Ik heb het niet over de berijming, maar over de oorspronkelijke tekst.Tiberius schreef:Jawel. De laatste 4 regels van het laatste couplet:wim schreef:En dat klopt dan wel weer. Maar over die confrontatie met Goliath staat verder niets in psalm 151 toch?
Ik ging de reus bevechten,
Ik velde hem ter aard;
‘k Versloeg hem met zijn zwaard,
tot eer van ’s Heeren knechten.
Psalmberijmingen
Wim bedoelt de grondtekst, Tib! En daar staat niks over Goliath.Tiberius schreef:Jawel. De laatste 4 regels van het laatste couplet:wim schreef:En dat klopt dan wel weer. Maar over die confrontatie met Goliath staat verder niets in psalm 151 toch?
Ik ging de reus bevechten,
Ik velde hem ter aard;
‘k Versloeg hem met zijn zwaard,
tot eer van ’s Heeren knechten.
wim schreef:Ja, slechte vertaling:
Psalm 151
Een Psalm uit de derde eeuw voor onze jaartelling.
In het Grieks aan ons overgeleverd en onlangs in het Aramees
bij de Dode Zee Rollen ontdekt:
- Christiaan
- Berichten: 2057
- Lid geworden op: 01 sep 2006, 10:03
- Locatie: Zeeland
Van de nieuwe berijming (1968) vind ik sommige psalmen bijzonder mooi, bijv. Ps. 139:Christiaan schreef:Welke Psalmberijming kunnen jullie naast die bekend zijn als de staatsberijming van 1773 nog waarderen?
HEER, die mij ziet zoals ik ben,
dieper dan ik mijzelf ooit ken,
kent Gij mij, Gij weet waar ik ga,
Gij volgt mij waar ik zit of sta.
Wat mij ten diepste houdt bewogen,
't ligt alles open voor uw ogen.
Ik loof U die mijn schepper zijt,
die met uw liefde mij geleidt,
Gij hebt mijn oerbegin aanschouwd,
In 't diepst der aarde opgebouwd.
Niets blijft er voor uw oog verborgen.
Ja, Gij omringt mij met uw zorgen.
Re: Liederen van Jacobus Revius
Was ie vást niet blij en had ie misschien wel gezegd, jaha maar zó had ik het niet bedoeld.................... :|jvdg schreef:Dan...........Rens schreef:als ie dát zou weten.............Hendrikus schreef:en nog met 7 liederen vertegenwoordigd in het Liedboek voor de Kerken.Christiaan schreef:Jacob Rvius:
Groot dichter, denker en predikant nam als uitgangspunt de Psalmtekst van Datheen en verbeterde deze waar mogelijk.
Alleen wie door de duisternis van de nacht is gegaan, kan het licht van de morgen naar waarde schatten !
He will wipe away every tear from their eyes. Death shall be no more, neither shall be mourning nor crying nor pain anymore, for the former things have passed away. Revelation 21:4
He will wipe away every tear from their eyes. Death shall be no more, neither shall be mourning nor crying nor pain anymore, for the former things have passed away. Revelation 21:4
Re: Liederen van Jacobus Revius
Hoezo?Mariavt schreef:Was ie vást niet blij en had ie misschien wel gezegd, jaha maar zó had ik het niet bedoeld.................... :|
- Christiaan
- Berichten: 2057
- Lid geworden op: 01 sep 2006, 10:03
- Locatie: Zeeland
Jan van der Noot zijn berijming van Psalm 1
Den I. Psalm
Die niet en gaet inder godloosen raet,
Die niet en staet ins boosheyts paden quaet,
Noch niet en heeft by de spotters gheseten,
Maer nacht en dach Godes wet sonder vergeten
Pryset en begheert, en vierich overpeyst,
Die mensch' is wel gheluckigh ongheveyst.
Want hy sal syn gelyck den scoonen boom,
Die gheplant staet ontrent den waterstroom,
Die tsynder tyt voorts brenghende is goy vruchten,
Waeraf geen blat dort en valt, door sdoods suchten,
Soo dat sulck man in alles dat hy doet,
Altyts gheluck hebben sal en voorspoet.
Maer sulcken goet de quade niet en vint,
Want ghelyck t'stof verstroyt wordt met den wint,
Soo sullen sy heur oock verworpen vinden;
De saken oock die sy heur onderwinden,
Sullenint recht ghans om worden ghekeert;
met die vroom syn en wordt hy niet gheëert.
Want God weet wel, wat die oprechte doet,
En sorghe draecht voor heur en voor hun goet;
Daerom sal hun gheluck eewichlyck dueren,
Maer die quaet syn van leven, sullen trueren;
Want hy en draecht gheen sorghe voor heyr lyf,
Noch voor heur goet, maer verworpt heur bedryf.
Den I. Psalm
Die niet en gaet inder godloosen raet,
Die niet en staet ins boosheyts paden quaet,
Noch niet en heeft by de spotters gheseten,
Maer nacht en dach Godes wet sonder vergeten
Pryset en begheert, en vierich overpeyst,
Die mensch' is wel gheluckigh ongheveyst.
Want hy sal syn gelyck den scoonen boom,
Die gheplant staet ontrent den waterstroom,
Die tsynder tyt voorts brenghende is goy vruchten,
Waeraf geen blat dort en valt, door sdoods suchten,
Soo dat sulck man in alles dat hy doet,
Altyts gheluck hebben sal en voorspoet.
Maer sulcken goet de quade niet en vint,
Want ghelyck t'stof verstroyt wordt met den wint,
Soo sullen sy heur oock verworpen vinden;
De saken oock die sy heur onderwinden,
Sullenint recht ghans om worden ghekeert;
met die vroom syn en wordt hy niet gheëert.
Want God weet wel, wat die oprechte doet,
En sorghe draecht voor heur en voor hun goet;
Daerom sal hun gheluck eewichlyck dueren,
Maer die quaet syn van leven, sullen trueren;
Want hy en draecht gheen sorghe voor heyr lyf,
Noch voor heur goet, maer verworpt heur bedryf.
Bij het lezen van de bijbel zijn twee fouten mogelijk: men neemt alles letterlijk of met vergeestelijkt alles (Blaise Pascal)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
- Christiaan
- Berichten: 2057
- Lid geworden op: 01 sep 2006, 10:03
- Locatie: Zeeland
Psalm 1 berijmd door Joost van den Vondel
Wel zaligh is de man, die met godtloozen
Niet aenspant, noch het spoort houdt van de boozen,
Noch op de banck des snooden schimpers zit;
Maer puur uit lust Godts wetten volght, zijn wit,
En neemt vermaeck aendachtigh t’overleggen,
Zoo ’s nachts als daegs, wat hem Godts wet wil zeggen.
Dees wort met recht by eenen boom geleecken,
Die, aen den kant van versche waterbeecken
Geplant, by ’t vocht van springende aedren leeft,
En op zijn tijt gewenschte vruchten geeft,
Oock zonder loof te missen t’allen tijen.
Zoo zal die man en al zijn werck bedijen.
Zoo gaat het niet met godelooze dwazen,
Neen zeker: want gelijck het stof, voor ’t blazen
Des dwarrelwints, en ’t bulderend gerucht
Der buien, stuift en opvlieght in de lucht,
Wanneer het oost bestorremt wort van ’t weste,
En ’t zuid van ’t noort; zoo vaert dit volck ten leste.
Dus kan de booze, al heeft hy schijn van voordeel,
Geensins bestaen in Gods rechtvaerdigh oordeel;
Geen booswicht oock, geketent aen het quaet,
Bestendigh staen in der oprechten Raet:
Want Godt alleen den wandel kent der vroomen,
En boozen dempt, eer zy hun wit bekomen.
Wel zaligh is de man, die met godtloozen
Niet aenspant, noch het spoort houdt van de boozen,
Noch op de banck des snooden schimpers zit;
Maer puur uit lust Godts wetten volght, zijn wit,
En neemt vermaeck aendachtigh t’overleggen,
Zoo ’s nachts als daegs, wat hem Godts wet wil zeggen.
Dees wort met recht by eenen boom geleecken,
Die, aen den kant van versche waterbeecken
Geplant, by ’t vocht van springende aedren leeft,
En op zijn tijt gewenschte vruchten geeft,
Oock zonder loof te missen t’allen tijen.
Zoo zal die man en al zijn werck bedijen.
Zoo gaat het niet met godelooze dwazen,
Neen zeker: want gelijck het stof, voor ’t blazen
Des dwarrelwints, en ’t bulderend gerucht
Der buien, stuift en opvlieght in de lucht,
Wanneer het oost bestorremt wort van ’t weste,
En ’t zuid van ’t noort; zoo vaert dit volck ten leste.
Dus kan de booze, al heeft hy schijn van voordeel,
Geensins bestaen in Gods rechtvaerdigh oordeel;
Geen booswicht oock, geketent aen het quaet,
Bestendigh staen in der oprechten Raet:
Want Godt alleen den wandel kent der vroomen,
En boozen dempt, eer zy hun wit bekomen.
Bij het lezen van de bijbel zijn twee fouten mogelijk: men neemt alles letterlijk of met vergeestelijkt alles (Blaise Pascal)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
Re: Liederen van Jacobus Revius
Dat lijkt mij onzin. Ik kan me werkelijk niet voorstellen dat Revius niet blij zou zijn met het feit dat een aantal van zijn liederen tot lof van de Eeuwige gezongen wordt tijdens de eredienst. Het is toch zo ongeveer het hoogst bereikbare voor een (gelovige) dichter wanneer zijn liederen tijdens de eredienst worden gezongen!Mariavt schreef:Was ie vást niet blij en had ie misschien wel gezegd, jaha maar zó had ik het niet bedoeld.................... :|jvdg schreef:Dan...........Rens schreef:als ie dát zou weten.............Hendrikus schreef: en nog met 7 liederen vertegenwoordigd in het Liedboek voor de Kerken.
- Christiaan
- Berichten: 2057
- Lid geworden op: 01 sep 2006, 10:03
- Locatie: Zeeland
Nieuwe berijming van Psalm 1 (L.vd.K.)
Gezegend hij, die in der bozen raad
niet wandelt, noch met goddelozen gaat,
noch zich doorspotters in de kring laat noden
waar ieder lacht met God en Zijn geboden
maar die aan ´s Heren wet zijn vreugde heeft
en dag en nacht met zijn geboden leeft
Hij is een groene boom die staat geplant
waar waterbeken vloeien door het land
Zijn loof behoeft de droogte niet te duchten
te goeder tijd geeft hij zijn rijpe vruchten
Gezegend die zich aan Gods wetten voedt
het gaat hem wel in alles wat hij doet
Gans anders zijn ´t de goddelozen gaan
zij zijn het kaf dat wegwaait van het graan
Zij kunnen zich voor God niet staande houden
er is geen plaats voor hen bij zijn vertouwen
God kent die wandelt in het rechte spoor,
wie Hem verlaat gaat dwalende teloor.
Gezegend hij, die in der bozen raad
niet wandelt, noch met goddelozen gaat,
noch zich doorspotters in de kring laat noden
waar ieder lacht met God en Zijn geboden
maar die aan ´s Heren wet zijn vreugde heeft
en dag en nacht met zijn geboden leeft
Hij is een groene boom die staat geplant
waar waterbeken vloeien door het land
Zijn loof behoeft de droogte niet te duchten
te goeder tijd geeft hij zijn rijpe vruchten
Gezegend die zich aan Gods wetten voedt
het gaat hem wel in alles wat hij doet
Gans anders zijn ´t de goddelozen gaan
zij zijn het kaf dat wegwaait van het graan
Zij kunnen zich voor God niet staande houden
er is geen plaats voor hen bij zijn vertouwen
God kent die wandelt in het rechte spoor,
wie Hem verlaat gaat dwalende teloor.
Bij het lezen van de bijbel zijn twee fouten mogelijk: men neemt alles letterlijk of met vergeestelijkt alles (Blaise Pascal)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
- Christiaan
- Berichten: 2057
- Lid geworden op: 01 sep 2006, 10:03
- Locatie: Zeeland
Welke vinden jullie van deze van Psalm 1, samen met de berijming van 1773 mooi?
ik vind naast 1773, die van Joost van den Vondel erg mooi.
ik vind naast 1773, die van Joost van den Vondel erg mooi.
Bij het lezen van de bijbel zijn twee fouten mogelijk: men neemt alles letterlijk of met vergeestelijkt alles (Blaise Pascal)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
Wij zijn bedelaars, dat is waar. (Dr. Maarten Luther)
- Oude-Waarheid
- Berichten: 1822
- Lid geworden op: 02 sep 2005, 23:42
- Locatie: Amsterdam
Zelf ken ik het liedboek niet en heb persoonlijk er ook geen behoefte aan.Christiaan schreef:Nieuwe berijming van Psalm 1 (L.vd.K.)
Gezegend hij, die in der bozen raad
niet wandelt, noch met goddelozen gaat,
noch zich doorspotters in de kring laat noden
waar ieder lacht met God en Zijn geboden
maar die aan ´s Heren wet zijn vreugde heeft
en dag en nacht met zijn geboden leeft
Hij is een groene boom die staat geplant
waar waterbeken vloeien door het land
Zijn loof behoeft de droogte niet te duchten
te goeder tijd geeft hij zijn rijpe vruchten
Gezegend die zich aan Gods wetten voedt
het gaat hem wel in alles wat hij doet
Gans anders zijn ´t de goddelozen gaan
zij zijn het kaf dat wegwaait van het graan
Zij kunnen zich voor God niet staande houden
er is geen plaats voor hen bij zijn vertouwen
God kent die wandelt in het rechte spoor,
wie Hem verlaat gaat dwalende teloor.
Maar heeft het drie verzen? onze berijming heeft 4 verzen!
De term 'nieuwe berijming' mag best met een korrel zout genomen worden als je bedenkt dat we praten over de jaren zestig van de vorige eeuw.Oude-Waarheid schreef:Zelf ken ik het liedboek niet en heb persoonlijk er ook geen behoefte aan.Christiaan schreef:Nieuwe berijming van Psalm 1 (L.vd.K.)
Gezegend hij, die in der bozen raad
niet wandelt, noch met goddelozen gaat,
noch zich doorspotters in de kring laat noden
waar ieder lacht met God en Zijn geboden
maar die aan ´s Heren wet zijn vreugde heeft
en dag en nacht met zijn geboden leeft
Hij is een groene boom die staat geplant
waar waterbeken vloeien door het land
Zijn loof behoeft de droogte niet te duchten
te goeder tijd geeft hij zijn rijpe vruchten
Gezegend die zich aan Gods wetten voedt
het gaat hem wel in alles wat hij doet
Gans anders zijn ´t de goddelozen gaan
zij zijn het kaf dat wegwaait van het graan
Zij kunnen zich voor God niet staande houden
er is geen plaats voor hen bij zijn vertouwen
God kent die wandelt in het rechte spoor,
wie Hem verlaat gaat dwalende teloor.
Maar heeft het drie verzen? onze berijming heeft 4 verzen!
De psalmberijming van 1968 heeft inderdaad bij een groot aantal psalmen minder coupletten dan de berijming van 1773 (Psalm 119: 66 tegenover 88 coupletten!). Dat komt niet doordat men bij 1968 bepaalde onberijmde gedeelten maar heeft 'laten zitten' en zo op minder coupletten uitkomt. De reden daarvoor is eenvoudigweg 'dichterlijke vrijheid', of, anders geformuleerd, bij 1773 is er meer bij 'verzonnen'.
Overigens denk ik dat je het Liedboek beter kent dan je denkt, OW. Er staan namelijk heel veel oude liederen in, waarvan ik zeker weet dat je ze graag gezongen hebt c.q. nog steeds graag zingt!