Kerk in slaap

ejvl
Berichten: 5735
Lid geworden op: 06 jun 2011, 11:15

Re: Kerk in slaap

Bericht door ejvl »

Mara schreef:
Johann Gottfried Walther schreef:Lege Avondmaalstafels zijn ook geen kenmerk van de ware kerk.
Volle wel?
Als het goed ligt wel ja.
-DIA-
Berichten: 32735
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Kerk in slaap

Bericht door -DIA- »

Sinds 2016 is hier niet meer verder op ingegaan.
Ik dacht anders dat het na zoveel vreemde leringen, die we overal horen, toch wel nodig was om een beetje wakker te blijven. Via DIGIBRON stuitte ik op een leerzaam artikel, gepubliceerd in het blad "In het Spoor", februari 2000.
Hier het (eerste deel) van het artikel:

THOMAS WATSON OVER HET KENNEN EN DIENEN VAN GOD

INLEIDING
Toen ds. P.J. Dorsman gevraagd werd: "Hoe ziet u de toekomst van de SGP? ", antwoordde hij: Die zie ik helemaal niet zo rooskleurig, alhoewel ik proberen wil te blijven hameren op dat zelfde aambeeld dat vanouds naar voren gebracht is: 'Tot de Wet en tot de Getuigenis! '.
Ds. Dorsman heeft helaas gelijk gekregen. Sinds hij dit ongeveer twintig jaar geleden gezegd heeft, zijn er tal van gebeurtenissen geweest die de toets van de Heilige Schrift niet kunnen doorstaan. Mede daarom achten wij het van belang om onder bovenstaande titel een aantal artikelen te schrijven waarin we op eenvoudige wijze ingaan op de leerstellingen die betrekking hebben op het (met name uitwendig) verantwoord handelen van de mens, ofwel: op de leer van de geopenbaarde wil Gods, waarnaar ieder mens zich richten moet. De ene keer zal dat meer meditatief tot opwekking zijn, de andere keer meer leerstellig tot onderwijzing. Ook op actuele ontwikkelingen willen we in deze serie reageren.
Ter inleiding op dit onderwerp willen we in een tweetal artikelen een aantal kernachtige stukjes van ds. Th. Watson weergeven. Deze citaten hebben we ontleend aan het onlangs verschenen boek ''De Hoofdsom van de Geloofsleer'' De eerste aflevering daarvan treft u hieronder aan.


DE PLICHT VAN CHRISTENEN OM EEN VASTE OVERTUIGING TE HEBBEN VAN DE GELOOFSLEER
Ds. Th. Watson zegt daarvan: "Degenen die niet vast staan in de leer, zullen op de een of andere tijd dwalende sterren blijken te zijn. Ze zijn als een schip zonder ballast, en worden meegevoerd met elke wind van leer. Zulke mensen zijn geen pilaren in de tempel Gods, maar rieten die van de wind ginds en weder bewogen worden; de waarheden die zij de ene keer aanhangen, verwerpen zij een andere keer weer. Het grote doel van de prediking van het woord is om ons tot een vaste overtuiging van de leer te brengen (Efeze 4:11, 12, 14). Vast geworteld zijn in de leer is de voortreffelijkheid van een Christen en strekt tot zijn eer. De Christen zal daardoor ijveren voor de waarheid en in een nauwe gemeenschap met God wandelen. Het is zo hard nodig om vast te staan in het geloof, omdat er zoveel zaken zijn die ons willen doen wankelen. Er zijn verleiders op de kust wier bezigheid het is de mensen van de beginselen der leer af te trekken. Dit heb ik u geschreven van degenen die u verleiden (1 Johannes 2:26).
Van alle misdadigers zijn zij de grootsten die u van de waarheid willen beroven. Zij kunnen zo de waarheid verbergen en verdraaien dat zij anderen daardoor misleiden (Rom.l6:18). Door onstandvastigheid bootsen de mensen gevallen engelen na. De duivel was de eerste afvallige. De kinderen Sions behoren te zijn als de berg Sion, die niet bewogen kan worden" (p. 11-14).

KENNIS IS NOODZAKELIJK
"Het tweede dat wij gesteld hebben, is de wijze waarop Christenen een vaste overtuiging verkrijgen: zij moeten goed onderlegd zijn in de waarheid. Indien gij maar blijft in het geloof gefundeerd en vast (Kolossenzen 1:23a). Het Griekse woord voor ''gefundeerd'' is beeldspraak; het wijst op een gebouw waarvan het fundament goed gelegd is. Zo moeten Christenen gegrond zijn in de essentiële stukken van de geloofsleer, hun fundament moet vastliggen. We behoren een grondige kennis te hebben van fundamentele waarheden. De apostel spreekt over de eerste beginselen der woorden Gods, Hebreeën 5:12. Kennis van de grondbeginselen van de Godsdienst is buiten gewoon nuttig. Anders kunnen we God niet op de rechte wijze dienen. Het is een lamp voor onze voet. Het is tot steun om vele knopen in de Heilige Schrift te ontbinden. Deze kennis verschaft ons wapenen om tegen de tegenstanders van de waarheid te strijden. Het is het heilige zaad waaruit de genade kan ontspruiten 3 ''. Dit ''gefundeerd zijn'' (door kennis), is de beste weg tot een vaste overtuiging: gefundeerd en vast. Als men een boom goed vast wil zetten, moet hij diep geworteld zijn. Dus als ge een vaste overtuiging van de waarheid wilt hebben, moet ge geworteld zijn in de grondstukken. Kennis van de grondstukken van de waarheid is voor de ziel wat een anker is voor een schip; het houdt staande te midden van de rollende golven van dwaling of van de hevige stormen van vervolging. Eerst gefundeerd, dan vast. Let erop hoe de apostel deze twee zaken bij elkaar voegt: ongeleerd en onvast (2 Petrus 3:16). Degenen die onkundig zijn van de hoofdzaken van de geloofsleer zijn onvast" (p. 14- 16).

"In tijden van groot verval is het dubbel nodig in de zuivere leer gefundeerd te worden" -Ds. G.H. Kersten, Korte lessen over Kort Begrip, 1987, p. 3

GEESTDRIJVERS BESTRAFT
"Dat al de Schrift van God is ingegeven veroordeelt ook de geestdrijvers die de hele Bijbel opzij leggen. De Geest van God werkt ordelijk, Hij werkt in en door het Woord. Degene die beweert een nieuw licht te hebben, boven of tegen het Woord, misleidt zichzelf en smaadt de Geest; zijn licht komt van hem die zich verandert in een engel des lichts" (p. 52).

GODS WOORD NIET LEZEN IS EEN ZONDE VAN NALATIGHEID
"De gewicht-volle inhoud van de wet is voor hen onbeduidend. O, hoe velen zijn er die de hele morgen naar hun gezicht in een spiegel kunnen kijken, maar als zij in de Bijbel kijken, beginnen hun ogen zeer te doen. Heidenen sterven zonder de Heilige Schrift, maar dezen sterven met verachting van de Heilige Schrift. Degenen die geen acht geven op hun gids moeten zeker wel verdwalen. Degenen die de teugels op de nek van hun wellusten werpen en nooit de beteugelende toom van de Heilige Schrift gebruiken om hun begeerten in te perken, worden regelrecht naar de hel gevoerd" (p. 52).

VERMANING TOT ONDERZOEK VAN GODS WOORD
"Als toch al de Schrift van God ingegeven is, vermaant dit ons om de Heilige Schrift te bestuderen. Zij is immers een kopie van Gods wil. Wees toch Schriftuurlijke mensen, Bijbelse Christenen! Onderzoekt de Schriften (Johannes 5:39). God heeft de twee tafelen der Wet met Zijn eigen vingers geschreven en als Hij Zich verwaardigde om te schrijven, mogen wij zeker wel de moeite nemen om te lezen. Apollos was machtig in de Schriften (Handelingen 18:24). De Heilige Schrift bevat Godgeleerdheid. Zij bevat het pit en merg van de Godsdienst. O, onderzoekt daarom de Schriften! De Heilige Schrift is een geestelijke bril waardoor we Gods heerlijkheid kunnen zien, de boom des levens, de Godspraak der wijsheid, de regel des levens, het hemelse zaad waaruit het nieuwe schepsel gevormd wordt (Jakobus 1:18). De Heilige Schrift leert de mens zichzelf te kennen. Zij ontdekt ook de strikken en strategieën van de satan (2 Korinthe 2:11); zij maakt ons wijs tot zaligheid (2 Timótheüs 3:15). O, stel toch de Heilige Schrift op hoge prijs. O, onderzoekt derhalve de Schriften! Er kan een tijd komen dat de Heilige Schrift van ons weggenomen wordt. Lees de Bijbel met eerbied! Denk daarbij dat God in elke regel die u leest, tot u spreekt! De ark waarin de wet gelegd was, was overtrokken met louter goud en moest met handbomen gedragen worden, zodat de Levieten hem niet mochten aanraken (Exodus 25:14). Waarom anders was dit dan uit eerbied voor het wetboek? Lees ook met ernst! Het gaat immers over zaken van leven of dood; door dit Woord moet u getoetst worden: het geweten en de Heilige Schrift zijn voor de Heere de jury waarmee Hij in het oordeel over u rechtspreken zal" (p. 53-56).

GELOOF DE HEILIGE SCHRIFT EN CONFORMEER U ERAAN!
"O, hecht toch geloof aan het Woord! Laat uw hart bearbeiden om er vast in te geloven. Indien zij Mozes en de Profeten niet horen, zo zullen zij ook, al ware het dat er iemand uit de doden opstond, zich niet laten gezeggen (Lukas 16:31). God is de Alwijze en acht het de geschiktste manier om ons schriftelijk Zijn wil bekend te maken; en degenen die niet overtuigd zullen worden door het Woord, zullen door het Woord veroordeeld worden". "Laten we een leven leiden overeenkomstig de Heilige Schrift. Doet wat het Woord u beveelt. Ik zal in Uw waarheid wandelen (Psalm 86:11).
Hoevelen zijn er niet die dwalen en afwijken van de regel! Wat is het een ontering van de Godsdienst, als mensen een leven leiden in strijd met de Heilige Schrift! Het Woord wordt een lamp voor de voet genoemd (Psalm 119:105). Het is niet alleen een licht voor onze ogen om ons het gezicht te hergeven, maar ook een lamp voor de voet om onze wandel recht te maken. O, laten we een Bijbelse wandel leiden!" (p. 56- 58).

STRIJD VOOR DE HEILIGE SCHRIFT
"De Heilige Schrift is omringd van vijanden; ketters strijden ertegen. Wij moeten daarom strijden voor het geloof dat eenmaal den heiligen overgeleverd is (Judas 3). Gods kinderen zijn van ouds af verdedigers en getuigen der waarheid geweest, zij hielden zich aan de Schriften, al was het met verlies van hun leven!" (p. 58).

DANK DE HEERE VOOR DE HEILIGE SCHRIFT
"De duivel is de na-aper van God, hij kan zich veranderen in een engel des lichts, hij kan verleiden door valse openbaringen. Daarom moeten we dankbaar zijn dat de Heere Zijn wil ons op schrift heeft geopenbaard. De Heilige Schrift is onze poolster om ons de weg naar de haven te wijzen, zij toont ons elke stap die we moeten doen" (p. 58).

TOT OPWEKKING AAN GODS VOLK
"Aanbid Gods onderscheidende genade, als u de kracht en de autoriteit van het Woord op uw consciëntie gevoeld hebt; als u evenals David kunt zeggen: Uw Woord heeft mij levend gemaakt (Psalm 119:50). Christen, loof de Heere dat Hij u niet slechts het Woord heeft gegeven als een regel tot heiligmaking, maar ook Zijn genade als een beginsel van heiligmaking.
Kunt u zeggen dat het van God is ingegeven, omdat u de levendige werking ervan gevoeld hebt? O, vrije genade, dat God Zijn Woord heeft uitgezonden om u te helen; dat Hij u heelde en niet een ander! Dat dezelfde Schrift die voor anderen een dode letter was, voor u een reuke des levens zou zijn!" (p. 58-59).

NASCHRIFT
Hoe helder, kernachtig en Schriftuurlijk wist ds. Th. Watson de zaken te verwoorden! Een volgende keer hopen we hem daarom nogmaals aan het woord te laten, maar dan vanuit zijn boek ''Het gebed des Heeren''.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Jeremiah
Berichten: 1473
Lid geworden op: 25 mar 2016, 12:43

Re: Kerk in slaap

Bericht door Jeremiah »

-DIA- schreef:Sinds 2016 is hier niet meer verder op ingegaan.
Ik dacht anders dat het na zoveel vreemde leringen, die we overal horen, toch wel nodig was om een beetje wakker te blijven. Via DIGIBRON stuitte ik op een leerzaam artikel, gepubliceerd in het blad "In het Spoor", februari 2000.
Hier het (eerste deel) van het artikel:

THOMAS WATSON OVER HET KENNEN EN DIENEN VAN GOD

INLEIDING
Toen ds. P.J. Dorsman gevraagd werd: "Hoe ziet u de toekomst van de SGP? ", antwoordde hij: Die zie ik helemaal niet zo rooskleurig, alhoewel ik proberen wil te blijven hameren op dat zelfde aambeeld dat vanouds naar voren gebracht is: 'Tot de Wet en tot de Getuigenis! '.
Ds. Dorsman heeft helaas gelijk gekregen. Sinds hij dit ongeveer twintig jaar geleden gezegd heeft, zijn er tal van gebeurtenissen geweest die de toets van de Heilige Schrift niet kunnen doorstaan. Mede daarom achten wij het van belang om onder bovenstaande titel een aantal artikelen te schrijven waarin we op eenvoudige wijze ingaan op de leerstellingen die betrekking hebben op het (met name uitwendig) verantwoord handelen van de mens, ofwel: op de leer van de geopenbaarde wil Gods, waarnaar ieder mens zich richten moet. De ene keer zal dat meer meditatief tot opwekking zijn, de andere keer meer leerstellig tot onderwijzing. Ook op actuele ontwikkelingen willen we in deze serie reageren.
Ter inleiding op dit onderwerp willen we in een tweetal artikelen een aantal kernachtige stukjes van ds. Th. Watson weergeven. Deze citaten hebben we ontleend aan het onlangs verschenen boek ''De Hoofdsom van de Geloofsleer'' De eerste aflevering daarvan treft u hieronder aan.


DE PLICHT VAN CHRISTENEN OM EEN VASTE OVERTUIGING TE HEBBEN VAN DE GELOOFSLEER
Ds. Th. Watson zegt daarvan: "Degenen die niet vast staan in de leer, zullen op de een of andere tijd dwalende sterren blijken te zijn. Ze zijn als een schip zonder ballast, en worden meegevoerd met elke wind van leer. Zulke mensen zijn geen pilaren in de tempel Gods, maar rieten die van de wind ginds en weder bewogen worden; de waarheden die zij de ene keer aanhangen, verwerpen zij een andere keer weer. Het grote doel van de prediking van het woord is om ons tot een vaste overtuiging van de leer te brengen (Efeze 4:11, 12, 14). Vast geworteld zijn in de leer is de voortreffelijkheid van een Christen en strekt tot zijn eer. De Christen zal daardoor ijveren voor de waarheid en in een nauwe gemeenschap met God wandelen. Het is zo hard nodig om vast te staan in het geloof, omdat er zoveel zaken zijn die ons willen doen wankelen. Er zijn verleiders op de kust wier bezigheid het is de mensen van de beginselen der leer af te trekken. Dit heb ik u geschreven van degenen die u verleiden (1 Johannes 2:26).
Van alle misdadigers zijn zij de grootsten die u van de waarheid willen beroven. Zij kunnen zo de waarheid verbergen en verdraaien dat zij anderen daardoor misleiden (Rom.l6:18). Door onstandvastigheid bootsen de mensen gevallen engelen na. De duivel was de eerste afvallige. De kinderen Sions behoren te zijn als de berg Sion, die niet bewogen kan worden" (p. 11-14).

KENNIS IS NOODZAKELIJK
"Het tweede dat wij gesteld hebben, is de wijze waarop Christenen een vaste overtuiging verkrijgen: zij moeten goed onderlegd zijn in de waarheid. Indien gij maar blijft in het geloof gefundeerd en vast (Kolossenzen 1:23a). Het Griekse woord voor ''gefundeerd'' is beeldspraak; het wijst op een gebouw waarvan het fundament goed gelegd is. Zo moeten Christenen gegrond zijn in de essentiële stukken van de geloofsleer, hun fundament moet vastliggen. We behoren een grondige kennis te hebben van fundamentele waarheden. De apostel spreekt over de eerste beginselen der woorden Gods, Hebreeën 5:12. Kennis van de grondbeginselen van de Godsdienst is buiten gewoon nuttig. Anders kunnen we God niet op de rechte wijze dienen. Het is een lamp voor onze voet. Het is tot steun om vele knopen in de Heilige Schrift te ontbinden. Deze kennis verschaft ons wapenen om tegen de tegenstanders van de waarheid te strijden. Het is het heilige zaad waaruit de genade kan ontspruiten 3 ''. Dit ''gefundeerd zijn'' (door kennis), is de beste weg tot een vaste overtuiging: gefundeerd en vast. Als men een boom goed vast wil zetten, moet hij diep geworteld zijn. Dus als ge een vaste overtuiging van de waarheid wilt hebben, moet ge geworteld zijn in de grondstukken. Kennis van de grondstukken van de waarheid is voor de ziel wat een anker is voor een schip; het houdt staande te midden van de rollende golven van dwaling of van de hevige stormen van vervolging. Eerst gefundeerd, dan vast. Let erop hoe de apostel deze twee zaken bij elkaar voegt: ongeleerd en onvast (2 Petrus 3:16). Degenen die onkundig zijn van de hoofdzaken van de geloofsleer zijn onvast" (p. 14- 16).

"In tijden van groot verval is het dubbel nodig in de zuivere leer gefundeerd te worden" -Ds. G.H. Kersten, Korte lessen over Kort Begrip, 1987, p. 3

GEESTDRIJVERS BESTRAFT
"Dat al de Schrift van God is ingegeven veroordeelt ook de geestdrijvers die de hele Bijbel opzij leggen. De Geest van God werkt ordelijk, Hij werkt in en door het Woord. Degene die beweert een nieuw licht te hebben, boven of tegen het Woord, misleidt zichzelf en smaadt de Geest; zijn licht komt van hem die zich verandert in een engel des lichts" (p. 52).

GODS WOORD NIET LEZEN IS EEN ZONDE VAN NALATIGHEID
"De gewicht-volle inhoud van de wet is voor hen onbeduidend. O, hoe velen zijn er die de hele morgen naar hun gezicht in een spiegel kunnen kijken, maar als zij in de Bijbel kijken, beginnen hun ogen zeer te doen. Heidenen sterven zonder de Heilige Schrift, maar dezen sterven met verachting van de Heilige Schrift. Degenen die geen acht geven op hun gids moeten zeker wel verdwalen. Degenen die de teugels op de nek van hun wellusten werpen en nooit de beteugelende toom van de Heilige Schrift gebruiken om hun begeerten in te perken, worden regelrecht naar de hel gevoerd" (p. 52).

VERMANING TOT ONDERZOEK VAN GODS WOORD
"Als toch al de Schrift van God ingegeven is, vermaant dit ons om de Heilige Schrift te bestuderen. Zij is immers een kopie van Gods wil. Wees toch Schriftuurlijke mensen, Bijbelse Christenen! Onderzoekt de Schriften (Johannes 5:39). God heeft de twee tafelen der Wet met Zijn eigen vingers geschreven en als Hij Zich verwaardigde om te schrijven, mogen wij zeker wel de moeite nemen om te lezen. Apollos was machtig in de Schriften (Handelingen 18:24). De Heilige Schrift bevat Godgeleerdheid. Zij bevat het pit en merg van de Godsdienst. O, onderzoekt daarom de Schriften! De Heilige Schrift is een geestelijke bril waardoor we Gods heerlijkheid kunnen zien, de boom des levens, de Godspraak der wijsheid, de regel des levens, het hemelse zaad waaruit het nieuwe schepsel gevormd wordt (Jakobus 1:18). De Heilige Schrift leert de mens zichzelf te kennen. Zij ontdekt ook de strikken en strategieën van de satan (2 Korinthe 2:11); zij maakt ons wijs tot zaligheid (2 Timótheüs 3:15). O, stel toch de Heilige Schrift op hoge prijs. O, onderzoekt derhalve de Schriften! Er kan een tijd komen dat de Heilige Schrift van ons weggenomen wordt. Lees de Bijbel met eerbied! Denk daarbij dat God in elke regel die u leest, tot u spreekt! De ark waarin de wet gelegd was, was overtrokken met louter goud en moest met handbomen gedragen worden, zodat de Levieten hem niet mochten aanraken (Exodus 25:14). Waarom anders was dit dan uit eerbied voor het wetboek? Lees ook met ernst! Het gaat immers over zaken van leven of dood; door dit Woord moet u getoetst worden: het geweten en de Heilige Schrift zijn voor de Heere de jury waarmee Hij in het oordeel over u rechtspreken zal" (p. 53-56).

GELOOF DE HEILIGE SCHRIFT EN CONFORMEER U ERAAN!
"O, hecht toch geloof aan het Woord! Laat uw hart bearbeiden om er vast in te geloven. Indien zij Mozes en de Profeten niet horen, zo zullen zij ook, al ware het dat er iemand uit de doden opstond, zich niet laten gezeggen (Lukas 16:31). God is de Alwijze en acht het de geschiktste manier om ons schriftelijk Zijn wil bekend te maken; en degenen die niet overtuigd zullen worden door het Woord, zullen door het Woord veroordeeld worden". "Laten we een leven leiden overeenkomstig de Heilige Schrift. Doet wat het Woord u beveelt. Ik zal in Uw waarheid wandelen (Psalm 86:11).
Hoevelen zijn er niet die dwalen en afwijken van de regel! Wat is het een ontering van de Godsdienst, als mensen een leven leiden in strijd met de Heilige Schrift! Het Woord wordt een lamp voor de voet genoemd (Psalm 119:105). Het is niet alleen een licht voor onze ogen om ons het gezicht te hergeven, maar ook een lamp voor de voet om onze wandel recht te maken. O, laten we een Bijbelse wandel leiden!" (p. 56- 58).

STRIJD VOOR DE HEILIGE SCHRIFT
"De Heilige Schrift is omringd van vijanden; ketters strijden ertegen. Wij moeten daarom strijden voor het geloof dat eenmaal den heiligen overgeleverd is (Judas 3). Gods kinderen zijn van ouds af verdedigers en getuigen der waarheid geweest, zij hielden zich aan de Schriften, al was het met verlies van hun leven!" (p. 58).

DANK DE HEERE VOOR DE HEILIGE SCHRIFT
"De duivel is de na-aper van God, hij kan zich veranderen in een engel des lichts, hij kan verleiden door valse openbaringen. Daarom moeten we dankbaar zijn dat de Heere Zijn wil ons op schrift heeft geopenbaard. De Heilige Schrift is onze poolster om ons de weg naar de haven te wijzen, zij toont ons elke stap die we moeten doen" (p. 58).

TOT OPWEKKING AAN GODS VOLK
"Aanbid Gods onderscheidende genade, als u de kracht en de autoriteit van het Woord op uw consciëntie gevoeld hebt; als u evenals David kunt zeggen: Uw Woord heeft mij levend gemaakt (Psalm 119:50). Christen, loof de Heere dat Hij u niet slechts het Woord heeft gegeven als een regel tot heiligmaking, maar ook Zijn genade als een beginsel van heiligmaking.
Kunt u zeggen dat het van God is ingegeven, omdat u de levendige werking ervan gevoeld hebt? O, vrije genade, dat God Zijn Woord heeft uitgezonden om u te helen; dat Hij u heelde en niet een ander! Dat dezelfde Schrift die voor anderen een dode letter was, voor u een reuke des levens zou zijn!" (p. 58-59).

NASCHRIFT
Hoe helder, kernachtig en Schriftuurlijk wist ds. Th. Watson de zaken te verwoorden! Een volgende keer hopen we hem daarom nogmaals aan het woord te laten, maar dan vanuit zijn boek ''Het gebed des Heeren''.
Zo waar! Dank voor het delen. Thomas Watson lees ik veel. Wellicht heb je het vervolgartikel ook?
Vorst
Verbannen
Berichten: 1040
Lid geworden op: 03 mar 2015, 20:54

Re: Kerk in slaap

Bericht door Vorst »

Wat heeft dat quoten van die hele lap tekst voor zin? Denk s.v.p. aan de leesbaarheid. Dank!
-DIA-
Berichten: 32735
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Kerk in slaap

Bericht door -DIA- »

Er werd gevraagd om het tweede stuk. Laten we het meteen zeggen: Het is een flinke lap tekst. Hopelijk hoeft dat geen bezwaar te zijn.
Bron: wederom "In het spoor" mei 2000 via Digibron

TOT DE WET EN TOT DE GETUIGENIS (2)
Ds. Th. Watson over plichtsbetrachting naar het voorschrift van Gods Wet en de verzoekingen des satans daartegen

INLEIDING
In het vorige nummer van ''In het Spoor'' hebben we kennisgenomen van hetgeen ds. Watson schreef over de plicht tot het kennen en dienen van God. In dit artikel zal dit wat nader toegespitst worden naar aanleiding van zijn verhandelingen over de derde en de zesde bede van het Gebed des Heeren

WAAROM IS HET DOEN VAN GODS WIL VEREIST?
a. "Omdat het billijk is. De Heere mag rechtvaardig Zijn aanspraak op onze gehoorzaamheid laten gelden. Hij is onze Maker, wij hebben van Hem ons bestaan en het is immers rechtvaardig dat wij de wil doen van Hem, door Wiens machtwoord wij geschapen zijn. God is ook onze Weldoener. Het is niet meer dan billijk, als Hij ons ons onderhoud geeft, dat wij dan Hem onderdanig zijn" (p. 209).
b. "Al Gods koninklijke bevelen en voorschriften dienen om ons tot het doen van Zijn wil te brengen. Waarom behoefde de Heere anders de moeite te nemen om ons een kopie van Zijn wet te geven en het met dit doel met Zijn eigen vinger op te schrijven? Het Woord van God is niet alleen een regel tot kennis, maar tot plicht. Te dezen dage gebiedt u de HEERE uw God deze inzettingen en rechten te doen; houd dan en doe dezelve met uw ganse hart en met uw ganse ziel (Deuteronomium 26:16)" (p. 210).

HET DOEN VAN GODS WIL IS EEN GETUIGENIS VAN OPRECHTHEID
"Als we de wil van God doen, bewijzen we daarmee dat we oprecht zijn. Zoals Christus in een ander verband zei: De werken, die Ik doe (...), die getuigen van Mij (Johannes 10:25). (...) Wij beoordelen de gezondheid van iemands lichaam niet aan zijn hoogrode kleur, maar aan zijn polsslag, waar het bloed vooral beweegt. Zo wordt de zuiverheid van een Christen niet beoordeeld aan [alleen] zijn belijdenis, maar het oordeel van een Christen wordt afgemeten aan zijn werkdadige gehoorzaamheid, het doen van de wil van God" (p. 211).

OP WELKE WIJZE BEHOREN WIJ GODS WIL TE DOEN, ZODAT WE HEM AANGENAAM ZIJN?
"De geleerden zeggen: ''De wijze waarop iets gedaan wordt, is net zo goed in de eis begrepen als de zaak zelf 2) . (...). Als wij Gods wil niet op de rechte wijze doen; dan aanvaardt Hij het niet. Wij moeten niet alleen doen wat Hij voorschrijft, maar zoals Hij het voorschrijft. (...). Het is daarom maar de grote vraag op welke wijze wij Gods wil doen, opdat wij Hem aangenaam moge zijn" (p. 215).
Bij de behandeling van "deze grote vraag" stelt ds. Watson dat wij Gods wil op een aanvaardbare wijze doen: als wij onze plichten geestelijk vellichten; als wij Zijn wil boven die van anderen stellen en als wij Zijn wil doen zoals die in de hemel gedaan wordt.

GEESTELIJKE PLICHTSBETRACHTING
"Wij doen Gods wil op een aanvaardbare wijze, als wij onze plichten geestelijk verrichten. Wij die God in den Geest dienen (Filippenzen 3:3). God in de Geest dienen is onze plichten doen uit een inwendig beginsel. De Farizeeën waren heel stipt in het uitwendige van de Godsdienst. (...) Maar dit alles was slechts uitwendige gehoorzaamheid; er was niets geestelijks bij. Wij doen Gods wil op een aanvaardbare wijze, als wij Hem dienen uit een vernieuwd beginsel der genade. Een wilde appelboom kan evengoed dragen als een tamme, maar het is niet zulk goed fruit als van de andere, omdat het niet voortkomt uit een zoete wortel. Zo kan een onbekeerd iemand net zoveel uitwendige gehoorzaamheid betrachten als een kind van God; hij kan evenveel bidden, evenveel horen, maar zijn gehoorzaamheid is wrang en zuur, omdat die niet voortkomt uit de zoete en liefelijke wortel van genade. Het inwendig beginsel van gehoorzaamheid is geloof; daarom wordt het genoemd gehoorzaamheid des geloofs (Romeinen 16:26).
Maar waarom moet die zilverdraad van het geloof door het hele werk der gehoorzaamheid lopen?
Omdat het geloof in elke plicht op Christus ziet, het raakt de zoom van Zijn kleed aan en om Christus'' wil worden zowel de persoon als het offer aangenomen (Efeze 1:6)" (p. 215).

MEN MOET GODE MEER GEHOORZAAM ZIJN DAN DEN MENSEN
"Als God een zaak wil en een mens wil het tegengestelde, moeten wij niet de wil van de mens gehoorzamen, maar die van God. Oordeelt gij, of het recht is voor God, ulieden meer te horen dan God (Handelingen 4:19). God heeft gezegd: Gij zult u geen gesneden beeld maken. Koning Nebukadnézar heeft een gouden beeld opgericht om dat te aanbidden; maar de drie jongelingen, of liever de helden, besloten dat ze Gods wil boven alles zouden laten gaan en dat zij die zouden gehoorzamen, al was het zelfs met het verlies van hun leven. U zij bekend, o koning, dat wij uw goden niet zullen eren, noch het gouden beeld, dat gij hebt opgericht, zullen aanbidden (Daniël 3:18)" (p. 216).

GELIJK IN DE HEMEL, ALZO OOK OP DE AARDE
"Wij doen Gods wil zoals de engelen in de hemel, als wij het naar de regel doen, zonder daarvan af te wijken; als wij onze weg gaan in overeenstemming met de Goddelijke instellingen (...). Zoals het horloge gelijkgezet wordt met de zonnewijzer, zo is onze gehoorzaamheid pas goed, als zij gelijk loopt met de zonnewijzer van het Woord.
Als onze gehoorzaamheid niet naar de regel van het Woord is, doen wij niet Gods wil, maar onze eigen wil; dat is eigenwillige godsdienst. De HEERE wilde dat Mozes de tabernakel zou maken volgens het voorbeeld (Exodus 25:40). Als Mozes iets daaruit weggelaten had, of er iets aan toegevoegd had, zou dat de HEERE vertoornd hebben. (...)
Alsof de Heere niet wijs genoeg zou zijn om de wijze waarop Hij gediend wil worden te bepalen, is de mens zo vermetel om het zelf voor te schrijven. (...) Hij zal dan zeggen: wie heeft zulks van uw hand geëist? (Jesaja 1:12) (...)
De engelen in de hemel doen alles wat God beveelt; zij laten niets na van wat Hij wil. Looft den HEERE, Zijn engelen (...) die Zijn Woord doet. (Ps. 103:20) (...) Het past niet bij de gehoorzaamheid der engelen, dat zij ook maar de minste jota van Gods wil ongedaan laten. Gods wil doen zoals de engelen, is Zijn hele wil doen. (...) Van David staat vermeld Ik heb gevonden David (...), een man naar Mijn hart, die al Mijn wil zal doen [Grieks: al Mijn willen] (Handelingen 13:22). Ieder gebod heeft dezelfde autoriteit; en als wij Gods wil oprecht doen, doen we die in alles gelijk. Dan gehoorzamen we elk onderdeel van Zijn wil; dan nemen we de eerste en de tweede tafel samen. (...)
Huichelaars hebben een schone belijdenis, maar als het erop aan komt om hun Izak op te offeren, de geliefkoosde zonde te kruisigen of afstand te doen van een deel van hun goed om Christus' wil, dan staan ze stil en zeggen, net als Naäman: De HEERE vergeve toch uw knecht in deze zaak (2 Koningen 5:18). Dit is verre van het doen van Gods wil zoals de engelen die doen. God houdt niet van hen die Zijn wil maar half doen"! (p. 216-218).

PLICHTSBETRACHTING UIT LOUTER HOOGACHTING VOOR GODS GEBOD
"Het offeren van Izak was voor Abraham tegen vlees en bloed. De zoon van zijn liefde offeren, de zoon van de belofte en door geen andere hand dan van de vader, was een moeilijke opdracht. Maar omdat de HEERE het bevolen had en louter uit hoogachting voor het gebod, gehoorzaamde Abraham.
Dat is Gods wil oprecht doen, als wij hoewel we voor het tegenwoordige geen vreugde of vertroosting in de plicht gevoelen, toch gehoorzamen, omdat God het beveelt!
Niet de troost, maar het gebod is de grond van de plicht. Zo doen de engelen Gods wil in de hemel. Zijn bevel is het gewicht dat de raderen van hun gehoorzaamheid in beweging zet" (p. 219).

PLICHTSBETRACHTING TOT EER VAN GOD
"De Farizeeën deden de wil van God door aalmoezen te geven, maar wat een dode vlieg in de zalf was, was dat zij niet Zijn eer op het oog hadden, maar ijdele eer; zij trompetten voor zichzelf.
Jehu deed de wil van God door de aanbidders van Baäl om te brengen en God had hem daartoe het bevel gegeven. Maar omdat hij eerder op het oog had zichzelf in het koninkrijk te bevestigen dan de eer van God te bedoelen, beschouwde de Heere dit niet minder als moord en zei, dat Hij het bloed van Jizreël over het huis van Jehu zou bezoeken (Hoséa 1:4). Laten we in onze gehoorzaamheid toch letten op onze oogmerken! (...). Wij kunnen Gods wil wel doen, maar toch niet met een volkomen hart. Amazia deed dat recht was in de ogen des HEEREN, doch niet met een volkomen hart (2 Kronieken 25:2). Wat hij deed was zakelijk goed, maar zijn oogmerk was niet goed (...). Wij doen Gods wil zoals de engelen, als wij niet alleen voor Zijn eer uitkomen, maar ook Zijn eer in alles bedoelen" (p. 219, 220).

VAARDIGE PLICHTSBETRACHTING
"Wij doen Gods wil zoals de engelen in de hemel, als wij die vlug en vaardig doen. De engelen redeneren en discussiëren niet over een zaak, maar zodra zij hun opdracht en last ontvangen van God, gehoorzamen zij direct. Om te tonen hoe vlug zij zijn om Gods wil uit te voeren, worden de cherubijnen, die de engelen voorstellen, beschreven als wezens met vleugelen (...). (Daniël 9:21). (...) Wat duurt het, helaas, soms lang eer we ons hart meekrijgen in een plicht! Christus is bereidwilliger naar het kruis gegaan dan wij naar de troon der genade. Wat hebben wij vaak veel tegenredenen en excuses! Is dat Gods wil doen zoals de engelen in de hemel die doen? (...) Van degenen die tot Christus gebracht zouden worden, staat geprofeteerd: Zo haast als hun oor van mij hoorde, hebben zij mij gehoorzaamd (Psalm 18:45)" (p. 222, 223).

AANHOUDENDE GEHOORZAAMHEID
"De engelen zijn nooit moe om Gods wil te doen, zij dienen Hem dag en nacht (Openbaring 7:15). Zo moeten wij hen nadoen. Welgelukzalig zijn zij, die het recht onderhouden; die te allen tijde gerechtigheid doet (Ps. 106:3). (...). Onze gehoorzaamheid moet zijn als het vuur op het altaar, dat constant bleef branden (Leviticus 6:13). (...). Als wij nalaten te gehoorzamen, verliezen we daarbij alles wat al gedaan is. Net alsof iemand met zilver borduurt en dan alle steken eruit haalt. Al iemands gebeden zijn dan verloren, al de sabbatten die hij gehouden heeft zijn verloren, hij ontrafelt al zijn goede werken. Al zijn gerechtigheden, die hij gedaan heeft, zullen niet gedacht worden (Ezechiël 18:24). (...). Want het ware hun beter, dat zij den weg der gerechtigheid niet gekend hadden, dan dat zij dien gekend hebbende, weder afkeren van het heilige gebod (2 Petrus 2:21)" (p. 223).

ENKELE TOEPASSINGEN NAAR AANLEIDING VAN DE DERDE BEDE
a) "Leer hieruit onze onmacht. (...) Waarom zou het nodig zijn om te bidden Uw wil geschiede, als wij zelf de kracht hadden om die te doen? "
b) "Als wij Gods wil op aarde moeten doen zoals die door de engelen in de hemel gedaan wordt, zie dan eens de dwaasheid van degenen die een ander voorbeeld opvolgen. (...) Wij moeten de engelen tot ons voorbeeld stellen en niet onze buren. Als onze buren de wil van de duivel doen, moeten wij dan dat ook doen? Als onze buren naar de hel gaan, zullen wij daar dan ook heengaan om hen gezelschap te houden? "
c) "Wat zijn dat toch huichelaars, die in de kerk bidden, hun ogen opheffen naar de hemel en zeggen: Uw wil geschiede, terwijl zij zich in ''t geheel niet bekommeren om Gods wil te doen! Wat is dit anders dan een oorlogsverklaring tegen de hemel. Wederspannigheid is een zonde der toverij (1 Sam.l5:23)".
d) "Hier worden diegenen bestraft die Gods wil niet op een rechte, aanvaardbare wijze doen. Zij doen niet de gehele wil van God. (...) Jehu roeide de afgoderij van Baal uit, maar liet de gouden kalveren van Jeróbeam staan (2 Koningen 10:28, 29). Er zijn er die zich wel aan de geboden van de tweede tafel willen houden, maar niet aan die van de eerste tafel".
e) "Laten we al onze werkzaamheden onderzoeken, of zij wel overeenkomstig Gods wil zijn. De wil van God is de norm en de maatstaf; het is de ''zonnewijzer'' waarnaar we al onze daden moeten richten".
f) "Laten wij daders zijn van Gods wil. (...). Het is wijsheid Gods wil te doen. Behoudt ze [de inzettingen en rechten] dan en doet ze; want dat zal uw wijsheid en uw verstand zijn (Deuteronomium 4:6). Verder is het tot ons welzijn. Gaat niet altijd ellende gepaard met het doen van onze eigen wil en geluk met het doen van Gods wil? (...). Koning Saul liet na Gods wil te doen en deed zijn eigen wil. Hij spaarde Agag en de beste schapen en wat was de uitkomst? Dat hij immers zijn koninkrijk verloor. (...).
Jozef gehoorzaamde Gods wil door te weigeren bij de vrouw van zijn heer te liggen en werd dit niet zijn verhoging? God verhief hem tot de tweede in het koninkrijk. Daniël deed Gods wil tegen het gebod van de koning; hij boog zijn knieën om tot God te bidden en heeft God er niet voor gezorgd, dat heel Perzië de knie voor Daniël boog? " (p. 224-226).
--------------------------------------------------------------------------------------------
Citaat: Ds. J. d'Outrein, Heidelbergschen Catechismus
"Vraag: In wat gevallen soude men den wille der menschen, die over ons te gebieden hebben/niet mogen doen?
Antwoord. Als hunne wille regtdraads tegen dien van God strydt. Gen. XXXIX:9. ''Hoe soude ik soo een groot quaad doen en sondigen tegen God? '' Hand. IV: 19. ''Oordeelt gy of het regt is voor God, u lieden meer te gehoorsamen dan Gode? '' Neen/ maar men moet Gode meer gehoorsaam syn dan den menschen. Hand. V:29. (...) ''Hebt agt op den mond des Konings, dogh naar gelegentheid van den eed Gods\ Pred. VIII. 2"!

--------------------------------------------------------------------------------------------

HOE ZULLEN WE TOCH GODS WIL RECHT DOEN?
a) "Zorg dat ge zuivere kennis verkrijgt. Wij moeten eerst Zijn wil kennen vóór we die kunnen doen. Kennis is het oog om de voet van gehoorzaamheid te richten". b) "Als wij Gods wil op de rechte wijze wensen te doen, laten we dan zelfverloochening beoefenen. (...). Hij wil het ene en wij het andere; Hij roept ons op om aan de wereld gekruisigd te zijn en van nature hebben wij de wereld lief. Hij roept ons op om onze vijanden te vergeven en van nature dragen wij haat in ons hart om. Zijn wil en de onze zijn tegengesteld en wij zullen Zijn wil nooit volbrengen, tenzij wij onze eigen wil kunnen kruisigen".
c) "Laten we toch nederig worden. Hoogmoed is de bron van ongehoorzaamheid. Wie is de HEERE, Wiens stem ik gehoorzamen zou? (Exodus 5:2)".
d) "Smeek de Heere om genade en kracht om Zijn wil te doen. Leer mij Uw welbehagen [Uw wil, Eng. vert.] doen (Psalm 143:10). (...). Als de magneet het ijzer aantrekt, is het voor het ijzer niet moeilijk te bewegen. Als Gods Geest ons bekwaamt, is het niet moeilijk, maar eerder een genot om Gods wil te doen" (p. 227, 228).

DE BETEKENIS VAN DE ZESDE BEDE
Wanneer we nu ds. Watsons verhandeling over de zesde bede: En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze (Mattheüs 6:13) nader willen gaan bezien, dan is het van belang dat we eerst met hem nagaan wat de betekenis van deze bede is. Ds. Watson: "Leidt de Heere in verzoeking? God verzoekt niemand tot zonde! Niemand, als hij verzocht wordt, zegge: Ik word van God verzocht. Want God kan niet verzocht worden met het kwade, en Hij Zelf verzoekt niemand (Jakobus 1:13). Hij laat de zonde toe, maar Hij werkt ze niet. Hij Die tot heiligheid aanspoort, kan toch niet tot zonde verleiden? De Heere verzoekt niet tot iets waarvan Hij een afkeer heeft. (...) Wat is dan de betekenis van: Leid ons niet in verzoeking? De betekenis is, of de Heere ons niet door de verzoeking wil laten overweldigen. Of wij niet aan de kracht van de verzoeking zullen worden overgegeven en zó tot de zonde verleid" (p. 354).

WAAR KOMEN VERZOEKINGEN VANDAAN?
"Van binnenuit, uit onszelf. Het hart is de smidse van de zonde, de broedplaats van alle kwaad. Ons eigen hart is de grootste verleider. Ieder is een duivel voor zichzelf. Een iegelijk wordt verzocht, als hij van zijn eigen begeerlijkheid afgetrokken en verlokt wordt (Jakobus 1:14). (...).
Verzoekingen van buitenaf, van de satan. Hij wordt de verzoeker genoemd (Mattheüs 4:3). (...). De wereld is zijn rijksgebied, waar hij vast en zeker te vinden is bij alles wat wij doen: lezen, bidden of mediteren. (...). Hoe meer we tot het kwade verleid worden, hoe meer we gehinderd worden het goede te doen. Wij zijn steeds in groot gevaar vanwege de overste der lucht en moeten dikwijls bidden: Leid ons niet in verzoeking" (p. 355). Opdat wij beseffen mogen in welk gevaar we verkeren door de verzoekingen van satan, dienen we te bedenken:
"1) Zijn boosaardigheid in de verzoeking. (...). De duivel is tot u afgekomen, en heeft groten toorn (Openbaring 12:12). (...). Zijn boosaardigheid is groot, omdat hij verzoekt waar hij weet dat hij de overhand niet kan behalen. Hij zal toch zijn angel uitsteken, al kan hij niet beschadigen. (...). Zijn boosaardigheid is groot, omdat, al weet hij dat het verzoeken van mensen tot zonde zijn eigen folteringen in de hel zal verzwaren, hij het toch niet zal nalaten".
2) Overdenk de ijver van satan in het verzoeken. Hij gaat om (1 Petrus 5:8). Hij verspilt geen tijd. (...). Als zijn voorstel tot zonde begint post te vatten, volgt hij dit op de voet en dringt aan tot de daad van de zonde. (...). Hij beperkt zich niet tot één soort verzoeking, hij heeft meer dan één strategie. (...). Als hij niet kan verzoeken tot zinnelijke lust, verzoekt hij tot hoogmoed. Als een verzoeking tot hebzucht geen succes heeft, verzoekt hij tot verkwisting. Als hij iemand niet door vrees tot wanhoop kan brengen, probeert hij of hij hem niet tot vermetelheid kan brengen. Als hij iemand niet tot goddeloosheid kan leiden, probeert hij of hij hem niet tot vormelijke godsdienst kan brengen. Als hij iemand niet tot slechtheid kan vervoeren, verzoekt hij hem tot dwaling. Hij verzoekt om de genademiddelen na te laten; hij wendt ook nieuwe openbaringen voor. Dwaling voert evenzeer tot de eeuwige ondergang als verdorvenheid; de ene doorschiet de mens, de andere vergiftigt hem. Derhalve is de ijver van satan om te verzoeken groot: hij keert elke steen ondersteboven".
3) "Bedenk dat satan machtig is in zijn verzoekingen. Hij wordt de overste dezer wereld genoemd (Johannes 14:30), de sterk gewapende (Lukas 11:21) en de grote rode draak (Openbaring 12:3, 4), die met zijn staart het derde deel van de sterren neerweipt. (...). Zijn kracht in het verzoeken kan men op verschillende wijzen merken.
a) Als een geest kan hij zichzelf aan de verbeelding
meedelen en deze vergiftigen met boze gedachten. (...). Hij gaf in het hart van Judas in om Christus te verraden (Johannes 13:2).
b) Hoewel satan de wil niet kan dwingen, kan hij wel strelende zaken voorstellen aan de zintuigen, die een grote aantrekkingskracht hebben. (...).
c) Hij kan de verdorvenheden van binnen opwekken en oppoken en in het hart een geneigdheid opwekken om de verzoeking te omhelzen. Zo heeft hij ook de verdorvenheid in het hart van David opgewekt en heeft hem aangepord om het volk te tellen (1 Kronieken 21:1).
d) Daar hij een geest is, kan hij zijn verzoekingen in onze geest overbrengen, zodat we niet gemakkelijk kunnen onderscheiden, of die van hem afkomstig zijn of van onszelf. (...). Toen Petrus Christus wilde afhouden van Zijn lijden, dacht hij dat het voortkwam uit de goede genegenheid die hij tot zijn Meester had, terwijl hij weinig vermoedde dat de satan er een hand in had (Matthéüs 16:22, 23)."
4) "Overdenk satans list in het verzoeken. Het Griekse woord voor ''verzoeken'' betekent misleiden. (...). Wij lezen van diepten des satans (Openbaring 2:24), van zijn gedachten en listen (2 Korinthe 2:11), van zijn valstrikken en pijlen. Hij wordt leeuw genoemd om zijn wreedheid en oude slang om zijn sluwheid" (p. 355- 359).
Hierna toont ds. Watson zevenentwintig (vet; HK) listen van satan. We kiezen er vier uit, die we in het kader van dit artikel het meest belangrijk vinden.

SATAN KIEST HET JUISTE MOMENT, BIJVOORBEELD ALS ER UITWENDIGE NOOD IS
"Hij kiest de geschiktste tijd om te verzoeken. Zoals een handige hengelaar zijn hengel uitwerpt wanneer de vis het beste bijt, zo kan de duivel het beste tijdsgewricht kiezen, waarin de verzoeking de beste kans van slagen heeft. (...) Als iemand uitwendig in nood en behoeftige omstandigheden terechtkomt, verzoekt de duivel hem. Als Christus veertig dagen gevast heeft en honger heeft, komt de duivel en verzoekt Hem met de heerlijkheid van de wereld (Matthéüs 4:8). (...) Hoe vaak heeft hij met deze verzoeking succes! Hoevelen zien we er die, in plaats van te leven door het geloof, zichzelf redden en die het wildbraad stelen, al verliezen ze daarbij de zegen" (p. 359, 360).
In de toepassing van Watsons verhandeling over de zesde bede komt hij nogmaals terug op bovenstaande verzoeking:
"Als de zonde zo'n groot kwaad is, het ergste kwaad dat er bestaat, zie dan welk een slechte keuze diegenen maken die de zonde kiezen om aan de verdrukking te ontkomen. Dat is hetzelfde als dat iemand zijn vlees zou laten verwonden om zijn jas niet te scheuren. (...). Voor verdrukking is nog een belofte, maar niet voor de zonde (2 Samuel 22:28). Verdrukking is tot ons nut, maar de zonde niet; die brengt de hel en de verdoemenis over ons" (p. 431).

SATAN DOET GODSDIENSTIG AAS AAN DE HAAK, NAMELIJK HET NASTREVEN VAN EEN ''GOED DOEL''
"Hij kan het vaandel van Christus uitsteken en tot zonde verzoeken onder voorwendsel van vroomheid. (...) Zo kan de satan ook zijn slechtste verzoekingen op naam van de Godsdienst schrijven. Hij kwam zelfs tot Christus met de Heilige Schrift in de mond: Er staat geschreven. (...) Hij verleidt tot het kwade, opdat het goede eruit moge komen. Hij verzoekt de mensen tot zulke onverantwoordelijke daden, opdat ze bevoegdheid mogen verkrijgen om God des temeer de eer te geven. Hij verzoekt ze tegen hun consciëntie in bevordering te vragen, opdat ze in een positie komen waarin zij nog meer goed kunnen doen. Hij porde Herodes aan om Johannes de Doper te doden, zodat hij ervan weerhouden werd zijn eed te breken. Hij verleidt velen tot onderdrukking en afpersing en zegt hun, dat zij dat moeten doen om voor hun gezin te zorgen. Hij verzoekt velen een eind aan hun leven te maken, zodat zij niet langer tegen God behoeven te zondigen. Derhalve rolt hij zijn vergiftige pillen in de suiker. Wie zou hem verdenken, als hij als een Godgeleerde komt en de Heilige Schrift aanhaalt? " (p. 362)
Opmerkelijk in dit verband is hetgeen ds. Watson op een andere plaats zegt over de tactiek van de satan met betrekking tot heilige plichten: "Zijn tactiek is óf iemand af te houden van de plichten, óf hem in de plichten moedeloos te maken, óf iemand te ver te laten gaan in de plichten" (p. 377; zie ook: p. 379, 380).

SATAN DRINGT AAN OP NOODZAAK, NET ZOALS BIJ HET ''KIEZEN TUSSEN TWEE KWADEN''
"Hij weet dat noodzaak in sommige gevallen vergoelijkend is en een excuus kan zijn voor de zonde. Een minder groot kwaad schijnt dan goed gepraat te kunnen worden om een groter kwaad te voorkomen. Net als bij Lot, die het aanbod deed zijn dochters aan de Sodomieten over te geven en wilde toestaan dat zij verontreinigd zouden worden, opdat hij de engelen zou kunnen behoeden die als vreemdelingen in zijn huis gekomen waren (Genesis 19:8). Ongetwijfeld had de satan zijn hand in deze verzoeking, die maakte dat Lot geloofde dat de noodzaak van die daad een excuus zou zijn voor de zonde. (...) Hij zal zelfs de Heilige Schrift aanhalen om te bewijzen dat in sommige buitengewone gevallen het noodzakelijk kan zijn iets te doen wat op andere tijden niet verdedigbaar is (vet; HK). Heeft David (zo stelt de duivel verzoekende,) niet uit noodzakelijkheid de toonbroden gegeten, die hem niet geoorloofd waren te eten (...), maar den priesters alleen? Wij lezen immers niet, dat hij daarover bestraft werd. Welnu'', zegt satan, ''waarom mag u dan niet in buitengewone gevallen een kleine overtreding begaan en de verboden vrucht nemen? O, pas voor deze verzoeking! (...). Noodzaak rechtvaardigt geenszins goddeloosheid" (p. 371, 372)!

--------------------------------------------------------------------------------------------
Citaat: Ds. P. de Witte, Catechizatie, 1682:
"Vraag: moet men niet van twee quaden het minste kiezen?
Antwoord: Niet in ''t quaed der schuld.7 maer wel in ''t quaed der straffe/ dat is/ van twee zonden mogen wy de minste niet kiezen/ maer wel van twee periculen die de ziele niet en raecken: als men goedt of bloed moest verliezen zoumen ''t leven kiezen ende ''t goed verliezen "!

--------------------------------------------------------------------------------------------

SATAN VALT IN ZIJN VERZOEKINGEN VOORAL HET GELOOF AAN
De apostel Paulus zegt van Gideon, en Barak, en Simson, en Jefta, en David, en Samuël en de profeten dat zij door het geloof koninkrijken hebben overwonnen, gerechtigheid geoefend (Hebr. 11:32, 33). Deze overheidspersonen hebben hun ambt dus door het geloof uitgeoefend. Daarom halen we ook aan wat ds. Watson zegt over deze genadegave welke de satan het meest aanvalt. Ds. Watson schreef: "Hij mikt op het schild des geloofs. Waarom heeft Christus meer voor het geloof van Petrus gebeden dan voor enige andere genade? (Lukas 22:32). Omdat Hij zag dat Zijn geloof het meest in gevaar was. (...) Toen de satan Eva verzocht, trachtte hij ook haar geloof te verzwakken. Is het ook dat God gezegd heeft: Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs? (Genesis 3:1). (...) Het wordt genoemd het schild des geloofs (Efeze 6:16). Als de satan ons verzoekt, richt hij zich meestal op ons schild, hij valt ons geloof aan" (p. 375). "Waarom leven mensen in de zonde? Omdat zij óf het Woord niet lezen óf het niet geloven" (p. 439)!

WAAROM VALT DE SATAN IN ZIJN VERZOEKINGEN VOORAL ONS GELOOF AAN?
"Gij zult noch kleinen noch groten bestrijden, maar den koning van Israël alleen (1 Koningen 22:31). Het geloof is de koning der genade, het is een koninklijke, vorstelijke genade, die de grootste en edelste daden tot stand brengt. Daarom strijd de satan voornamelijk tegen deze genade. Ik zal u de strategie van de duivel laten zien, waarom hij het meest het geloof aanvalt".
a) "Het is de genade die de satan het meeste kwaad doet; die biedt de meeste tegenstand tegen hem. Denwelken wederstaat, vast zijnde in het geloof (1 Petrus 5:9)".
b) "De satan legt het het meest op ons geloof aan en wil dat graag verzwakken en uitroeien, omdat het zo''n grote invloed uitoefent op alle andere genadegaven
en die ook werkzaam maakt. (...) Het geloof maakt de liefde werkzaam (...) (Galaten 5:6). (...) Als het geloof niet werkzaam is, zullen ook al de andere genadegaven stil liggen" (p.375, 376).

TOEPASSING NAAR AANLEIDING VAN DE ZESDE BEDE
"Als u bewaard wilt worden voor het kwaad der zonde, raadpleeg dan het Woord van God. Tracht ervaren te zijn in de Schriften. Ik heb Uw rede in mijn hart verborgen, opdat ik tegen U niet zondigen zou (Psalm 119:11)" (p. 439).
"Maak gebruik van het Woord. Dit noemt de apostel het zwaard des Geestes, een geschikt wapen, waarmee we de verzoeker kunnen bestrijden (Efeze 6:17). (...) Wij zijn op reis (...) en op deze weg is een dief die ons in elke plaats waar we komen, bestookt. (...) Zo komen we de verzoeker overal tegen; daarom is het nodig, omdat deze dief ook onderweg is, dat wij met het zwaard aangegord rijden. Wij moeten het zwaard des Geestes bij ons hebben. Wij moeten vaardigheid hebben om dit zwaard te gebruiken en de moed hebben om het uit de schede te trekken en dan zal het de duivel op de vlucht drijven. Toen de satan onze gezegende Zaligmaker verzocht tot wantrouwen en godslastering, gebruikte Hij ook het wapen van de Schrift: Er staat geschreven. Drie keer bracht Hij de oude slang met dit zwaard een wonde toe. Christus zou met Zijn macht en gezag de overste van de lucht hebben kunnen bestraffen, zoals Hij de winden bestrafte, maar Hij stopte de mond van de duivel met de Schrift: Er staat geschreven!" (...)
Laten wij het Woord van God tegen hem uitbrengen: dat is een bewijsgrond waarop hij geen antwoord heeft. Een gezegde van Luther luidt: ''Mijn geest is erg ontsteld geweest, maar zodra ik maar houvast kreeg aan een of andere Schriftplaats en mij daarop kon verlaten als op mijn voornaamste ankergrond, verdwenen mijn verzoekingen dadelijk''. Er bestaat geen verzoeking of er is een gepaste Schriftplaats om die te weerleggen! (...) Er is geen betere manier dan een verzoeking te weerleggen met de Heilige Schrift. De pijlen die wij op de duivel afschieten, moeten uit deze koker genomen worden. (...). O, bestudeer toch de Heilige Schrift en u zult de duivel te machtig af zijn; hij kan daar niet tegenop" (p. 404-406).

Is de satan zo listig?
Zie dan, hoe nodig het is dat wij de Heere om wijsheid bidden om de strikken van de satan te onderkennen en om kracht om hem te wederstaan. Wij kunnen van onszelf niet staande blijven tegen de verzoeking; als dat wel zo was, zou het gebed niet nodig zijn: Leid ons niet in verzoeking. Laten wij niet denken dat wij de duivel te slim af zijn of dat wij zijn listen en pijlen kunnen ontwijken. Als David en Petrus, die steunpilaren in Gods kerk waren, door verzoeking gevallen zijn, hoe snel zouden zulke zwakke rietjes als wij zijn, omvergeblazen worden, als de Heere ons aan onszelf overliet! Neem de raad van Christus ter harte: Waakt en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt!" (p. 386)
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Jeremiah
Berichten: 1473
Lid geworden op: 25 mar 2016, 12:43

Re: Kerk in slaap

Bericht door Jeremiah »

Dank voor het plaatsen DIA!
Plaats reactie