Esther

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Miscanthus
Berichten: 5306
Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
Locatie: Heuvelrug

Esther

Bericht door Miscanthus »

Het boek Esther is eigenlijk een bijzonder bijbelboek. De Naam van God komt er niet in voor, en er wordt ook niet/nauwelijks naar God gerefereerd. Toch is dit een belangrijk boek waarin God laat zien hoe Hij zijn volk beschermt. Het schijnt dat de Joden op het Purimfeest het boek Esther voorlezen en er een vrolijk feest van maken. Net als het loofhuttenfeest. Ik kijk er een tikje jaloers naar.....
Wij christenen, eh, reformatorische christenen zijn niet zo goed in vieren. De zondag houden we nog naar Oudtestamentisch (sabbats-)model, terwijl het de dag is van de opstanding van onze Heiland. We hebben de wereld iets te zeggen: Jezus leeft!

De Joden hebben nog meer feesten: de Grote Verzoendag (27 sept.), het Loofhuttenfeest (2-8 oct.), het Slotfeest (9 oct.) en Vreugde der wet (10 oct.). Staan we in onze kerken ook stil bij de Israelzondag?
(wat is dat?).
zomaar wat gedachten naar aanleiding van het boek Esther en haar God, haar volk en hun feesten.
Kunnen wij er iets van leren?
Gebruikersavatar
Hendrikus
Berichten: 17028
Lid geworden op: 10 apr 2004, 09:37

Bericht door Hendrikus »

gelezen:

Waarom Israëlzondag?

Steeds minder mensen hebben de grote veranderingen meegemaakt in het kerkelijk denken ten aanzien van Israël kort na de Tweede Wereldoorlog. Voor het eerst werd door de Synode van de Nederlandse Hervormde Kerk (als eerste van welke synode ter wereld dan ook) een wezenlijke plaats gegeven aan Israël binnen het christelijk belijden. Er werd een jaarlijkse ‘Israël-zondag’ ingesteld. En er kwam een nieuwe Kerkorde waarin de verhouding van de Kerk ten aanzien van Israël expliciet aan de orde werd gesteld. Plaats voor Israël dus: in belijden, in liturgie en in kerkorde.
Nu de wereld er anders uitziet dan in die dagen en nieuwe generaties hun verhouding ten opzichte van Israël moeten bepalen, kan het helpen te memoreren wat de bedoeling indertijd was van een nieuwe kerkelijke koers. Om vervolgens te bezien wat wij daar vandaag mee moeten.
We citeren uit H. Vreekamp, Zonder Israël niet volgroeid, visie op de verhouding tussen kerk en joodse volk van hervormde zijde, Kampen 1988:

‘Op 20 mei 1949 wordt in de hervormde synode besproken het verzoek van de Raad voor Kerk en Israël om ‘een bepaalde Zondag, de Zondag voor de grote Verzoendag bij voorkeur, te bestemmen voor opwekking van liefde voor Israël. Op die Zondag kome in de prediking uit, wat de plaats en de toekomst van het Joodse volk is in de heilsgang van het Koninkrijk Gods. De dienst drage in hoge mate het karakter van een gebedsure’.
Zonder noemenswaardige discussie besluit de synode aan dit verzoek gevolg te geven. Met ingang van 1949 zal jaarlijks in de Hervormde Kerk de Israël-zondag worden gehouden, voorafgaande aan Israëls Grote Verzoendag. Deze laatste bepaling is echter al in 1950 gewijzigd in deze zin, dat voortaan de eerste zondag van oktober Israël-zondag zal heten.
Kostte de instelling van deze jaarlijkse Israël-zondag de synode niet veel moeite, anders lag dat met een tweede verzoek van de Raad. Deze had een concept-kanselboodschap aangaande Israël opgesteld, waarin aan de kerk gevraagd wordt vanwege haar houding in het verleden haar schuld ten aanzien van Israël te belijden, en tevens duidelijk uit te spreken waarin de roeping van de kerk ten aanzien van Israël is gelegen. De tekst, die aan de synode wordt voorgelegd, luidt in de slotpassage letterlijk zó:
‘De Nederlandse Hervormde Kerk heeft in het verleden haar roeping ten aanzien van Israël niet vervuld. Zij heeft Israël niet beschouwd en behandeld als een eerstgeboren zoon uit het huis des Vaders en heeft als Kerk aan Israël de boodschap van zijn eigen Messias niet gebracht. Dit heeft zij als schuld te belijden. Zij bekere zich in dezen en worde zich haar roeping bewust’.’ (pag.33)

We zijn inmiddels ruim een halve eeuw verder. Na de aarzelende en vooral voorzichtige woorden uit 1949 werd er theologisch huiswerk gedaan. Daarbij bleek de schuld van de kerk veel groter en haar arrogantie van het niveau van de door Paulus zo gevreesde ‘hoogmoed’ (Rom.11:20). De kerk bleek zichzelf wel degelijk op de plaats van Israël te hebben gezet, terwijl zij juist zonder Israël niet eens zou bestaan. Alles wat zij is, hoopt, denkt en doet, heeft zij van een Joodse rabbi geleerd. Hoe kon zij dat vergeten? Hoe kon zij de joodse traditie vergeten waarin zijn woorden staan? Wat betekent het dat Israël ‘de eerstgeboren zoon’ is in Gods volkeren-gezin? In welke verhouding staat daarmee de kerk zelf ten aanzien van Israël en de volkeren?
Wie zich in deze vragen verdiepen, stuiten alleen maar op meer vragen. Als het volk Israël zo in de kerkelijke leer kon worden verguisd, is de bijbel dan wel goed gelezen en geduid? Als de kerk in Jezus haar Redder en Verlosser vindt, kan ze het daarbij toch niet laten; dan zal ze Hem toch juist veel beter willen leren kennen in zijn grote liefde voor ieder woord van Tenach? En waarom luistert de kerk daarbij niet naar de Joodse exegese die in een paar duizend jaar oudere traditie staat? Wordt het gesprek met Joden vandaag eigenlijk wel gevoerd? Wordt er geluisterd naar het Joodse zelfverstaan, ook in haar verstaan van de messias en de staat Israël?

Diverse theologen hebben zich in deze vragen verdiept. Friedrich-Wilhelm Marquardt schreef zelfs een nieuwe christelijke dogmatiek en kwam – juist omdat hij zich ook door de joodse stem laat gezeggen – tot een nieuwe bijbelse exegese.
In de laatste tijd lijkt het echter of velen pas op de plaats willen maken of zelfs terug willen naar de oude kerkelijke leerstellingen. Alsof ze schrikken van het ‘anders zijn’ van het Joodse volk. Alsof ze schrikken van het Joodse zelfverstaan. Alsof ze schrikken van het joodse bestaan! Die schrik kan alleen maar heilzaam zijn als we de in 1949 ingeslagen weg voortzetten en Joden eindelijk serieus nemen in hun bestaan. Zwijgend wegkruipen of terugkeren tot de oude houding zal alleen maar nieuwe schuld op ons laden en ertoe leiden dat Joden nooit veilig op deze aardbodem zullen zijn.
Meer dan ooit dus van belang om ‘Israël-zondag’ voort te zetten; ook als een belijdende daad.
Daarnaast is het een opdracht om alle anti-semitisme aan de kaak te stellen. Ook die in de Arabische wereld. En waar we kritiek hebben op mensen en regeringen – inclusief de Israëlische regering – of waar we de ellendigen op deze aarde hulp bieden – inclusief het Palestijnse volk – willen we ons realiseren dat we dat doen op basis van wat we van Israël hebben geleerd.

Samengevat: Israël betekent het Joodse volk in al zijn facetten, in zijn concrete bestaan, in zijn ups en zijn downs, in zijn eigen-aard-igheid, binnen en buiten de staat Israël, levend bij de Tora of daar ver vandaan, messias-belijdend of niet, in verleden en heden en toekomst, enzovoort. En de uitdagende vraag is aan alle volken: hoe ons te verhouden tot deze ‘eerstgeborene’ in het volkerengezin?
Iedereen die met die vraag serieus aan de slag gaat komt voor talloze andere vragen te staan, niet in het minst ten aanzien van het eigen (christelijk) denken. Maar zonder die heilige onrust zal het niet gaan. Op een andere manier ‘rust’ zoeken – door het maar niet over Israël te hebben, of door de Israël-zondag te vervangen door een algemene ‘Midden-Oosten-dag’, of door ‘de staat Israël’ buiten je denken te houden, of door de naam Israël te versmallen tot iets dat wel past binnen ons denkraam, enz. – is valse rust.
Waarom Israëlzondag? Opdat het bij ons in de kerk op z’n minst ‘onrustig’ zal zijn!
Gebruikersavatar
Afgewezen
Berichten: 17323
Lid geworden op: 12 mei 2005, 21:50

Bericht door Afgewezen »

Kunnen reformatorische christenen geen feesten vieren? Persoonlijk ben ik altijd erg gecharmeerd van het kerkelijk jaar, al is dit ook geen bijbelse inzetting, het is meer een vieringskalender, waarin de bijbelse zaken in de juiste volgorde tot hun recht komen.
Met Israëlzondag heb ik niks. Die hele Israëlofilie van de laatste decennia vind ik een bedenkelijk verschijnsel.
'De' kerk heeft dit en 'de' kerk heeft dat gedaan en staat in de schuld bij Israël. Ik vind dat weinig concreet. Overigens verwijs ik voor mijn mening hieromtrent naar de Israël-topics die aan de orde zijn geweest.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

De feesten van het Oude Testament zijn in Christus vervuld en hoeven, ja mogen niet meer door ons worden gehouden, Gal. 4:10, Kol. 2:16.
Laten we het daarom maar houden bij de eerste dag van de week, naar het voorbeeld van de apostelen. Wel degelijk de NT-sabbat trouwens, want we hebben 10 geboden en niet 9.
Plaats reactie