-DIA- schreef:Hendrikus schreef:-DIA- schreef:Dit is ook wel interessant:
Wat is daar interessant aan? Dat Datheen vol staat van archaïsch taalgebruik en dat Datheen onzingbaar is wanneer je de psallmen zingt zoals de bedoeld zijn (ritmisch dus), dat wisten we al.
Er is meer. Datheen spreekt meer uit het hart.
Dan kan taal van ondergeschikt belang zijn.
Is dat dan wat we van een psalmberijming verwachten? Dacht 't toch niet.
We willen de woorden uit de Bijbel, dus de onberijmde psalm, zingen. Zo puur mogelijk. Helaas, dat lukt ons niet. Dus moeten ze op rijm worden gezet. Maar wel graag met zo weinig mogelijk eigen toevoegingen van de berijmer. En in verstaanbare taal, zodat onze kinderen ook snappen wat ze zingen. Dát zou het uitgangspunt moeten zijn.
Op dat punt schiet 1773 nogal tekort, die is vaak veel te breedsprakig, er wordt van alles bijgerijmd.
Datheen blijft dichter bij de bron, maar die taal is niet meer te verstaan. En ritmisch niet te zingen.
In de berijmingen van 1968 en 1986 zijn mooie verzen te vinden. Idealiter komt er een compilatiebundel van het beste dat nu beschikbaar is (zoals 1773 ook een compilatie is van werk van verschillende berijmers). Met misschien dus ook wel hier en daar een goed gelukte psalm uit de Nieuwe Psalmberijming - hoewel ik die graag eerst de kans zou geven om "te overwinteren en te overzomeren". Soms is de tijd een goed filter