1 Kor. 15:29 en kinderdoop
1 Kor. 15:29 en kinderdoop
1 Kor. 15:29 is één van de moeilijkst verklaarbare teksten uit het NT. Ik las ergens de volgende verklaring, die vervolgens wordt betrokken op de kinderdoop:
De doop is iets heel groots; het is een kosmisch, alomvattend gebeuren: een nieuwe schepping. Het gaat niet om individuele zaligheid, maar om de nieuwe werkelijkheid van God. Wij worden in ons geheel, met lichaam en ziel, opgenomen in de vervulling. In 1 Kor. 15:29 wordt dit duidelijk. Daar staat:
“Wat zullen anders zij doen die voor de doden gedoopt worden, als de doden helemaal niet opgewekt worden? Waarom worden zij dan ook voor de doden gedoopt?”
De doop symboliseert de eenwording van de gelovige met het sterven, de begrafenis en de opstanding van de Heere Jezus (Rom.6:4,5,8). Een dergelijke handeling is zinloos wanneer men niet in de opstanding gelooft. Paulus gebruikt dit voor ons vreemd aandoende argument om aan te tonen dat er wel opstanding der doden is.
Maar wat bedoelt Paulus nu met de uitdrukking ‘voor de doden gedoopt worden’? In de gemeente van Korinthe waren sterfgevallen voorgekomen van gelovigen en mensen die pas op hun sterfbed tot bekering gekomen waren, terwijl ze niet gedoopt waren. Er werd in die gemeente plaatsvervangend gedoopt. Los van het feit dat deze praktijk geen gemeengoed is geworden, en dat Paulus hier niet laat blijken of hij het met deze praktijk eens was of niet, leert het ons toch een les. De onderliggende gedachte is namelijk dat het geloof in de Heere Jezus Christus veel meer omvattend is dat de enkeling: het strekt zich uit tot mensen om ons heen. Het geldt bijvoorbeeld ook voor jonggestorven kinderen die niet tot een bewuste belijdenis zijn gekomen. Zij zijn opgenomen in de gemeenschap van het geloof van hun familie. Vergelijk ook 1 Kor. 7:14: de ongelovige vrouw is geheiligd door de gelovige man en vice versa.
Hoe denken jullie hierover?
Wat is volgens jullie de juiste verklaring van dit vers?
Zou deze verklaring aks argument vóór de kinderdoop kunnen gelden?
De doop is iets heel groots; het is een kosmisch, alomvattend gebeuren: een nieuwe schepping. Het gaat niet om individuele zaligheid, maar om de nieuwe werkelijkheid van God. Wij worden in ons geheel, met lichaam en ziel, opgenomen in de vervulling. In 1 Kor. 15:29 wordt dit duidelijk. Daar staat:
“Wat zullen anders zij doen die voor de doden gedoopt worden, als de doden helemaal niet opgewekt worden? Waarom worden zij dan ook voor de doden gedoopt?”
De doop symboliseert de eenwording van de gelovige met het sterven, de begrafenis en de opstanding van de Heere Jezus (Rom.6:4,5,8). Een dergelijke handeling is zinloos wanneer men niet in de opstanding gelooft. Paulus gebruikt dit voor ons vreemd aandoende argument om aan te tonen dat er wel opstanding der doden is.
Maar wat bedoelt Paulus nu met de uitdrukking ‘voor de doden gedoopt worden’? In de gemeente van Korinthe waren sterfgevallen voorgekomen van gelovigen en mensen die pas op hun sterfbed tot bekering gekomen waren, terwijl ze niet gedoopt waren. Er werd in die gemeente plaatsvervangend gedoopt. Los van het feit dat deze praktijk geen gemeengoed is geworden, en dat Paulus hier niet laat blijken of hij het met deze praktijk eens was of niet, leert het ons toch een les. De onderliggende gedachte is namelijk dat het geloof in de Heere Jezus Christus veel meer omvattend is dat de enkeling: het strekt zich uit tot mensen om ons heen. Het geldt bijvoorbeeld ook voor jonggestorven kinderen die niet tot een bewuste belijdenis zijn gekomen. Zij zijn opgenomen in de gemeenschap van het geloof van hun familie. Vergelijk ook 1 Kor. 7:14: de ongelovige vrouw is geheiligd door de gelovige man en vice versa.
Hoe denken jullie hierover?
Wat is volgens jullie de juiste verklaring van dit vers?
Zou deze verklaring aks argument vóór de kinderdoop kunnen gelden?
- Bert Mulder
- Berichten: 9097
- Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
- Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
- Contacteer:
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Geloof dat Brakel een goede uitleg voor deze tekst had...ZWP schreef:1 Kor. 15:29 is één van de moeilijkst verklaarbare teksten uit het NT. Ik las ergens de volgende verklaring, die vervolgens wordt betrokken op de kinderdoop:
De doop is iets heel groots; het is een kosmisch, alomvattend gebeuren: een nieuwe schepping. Het gaat niet om individuele zaligheid, maar om de nieuwe werkelijkheid van God. Wij worden in ons geheel, met lichaam en ziel, opgenomen in de vervulling. In 1 Kor. 15:29 wordt dit duidelijk. Daar staat:
“Wat zullen anders zij doen die voor de doden gedoopt worden, als de doden helemaal niet opgewekt worden? Waarom worden zij dan ook voor de doden gedoopt?”
De doop symboliseert de eenwording van de gelovige met het sterven, de begrafenis en de opstanding van de Heere Jezus (Rom.6:4,5,8). Een dergelijke handeling is zinloos wanneer men niet in de opstanding gelooft. Paulus gebruikt dit voor ons vreemd aandoende argument om aan te tonen dat er wel opstanding der doden is.
Maar wat bedoelt Paulus nu met de uitdrukking ‘voor de doden gedoopt worden’? In de gemeente van Korinthe waren sterfgevallen voorgekomen van gelovigen en mensen die pas op hun sterfbed tot bekering gekomen waren, terwijl ze niet gedoopt waren. Er werd in die gemeente plaatsvervangend gedoopt. Los van het feit dat deze praktijk geen gemeengoed is geworden, en dat Paulus hier niet laat blijken of hij het met deze praktijk eens was of niet, leert het ons toch een les. De onderliggende gedachte is namelijk dat het geloof in de Heere Jezus Christus veel meer omvattend is dat de enkeling: het strekt zich uit tot mensen om ons heen. Het geldt bijvoorbeeld ook voor jonggestorven kinderen die niet tot een bewuste belijdenis zijn gekomen. Zij zijn opgenomen in de gemeenschap van het geloof van hun familie. Vergelijk ook 1 Kor. 7:14: de ongelovige vrouw is geheiligd door de gelovige man en vice versa.
Hoe denken jullie hierover?
Wat is volgens jullie de juiste verklaring van dit vers?
Zou deze verklaring aks argument vóór de kinderdoop kunnen gelden?
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Weet je ook wat de inhoud van deze uitleg was? Of in welk deel van à Brakel en welk hoofdstuk het staat?Bert Mulder schreef: Geloof dat Brakel een goede uitleg voor deze tekst had...
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Het staat in De Redelijke Godsdienst; deel I; hoofdstuk 39 (Van de Heilige Doop); de paragrafen XXIX-XXXII, waarbij de laatste paragraaf de uitleg geeft, namelijk dat er sprake is van een ellipsis (=verzwijging van een woord).ZWP schreef:Weet je ook wat de inhoud van deze uitleg was? Of in welk deel van à Brakel en welk hoofdstuk het staat?Bert Mulder schreef: Geloof dat Brakel een goede uitleg voor deze tekst had...
Het is een heel betoog dat Brakel houdt, ik zal hier het samenvattende deel citeren. Er zitten wat vreemde woorden bij, maar dat is NT-Grieks:
XXXII. Om dan te komen tot deze woorden, wij achten, dat twn nekrwn, toon nekroon, de doden, geen opzicht heeft op uper, huper, voor, maar van een verzwegen woord, dat ook de genitief toelaat. Hier is een ellipsis, een uitlating, een verzwijging. ‘t Verzwegen woord is niet ver te zoeken. De apostel spreekt in dit hoofdstuk gedurig, en in dit vers van de opstanding der doden (opgewekt worden en opgestaan is hetzelfde) en noemt ook het woord opstanding: 1 Kor. 15:12, Hoe zeggen sommigen onder u, dat er geen opstanding der doden is? vers 13, En indien er geen opstanding der doden is. vers 16, Indien de doden niet opgewekt worden, enz. vers 29, Indien de doden geheel niet opgewekt worden. Zodat de apostel het verzwegen woord ons in de mond geeft, namelijk opstanding; voegt dat er tussen in met uw gedachten, en leest aldus: Wat zullen zij doen, die voor (de opstanding) der doden gedoopt worden? Waarom worden zij voor (de opstanding) der doden gedoopt? En in ‘t Grieks uper (anasasewv) twn nekrwn, huper (anastaseoos) toon nekroon. En dus heeft uper huper, voor, een genitief, en twn nekrwn, toon nekroon, der doden, wordt in genitief geleid van het verzwegen woord opstanding, anasasewv, anastaseoos. Dat men in zo'n samenvoeging niet de, maar der zegt, geeft geen verandering; ‘t is bekend, dat wij genitief met der te kennen geven. Dus: de boeken der boeken; zo opstanding, niet de doden, maar der doden. In ‘t Grieks is geen verandering, daar staat der. Of ik zeg uper twn nekrwn huper toon nekroon, of uper (anasasewv) twn tekrwn, huper (anastaseoon) toon nekroon, ‘t staat in genitief. Indien onze overzetters gezet hadden: voor der doden, gelijk er in ‘t Grieks staat uper twn nekrwn, huper toon nekroon, voor der doden, zo zou een ieder gezien hebben, dat het woord opstanding daaronder verstaan moest worden.
Als men deze woorden alzo met een ellipsis, verzwijging, verstaat, zo gaat alles gemakkelijk, én ten opzichte van de woorden, én ten opzichte van de zin, én ten opzichte van ‘t oogmerk van de apostel: daar geschiedt geen verandering, en daar blijft geen moeilijkheid over. En men ziet, dat die woorden voor de doden, of voor der doden, te weten opstanding, de klem geven aan des apostels redenering, welke is: zij die voor de opstanding der doden gedoopt worden, hoe kunnen zij zeggen, dat er geheel geen opstanding der doden is? Waarom worden zij dan voor de opstanding der doden gedoopt? De doop verzegelt de opstanding, dat drukt de apostel duidelijker uit, als hij daarbij doet, gedoopt te worden voor de opstanding der doden.
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Prof. Van Bruggen (gereformeerd vrijgemaakt Nieuw Testamenticus) wijst op een andere, mijns inziens plausibele, uitleg. Het woord dopen kun je namelijk ook overdrachtelijk gebruiken. Dopen heeft te maken met 'ten ondergaan', vandaar onderdompelen. In het grieks kun je spreken over een 'gedoopt schip', wat betekent dat het ten onder ging op zee. Overdrachtelijk is de betekenis dan 'opgaan in', of 'je druk maken om'. Iemand kan dus ergens helemaal in opgaan, zich ergens geweldig druk om maken.
Dat was er ook aan de hand met deze mensen in 1 Kor. 15. Er waren in Korinte in die tijd mensen aangesteld om doden en hun graven te verzorgen. Ze gingen daar helemaal in op. Ze waren daar geweldig druk mee. Paulus gebruikt dus dit gebruik als argument: ook deze mensen, die geen christenen waren, verzorgen de doden en hun graven. Waarom zouden ze dat doen, als ze niet geloven dat er ooit een opstanding zou zijn? Dan zou het nutteloos zijn!
Vrij vertaald zou je dus kunnen lezen:
Wat denken zij die zich zo druk maken voor de doden te bereiken? Als de doden toch niet worden opgewekt, waarom zouden zij zich dan zo druk om hen maken?
Dat was er ook aan de hand met deze mensen in 1 Kor. 15. Er waren in Korinte in die tijd mensen aangesteld om doden en hun graven te verzorgen. Ze gingen daar helemaal in op. Ze waren daar geweldig druk mee. Paulus gebruikt dus dit gebruik als argument: ook deze mensen, die geen christenen waren, verzorgen de doden en hun graven. Waarom zouden ze dat doen, als ze niet geloven dat er ooit een opstanding zou zijn? Dan zou het nutteloos zijn!
Vrij vertaald zou je dus kunnen lezen:
Wat denken zij die zich zo druk maken voor de doden te bereiken? Als de doden toch niet worden opgewekt, waarom zouden zij zich dan zo druk om hen maken?
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Zou kunnen; zelf vind ik de uitleg van Brakel nogal ingewikkeld, om eerlijk te zijn.
Maar goed, Petrus zegt niet voor niets dat sommige zaken in Paulus' brieven zwaar zijn om te verstaan.
Maar goed, Petrus zegt niet voor niets dat sommige zaken in Paulus' brieven zwaar zijn om te verstaan.
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Ik wou net aan je vragen of je een samenvatting van de samenvatting van Brakel kon geven...Tiberius schreef:Zou kunnen; zelf vind ik de uitleg van Brakel nogal ingewikkeld, om eerlijk te zijn.

Voor Petrus al, des te meer voor ons die de situatie in de betreffende gemeentes niet kennen, en indirect uit de brieven moet halen.Maar goed, Petrus zegt niet voor niets dat sommige zaken in Paulus' brieven zwaar zijn om te verstaan.
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Brakel zegt, dat het woord "opstanding" is weggelaten en dat het dan moet worden:ZWP schreef:Ik wou net aan je vragen of je een samenvatting van de samenvatting van Brakel kon geven...Tiberius schreef:Zou kunnen; zelf vind ik de uitleg van Brakel nogal ingewikkeld, om eerlijk te zijn.![]()
Wat zullen zij doen, die voor (de opstanding) der doden gedoopt worden? Waarom worden zij voor (de opstanding) der doden gedoopt?
Oftewel (in mijn woorden gezegd): "Wat is het doel van de Doop? Dat je er in de oordeelsdag (=opstanding der doden) wat aan hebt." Eigenlijk zeg je dat zelf al in je beginposting: "Een dergelijke handeling [de doop] is zinloos wanneer men niet in de opstanding gelooft"
Een vergelijkbaar argument dus als in vers 19: Indien wij alleenlijk in dit leven op Christus zijn hopende, zo zijn wij de ellendigste van alle mensen.
(Dat is overigens niet de reden dat ik het ingewikkeld vind. Ik vind het daarom ingewikkeld, omdat hij 6 pagina's nodig heeft om dit aan te tonen.)
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Maar als we nu uitgaan van de 'oorspronkelijke' tekst, snijdt de verklaring die Van de Beek geeft dan hout?
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Is dat de verklaring die je in je startposting noemt?ZWP schreef:Maar als we nu uitgaan van de 'oorspronkelijke' tekst, snijdt de verklaring die Van de Beek geeft dan hout?
Dan zie ik niet veel verschil met de verklaring van Brakel.
Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Kan je het samenvatten? (Het is een vraag, geen verzoek

Re: 1 Kor. 15:29 en kinderdoop
Bedankt voor link! Hier even de conclusie:
"Having examined 1 Corinthians 15:29, a number of conclusions can be made. First, the baptism referred to is probably literal water baptism of Christians. Second, the phrase "the ones who are baptized" most likely refers to a small group of individuals rather than the church as a whole. Third, "the dead" for whom some individuals were being baptized were in all probability dead believers. Fourth, these dead believers had presumably experienced Christian baptism before they died. If these four observations are true, it is extremely improbable that the proposition u[pe<r denotes vicarious baptism for the benefit of the dead, as there would be no value in such a practice, since the dead in question would already have been "saved" and probably baptized. With the additional problem of vicarious baptism and Pauline theology, the improbability of 1 Corinthians 15:29 referring to vicarious baptism becomes insurmountable.
Therefore only three of the more than two hundred interpretations of 1 Corinthians 15:29 remain strong possibilities. One view translates u[pe<r with the sense of "in the place of" as in new believers' being baptized to take the place of dead Christians. A second possibility translates u[pe<r with the final sense: "in order to be reunited with their loved ones at the resurrection." A third view translates u[pe<r with the sense of "because of": new believers' being baptized "because of the influence of deceased Christians." The first suggestion is perhaps less convincing, since it could be said that all believers take the place of deceased believers and yet Paul was evidently referring to a select group within the church.
The final two suggestions are closely related semantically and fit the context well, as they both refer to a select group within the church and include an emphasis on the resurrection as the implied motive for these practices.
Perhaps the most plausible interpretation is the third option, since it makes sense without a significant ellipsis. No doubt many individuals in the early church were influenced by the testimony of other believers who had recently died or who were martyred. For example Paul may have been influenced by Stephen's testimony when Stephen was arrested and stoned (Acts7). Although all three interpretations are not immediately evident from initial readings of the text, all three respect the contextual framework of Pauline usage and theology.
In light of the minor role this verse plays In light of the minor role this verse plays in the overall argument of 1 Corinthians 15, it is ironic that the verse has received
so much attention in the literature. This disproportionate attention is justified, however, if this passage refers to a practice implying the saving efficacy of baptism. Was Paul referring to a practice fundamentally opposed to his theology of salvation by faith alone as the majority of modern commentators suggest? According to the evidence revealed by this study, this is highly improbable.
In addition there is no biblical warrant given in this passage for instituting the practice of baptism for the dead. Both the ancient and modern practices of baptism for the dead are apparently founded on misinterpretations of this verse."