En Filipus voegde zich bij de wagen van die man, zeggende : "Verstaat gij ook hetgeen gij leest?"freek schreef:Het is eigenlijk wonderlijk. We kennen het beeld van de gevonden zoon, we weten van de moordenaar aan het kruis, we zien hoe de pinksterlingen reageren op de oordeelsprediking van Petrus en hoe de stokbewaarder uitroept om behouden te worden. Eén belangrijke lijn kunnen we uit deze drie beelden trekken: we staan schuldig. Radicaal. Volledig. Maar we vergeten, of we willen niet weten, waarom deze voorbeelden tot ons komen. Volgens DJK om het te herbeleven. Volgens de bijbel 'opdat gij, gelovende, het leven zou hebben in Zijn naam'. En wat denk je van de Moorman uit Candacé? Die zou toch echt een probleem hebben. Want die had 'alleen maar' geestelijke vragen. Nergens lees ik dat hij daar op de wagen aan het omkomen was onder Gods verdoemende recht.
"Hoe zou ik verstaan indien ik geen uitlegger heb", zegt de Moorman
"Van wie zegt Jesaja dit, hoofstuk 53, van zichzelf of van een Ander?" Deze woorden bleken erop dat er een onhoudbare nood was ontstaan in de ziel van die Moorman. Want als Jesaja dit nu van of over zichzelf had geschreven, dan was er voor hem in der eeuwigheid geen hope op zaligheid meer. Deze innerlijke vraag deed die Moor overal buiten geplaatst worden, waarmee hij als in een punt des tijds verloren ging. Deze innerlijke nood mocht Filipus opmerken, uit het beluisteren van zijn spreken. En om deze reden, predikte hij die Moor terstond het Evangelie, hetgeen de Heilige Geest in de dadelijkheid toepaste aan zijn goddeloze verloren ziel voor God.
DJK