Wie viert er het Sinterklaas feest ?
- ndonselaar
- Berichten: 3105
- Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
- Contacteer:
- ndonselaar
- Berichten: 3105
- Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
- Contacteer:
Natuurlijk staat er meer. Maar we moeten niet denken dat het begeren beperkt blijft tot datgene wat van onze naaste is. Paulus schrijft in Romeinen 7:
Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Dat zij verre. Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten zonde te zijn, indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren.
Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Dat zij verre. Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten zonde te zijn, indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren.
Als je het gebod nou eens even doorleest, dan gaat het niet zozeer over het sinterklaasfeest.
Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is.
Dat wil helemaal niet zeggen dat je niet graag een doos lego zou mogen willen krijgen.
Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is.
Dat wil helemaal niet zeggen dat je niet graag een doos lego zou mogen willen krijgen.
'Gij zult niet begeren' is breder dan de dingen die het gebod, als voorbeeld, noemt. Het gaat (m.i.) om je gedachten te vullen met het begeren van iets, waarbij het voorwerp wat je begeerd je helemaal 'bezet'. Dus m.i. is het zonde, als je een auto gaat kopen, en het enige waaraan je kan denken is 'auto'. Of een kind zit helemaal verlekkerd het Intertoys boek door te bladeren, en het enige waaraan het kan denken is 'welk cadeautje zou ik krijgen'. Dát is m.i. begeren.refo schreef:Als je het gebod nou eens even doorleest, dan gaat het niet zozeer over het sinterklaasfeest.
Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is.
Dat wil helemaal niet zeggen dat je niet graag een doos lego zou mogen willen krijgen.
M.i. vraagt God in dit gebod dus onze gedachten. Die mogen we niet teveel aards laten zijn, maar moeten op God gericht zijn. En het gezegde is niet voor niets: 'je kan maar aan één ding tegelijk denken'. We moeten onze gedachten dus besteden aan hetgeen God gebied in Zijn wet: Heb God lief boven alles, en je naaste als jezelf. Wie zijn gedachten daarmee vult, komt (op een gezonde manier) los van dit aardse, en zal onze wandel als in de hemel doen zijn.
Inderdaad. Als dat wel zo was mogen we het vieren van verjaardagen ook wel snel afschaffen.... iemand een kado geven is dan uit den boze... en ander zou eens jaloers worden en tegen het 10e gebod zondigen...refo schreef:Als je het gebod nou eens even doorleest, dan gaat het niet zozeer over het sinterklaasfeest.
Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is.
Dat wil helemaal niet zeggen dat je niet graag een doos lego zou mogen willen krijgen.
Je denkt dat Paulus het gebod opgerekt heeft?ndonselaar schreef:Natuurlijk staat er meer. Maar we moeten niet denken dat het begeren beperkt blijft tot datgene wat van onze naaste is. Paulus schrijft in Romeinen 7:
Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Dat zij verre. Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten zonde te zijn, indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren.
Wie sprak er: "Ik heb grotelijks begeerd...."?
Is de begeerlijkheid dan zonde?
En als je dan verschil aan gaat brengen in 'soorten' begeerte.... hoe weet je dan dat Paulus die grens inderdaad bedoelt?
- ndonselaar
- Berichten: 3105
- Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
- Contacteer:
De begeerlijkheid van de nieuwe mens is gericht op Christus.
De begeerlijkheid van de oude mens en de onbekeerde mens is gericht op zichzelf. Dit is zonde, want alles wat uit het geloof niet is, dat is zonde. Als wij onszelf of onze kinderen opwekken tot deze vleselijke begeerte, dan wekken wij onze kinderen op tot zonde.
Dit is uiteraard niet alleen beperkt tot Sinterklaas, maar strekt zich uit tot vele terreinen van het leven.
Natuurlijk ligt er een groot verschil tussen het vieren van een Sinterklaasfeest waarbij onze kinderen meelopen in de stoet en in het houden van een gezellige familieavond waar we onze kinderen wat geven.
Toch vraag ik aan de laatste groep, waarom rond Sinterklaas? Waarom moeten wíj wereldgelijkvormig worden. Kunnen we dit niet anders invullen? Ligt hier geen ruimte om onze kinderen uit te leggen dat wij 'geheel anders' zijn. Wel in de wereld, maar niet van de wereld?
De begeerlijkheid van de oude mens en de onbekeerde mens is gericht op zichzelf. Dit is zonde, want alles wat uit het geloof niet is, dat is zonde. Als wij onszelf of onze kinderen opwekken tot deze vleselijke begeerte, dan wekken wij onze kinderen op tot zonde.
Dit is uiteraard niet alleen beperkt tot Sinterklaas, maar strekt zich uit tot vele terreinen van het leven.
Natuurlijk ligt er een groot verschil tussen het vieren van een Sinterklaasfeest waarbij onze kinderen meelopen in de stoet en in het houden van een gezellige familieavond waar we onze kinderen wat geven.
Toch vraag ik aan de laatste groep, waarom rond Sinterklaas? Waarom moeten wíj wereldgelijkvormig worden. Kunnen we dit niet anders invullen? Ligt hier geen ruimte om onze kinderen uit te leggen dat wij 'geheel anders' zijn. Wel in de wereld, maar niet van de wereld?
Het tiende gebod lijkt een beetje overbodig. De Heere Jezus zegt: wie een vrouw aanziet, heeft al overspel gedaan. Begeren valt in dat licht dus onder gebod zeven.
Maar wat bedoelt het tiende gebod dan?
Volgens ds Moerkerken gaat het hier om de invallende gedachten, die je vrijwel onmiddellijk weer verwerpt. Je zou die vrouw een moment wel willen, maar verwerpt onmiddellijk die gedachte. Zo meende Paulus alle geboden te hebben onderhouden, totdat hij begreep wat dat begeren precies was. Tot dan was gebod 1 t/m 9 hem goed gelukt. Gebod 10 las hij in het licht van overspel (de vrouw van de naaste), diefstal (huis etc). Dus hij voldeed de wet!
Totdat het licht op het tiende gebod viel.
Maar wat bedoelt het tiende gebod dan?
Volgens ds Moerkerken gaat het hier om de invallende gedachten, die je vrijwel onmiddellijk weer verwerpt. Je zou die vrouw een moment wel willen, maar verwerpt onmiddellijk die gedachte. Zo meende Paulus alle geboden te hebben onderhouden, totdat hij begreep wat dat begeren precies was. Tot dan was gebod 1 t/m 9 hem goed gelukt. Gebod 10 las hij in het licht van overspel (de vrouw van de naaste), diefstal (huis etc). Dus hij voldeed de wet!
Totdat het licht op het tiende gebod viel.
Volgens mij gaat het bij het tiende gebod erom dat je iets begeerd wat van een ander is!'Gij zult niet begeren' is breder dan de dingen die het gebod, als voorbeeld, noemt. Het gaat (m.i.) om je gedachten te vullen met het begeren van iets, waarbij het voorwerp wat je begeerd je helemaal 'bezet'. Dus m.i. is het zonde, als je een auto gaat kopen, en het enige waaraan je kan denken is 'auto'. Of een kind zit helemaal verlekkerd het Intertoys boek door te bladeren, en het enige waaraan het kan denken is 'welk cadeautje zou ik krijgen'. Dát is m.i. begeren
Het voorbeeld van het Intertoysboek gaat dus niet op! (of het kind moet gaan denken: ik ga dat speelgoed jatten)
Op zich heb je gelijk, maar de oplossing (kinderen het Sinterklaasfeest verbieden) is mijns inziens weinig vruchtbaar.Als wij onszelf of onze kinderen opwekken tot deze vleselijke begeerte, dan wekken wij onze kinderen op tot zonde.
Dit is uiteraard niet alleen beperkt tot Sinterklaas, maar strekt zich uit tot vele terreinen van het leven.
Je moet ze opvoeden tot volwassen Christenen, die hun begeerten kunnen beheersen, die er mee om kunnen gaan. (wat natuurlijk nooit lukt zonder het werk van de Heilige Geest). Dat doe je niet door ze in een 'sub-wereldje', zonder verleidingen, op te laten groeien.
Nadat bij ons de speelgoedgidsen door de bus zijn gevallen, hebben wij een half jaar rust op de achterbank van de auto. Beide jongens zitten urenlang zoet te bladeren en alles in zich op te nemen. Wat zouden ze graag alles hebben, maar ja, ze weten ook wel dat ze maar iets krijgen.
Is dat dan verkeerde begeerte? Ik vind het ook weleens heerlijk om een Mercedes-folder door te bladeren, terwijl ik echt wel weet dat ik nooit een Mercedes zal bezitten. Of huis- tuin- en inrichtingbladen doorlezen. Heerlijk om je daaraan te verlekkerren. Maar is dat zonde? Ik kan me dat nauwelijks voorstellen.
Is dat dan verkeerde begeerte? Ik vind het ook weleens heerlijk om een Mercedes-folder door te bladeren, terwijl ik echt wel weet dat ik nooit een Mercedes zal bezitten. Of huis- tuin- en inrichtingbladen doorlezen. Heerlijk om je daaraan te verlekkerren. Maar is dat zonde? Ik kan me dat nauwelijks voorstellen.
- ndonselaar
- Berichten: 3105
- Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:34
- Contacteer:
Hoe interessant lijkt dit! Nergens heb ik gesteld dat we kinderen in een sub-wereldje moeten laten op groeien. Nee, onze kinderen staan in de wereld. Dit staan in de wereld betekent echter wel de verleidingen weerstaan. Hoe moeten we de verleidingen weerstaan. Een klein beetje toegeven. Een sinterklaasfeestje, etc. Moeten we in dezelfde fout vallen als de kerk. De kerk die de brug naar de cultuur neerhaalde, niet wetende dat over diezelfde brug massa’s mensen de kerk zouden verlaten [v.d. Beek].Op zich heb je gelijk, maar de oplossing (kinderen het Sinterklaasfeest verbieden) is mijns inziens weinig vruchtbaar.
Je moet ze opvoeden tot volwassen Christenen, die hun begeerten kunnen beheersen, die er mee om kunnen gaan. (wat natuurlijk nooit lukt zonder het werk van de Heilige Geest). Dat doe je niet door ze in een 'sub-wereldje', zonder verleidingen, op te laten groeien.
Moet ik mijn kinderen overgeven in beheerste mate aan verleidingen, zodat ze er mee om kunnen gaan? Nee! Natuurlijk voeden we onze kinderen midden in de wereld op, maar toch betekent dit niet een enge subcultuur. Van mij mogen mijn kinderen naar een openbare school, maar niet opdat ze wereldgelijkvorming zouden worden, maar opdat ze zouden mogen getuigen van die Ene Naam. Ik weet het, ook deze opvoeding is met alle gebrek en kan alleen met de zegen van de Heere.