Goed punt.Marnix schreef:Volgens mij zit het punt dat Hij maakt in het woordje "kan". Als klopt wat hij zegt staat er in de grondtekst dat God niet liegt... Niet-lieger. Er staat niet dat Hij niet liegen kan... maar dat Hij niet liegt. Of dat in werkelijkheid ook zo is weet ik niet.... God is zonder zonde. Kan Hij geen zonde doen? Hij kan toch alles? Hij doet geen zonde. Meer zegt de tekst er niet over en moeten wij er ook niet van maken.Zonderling schreef:Corydoras, wat is precies het punt dat je wilt maken?Corydoras schreef:Uit de preek van afgelopen zondag:
Titus 1:2 In de hoop des eeuwigen levens, welke God, Die niet liegen kan, beloofd heeft, voor de tijden der eeuwen, maar geopenbaard heeft te Zijner tijd;
Voor 'Die niet liegen kan' staat in het Grieks een zelfstandig naamwoord (apseudes), letterlijk 'God, de niet-lieger'. Het laatste duidt op Zijn wezen, terwijl de eerste gaat over Zijn daden.
Nu ik het zelf nakijk, lijkt het me eerder een bijvoeglijk naamwoord, maar dat betekent nog steeds een verschil tussen wezen en daden.
Of we vertalen: God, de niet-lieger, of de niet-liegende God, het heeft inderdaad betrekking op Gods Wezen.
Uit dit Wezen vloeien Zijn daden voort, waaruit we ook zekerheid hebben aangaande Zijn beloften.
De vertaling lijkt mij hier goed (even afgezien van de vraag of we het woord bijvoeglijk of zelfstandig vertalen).
Dus: had je een vraag of alleen een opmerking?
@Refo, ik had jouw naam niet genoemd, wie de schoen past trekke hem aan.
Het woord is inderdaad van zichzelf een bijvoeglijk naamwoord, maar bijvoeglijke naamwoorden kunnen ook als zelfstandig naamwoord fungeren. Zo is het ook in het Nederlands (de oude man: bijvoeglijk; de oude: zelfstandig). Het kan hier op beide manieren gelezen worden.
Beter zou hier inderdaad vertaald kunnen worden met "Die niet liegt".
Overigens dacht ik, dat de Textus Receptus (waarop de SV gebaseerd is) op deze tekst afwijkt van de meerderheidstekst (waarop de nieuwere vertalingen gebaseerd zijn), maar dat weet ik niet helemaal zeker; zal ik eens nazien.