozua het geestelijke Kanaan wil beërven, moet gedoopt worden in het badwater der wedergeboorte, dat zijn oorsprong heeft in het eeuwige Vaderharte Gods, Hand. 2:38, Hand. 8:12, Hand. 10:47, Hand. 16:32-34, Titus 3:5.
Zelfde getuigenis
Beide volkeren getuigen van dezelfde God Die zeer machtig is om te verlossen, Ex. 13:5-8, Num. 11:27-29, Lukas 1:46-54, Lukas 1:67-79, Lukas 2:10-20, Lukas 2:28-32, Joh. 4:29, Joh. 9:38, Lukas 24:46-52, Hebr. 11:39, 1 Joh. 1:2, 1 Joh. 4:14, 1 Joh. 5:10.
Zelfde vijanden en verdrukkingen
Ook het aardse Israel moest kampen tegen de driekoppige vijand, namelijk satan, wereld en eigen vlees. Zo ook het geestelijke Israel. Wat heeft de satan dit volk niet vervolgd door andere volken tegen Israel op te hitsen, (tot op de dag van heden) denk aan de kindermoord in Egypte, de kindermoord in Bethlehem. Denk ook aan de duivelse list van Bileam die het volk Israel wilde vloeken. Het draaide alles om dat ene Kind dat geboren moest worden om Zijn volk te verlossen van hun zonden. Christus is in de woestijn door de duivel verzocht, zo wordt ook de geestelijk geboren Christus in Zijn geestelijk verkoren Israel vervolgd in de woestijn des levens, Openb. 12:4-6. In de woestijn moest Israel kampen met vele vijandige volkeren, zo ook het geestelijke Israel, Matth. 24:9, Joh. 16:33, Joh. 17:14, Hand. 14:22, Rom. 8:35. Het aardse bondsvolk moest onder leiding van Jozua in Kanaan zijn vijanden uitroeien. Zo ook het geestelijk verkoren Israel die door de verworven Geest van die Meerdere Jozua tegen hun vijanden moeten strijden en dienen uit te roeien, Rom. 8:13,
Zelfde erfenis en thuiskomen
http://www.dewoesteweg.nl/wp-content/up ... -jacob.pdf Door de beloofde Messias Die komen zou, zou het volk Israel het land Kanaan beërven. Zo ook het geestelijke Israel, dat in Jezus Christus hun eeuwig thuiskomen zal hebben, Matth. 19:29, Gal. 4:30, Openb. 21:1-7.
Kinderen baren
Het aardse bondsvolk Israel droeg het beloofde Vrouwenzaad in haar schoot, en heeft kinderen gebaard waaruit de Messias geboren is geworden, Gen. 3:15, Matth. 1. Zo ook het geestelijk verkoren Israel, Jes. 54:1, Gal. 4:27, Hand. 2:41-47, en Hand. 11:18-23, Hand. 12:24.
Wie heeft ooit zulks gehoord? Wie heeft dergelijks gezien? Zou een land kunnen geboren worden op een enigen dag? Zou een volk kunnen geboren worden op een enige reize? Maar Sion heeft weeën gekregen, en zij heeft haar zonen gebaard, Jes. 66:7-8.
35)
zij barensnood
Te weten Zion, Jes. 66:8; dat is de kerk Gods; en, eer zij barensnood of weeën had, heeft zij gebaard; dat is, de kerk van Christus zal snellijk en onverhoeds aanwassen, doordien haastelijk, boven verwachting, velen uit de heidenen het Evangelie zullen aannemen,, die hun tot kinderen Gods zullen geboren worden; zie Hand. 2:41:47, en Hand. 12:24. De heidenen zijn bij grote menigten in plaats der goddeloze en ongelovige Joden tot de gemeente van Christus gekomen; zie Hand. 11:18,23.