Je bent wel erg positief, en nogal ongenuanceerd.Erasmiaan schreef: Omdat gelukkig veel reformatorische jeugd nog spaart! En omdat ze hun geld niet naar het café brengen! En omdat vlijt een deugd is die men hoog heeft staan in reformatorisch Nederland! En omdat luiheid niet getolereerd wordt! En omdat men wat slimmer is en liever iets duurdere meubels koopt die langer mee gaan, dan goedkopere rommel die snel vernieuwd moet worden. Dan zijn duurdere meubels op termijn dus goedkoper en je doet niet mee aan die maalstroom van de consumptiemaatschappij.
Is de gereformeerde gezindte wereldsgezind?
Je bent wel erg snel, en nogal mager onderbouwd.cosmo schreef:Je bent wel erg positief, en nogal ongenuanceerd.Erasmiaan schreef: Omdat gelukkig veel reformatorische jeugd nog spaart! En omdat ze hun geld niet naar het café brengen! En omdat vlijt een deugd is die men hoog heeft staan in reformatorisch Nederland! En omdat luiheid niet getolereerd wordt! En omdat men wat slimmer is en liever iets duurdere meubels koopt die langer mee gaan, dan goedkopere rommel die snel vernieuwd moet worden. Dan zijn duurdere meubels op termijn dus goedkoper en je doet niet mee aan die maalstroom van de consumptiemaatschappij.
Omdat ik Kaw's insteek nogal negatief en ongefundeerd vind.cosmo schreef:Je bent wel erg positief, en nogal ongenuanceerd.Erasmiaan schreef: Omdat gelukkig veel reformatorische jeugd nog spaart! En omdat ze hun geld niet naar het café brengen! En omdat vlijt een deugd is die men hoog heeft staan in reformatorisch Nederland! En omdat luiheid niet getolereerd wordt! En omdat men wat slimmer is en liever iets duurdere meubels koopt die langer mee gaan, dan goedkopere rommel die snel vernieuwd moet worden. Dan zijn duurdere meubels op termijn dus goedkoper en je doet niet mee aan die maalstroom van de consumptiemaatschappij.
Negatief zijn lijkt per definitie ongefundeerd. Ik zou graag willen horen wat ik dan moet funderen in plaats van zo'n losse opmerking.Erasmiaan schreef:Omdat ik Kaw's insteek nogal negatief en ongefundeerd vind.
Zou jij trouwens kunnen funderen dat de reformatorische jeugd ten opzichte van bijvoorbeeld evangelischen en gereformeerden minder geld naar een café wegbrengen? In mijn ervaring maakt dat helemaal niets uit. Ook niet het opleidingsniveau of inzet in de maatschappij.
Laatst gewijzigd door Kaw op 09 jan 2008, 09:08, 1 keer totaal gewijzigd.
Dat er in "de reformatorische wereld" bovenmatig veel dikke auto's en "prachtige donkerbruine meubelen" zijn.Kaw schreef:Negatief zijn lijkt per definitie ongefundeerd. Ik zou graag willen horen wat ik dan moet funderen in plaats van zo'n losse opmerking.Erasmiaan schreef:Omdat ik Kaw's insteek nogal negatief en ongefundeerd vind.
Van de auto's heeft zelfs een keer in het RD gestaan. In Genemuiden is er de grootste dichtheid auto's per gezin. Een citaat uit het RD: "Maar als ik van de Mercedes-importeur hoor dat hij een substantieel aantal auto’s van de S-klasse (90.000 euro en hoger, red.) aan „het gelovig deel der natie” verkoopt" Verderop wordt dit verdedigd dat dit voor sommige mensen nodig is om representatief over te komen. Het spijt me hoor, maar ik vind dat echt absurd dat je denkt dat een auto van 90.000 euro nodig is voor de presentatie.Erasmiaan schreef:Dat er in "de reformatorische wereld" bovenmatig veel dikke auto's en "prachtige donkerbruine meubelen" zijn.Kaw schreef:Negatief zijn lijkt per definitie ongefundeerd. Ik zou graag willen horen wat ik dan moet funderen in plaats van zo'n losse opmerking.Erasmiaan schreef:Omdat ik Kaw's insteek nogal negatief en ongefundeerd vind.
GroenLinks: kroegen in Biblebelt langer open
(Novum) - De kroegen op de zogenoemde Biblebelt moeten ruimere openingstijden krijgen. Dit moet leiden tot meer verantwoord alcoholgebruik van jongeren in deze gebieden. Tweede Kamerlid Tofik Dibi (GroenLinks) zal dit dinsdag tijdens een debat over het alcoholbeleid voorstellen aan de ministers van Binnenlandse Zaken, Volksgezondheid en voor Jeugd en Gezin.
Voor jongeren in het strengchristelijke deel van Nederland, dat als een gordel van de Zeeuwse eilanden naar de kop van Overijssel loopt, is er volgens Dibi weinig te beleven. "In Urk en Staphorst sluit de kroeg om half twaalf. Het is daarom niet gek dat de jeugd haar toevlucht zoekt in keten, waar ze zich buiten alle regels om op de alcohol kunnen storten." Juist in deze gebieden bevinden zich 'concentraties van zuipketen' waar jongeren zich klemzuipen, meent hij.
Volgens het Kamerlid leiden ruimere openingstijden van horecagelegenheden ertoe dat jongeren in een veiliger omgeving uitgaan, wat moet leiden tot minder alcoholmisbruik. "Als we nu geen oplossing bieden voor de jongeren die zich rot vervelen, neemt alcoholmisbruik toe en komt de kater later."
(Novum) - De kroegen op de zogenoemde Biblebelt moeten ruimere openingstijden krijgen. Dit moet leiden tot meer verantwoord alcoholgebruik van jongeren in deze gebieden. Tweede Kamerlid Tofik Dibi (GroenLinks) zal dit dinsdag tijdens een debat over het alcoholbeleid voorstellen aan de ministers van Binnenlandse Zaken, Volksgezondheid en voor Jeugd en Gezin.
Voor jongeren in het strengchristelijke deel van Nederland, dat als een gordel van de Zeeuwse eilanden naar de kop van Overijssel loopt, is er volgens Dibi weinig te beleven. "In Urk en Staphorst sluit de kroeg om half twaalf. Het is daarom niet gek dat de jeugd haar toevlucht zoekt in keten, waar ze zich buiten alle regels om op de alcohol kunnen storten." Juist in deze gebieden bevinden zich 'concentraties van zuipketen' waar jongeren zich klemzuipen, meent hij.
Volgens het Kamerlid leiden ruimere openingstijden van horecagelegenheden ertoe dat jongeren in een veiliger omgeving uitgaan, wat moet leiden tot minder alcoholmisbruik. "Als we nu geen oplossing bieden voor de jongeren die zich rot vervelen, neemt alcoholmisbruik toe en komt de kater later."
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."
Oudjaar ruwer in biblebelt
22 nov 2007, 03:00 - GELDERMALSEN - In gemeenten waar meer dan 5 procent van de inwoners heeft gestemd op SGP of ChristenUnie, is viermaal vaker sprake van overlast tijdens de viering van oud en nieuw dan elders. Dit meldt Otto Adang, lector aan de Politieacademie in Apeldoorn, in zijn rapport Hoezo rustig?!
Adang deed in opdracht van de politie Gelderland-Zuid onderzoek naar overlast tijdens de jongste drie jaarwisselingen. De in september afgeronde research volgde op geluiden dat de viering in de biblebelt ruiger zou verlopen dan in andere delen van Nederland. De studie is vorige week besproken tijdens het overleg tussen de politietop en de burgemeesters van de 22 korpsgemeenten, onder wie die van Rivierenland.
In de 191 plattelandsgemeenten waar meer dan 5 procent CU of SGP stemde, waren 82 incidenten. In de 227 gemeenten waar het percentage onder de 5 lag, waren 23 ongeregeldheden.
De politie besprak het fenomeen in enkele evaluatieronden. Tot eenduidigheid leidden die niet. Wel kwamen de woorden 'vereffeningen' en 'verrekeningen' terug. Het betrof familievetes, buurtruzies en vernielingen als ingegooide ruiten.
In zijn rapport citeert Adang een gespreksdeelnemer die het geloof opvoerde. 'Denk dat religie een rol speelt in de dorpen. In protestante bolwerken is het meer gemeengoed dat alle remmen losgaan met oud en nieuw'.
(De Gelderlander)
22 nov 2007, 03:00 - GELDERMALSEN - In gemeenten waar meer dan 5 procent van de inwoners heeft gestemd op SGP of ChristenUnie, is viermaal vaker sprake van overlast tijdens de viering van oud en nieuw dan elders. Dit meldt Otto Adang, lector aan de Politieacademie in Apeldoorn, in zijn rapport Hoezo rustig?!
Adang deed in opdracht van de politie Gelderland-Zuid onderzoek naar overlast tijdens de jongste drie jaarwisselingen. De in september afgeronde research volgde op geluiden dat de viering in de biblebelt ruiger zou verlopen dan in andere delen van Nederland. De studie is vorige week besproken tijdens het overleg tussen de politietop en de burgemeesters van de 22 korpsgemeenten, onder wie die van Rivierenland.
In de 191 plattelandsgemeenten waar meer dan 5 procent CU of SGP stemde, waren 82 incidenten. In de 227 gemeenten waar het percentage onder de 5 lag, waren 23 ongeregeldheden.
De politie besprak het fenomeen in enkele evaluatieronden. Tot eenduidigheid leidden die niet. Wel kwamen de woorden 'vereffeningen' en 'verrekeningen' terug. Het betrof familievetes, buurtruzies en vernielingen als ingegooide ruiten.
In zijn rapport citeert Adang een gespreksdeelnemer die het geloof opvoerde. 'Denk dat religie een rol speelt in de dorpen. In protestante bolwerken is het meer gemeengoed dat alle remmen losgaan met oud en nieuw'.
(De Gelderlander)
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."
Autogebruik in de Gereformeerde gezindte
Volkswagen en Opel zijn dé favoriete automerken in de gereformeerde gezindte. Een tweede boodschappenautootje -voor de luxe of het gemak- komt in deze kring inmiddels net zo vaak voor als daarbuiten. De jongere generatie heeft weinig moeite met auto’s van 40.000 euro of meer. Drie uitkomsten van een onderzoek van deze krant naar autobezit en autogebruik.
Pleinen rond kerken behorend tot de gereformeerde gezindte zijn op sommige plaatsen voor een groot deel gevuld met bolides uit de hogere prijsklasse. De sobere kerkinterieurs staan soms in schril contrast met de glimmende vierwielers op de parkeerplaats. Ook onder het christelijk volksdeel nemen auto’s in aantal en omvang toe naarmate het inkomen stijgt, zo blijkt uit een twee weken geleden uitgevoerd onderzoek onder een representatieve groep RD-abonnees (800) naar hun meest gebruikte auto. Bijna de helft van hen stuurde de ingevulde vragenlijst terug.
Verreweg de meeste huishoudens in Nederland beschikken over een vierwieler. Het aantal huishoudens in het gereformeerde volksdeel met een voertuig (90,9 procent) overstijgt echter het landelijk gemiddelde (84,7). Steeds vaker staat er ook een tweede, zogenaamd boodschappenautootje voor de deur. In de gereformeerde gezindte ligt dat percentage even hoog als landelijk: 20,8 procent van de huishoudens in Nederland beschikt over een tweede auto, tegenover 21,2 in reformatorische kring. De aanschaf van een boodschappenautootje is op verschillende manieren te verklaren. Aan de ene kant ligt de gemiddelde gezinsgrootte in de gereformeerde gezindte boven het landelijk gemiddelde. Voor het gezinsvervoer kan het dan handig zijn over een boodschappenautootje te beschikken. Tegelijk blijkt het inkomen grote invloed te hebben. Het aantal boodschappenautootjes stijgt naarmate het welvaartsniveau toeneemt. Vanaf een inkomen van 60.000 euro bruto per jaar (twee keer modaal), maar vooral vanaf 73.500 euro (2,5 keer modaal) neemt dit verschijnsel sterk toe. De gereformeerde gezindte wijkt in dezen niets af van de trend dat meer inkomen ook meer auto’s betekent.
Gemiddeld maakt een op de elf (8,7 procent) zijn auto elke week schoon. Onder leden van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland gebeurt dit zelfs bij een op de vijf (19,4 procent). De gereformeerde gezindte rekent de auto bij aanschaf vooral contant af. Slechts 3,6 procent maakt gebruik van een vorm van financiering. Kopen van een particulier is niet populair. De helft van de ondervraagden koopt zijn wagen bij een garage, zo’n 43 procent bij een dealer. Driekwart van de ondervraagden rijdt tweedehands, een kwart nieuw. Dit wil echter niet zeggen dat nieuw ook per definitie duurder is. Een tweedehands bolide kan een nieuw ’blikje’ verre in prijs overtreffen. Hoe hoger het inkomen, hoe vaker de automobilist voor een nieuwe auto kiest. In het algemeen kopen de ondervraagde PKN’ers, HHK’ers en christelijk gereformeerden vaker een nieuw autootje, terwijl leden van de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten globaal gezien vaker een duurdere, tweedehands auto aanschaffen.
Duurdere prijsklasse
Het reformatorische volksdeel kiest zijn nieuwe of tweedehands voertuig over het geheel genomen meest uit een duurdere prijsklasse. Iets meer dan de helft heeft een nieuwwaarde boven de 25.000 euro (55.000 gulden), eenderde kiest voor een voertuig met een nieuwwaarde onder de 20.000 euro (44.000 gulden). Hierbij laat het onderzoek enig verschil zien per kerkelijke groepering. Leden van de HHK, de CGK en de Gereformeerde Gemeenten in Nederland scoren het hoogst in de laagste prijsklasse. De PKN is vooral in het middensegment vertegenwoordigd, terwijl de Gereformeerde Gemeenten en de Oud Gereformeerde Gemeenten in het topsegment boven het gemiddelde uitsteken. De daadwerkelijk betaalde prijs van de auto ligt wat lager. Een kwart van alle ondervraagden zegt tussen de 5000 en de 10.000 euro (11.000-22.000 gulden) te hebben betaald. Iets meer dan de helft heeft tot 15.000 euro neergeteld. De uitsplitsing van aanschafprijs naar kerkgenootschap laat een iets ander beeld zien. De meest gebruikte auto in een huishouden uit de Gereformeerde Gemeenten in Nederland komt uit de lagere prijsklasse, uit de HHK vooral uit het middensegment en uit de Gereformeerde Gemeenten en de Oud Gereformeerde Gemeenten uit de wat duurdere categorie. Bijna 6 procent vindt de auto vooral een noodzakelijk kwaad. Van alle respondenten geeft 77 procent aan zich het meest te herkennen in de stelling: ”de auto is voor mij vooral een vervoermiddel”. Zo’n 17 procent geeft toe dat de auto behalve vervoermiddel ook statussymbool is. Mensen uit de hogere inkomensgroepen zien de auto vaker puur als een statussymbool. Wereldgelijkvormigheid is de gezindte in dezen blijkbaar niet vreemd.
Verantwoord
De waarde die de gereformeerde gezindte hecht aan auto’s is verder af te leiden uit de vraag welk bedrag men verantwoord vindt voor een willekeurige Nederlander om maximaal aan een auto uit te geven. De beantwoording van deze vraag staat los van het eigen inkomen. Circa 40 procent van de ondervraagden vindt 20.000-40.000 euro (44.000-88.000 gulden) verantwoord, een kwart legt de grens bij 40.000 euro (88.000 gulden) en meer. Een op de zes geënquêteerden vindt 50.000 euro (110.000 gulden) en meer nog best acceptabel. Ook hier laat het onderzoek verschillen per kerkelijke groepering zien. De RD-lezers van PKN, HHK en de CGK vinden gemiddeld een lager bedrag aanvaardbaar dan leden van de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten. Vooral leden van de Gereformeerde Gemeenten vinden bedragen uit het topsegment (40.000 euro en meer (88.000 gulden)) verantwoord om uit te geven aan een auto. Leden van dit kerkverband steken met 38 procent significant boven het gemiddelde van 25,6 procent uit. De leden van de Gereformeerde Gemeenten scoren ook in de onderliggende categorie van 20.000-40.000 euro (44.000-88.000 gulden) hoog. Het gemiddeld hogere inkomen van leden van dit kerkgenootschap heeft ongetwijfeld invloed op deze uitkomsten.
Maximaal
Uit het onderzoek blijkt dat hoe meer iemand verdient, des te hoger de acceptatiegraad is om geld uit te geven aan een vierwieler. Van de mensen met een inkomen van 88.500 euro bruto per jaar (drie keer modaal) heeft vrijwel niemand moeite om meer dan 40.000 euro voor een auto uit te geven. Ook de inkomensgroep van 73.500 euro (2,5 keer modaal) heeft daar weinig problemen mee. Deze uitkomsten lijken voor de hand te liggen. Toch is iemand met een hoger inkomen of een toenemend welvaartsniveau niet verplicht ook meer aan een auto uit te geven. Hier is nog altijd sprake van een bewuste keus van de eigenaar, waarbij de bijbelse notie van soberheid voor de gereformeerde gezindte een rol kan spelen. Bij de maximaal verantwoord geachte uitgave aan een vierwieler treedt een aanzienlijk verschil op tussen de jongere en de oudere generatie. De categorie 24 tot 34 jaar zou geen moeite hebben om veel geld (40.000 euro en meer) uit te geven aan een auto. Het grootste deel van de oudere generatie 50 tot 64 jaar en 65-plus vindt een bedrag van maximaal 10.000-20.000 euro aanvaardbaar. Duidelijk is dat de automobiel zich in de gereformeerde gezindte mag verheugen in de warme belangstelling van velen.
(Reformatorisch Dagblad)
Volkswagen en Opel zijn dé favoriete automerken in de gereformeerde gezindte. Een tweede boodschappenautootje -voor de luxe of het gemak- komt in deze kring inmiddels net zo vaak voor als daarbuiten. De jongere generatie heeft weinig moeite met auto’s van 40.000 euro of meer. Drie uitkomsten van een onderzoek van deze krant naar autobezit en autogebruik.
Pleinen rond kerken behorend tot de gereformeerde gezindte zijn op sommige plaatsen voor een groot deel gevuld met bolides uit de hogere prijsklasse. De sobere kerkinterieurs staan soms in schril contrast met de glimmende vierwielers op de parkeerplaats. Ook onder het christelijk volksdeel nemen auto’s in aantal en omvang toe naarmate het inkomen stijgt, zo blijkt uit een twee weken geleden uitgevoerd onderzoek onder een representatieve groep RD-abonnees (800) naar hun meest gebruikte auto. Bijna de helft van hen stuurde de ingevulde vragenlijst terug.
Verreweg de meeste huishoudens in Nederland beschikken over een vierwieler. Het aantal huishoudens in het gereformeerde volksdeel met een voertuig (90,9 procent) overstijgt echter het landelijk gemiddelde (84,7). Steeds vaker staat er ook een tweede, zogenaamd boodschappenautootje voor de deur. In de gereformeerde gezindte ligt dat percentage even hoog als landelijk: 20,8 procent van de huishoudens in Nederland beschikt over een tweede auto, tegenover 21,2 in reformatorische kring. De aanschaf van een boodschappenautootje is op verschillende manieren te verklaren. Aan de ene kant ligt de gemiddelde gezinsgrootte in de gereformeerde gezindte boven het landelijk gemiddelde. Voor het gezinsvervoer kan het dan handig zijn over een boodschappenautootje te beschikken. Tegelijk blijkt het inkomen grote invloed te hebben. Het aantal boodschappenautootjes stijgt naarmate het welvaartsniveau toeneemt. Vanaf een inkomen van 60.000 euro bruto per jaar (twee keer modaal), maar vooral vanaf 73.500 euro (2,5 keer modaal) neemt dit verschijnsel sterk toe. De gereformeerde gezindte wijkt in dezen niets af van de trend dat meer inkomen ook meer auto’s betekent.
Gemiddeld maakt een op de elf (8,7 procent) zijn auto elke week schoon. Onder leden van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland gebeurt dit zelfs bij een op de vijf (19,4 procent). De gereformeerde gezindte rekent de auto bij aanschaf vooral contant af. Slechts 3,6 procent maakt gebruik van een vorm van financiering. Kopen van een particulier is niet populair. De helft van de ondervraagden koopt zijn wagen bij een garage, zo’n 43 procent bij een dealer. Driekwart van de ondervraagden rijdt tweedehands, een kwart nieuw. Dit wil echter niet zeggen dat nieuw ook per definitie duurder is. Een tweedehands bolide kan een nieuw ’blikje’ verre in prijs overtreffen. Hoe hoger het inkomen, hoe vaker de automobilist voor een nieuwe auto kiest. In het algemeen kopen de ondervraagde PKN’ers, HHK’ers en christelijk gereformeerden vaker een nieuw autootje, terwijl leden van de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten globaal gezien vaker een duurdere, tweedehands auto aanschaffen.
Duurdere prijsklasse
Het reformatorische volksdeel kiest zijn nieuwe of tweedehands voertuig over het geheel genomen meest uit een duurdere prijsklasse. Iets meer dan de helft heeft een nieuwwaarde boven de 25.000 euro (55.000 gulden), eenderde kiest voor een voertuig met een nieuwwaarde onder de 20.000 euro (44.000 gulden). Hierbij laat het onderzoek enig verschil zien per kerkelijke groepering. Leden van de HHK, de CGK en de Gereformeerde Gemeenten in Nederland scoren het hoogst in de laagste prijsklasse. De PKN is vooral in het middensegment vertegenwoordigd, terwijl de Gereformeerde Gemeenten en de Oud Gereformeerde Gemeenten in het topsegment boven het gemiddelde uitsteken. De daadwerkelijk betaalde prijs van de auto ligt wat lager. Een kwart van alle ondervraagden zegt tussen de 5000 en de 10.000 euro (11.000-22.000 gulden) te hebben betaald. Iets meer dan de helft heeft tot 15.000 euro neergeteld. De uitsplitsing van aanschafprijs naar kerkgenootschap laat een iets ander beeld zien. De meest gebruikte auto in een huishouden uit de Gereformeerde Gemeenten in Nederland komt uit de lagere prijsklasse, uit de HHK vooral uit het middensegment en uit de Gereformeerde Gemeenten en de Oud Gereformeerde Gemeenten uit de wat duurdere categorie. Bijna 6 procent vindt de auto vooral een noodzakelijk kwaad. Van alle respondenten geeft 77 procent aan zich het meest te herkennen in de stelling: ”de auto is voor mij vooral een vervoermiddel”. Zo’n 17 procent geeft toe dat de auto behalve vervoermiddel ook statussymbool is. Mensen uit de hogere inkomensgroepen zien de auto vaker puur als een statussymbool. Wereldgelijkvormigheid is de gezindte in dezen blijkbaar niet vreemd.
Verantwoord
De waarde die de gereformeerde gezindte hecht aan auto’s is verder af te leiden uit de vraag welk bedrag men verantwoord vindt voor een willekeurige Nederlander om maximaal aan een auto uit te geven. De beantwoording van deze vraag staat los van het eigen inkomen. Circa 40 procent van de ondervraagden vindt 20.000-40.000 euro (44.000-88.000 gulden) verantwoord, een kwart legt de grens bij 40.000 euro (88.000 gulden) en meer. Een op de zes geënquêteerden vindt 50.000 euro (110.000 gulden) en meer nog best acceptabel. Ook hier laat het onderzoek verschillen per kerkelijke groepering zien. De RD-lezers van PKN, HHK en de CGK vinden gemiddeld een lager bedrag aanvaardbaar dan leden van de Gereformeerde Gemeenten, de Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de Oud Gereformeerde Gemeenten. Vooral leden van de Gereformeerde Gemeenten vinden bedragen uit het topsegment (40.000 euro en meer (88.000 gulden)) verantwoord om uit te geven aan een auto. Leden van dit kerkverband steken met 38 procent significant boven het gemiddelde van 25,6 procent uit. De leden van de Gereformeerde Gemeenten scoren ook in de onderliggende categorie van 20.000-40.000 euro (44.000-88.000 gulden) hoog. Het gemiddeld hogere inkomen van leden van dit kerkgenootschap heeft ongetwijfeld invloed op deze uitkomsten.
Maximaal
Uit het onderzoek blijkt dat hoe meer iemand verdient, des te hoger de acceptatiegraad is om geld uit te geven aan een vierwieler. Van de mensen met een inkomen van 88.500 euro bruto per jaar (drie keer modaal) heeft vrijwel niemand moeite om meer dan 40.000 euro voor een auto uit te geven. Ook de inkomensgroep van 73.500 euro (2,5 keer modaal) heeft daar weinig problemen mee. Deze uitkomsten lijken voor de hand te liggen. Toch is iemand met een hoger inkomen of een toenemend welvaartsniveau niet verplicht ook meer aan een auto uit te geven. Hier is nog altijd sprake van een bewuste keus van de eigenaar, waarbij de bijbelse notie van soberheid voor de gereformeerde gezindte een rol kan spelen. Bij de maximaal verantwoord geachte uitgave aan een vierwieler treedt een aanzienlijk verschil op tussen de jongere en de oudere generatie. De categorie 24 tot 34 jaar zou geen moeite hebben om veel geld (40.000 euro en meer) uit te geven aan een auto. Het grootste deel van de oudere generatie 50 tot 64 jaar en 65-plus vindt een bedrag van maximaal 10.000-20.000 euro aanvaardbaar. Duidelijk is dat de automobiel zich in de gereformeerde gezindte mag verheugen in de warme belangstelling van velen.
(Reformatorisch Dagblad)
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."
Wat is dan wél "verdedigbaar"? In hoeverre mag een christen genieten van wat God aan wereldse rijkdommen geeft? Ik rijd zelf rond in een (lease-) auto van rond € 30.000,-. Is dat wel geoorloofd? Als ik er in Burkina Faso of Malawi mee aan zou komen zou ik me er minstens net zo opgelaten in voelen als hier in een S-klasse. Gaat het om de prijs van de auto, of waarom je die auto kiest (kies je hem om te laten zien dat je 'beter' bent dan de buurman of omdat-ie lekker rijdt)?Kaw schreef:Van de auto's heeft zelfs een keer in het RD gestaan. In Genemuiden is er de grootste dichtheid auto's per gezin. Een citaat uit het RD: "Maar als ik van de Mercedes-importeur hoor dat hij een substantieel aantal auto’s van de S-klasse (90.000 euro en hoger, red.) aan „het gelovig deel der natie” verkoopt" Verderop wordt dit verdedigd dat dit voor sommige mensen nodig is om representatief over te komen. Het spijt me hoor, maar ik vind dat echt absurd dat je denkt dat een auto van 90.000 euro nodig is voor de presentatie.Erasmiaan schreef:Dat er in "de reformatorische wereld" bovenmatig veel dikke auto's en "prachtige donkerbruine meubelen" zijn.Kaw schreef:Negatief zijn lijkt per definitie ongefundeerd. Ik zou graag willen horen wat ik dan moet funderen in plaats van zo'n losse opmerking.Erasmiaan schreef:Omdat ik Kaw's insteek nogal negatief en ongefundeerd vind.
En als een tapijthandelaar uit Genemuiden aan komt rijden met een dyane van 30 jaar oud kijkt iedereen raar op. Dat kan dan ook weer niet (alleen als je Kislev heet, misschien
Wat niet wegneemt dat ook ik wel m'n twijfels heb bij de motivatie van het rijden van dure auto's en het vertoon van andere statussymbolen...
Wat rijdt lekker? Je kunt me de pot op dat minimaal 30.000 euro nodig is om lekker te kunnen rijden. (Lease-auto's zijn een ander verhaal. Die worden vaak om belastingtechnische redenen geleased en de nieuwwaarde is altijd hoog, want het gaat hier om nieuwe auto's. Ik lease zelf niet omdat het niet uit kan, maar er kan binnen ons bedrijf een moment komen dat het wel te adviseren is.)Marco schreef:Wat is dan wél "verdedigbaar"? In hoeverre mag een christen genieten van wat God aan wereldse rijkdommen geeft? Ik rijd zelf rond in een (lease-) auto van rond € 30.000,-. Is dat wel geoorloofd? Als ik er in Burkina Faso of Malawi mee aan zou komen zou ik me er minstens net zo opgelaten in voelen als hier in een S-klasse. Gaat het om de prijs van de auto, of waarom je die auto kiest (kies je hem om te laten zien dat je 'beter' bent dan de buurman of omdat-ie lekker rijdt)?
Overdrijven is ook een vak. Een tapijthandelaar komt niet in een paar jaar oude Volvo V70 zoals je in Friesland zou verwachten, maar in een Mercedes minimaal E-klasse en niet ouder dan drie jaar. Als de tapijtsnijders in Genemuiden 18 worden, dan kopen ze niet een oud golfje, maar een nieuwe of liever nog een BMW. Genemuiden als voorbeeld nemen is vanuit jouw oogpunt een slecht ideeMarco schreef:En als een tapijthandelaar uit Genemuiden aan komt rijden met een dyane van 30 jaar oud kijkt iedereen raar op. Dat kan dan ook weer niet (alleen als je Kislev heet, misschien). Kennelijk is dat een onderdeel van onze cultuur, waar we hier in het westen gewoon mee te maken hebben. Het is erg makkelijk om te (ver-)oordelen. Maar niet om aan te geven hoe het wél moet.

Hoe het wel moet? Zolang de adverteerders zich concentreren op de reformatorische media, omdat de doelgroep bekend staat om zijn uitgavepatroon aan bovenmatig dure artikelen... Bel voor de gein het RD eens met de vraag of je als kledingverkoper, autoverkoper of meubelzaak succes hebt met een advertentie voor de achterban en ze zullen je trots vertellen dat er niemand in Nederland is die zoveel geld uitgeven aan deze zaken. Het is niet voor niets dat 70% van de advertenties in bijv. de Terdege terug te leiden zijn naar deze drie onderwerpen.Marco schreef:Kaw, ik ben het met je eens. Maar het is lastig om aan te geven hoe het wél moet. Of je moet iedere Mercedes-rijder naar de motivatie gaan vragen.
O ja, en met 'westen' bedoelde ik meer 'de westerse wereld'. Die is groter dan de Randstad
We zullen beneden gemiddeld moeten worden. Dan weten we dat we niet overmatig meedoen met de consumptiemaatschappij.
Ik denk dat het meer de cultuur is die moet veranderen. Blijkbaar wordt er toch teveel waarde gehecht aan status en statussymbolen.Marco schreef:Kaw, ik ben het met je eens. Maar het is lastig om aan te geven hoe het wél moet. Of je moet iedere Mercedes-rijder naar de motivatie gaan vragen.
O ja, en met 'westen' bedoelde ik meer 'de westerse wereld'. Die is groter dan de Randstad
Do not waste time bothering whether you ‘love’ your neighbor; act as if you did. As soon as we do this we find one of the great secrets. When you are behaving as if you loved someone, you will presently come to love him."