Het slot, met een tragische conclusie:
[Aangepast op 21/6/05 door Pim]Traditioneel
Hoe is de Veluwe bevindelijk geworden? Sulman lanceert de regressietheorie. Door de toenemende invloed van buitenaf, van wereldlijke en kerkelijke overheid, en de opkomst van het toerisme, trekt de Veluwenaar zich terug in zichzelf, begint zich steeds meer te hechten aan het oude en vertrouwde in eigen kring. De Veluwse mens is traditioneel. Dat betekent in de praktijk: gehechtheid aan wat ouders en grootouders doorgaven.
Daarmee houdt het echter op. Van de traditie als de bedding der eeuwen heeft men geen weet. Alleen al daarom is het boek van Sulman een ware ontdekking. De historicus drukt je met de neus op de feiten. De kerkelijke kaart van de Veluwe zag er in de negentiende eeuw werkelijk anders uit dan vandaag.
Mij heeft in de studie van Sulman vooral geraakt het naast elkaar blijven bestaan van christelijke prediking en volksgeloof. Stonden de twee elkaar werkelijk niet in de weg? De dominee kan preken wat hij wil, de gemeente gaat de eigen gang zoals van oudsher overgeleverd. Men blijft alcohol stoken om de accijns te omzeilen; men gaat als vanouds op stropen uit, om reden van bittere armoede en gelegaliseerd door de gemeenschap. In vacaturetijd staat de censuur rond het avondmaal op een laag pitje. Als de dominee een beroep naar elders heeft aangenomen, moet de kerkenraad immers verder met de mensen van het eigen dorp. De voorganger is voorbijganger. Hij is geroepen om te preken, te onderwijzen, te trouwen, te begraven, maar de traditionele gewoonten houdt het dorp in eigen hand.
Buiten bereik
Tragische figuur dus, die dominee, die wellicht meent het volk te kennen, terwijl de ziel van dat volk zich niet laat bekijken. Dat spreken ze niet uit tegenover hem waar hij bij is. De diepste laag van het volk, de heidense, raakt hij niet. Die blijft buiten bereik van het Evangelie. De Veluwse mens is bepaald niet lijdelijk, aarzelt niet het recht in eigen hand te nemen, maar voelt zich in geestelijke zaken van God diep afhankelijk. De vraag is: welke God? Als theoloog die het onderzoek van de historicus op zich laat inwerken, moet ik tot de slotsom komen dat de God die vanaf de kansels verkondigd en beleden wordt -de God van Israël- op de Veluwe voor velen nog altijd een Vreemde is gebleven.