In zijn dagboek verhaalt hij dat hij te Nottingham gepreekt had, waarbij er zoveel invloed van zijn prediking uitging als hij nog nooit had gezien. Op een verlaten plaats waren in korte tijd zo'n 12000 mensen samengekomen. Hij sprak nog niet lang, of grote aantallen werden verbroken van geest. In de volgende diensten nam deze invloed steeds meer toe, totdat op het laatst duizenden het uitschreeuwden, zodat ze de stem van Whitefield bijna overstemden. Vele tranen werden gestort door mensen die verlangden naar de Heere Jezus. Sommigen vielen flauw en wanneer ze weer wat kracht hadden, luisterden ze weer naar Whitefield en vielen opnieuw flauw. Anderen riepen het uit alsof ze in de grootste doodsnood waren. Uiteindelijk vermeldt Whitefield zelf zo verbroken en overweldigd te zijn door een besef van Gods liefde, dat sommigen dachten dat hij op het punt stond de geest te geven:
Hoe zalig lag ik aan de voeten van Jezus. Met welk een kracht vloeide een gevoel van zijn alles omvattende, vrije en eeuwig durende liefde mijn ziel binnen. Het nam bijna mijn leven weg.
:t
Afgewezen,
Gian, Miscanthus en ik belijden alledrie dat er geen waar geloof is zonder bevinding en vrucht. Waar wij tegen ageren is het idee dat er een zaligmakende ellendekennis zou bestaan, waar de wet en de ellendekennis niet meer de tuchtmeester is tot Christus, maar een doel op zichzelf. Ja, dat de stand/mate van het geloof gemeten wordt aan je ellendebeleving. Hierdoor is Christus niet meer nodig en veranderd in een verborgen middelaar voor de lucky ones met een bijzondere vierschaarbeleving. Geloofszekerheid is dan verworden tot een scheldwoord over die evangelischen die denken dat ze met een gestolen Christus kunnen sterven. Je doel in het leven is een gebroken hart en een verslagen geest, want dat is immers het enige wat God kan bekoren? (ps. 51) Dit is niet anders dan een wettisch leven buiten Christus en voor deze mensen is geen zaligheid, want alleen het geloof in Christus is zaligmakend. Uitspraken zoals: "Maar bekommerden zijn toch bekeerd, dus gaan toch naar de hemel?" zijn tegenwoordig vaak gehoord, omdat anders niemand naar de hemel kan in die gemeenten, maar zulke uitspraken zijn leugens van de duivel; Christus is de Weg en zonder vergeving door Zijn bloed ga je naar de hel!
Nu heb ik het idee dat jij absoluut niet in die lijn ligt, maar wij hebben stuk voor stuk ervaringen met mensen die deze uiterst gevaarlijke leer wel aanhangen en denken dat ze met de rechtzinnigheid van ellendekennis in de hemel kunnen komen.
Maar er is ook een andere kant. Jacobus 4 vertelt ons dat er zonder vernedering geen verhoging is. We moeten als arme zondaren onze zonden voor God belijden. Jacobus geeft geen mate van oprechtheid aan en dat is maar goed ook. Mijn bevinding is dat ik werkelijk nooit oprecht ben. Het kan altijd oprechter. Lig ik snachtst mijn zonden te bewenen, dan wordt ik smorgens trots wakker.

Gelukkig eist de bijbel dat ook niet van ons. We kunnen van Jezus lezen dat hij blinden de ogen opent en vervolgens zegt dat hun geloof hun behouden heeft. Waarom zegt Hij dat? Zouden ze ellendekennis hebben gehad? We weten het niet. Wat we wel weten is dat de blinden tot Christus kwamen omdat ze wisten dat er bij Hem verlossing is. Dat moet ook voor ons het doel zijn. Onze ellendekennis moet ons naar Christus drijven en niet naar ons eigen trotse hart.
Verder mogen we nooit vergeten dat bevinding een vrucht is van het geloof. Dan moeten we dat niet om gaan draaien. Zonder geloof is er geen bevinding. Daarom zegt de schrift terecht dat de rechtvaardigheid uit het geloof is. Zo kan er geloof zijn zonder bevinding, maar geen bevinding zonder geloof. "Jezus zeide tot hem: Omdat gij Mij gezien hebt, Thomas, zo hebt gij geloofd; zalig [zijn zij], die niet zullen gezien hebben, en [nochtans] zullen geloofd hebben."