Bert Mulder schreef:En dat heeft Dr. Steenblok ook altijd onderhouden.
onderbouw:
Vr.74. Zal men ook de jonge kinderen dopen?
Antw. Ja het; want mitsdien zij alzowel als de volwassenen in het verbond Gods en in Zijn gemeente begrepen zijn a, en dat hun door Christus' bloed de verlossing van de zonden b en de Heilige Geest, Die het geloof werkt, niet minder dan den volwassenen toegezegd wordt c, zo moeten zij ook door den Doop, als door het teken des verbonds, der Christelijke Kerk ingelijfd en van de kinderen der ongelovigen onderscheiden worden d, gelijk in het Oude Verbond of Testament door de Besnijdenis geschied is e, voor dewelke in het Nieuwe Verbond de Doop ingezet is f.
Maar dit is inconsequent.
De gedachte die overheerst is dat alle kinderen gedoopt worden omdat volgens het forumulier gesteld wordt dat alle kinderen het geloof wordt toegezegd. Evenwel wordt gesteld dat de genade niet wordt aangeboden aan al die kinderen. Nu vraag ik je, wat is in de kern van de betekenis van toezeggen het verschil met aanbieden.
Als geloof wordt toegezegd, op basis daarvan gedoopt wordt, dan is het gelijktijdig afwijzen van het aanbod van genade aan diezelfde kinderen, hoofd voor hoofd, zoals ze ook hoofd voor hoofd het teken en zegel dragen, inconsequent.
Deze visie is eerst in de 20e eeuw tot stand gekomen en nooit eerder geleerd door de (nadere) reformatoren.
Dr. Steenblok mocht dan dr. zijn, hij heeft de visie op het aanbod van genade buiten elke theologische faculteit in 'eigen beheer' uitgewerkt. De theologen die er tegen in verzet kwamen in eigen kring waren jammer genoeg niet in staat op het intellectuele niveau tegenwicht te bieden. Ik vind het toch wel frappant dat vrijwel geen theoloog met de dr titel, uitgaande dat alle theologen met dr. die titel dan ook verdienen, de visie van Steenblok overneemt.
Steenblok heeft pas nadat hij met emeritaat is gestuurd de daardoor verkregen vrije tijd benut in een promotiestudie theologie, en met name op het punt van de sabbatsvisie van Voetsius. Op het punt van aanbod van genade heeft hij geen theologische studie verricht.
Pas na zijn overstap naar de GerGem is hij gaan schuiven op dit punt. Pas na 1943, na zijn behaalde dr. titel.
Tot op dat moment stond het aanbod van genade niet ter diskussie in de GerGem, ook niet na 1931. Dat is een belangrijk gegeven. Wat Steenblok deed is niets anders dan de leeruitspraken van 1931 isoleren en vervolgens doortrekken.
Daaruit is de situatie van 1953 gevolgd. Ds. A. Vergunst verdedigde het standpunt met betrekking tot het aanbod van genade van 1953 en 1931 binnen 1 artikel!
Als je een preek van Ds. Steenblok leest zie je direct waar het toe leidt: Een uitleg van een tekstgedeelte en een toepassing met enkel: Mocht u nog eens zich krijgen op Christus. Mocht het nog eens geschonken worden. Meer niet. Een koele constatering dat onbekeerden in de doodstaat liggen en een bewogen meeleven met de bekommerde zielen die wachten op een bijzondere openbaring van Christus om daarmee zeker te zijn van de uitverkiezing om pas dan genade te mogen aannemen.
Verschraling van het Evangelie!
Een onbijbelse leer.
Wat moet ik doen om zalig te worden?Geloof in den Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden,
gij en uw huis.
Er is bij Steenblok geen oproep tot bekering. Omdat het gevaar aanwezig is dat een niet uitverkorene wordt opgeroepen tot bekering. Dat is niet in overeenstemming met Gods Wil, dus dat mag nooit zo gepredikt worden.
Dit is een consequente wijze van prediking!
Maar consequent onbijbels.
Bert, ik weet dat het in jouw visie niet hiertoe leidt, maar de dogmatiek bevat wel alle elementen om hier uit te komen.
Door gedoopte kinderen buiten het verbond te plaatsen met een organische constructie (alsof kinderen een soort appendix van de ouders zijn) tot het tegendeel bewijst dat het anders is, wordt er afgedaan aan de Volkomen verzoening zoals de DL die leren. Het maakt de Verzoening tot een afgepaste hoeveelheid. Alsof wij mensen de maat daarvan kunnen bepalen.
Het is evenwel een Bijbels gegeven dat enkel de uitverkorenen daadwerkelijk zullen geloven en uiteindelijk alles wat in de beloften besloten ligt, zullen ontvangen (Calvijn!). Evenwel zijn er die binnen het verbond zijn en desondanks niet geloven. En daarmee de toorn van God des te meer op zich laden (Eveneens Calvijn!).
Ezau was verbondskind. Hij droeg daarvan het bewijs aan zijn lichaam.
Als de doop in de plaats van de besnijdenis gekomen is, mag je bij dopelingen geen onderscheid maken in het verbond.
Inwendig en uitwendig verbond zijn zaken die in de uitkomst blijken, niet op voorhand in de prediking als rem op het Evangelie mogen fungeren. Dat is niet in overeenstemming met o.a. 1 Kor 7:14 en het zendingsbevel. Nergens in Gods Woord wordt het onderscheid van gelovigen en ongelovigen binnen het verbond
in de bediening van de Verzoening gelegd.
In de schaduwdienst werd door alle verbondskinderen in de onderhouding van de ceremoniele wetten de verzoening gesymboliseerd. Alle verbondskinderen zijn onderworpen aan de wet. Alle verbondskinderen moesten offeren en bloed laten vergieten door de priesters voor de verzoening van de zonden.
Zowel de Ezau's als de Jokobs.
Alle verbondskinderen kregen de koperen slang te zien.
Allen verbondskinderen werd behoud aangeboden op het zien op de koperen slang.
In het Nieuwe Testament is geen enkel verschil in de aard en het wezen van het Verbond.
Allen het teken, allen in het verbond.
Voer je een verschil in ten aanzien van de Evangeliebediening in de nieuw testamentische bediening, dan moet je dat terug vertalen naar de oud testamentische eredienst met de hele offerdienst.
Wie zal dat aandurven?
Puur dogmatisch gesteld is te stellen dat vanuit de eeuwigheid bezien in- en uitwendig vebond te onderscheiden is. Als theologisch onderscheid, niet als praktijk onderscheid.
Dat maakt nogal verschil.
De bediening van Gods vrije genade in het evangelie wordt tot allen gebracht als zijnde voor alle toehoorders aan te nemen (Calvijn, bestrijding roomse doopvisie!).
Juist binnen het verbond. Wat onderscheid de verbondskinderen anders nog van de kinderen buiten het verbond? Waaruit bestaat de heiliging anders nog?
De bediening van het Evangelie van vrije genade vind juist plaats binnen de gemeente van het verbond! Binnen de gemeente waar het Woord in volle rijkdom gepredikt wordt onder de bediening van de Heilige Geest.
Dus ook op basis hiervan kun je stellen dat het ontkennen van het aanbod van genade zoals Steenblok leerde, moet leiden tot afschaffen van de kinderdoop. De doop zal dan niet eerder toegepast kunnen worden voordat blijkt dat een kind daadwerkelijk in het verbond is. Anders liegt God. Dan zou genade niet vrij te krijgen zijn voor alle dopelingen.
Dit is overigens de lijn die we zien bij Philpot. Daar zien we wel de lijn concequnt doorgetrokken en de kinderdoop afgewezen.
Oftewel: Steenblok heeft de nederlandse gereformeerde leer een draai gegeven om uit te kunnen komen bij de geliefde Philpot en de visie die daar gangbaar was. Alleen de consequentie die zou laten zien dat daarmee de gereformeerde kaders werden doorbroken nam hij niet. Deze predikant wordt graag gelezen in de kringen waar men Steenblok volg in zijn leer rondom het aanbod van genade. Maar altijd met de opmerking dat men het niet eens is met zijn doopvisie. Echter, daar waar Philpot consequent is, durft met het in nederland niet te zijn. De 3FvE moet dan maar zo uitgelegd worden dat alles past. Daarmee ontstaan gespannen redenaties, vol van complexe argumentaties en onderbouwd met allegorien om het passend te krijgen. Een denkwijze die nergens bij oudvaders te vinden is.
Neemt niet weg dat Philpot niet rechtzinnig genoemd zou mogen worden. Bunyan was ook niet gereformeerd; ook hij wees de kinderdoop af. Maar hij is wel gewaardeerd in gereformeerde kringen. En terrecht. Maar wees dan wel zo eerlijk te erkennen dat de 'gereformeerde leer alhier geleerd' niet geheel onderschreven wordt maar een visie van elders de leer van ' alhier' is. Dan kunnen we elkaar eerlijk tegemoet treden in een gesprek.
Wat nu gebeurt is dat ieder voor zich de belijdenisgeschriften opeist en er tegengestrijdige geluiden uit weet te laten klinken.
Dat zou betekenen dat de gereformeerde leer niet deugt en weinig consistent is. Dat is de gelegenheid voor kritici om afschaffing van de belijdenisgeschriften te beplijten. Kijk maar wat de remonstranten als eerste probeerden: Afschaffen HC en als dat niet zou lukken dan maar reviseren. Als we niet eenstemmig de lijn van de reformatie vasthouden, verliezen we de reformatie binnen de kortse keren om eigen schuld.