Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

hervormde
Berichten: 522
Lid geworden op: 25 jan 2008, 21:49

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door hervormde »

De mens is door de HEERE in Zijn beeld geschapen. Hij mocht dagelijks wandelen in de gemeenschap met de HEERE. Als het ware aan Zijn hand.

Wat heeft de mens (Adam) gedaan? Hij heeft zich afgewend van de HEERE. Is uit het beeld van God gevallen. Radicaal en totaal. Door naar de satan te luisteren.

Van die tijd wandelt de mens als tastend en zoekend over de aarde. Heeft geen weet van het geestelijke. Is vervreemd van God. Kent maar één meester en dat is de duivel en zichzelf.

De HEERE is ondanks dit alles toch verder gegaan met de mens. Dat begint al met de moederbelofte. En dat gaat verder met Noach, Abraham en zo ook het volk Israël. Dat volk heeft Hij lief. Ook hier: niet dankzij het volk, maar ondanks het volk. Hij wil ze weer terug in Zijn gemeenschap. Zijn volk is een voorafschaduwing van het ware Israël. In het paradijs wandelde Adam met de HEERE. Wel zegt de HEERE tot Israël. Dat is Mijn bedoeling ook met u. Ik zet je apart. Zonder je af. Hiertoe geef Ik je de Wet. Als tuchtmeester. Om je in het rechte spoor te houden. Wie zich aan Mijn bevrijdende Wet houdt, wandelt als Adam met Mij.

Kan dat? Wandelen in het juiste spoor? Nee, niet in ons eigen licht. Dat kan alleen als het Licht der wereld, de Zon der gerechtigheid ons levenspad, ons hart verlicht. Daarom is Christus ons tot leermeester gegeven. En dat was ook de belijdenis van de Heidelberger. Niemand kan ons leren hoe we de Wet moeten zien, tenzij we aan de hand van dit Licht wandelen. In Zijn licht zien we pas hoe ellendig we er aan toe zijn. Hoe dor en doods ons leven is.

Dat Licht wordt verkondigd. Iedere keer weer. Aan zondaren. Hoor hoe Filippus tot Nathanael zegt: Kom en zie. Hier is de Christus. Hier is het Licht der wereld. Hier de zachtmoedige Meester die vriendelijk wenkt en nodigt. Zijn last is niet zwaar. Dat van de Farizeeën wel. Omdat ze de Wet niet verstaan slaan ze je met de Wet om de oren. Maar Christus is de ware verkondiger van de Wet. Hij is de Bevrijder. Hij ging in de Exodus het volk voor in de wolkkolom als het Licht en dat doet Hij nog. Hij staat in de verkondiging, in Zijn Woord als een lichtende ster aan de hemel. Kom, dan en zeg het met Johannes de Doper in geloofsverwondering: Zie, het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt.
Gebruikersavatar
Marnix
Berichten: 13464
Lid geworden op: 21 jul 2005, 13:18
Locatie: Hilversum

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Marnix »

Klopt, maar er blijft nog een vraag over. De strekking lijkt: We kunnen ons niet aan de wet houden dus we hebben Christus nodig. Maar als we ons wel aan de wet konden houden, hadden we dan zalig kunnen worden? Hoe verhoudt dat zich tot de erfzonde, de leer dat we, voor we de geboden overtraden, al zondig waren?

Verder is de wet niet de tuchtmeester voor wie in Christus zijn. Maar wel om ons in het goede spoor, dicht bij Hem, te houden... woorden van leven.
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."
hervormde
Berichten: 522
Lid geworden op: 25 jan 2008, 21:49

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door hervormde »

Marnix schreef:Klopt, maar er blijft nog een vraag over. De strekking lijkt: We kunnen ons niet aan de wet houden dus we hebben Christus nodig. Maar als we ons wel aan de wet konden houden, hadden we dan zalig kunnen worden? Hoe verhoudt dat zich tot de erfzonde, de leer dat we, voor we de geboden overtraden, al zondig waren?

Verder is de wet niet de tuchtmeester voor wie in Christus zijn. Maar wel om ons in het goede spoor, dicht bij Hem, te houden... woorden van leven.
alles heeft te maken met het wandelen in Gods beeld en licht. In het paradijs wandelden we in Gods beeld, omdat we door Hem in dat beeld geschapen zijn. Met de val zijn we uit Gods beeld gevallen. Wij en onze kinderen. We missen allemaal het ware zicht door het gemis aan licht.

De Wet als tuchtmeester in Galaten verwijst naar de functie die de ceremoniële Wet had voor het volk. Tot afzondering. Inderdaad is de Wet gegeven om in het goede spoor te wandelen. Maar dat is ten ene male onmogelijk in ons eigen licht. Alleen verbonden met Christus zien we wat de Wet is. Dan gaat het niet meer in ons leven om wat we doen, maar hoe we het doen. Vgl. de samenvatting: God liefhebben boven alles en onze naaste als ons zelf.
Gebruikersavatar
Marnix
Berichten: 13464
Lid geworden op: 21 jul 2005, 13:18
Locatie: Hilversum

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Marnix »

Helemaal mee eens!
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."
visser
Berichten: 5
Lid geworden op: 14 sep 2009, 19:35

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door visser »

Marnix schreef:Klopt, maar er blijft nog een vraag over. De strekking lijkt: We kunnen ons niet aan de wet houden dus we hebben Christus nodig. Maar als we ons wel aan de wet konden houden, hadden we dan zalig kunnen worden? Hoe verhoudt dat zich tot de erfzonde, de leer dat we, voor we de geboden overtraden, al zondig waren?

Verder is de wet niet de tuchtmeester voor wie in Christus zijn. Maar wel om ons in het goede spoor, dicht bij Hem, te houden... woorden van leven.
Dag,

Je geeft aan dat er nog een vraag overblijft, en die lijkt met nog niet beantwoord. Wat je zegt is waar, we kunnen ons niet aan de wet houden, want we zijn 1 van het menselijk geslacht waarvan God zelf zegt, Ik zag en zie er is er niet één die goed doet.

We zijn in een volmaakt werkverbond geschapen, we konden vallen maar hoefden niet te vallen. Echter zijn wij gevallen. Tot in onze laatste vezels zit de drang om via het werkverbond wederom tot genade te komen. Maar dat kan niet meer, wat een heerlijke genade dat een mens om niet gerechtvaardigt wordt. Alleen helaas is het zo waar wat God zegt in Zijn woord. Gij zegt niet het is buiten hoop! Daar zit het op vast.

Na een sterven aan de wet en een inlijving in Christus eist de wet niet meer, want de Volbrenger der wet Christus heeft deze wet zélf volbracht. Dan wordt het: Om die te doen uit dankbaarheid. Lukt het niet? Zo wij somtijds in zonden vallen?Niet vertwijfelen aan Gods genade!
hervormde
Berichten: 522
Lid geworden op: 25 jan 2008, 21:49

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door hervormde »

Het bestaan van een werkverbond is voor velen onopgeefbaar. Het wordt ook gebruikt om te zeggen dat een mens wil werken. Zo was hij het geleerd in het paradijs.

Probeer nu eens eerlijk en onbevangen de Schrift te lezen.

Adam wandelde met de HEERE. In Zijn gemeenschap. Er was geen sprake van doe dat en gij zult leven, maar omdat ze in het beeld van God en dus in Zijn gemeenschap wandelden konden ze niet anders doen dan wat de HEERE vraagde. Zoals een mens ademt zonder er bij na te denken, zo ademde Adam geestelijk. Dat was geen werken, maar leven. Daarom de boom des levens! Deze boom herinnerde Adam iedere keer aan het leven met de HEERE.

Wel klinkt er een dreigende vloek: ten dage als gij daarvan eet, zult gij de dood sterven.

Die vloek zou nooit opgeheven zijn. Adam kon de zaligheid niet verdienen, omdat hij de zaligheid al bezat. Wel verliezen.
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Bert Mulder »

hervormde schreef:Het bestaan van een werkverbond is voor velen onopgeefbaar. Het wordt ook gebruikt om te zeggen dat een mens wil werken. Zo was hij het geleerd in het paradijs.

Probeer nu eens eerlijk en onbevangen de Schrift te lezen.

Adam wandelde met de HEERE. In Zijn gemeenschap. Er was geen sprake van doe dat en gij zult leven, maar omdat ze in het beeld van God en dus in Zijn gemeenschap wandelden konden ze niet anders doen dan wat de HEERE vraagde. Zoals een mens ademt zonder er bij na te denken, zo ademde Adam geestelijk. Dat was geen werken, maar leven. Daarom de boom des levens! Deze boom herinnerde Adam iedere keer aan het leven met de HEERE.

Wel klinkt er een dreigende vloek: ten dage als gij daarvan eet, zult gij de dood sterven.

Die vloek zou nooit opgeheven zijn. Adam kon de zaligheid niet verdienen, omdat hij de zaligheid al bezat. Wel verliezen.
Het staat vast dat Adam in verbondsgemeenschap met God leefde. Namelijk, dat God een eenzijdig verbond met hem had opgericht.

Dat betekende niet, dat Adam, door gehoorzaamheid, iets zou kunnen 'verdienen'. Ook lezen we in de Schrift nergens dat Adam, na een bepaalde 'proefperiode' nooit meer zou kunnen vallen.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
visser
Berichten: 5
Lid geworden op: 14 sep 2009, 19:35

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door visser »

Het verbond met adam was wel degelijk een werkverbond. Waarom? Wel er staat dat ze mochten eten van alle bomen van het veld, maar niet van de boom des kennis des goeds en des kwaads. Dit hield in dat ze met God mochten wandelen, maar niet van die boom mochten eten om zo als God te kunnen zijn.

Dus God vroeg hierin werkzaamheid namelijk, gehoorzaamheid. Je kunt wel zeggen dat Adam hier geen moeite voor hoefde te doen, maar hij kon wel vallen, getuige de val die hij maakte en wij in hem. Zodra de satan in de slang tot eva kwam eiste God een werkzaamheid namelijk, het kwade tegen te staan. Maar dat deed zij niet.

Dus helemaal niet vreemd dat Gods volk leert dat ze willen werken en zich maar niet willen LATEN zaligen.

Dus het verbond was absoluut niet eenzeidig maar tweezeidig. Gods eis: Gehoorzaamheid. Gods toezegging het eeuwige leven.

Dat is de kern van het Christelijk geloof.
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Bert Mulder »

visser schreef:Het verbond met adam was wel degelijk een werkverbond. Waarom? Wel er staat dat ze mochten eten van alle bomen van het veld, maar niet van de boom des kennis des goeds en des kwaads. Dit hield in dat ze met God mochten wandelen, maar niet van die boom mochten eten om zo als God te kunnen zijn.

Dus God vroeg hierin werkzaamheid namelijk, gehoorzaamheid. Je kunt wel zeggen dat Adam hier geen moeite voor hoefde te doen, maar hij kon wel vallen, getuige de val die hij maakte en wij in hem. Zodra de satan in de slang tot eva kwam eiste God een werkzaamheid namelijk, het kwade tegen te staan. Maar dat deed zij niet.

Dus helemaal niet vreemd dat Gods volk leert dat ze willen werken en zich maar niet willen LATEN zaligen.
e
Dus het verbond was absoluut niet eenzeidig maar tweezeidig. Gods eis: Gehoorzaamheid. Gods toezegging het eeuwige leven.

Dat is de kern van het Christelijk geloof.
Waar lezen we in de Schrift dat Adam God antwoordde, en het verbond zodoende tweezijdig maakte? Nergens toch? We lezen alleen dat God Adam het gebod oplegde, en zodoende een verbond met Adam sloot. Adam sloot geen verbond met God, maar was passief. Net zoals Abraham passief was in het (genade) verbond, terwijl God alleen tussen de stukken doorging.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
visser
Berichten: 5
Lid geworden op: 14 sep 2009, 19:35

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door visser »

Bert Mulder schreef:
visser schreef:Het verbond met adam was wel degelijk een werkverbond. Waarom? Wel er staat dat ze mochten eten van alle bomen van het veld, maar niet van de boom des kennis des goeds en des kwaads. Dit hield in dat ze met God mochten wandelen, maar niet van die boom mochten eten om zo als God te kunnen zijn.

Dus God vroeg hierin werkzaamheid namelijk, gehoorzaamheid. Je kunt wel zeggen dat Adam hier geen moeite voor hoefde te doen, maar hij kon wel vallen, getuige de val die hij maakte en wij in hem. Zodra de satan in de slang tot eva kwam eiste God een werkzaamheid namelijk, het kwade tegen te staan. Maar dat deed zij niet.

Dus helemaal niet vreemd dat Gods volk leert dat ze willen werken en zich maar niet willen LATEN zaligen.
e
Dus het verbond was absoluut niet eenzeidig maar tweezeidig. Gods eis: Gehoorzaamheid. Gods toezegging het eeuwige leven.

Dat is de kern van het Christelijk geloof.
Waar lezen we in de Schrift dat Adam God antwoordde, en het verbond zodoende tweezijdig maakte? Nergens toch? We lezen alleen dat God Adam het gebod oplegde, en zodoende een verbond met Adam sloot. Adam sloot geen verbond met God, maar was passief. Net zoals Abraham passief was in het (genade) verbond, terwijl God alleen tussen de stukken doorging.
Ondanks dat het eenzijdig door God werd opgelegd, eiste God wel iets in dat verbond. En dat was niet eten van de verboden vrucht.

Het volgende vat alles samen:

Valbaar geschapen
Herstelbaar gevallen
Onvalbaar hersteld.
Wilhelm
Berichten: 3240
Lid geworden op: 13 okt 2007, 19:26

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Wilhelm »

Ds. C. A. van der Sluijs schreef:
Sterven aan de wet
Er is al eens eerder een vraag gesteld over de website De Rokende Vlaswiek van Burggraaf. Nu heb ik een vraag die mij behoorlijk bezighoudt. Het gaat niet om de persoon Burggraaf, maar om een inhoudelijke kwestie die ik opgedaan heb door het lezen op zijn website. Galaten 2:19 over het sterven aan de wet door de wet is volgens hem, als ik het goed lees, een kerntekst. Iemand die dit niet bevindelijk beleefd heeft in een punt des tijds, die heeft geen waar geloof. Die bedriegt zich voor de eeuwigheid. Is er bij deze tekst nu sprake van een speciale bevinding die aan het geloof vooraf gaat? Het lijkt ook wat anders te zijn dan de ervaring van de Vierschaar der Conciëntie, maar wat wordt nu precies bedoeld? En is het bijbels? Mischien kan ds. Van der Sluijs hier op antwoorden?

Antwoord

Ernstige vraagsteller,

Ik probeer zo goed en kort mogelijk je vraag te beantwoorden. Probleem is dat niet-theologen een hoop verwarring kunnen stichten. Theologen kunnen dit trouwens ook wel. De door jou genoemde pseudo-theoloog meent het beter te weten dan nagenoeg iedereen. En dan moet je altijd oppassen. Hij zegt een aantal waarheden, maar zonder hun verband ontaarden ze in leugens. Daarnaast geldt: al wist ik zo wat alles van de Bijbel, en ik had de liefde niet, dan was ik nog niets (vgl. 1 Kor. 11).

Inderdaad is Galaten 2:19 een kerntekst. Maar die zijn er meer. Met elkaar verhouden ze zich als de éne waarheid van God. Het sterven aan de wet door de wet begint een keer in het leven van de gelovige en houdt daarna niet meer op voordat hij ook lichamelijk sterft. Vaak is dit met veel twijfels omgeven aangaande de echtheid van een en ander in iemands leven. De Heilige Geest geeft altijd getuigenis aan zijn eigen werk naar de maat van het geloof dat Hijzelf iemand deelachtig maakt. Dit stervensproces kan zich zo intensief verdichten dat er sprake is van een punt des tijds. Een markant moment en gebeuren wat je nooit meer vergeet.

De theologen van de Nadere Reformatie lieten dit doorgaans plaatsvinden aan het eind van een proces, waarbij geloof en ongeloof over en weer vaak de overhand hadden en het geestelijk leven met veel twijfels en onzekerheid omgeven was. Op het eind van zo’n geestelijke weg maakte God als het ware korte metten met iemand, werd het een afgesneden zaak voor hem en ging hij als het ware verloren, waarna wonderlijker wijze de vrijspraak kwam. Onze vaderen van de Nadere Reformatie hebben nooit gezegd dat er van te voren niets was aan oprecht geloof en echt geestelijk leven. Men was beducht voor zelfbedrog en men liet de mensen niet verder voor waar houden dan wat ze zelf echt hadden meegemaakt.

Hier is veel voor te zeggen, als er maar geen systeem van gemaakt wordt. En dit dreigt vandaag wel in bepaalde kringen. Gevolg daarvan is dat men aan de hand van kenmerken van het geestelijk leven dan zelf probeert uit te maken hoe ver men is en in hoeverre het echt is voor en in henzelf. Dan worden de beloften van God betrokken op de gelovige en daarna op Christus. Met het leven uit de beloften moet men dan naar Christus om in Hem te eindigen.

Dit laatste moet weer gecorrigeerd worden met de theologie van de Reformatie. Daar worden de beloften van God direct betrokken op Christus en dan op de gelovige. Vanaf het begin getuigt de Geest met onze geest dat Gods beloften in Christus waar zijn. Daarin komt direct zekerheid mee. Maar dan wel naar de maat van het geloof. Onderwijs uit de Schrift van Godswege is hier van het grootste belang. Want het gaat inderdaad om verzoening door voldoening. We dienen niet te rusten in ons geloof maar in de Beloofde.

Het sterven aan de wet door de wet is dus van wezenlijk belang, maar het moet niet worden gesystematiseerd. In dit laatste geval zuchten we onder de wet, maar het gaat er om dat we ademen en steeds weer opademen onder de klanken van het evangelie. De Reformatie heeft dit ook sterk verbonden met het hóren van het Woord van God. “Hoe zalig is het volk dat naar Uw klanken hóórt…” En dit heeft weer alles te maken met de gehóórzaamheid van het geloof.
Ik hoop dat je verstaat waar het om gaat. Laat je niet door mensen van de wijs brengen, maar laat je wijs maken tot zaligheid door God zelf door in grote afhankelijkheid te verkeren onder de bediening der verzoening. Wie het niet weet, mag het af en toe weten… dat God naar hem omziet uit genade om Jezus’ wil.

Met vriendelijke groet,
Ds. C. A. van der Sluijs
Gebruikersavatar
DWW
Berichten: 645
Lid geworden op: 11 jun 2009, 19:57
Locatie: Katwijk
Contacteer:

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door DWW »

Lees hier Philpot heel treffend : over het sterven aan de Wet.


U dus de aard en de omstandigheden van Christus' sterven aangetoond hebbende, ga ik voort om u de gelijkmaking van dien dood aan te tonen. Want Gij zult u herinneren, dat de voornaamste kracht van onze tekst hierin vervat is: dat ‘wij met Hem een plant geworden zijn in de gelijkmaking van dien dood’. Wij kunnen niet werkelijk sterven gelijk Christus stierf, al werden wij zelfs letterlijk gelijk Hij gekruist; want zelfs in dat geval zouden wij alleen voor onszelf sterven, maar Hij stierf voor de Gemeente. Zo wij dus met Christus zullen gekruist worden, worden wij niet werkelijk en letterlijk in onze lichamen gekruist, maar in de gelijkmaking van dien dood in onze zielen. Laat mij dit een weinig duidelijker en vollediger verklaren, en dan zult gij zien hoe wij, als wij één plant moeten worden in de gelijkmaking van Christus' sterven, onder dezelfde zaken moeten sterven onder welke Christus stierf, of anders zal er geen gelijkmaking zijn.

a. Ten eerste dan, moeten wij onder de wet sterven, of anders is er in dat opzicht geen gelijkmaking aan Christus' sterven. Maar wanneer sterft gij onder de wet? Wanneer gij harenplechtige vloek op uw geweten gevoelt; wanneer gij er door veroordeeld bent en schuldig voor God ingebracht bent; wanneer gij door haar moordend vonnis in uw hart van alle hoop afgesneden bent en bijna in wanhoop verzonken bent onder een kennis van hetgeen de wet eist en uw onbekwaamheid om die te volbrengen. Indien gij nu nooit onder de vloek en de veroordeling der wet gestorven bent, bent gij ook nimmer in de gelijkmaking van Christus' dood een plant geworden, daar Hij, gelijk wij gezien hebben, onder haren vloek lag.

b. Wederom, Christus stierf onder de zonde, die op Zijn heilig hoofd geladen werd, toen Hij zonde voor ons gemaakt werd. Nu moet gij op dezelfde wijze sterven of anders bent gij geen plant geworden in de gelijkmaking Zijns doods. Sommigen van Uw kunnen wellicht dit sterven onder het gewicht van uw zonden duidelijker zien, dan het punt dat ik zo even behandeld heb in het sterven onder de wet. Ik geloof volkomen dat velen van de kinderen Gods in hun bevinding duidelijker kunnen nagaan wat zij gevoeld hebben van het gewicht der zonde, dat hen verpletterde en doodde aan alle wettische hoop, dan de strengen vloek en de veroordeling der wet gelijk ik aangetoond heb. Wij weten dat de kruisiging een langzame dood was. Zo sterven velen een langzame dood onder de last der zonden, die, althans in hun eigen gevoel, geen plotselinge dood sterven, onder de vloek der wet. Heeft de zonde nu immer als een zeer zware last op uw geweten gelegen? Bent gij ooit schuldig voor Gods vierschaar gedaagd? Waren uw zonden nooit bergen hoog en zeeën diep in uw schatting? Was gij ooit afgesneden,. door een kennis van uw ontzettende zonden, van alle hoop om in uzelf behouden te worden? Dan bent gij gestorven onder derzelver beschuldiging op u en door het sterven bent gij één plant geworden in de gelijkmaking van Christus' dood.

c. Wederom, gij moet sterven onder een bewustzijn van Gods wraak, die uw zonden heeft veroorzaakt, het misnoegen des Almachtigen op uw geweten gevoelen en onder hetzelve sterven, zodat gij geen hoop van zaligheid hebt door dien toorn weg te nemen door iets, dat gij kunt verrichten; of anders is er geen gelijkmaking van Christus' dood. Wij moeten één plant worden in die gelijkmaking. Maar als er zulk een sterven niet is als ik beschreven heb onder de wet, noch onder het gewicht der zonden, noch onder de toorn Gods, waar is die gelijkmaking dan? Iemand brengt mij een foto van een vriend om te bezien. ‘Wie is dat?’ zo vraag ik: ‘Ik weet niet dat ik hem ooit gezien heb’. ‘0 ja, voorzeker, het is die en die.’ ‘Wel neen, dat kan niet zijn, het moet een vergissing zijn; het gelijkt niet.’ Hij brengt mij een ander om te zien. ‘0 ja,’ roep ik uit, ‘Ik zie in een ogenblik wie het is. Welk een wonderlijke, welk een treffende gelijkenis’. Past nu dit beeld toe. Zo gij nooit één plant geworden bent in de gelijkmaking van Christus' dood, door te sterven onder de wet, onder de last der zonde en onder de toorn des Almachtigen: gij brengt mij uw bevinding, ik bezie dezelve; maar waar is de gelijkmaking? Ik kan er Christus niet in zien; er is niet één trek in van het beeld Zijns lijdens. Maar als gij een sterven onder de wet, onder het gewicht der zonde en onder de toorn des Almachtigen hebt ondervonden, dan is er gelijkmaking: Christus in het beeld Zijns lijdens wordt dan in uw ziel teruggekaatst.

Past dit nu toe op de bewijsvoering van de apostel als der zonden gestorven zijnde. Op dezelfde wijze dan, als toen Christus onder die dingen stierf, stierf Hij ook aan dezelve, zodat noch wet, noch toegerekende zonde, noch de toorn Gods, noch de dood zelf enige macht over Hem had; er is ook een gelijkmaking in dit punt in des Christens bevinding. Wij sterven aan de wet nimmer voordat wij onder de wet sterven. ‘Ik ben door de wet,’ zegt de apostel, ‘der wet gestorven, opdat ik Gode leven zou’ (Gal. 2: 19). door de wet’ wil zeggen daardoor gedood te zijn. Dus als de wet u gedood heeft, dan heeft zij het ergste wat haar mogelijk was volbracht; en als gij onder de wet sterft, dan sterft de wet aan u. Zij gaat dan een ander achterna om die te doden. Als de soldaat in de strijd zijn tegenpartijder heeft gedood, laat hij het lijk op de grond liggen en jaagt een ander achterna. Evenzo als de wet een kind Gods gedood heeft, laat zij hem liggen en gaat een andere prooi achterna, om het zwaard in zijn hart te stoten. Wederom, als gij onder het gewicht der zonden sterft, zo sterft gij aan de zonde. Dit is van de apostel bewijsvoering: ‘Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven?’ (Rom. 6: 2). Als gij het verpletterend gewicht der zonde op uw ziel hebt gevoeld, kunt gij dan het volgende ogenblik heen gaan en diezelfde zaken doen waaronder uw geweten bloedt, en van welke gij verlossing hebt ontvangen door het bloed des Lams? die geleden heeft in het vlees,’ zegt de apostel, heeft opgehouden van de zonde; opdat hij niet langer de overige dagen zijns levens in het vlees zou leven naar de lusten der mensen, maar naar de wil van god’. Waar de zondelast gevoeld wordt en waar een vereniging met Jezus bestaat, als onze zonden in Zijn eigen lichaam op het hout dragende, daar is een sterven aan de zonde, beide door een gevoel van ellende en een bewustzijn van genade.

Zo is het met het sterven onder de toorn Gods. Door daar onder te sterven, sterft gij er aan. Als gij de toorn Gods in uw boezem gevoelt en er onder sterft, wegkwijnende in uw ongerechtigheden en gij verlossing krijgt door vereniging met de gekruiste Christus, zult gij aan de toorn Gods sterven en in staat zijn te zeggen: ofschoon Gij toornig op mij geweest bent, Uw toorn is afgekeerd en Gij troost mij’ (Jes. 12: l). Dit is dus de ‘gelijkmaking van Christus' dood’.

Maar er staat een plant te worden in die gelijkmaking. Welke is die inplanting en hoe wordt zij teweeg gebracht? Zij is uit kracht van de doop, gelijk de apostel verklaart: weet gij niet, dat zo velen als wij in Christus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn?’ Maar welke doop? Waterdoop of Geestesdoop? Hierover is een grote tweestrijd geweest. Sommigen hebben gezegd: ‘hier heeft de waterdoop geen plaats’. Anderen hebben bijna gezegd: hier heeft de Geestesdoop geen plaats’. En zo hebben zij gelijk verwoede kampvechters de tekst in stukken gescheurd. Ik geloof, naar mijn oordeel, dat de Geestesdoop de voornaamste zaak is welke bedoeld wordt, maar dat de waterdoop gebezigd wordt als een voorstelling daarvan. Dus neem ik beide uitleggingen en zal ik trachten, zo ver ik kan, elkeen ervan op de rechte plaats te stellen. Niets is mij meer duidelijk dan dit, dat de waterdoop die door indompeling, of door besprenging geschiedt, ons geen plant kan doen worden in de gelijkmaking van Christus' dood. Zij kan er een afbeelding van zijn; maar zij is zo weinig de zaak zelf, als een portret een mens is, of de gelijkenis van een zaak de zaak zelf. Het voorbeeld van Simon Magus (de tovenaar) is op zichzelf genoegzaam om dit te bewijzen; en ongetwijfeld zijn er duizenden met water gedoopt geworden, die nimmer werden gedoopt met de Heilige Geest. Een blote indompeling van het lichaam in water, kan, ofschoon het een evangelisch sacrament is, geen geestelijke wedergeboorte teweeg brengen. Maar de geestelijke doop, die het werk Gods op de ziel is, doet ons één plant worden in de gelijkmaking van Christus' dood. Ook de taal zelfs van de apostel schijnt aan te duiden dat hij een onderscheid maakte tussen de tweeërlei doop. ‘Weet gij niet,’ zegt hij, ‘dat zo velen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn’. Merk de uitdrukking op ‘zo velen als wij,’ alsof hij wil te kennen geven, dat er onder hen de zodanigen konden zijn, die met water gedoopt waren, maar die niet in Christus Jezus waren gedoopt. Het is waar, dat van deze geestelijken doop, de waterdoop door Hem uitgekozen is als een type en voorstelling, want deze beeldt zichtbaar en blijkbaar het begraven met Christus en de opstanding met Christus af; want gelijk de dopeling in het water begraven wordt, zo worden wij met Hem begraven, uit kracht van een geestelijken doop in Zijn dood. Maar de enige waardij van het sacrament des doops bestaat daarin, dat het een zinnebeeld is; en het zou een droevige vergissing zijn, om datgene dat slechts een afbeelding is, te verheffen in de plaats van het bijzonder werk van de Heilige Geest in de ziel. Maar laat ons nu wat nauwkeuriger het een plant worden beschouwen. Het denkbeeld is dat van een boom, die in de aarde geplant wordt, of anders van een tak of stek, die op een stam wordt ingeënt. Neemt welke gij wilt, of neemt beide denkbeelden, want zij zijn beide even gelijk schriftuurlijke beelden; en neemt eerst het denkbeeld van een jongen boom, die in de aarde geplant wordt, als meest overeenkomende met de uitdrukking. Door wederbarende genade wordt de ziel Gode levend gemaakt; en door Gode levend gemaakt te zijn wordt zij uit de ruwen grond der natuur uitgenomen, en overgeplant in de vetten, vruchtbaren grond der genade. Daar vindt zij een geschikte grond, waarin zij kan opschieten en groeien. Zij wordt alzo een plant in de gelijkmaking van Christus' dood, uit kracht van een geestelijken doop; want het is de Heilige Geest die haar deze levende vereniging geeft met de Zoon van God, want ‘die de Heere aanhangt is één Geest met Hem’. De Heilige Geest neemt daarom de ziel en plant die in het geestelijke lichaam van Christus, gelijk bij de doop het lichaam wordt gedompeld in het water. Zo is het allereerste werk der genade op het hart, om het hart en de genegenheden van de wereld af te scheiden, de ziel uit te rukken en te ontwortelen uit dien grond der zonde en des doods, waarin zij van nature geplant was, als groeiende op de ouden wortel van Adam. Maar door deze overplanting in Christus, wordt zij één planting in de gelijkmaking van Christus' dood. Wat deze gelijkmaking is, heb ik u bereids aangetoond. Ik heb u nu aan te tonen, hoe de Heilige Geest de ziel in die gelijkmaking inplant en doet wortelen. Deze gelijkmaking bestond uit het sterven onder de wet, onder de zonde, onder de toorn Gods. Het is dan, door de kracht van de Heilige Geest, dat de vloek der wet, de veroordeling der zonde en een gevoelig bewustzijn van de wraak Gods geestelijk toegepast en aan het geweten bekend gemaakt worden. Door dit werk der genade dan aan het hart, is er een ontwortelen, een uitrukken der ziel uit de oude, verdorven, wereldse, eigengerechtige grond, waarin zij groeide en een overplanting daarvan in de hof der evangelische genade. Dit is een ruw en smartelijk werk; maar er is geen andere wijze, waardoor de ziel gelijkvormig kan worden gemaakt aan de gelijkmaking des doods van Christus. Stierf Hij gemakkelijk zonder pijn of foltering? Als gij dan sterft, dat is, geestelijk sterft, zonder smart of pijn, waar is dan de gelijkmaking Zijns doods? Ik wil daarmee niet anders zeggen, dan dat, wanneer het werk eerst aanvangt aan het geweten van een zondaar, de ziel zo zwak en wankelbaar kan zijn als een boompje, dat pas uit de broeikas genomen wordt. Maar er is leven in: het is geen dode boom; en daar er leven in is, schiet het neerwaarts wortelen en groeit opwaarts, in verhouding tot de geschiktheid van de grond en de kracht van de plant. Of neemt het beeld der inenting. Wanneer God de Heilige Geest u neemt en inent in de gelijkmaking van Christus' dood, door u de veroordeling der wet, het gewicht van uw zonde en de wraak des Almachtigen te doen gevoelen, is zulks om u een plant te doen worden in de gelijkmaking van Christus' dood. En gelijk in de natuur de stek, als zij sterker wordt, meer ingelijfd wordt zelfs in het lichaam van de stam, daar nauwer mee in verbinding komt en er meer sap en kracht uit trekt, zo geeft dit één plant worden, u door verdrukking en beproeving meer en meer een overeenkomst aan de gekruiste Jezus; om hoe langer hoe meer met Hem te worden gekruist en zo in het lichaam meer gedurig het sterven van de Heere Jezus Christus om te dragen.


Bron : http://books.google.nl/books?id=7s7jE71 ... et&f=false


Deze J.C. Philpot kon, óók in zijn schrijven, weleens een geestelijke broer van DWW zijn....... ;)
Want, de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zaligen, dat verloren was.
http://www.dewoesteweg.nl
Wilhelm
Berichten: 3240
Lid geworden op: 13 okt 2007, 19:26

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Wilhelm »

Je zou zeggen , er zitten veel overeenkomsten in tussen het citaat van Philpot en van Ds vd Sluijs.

Heel mooi vind ik ook dit :

Wij weten dat de kruisiging een langzame dood was. Zo sterven velen een langzame dood onder de last der zonden, die, althans in hun eigen gevoel, geen plotselinge dood sterven, onder de vloek der wet. Heeft de zonde nu immer als een zeer zware last op uw geweten gelegen? Bent gij ooit schuldig voor Gods vierschaar gedaagd? Waren uw zonden nooit bergen hoog en zeeën diep in uw schatting? Was gij ooit afgesneden,. door een kennis van uw ontzettende zonden, van alle hoop om in uzelf behouden te worden? Dan bent gij gestorven onder derzelver beschuldiging op u en door het sterven bent gij één plant geworden in de gelijkmaking van Christus' dood.

En het door jou onderstreepte citaat, en het door mij geciteerde gedeelte, geven nu juist aan , waarom er zoveel vragen waren nav jouw soms stellige postings in de verschillende topics. Deze gedeelten geven juist de accenten aan die anderen hebben willen benadrukken om systematisering tegen te gaan.

Ik denk dat er weinigen zijn die zich in het citaat van Philpot niet kunnen vinden.
Jac
Berichten: 60
Lid geworden op: 14 apr 2004, 10:26
Locatie: Zuid-Holland

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door Jac »

Mmm, even vertaling uit het Koine Galaten 2:19

ik want door de wet [voor de wet] (nomos) ben gestorven om voor God te leven

Paulus zegt hier:
Voor de wet (die schuldig stelt degene die hier niet aan voldoet) ben ik dood.
Deze perikoop uit Galaten staat in het teken van het rechtvaardig zijn uit het geloof alleen en niet door de wet.

Ik kan hier met de beste wil geen sterven aan de wet door de wet uithalen in de zin die ik in de postings lees.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 24694
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Re: Hoe verstaan wij de geestelijkheid van Gods heilige Wet...?

Bericht door refo »

Jac schreef:Mmm, even vertaling uit het Koine Galaten 2:19

ik want door de wet [voor de wet] (nomos) ben gestorven om voor God te leven

Paulus zegt hier:
Voor de wet (die schuldig stelt degene die hier niet aan voldoet) ben ik dood.
Deze perikoop uit Galaten staat in het teken van het rechtvaardig zijn uit het geloof alleen en niet door de wet.

Ik kan hier met de beste wil geen sterven aan de wet door de wet uithalen in de zin die ik in de postings lees.
Inderdaad. Dat is wat Paulus de Galaten duidelijk maakt. En ons.
De klankexegese is een gevaarlijke bezigheid, die hier zelfs precies het tegenovergestelde zegt wat Paulus bedoelt.
--------------
Voorts ben ik van mening dat portretten van oudvaders, reformatoren en andere theologen niet zouden moeten worden toegestaan als avatar.
Plaats reactie