Wateren der Zwemming

Wim Anker
Berichten: 3894
Lid geworden op: 05 dec 2014, 18:34

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Wim Anker »

huisman schreef:
Wim Anker schreef:
huisman schreef:
Wim Anker schreef: Kanttekeningen (onderstreping van mij)
6 Hebr. het waren wateren der enkels, en zo in het volgende wateren der knieën, wateren der lendenen, afbeeldende den voortgang, lopenden wasdom der openbaring van het Heilig Evangelie, mitsgaders de verscheidene mate van de gaven des Heiligen Geestes in dit, en de volkomenheid in het andere leven.
Wordt hier niet de opwas in de genade mee bedoeld?
Nee daar gaat Ezechiel 47 niet over. Dat een predikant daar een stichtelijke lijn uittrekt richting het persoonlijke geestelijke leven kan misschien nog maar dat een predikant zegt wat Helma postte namelijk: ik begrijp niet dat zovelen de standen in het genadeleven ontkennen; ik kom het hier overduidelijk tegen. is onjuist en een gevaarlijke wijze van het omgaan met de Schrift. Zo kun je de Schrift alles laten zeggen. Ezechiel heeft daar niet over de standen in het geloofsleven geprofeteerd maar over de loop van het Heilig Evangelie in de wereld.
Maar wat bedoelen de kanttekeningen dan met hun aantekening hier?
Omdat deze kanttekening geen andere tekstverwijzingen geeft kan ik alleen maar naar de uitleg raden. Gaven van de Heilige Geest worden in het N.T. verschillende keren genoemd en dan gaat het niet om standen maar om verschillende soorten van bediening tijdens de loop van het Evangelie. Zie o.a. Romeinen 12:6 en 7
6 Hebbende nu verscheidene gaven, naar de genade, die ons gegeven is,
7 Zo laat ons die gaven besteden, hetzij profetie, naar de mate des geloofs; hetzij bediening, in het bedienen; hetzij die leert, in het leren;
8 Hetzij die vermaant, in het vermanen; die uitdeelt, in eenvoudigheid; die een voorstander is, in naarstigheid; die barmhartigheid doet, in blijmoedigheid

En de kanttekening over die gaven:
26) Hebbende nu verscheidene
Namelijk sommige buitengewone, van welke de apostel handelt 1 Cor. 12:14, sommige gewone, van welke hier voornamelijk gehandeld wordt; die ook verscheiden zijn, gelijk hierna verklaard wordt.
27) gaven,
Grieks, Charismata; zo worden de bedieningen en de gaven daartoe nodig genaamd, omdat zij van God den mensen uit genade geschonken worden.

Ik vind zo de kanttekening die jij aanhaalt wel kloppen maar of dat de ware uitleg is weet ik niet?
In deze discussie kun je trouwens beter meerdere verklaringen van Ezechiel 47 opslaan.
Ik begrijp niet zo goed waarom zo stellig moet worden gesteld dat de standen, of de opwas in de genade, niet in dit hoofdstuk een grond vinden. Ook Matthew Henri laat hiervoor ruimte in zijn verklaring. De verwijzing naar de "gaven" in het NT onderschrijf ik ten volle, ook daar wordt echter wel gewezen op de groei en opwas in de genade. Kanttekeningen zeggen o.a.: "Naar de mate des geloofs". Kan @Huisman verklaringen noemen waarin duidelijk wordt gesteld dat deze uitleg - een bewijs voor opwas in de genade - niet uit dit hoofdstuk kan worden gehaald?
Gebruikersavatar
huisman
Berichten: 17326
Lid geworden op: 12 nov 2009, 23:38

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door huisman »

Wim Anker schreef:
huisman schreef:
Wim Anker schreef: Maar wat bedoelen de kanttekeningen dan met hun aantekening hier?
Omdat deze kanttekening geen andere tekstverwijzingen geeft kan ik alleen maar naar de uitleg raden. Gaven van de Heilige Geest worden in het N.T. verschillende keren genoemd en dan gaat het niet om standen maar om verschillende soorten van bediening tijdens de loop van het Evangelie. Zie o.a. Romeinen 12:6 en 7
6 Hebbende nu verscheidene gaven, naar de genade, die ons gegeven is,
7 Zo laat ons die gaven besteden, hetzij profetie, naar de mate des geloofs; hetzij bediening, in het bedienen; hetzij die leert, in het leren;
8 Hetzij die vermaant, in het vermanen; die uitdeelt, in eenvoudigheid; die een voorstander is, in naarstigheid; die barmhartigheid doet, in blijmoedigheid

En de kanttekening over die gaven:
26) Hebbende nu verscheidene
Namelijk sommige buitengewone, van welke de apostel handelt 1 Cor. 12:14, sommige gewone, van welke hier voornamelijk gehandeld wordt; die ook verscheiden zijn, gelijk hierna verklaard wordt.
27) gaven,
Grieks, Charismata; zo worden de bedieningen en de gaven daartoe nodig genaamd, omdat zij van God den mensen uit genade geschonken worden.

Ik vind zo de kanttekening die jij aanhaalt wel kloppen maar of dat de ware uitleg is weet ik niet?
In deze discussie kun je trouwens beter meerdere verklaringen van Ezechiel 47 opslaan.
Ik begrijp niet zo goed waarom zo stellig moet worden gesteld dat de standen, of de opwas in de genade, niet in dit hoofdstuk een grond vinden. Ook Matthew Henri laat hiervoor ruimte in zijn verklaring. De verwijzing naar de "gaven" in het NT onderschrijf ik ten volle, ook daar wordt echter wel gewezen op de groei en opwas in de genade. Kanttekeningen zeggen o.a.: "Naar de mate des geloofs". Kan @Huisman verklaringen noemen waarin duidelijk wordt gesteld dat deze uitleg - een bewijs voor opwas in de genade - niet uit dit hoofdstuk kan worden gehaald?
1.Ik heb al eerder gezegd dat een toepassing naar het persoonlijk geestelijk leven best wel mag maar dat is niet de uitleg van dit Schriftgedeelte.
2.Jij lijkt een is-gelijkteken te zetten tussen standen en opwas in de genade en dat is niet zo. Niemand die de Schrift leest zal ontkennen dat de Schrift op vele plaatsen spreekt van een opwas in de genade.
De standenleer zoals bv beschreven door ds Moerkerken in zijn boekjes genadeleven en genadeverbond/Bethel en Pniël wordt echter wel door velen betwist.
Deze standenleer wordt blijkens het citaat van Helma ook in Ezechiël 47 ingelezen en dat zul je bij zeer weinig verklaarders tegenkomen. De predikant die Helma citeerde zei letterlijk: ik begrijp niet dat zovelen de standen in het genadeleven ontkennen; ik kom het hier overduidelijk tegen.


Van dit citaat heb ik gezegd:Dit is onjuist en een gevaarlijke wijze van het omgaan met de Schrift. Zo kun je de Schrift alles laten zeggen. Ezechiël heeft daar niet over de standen in het geloofsleven geprofeteerd maar over de loop van het Heilig Evangelie in de wereld......en dat is nog steeds mijn mening totdat ik op grond van de Schrift tot een andere overtuiging gebracht wordt.
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Gebruikersavatar
Johann Gottfried Walther
Berichten: 4783
Lid geworden op: 05 feb 2008, 15:49

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Johann Gottfried Walther »

Standen in het genadeleven gaat wel heel wat verder dan opwas in de genade.
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
-DIA-
Berichten: 32737
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door -DIA- »

Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
huisman
Berichten: 17326
Lid geworden op: 12 nov 2009, 23:38

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door huisman »

-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Wim Anker
Berichten: 3894
Lid geworden op: 05 dec 2014, 18:34

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Wim Anker »

huisman schreef:
-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Het is jammer dat er onvolledig wordt geciteerd. Het is jammer dat zo stellig wordt beweerd waarover ezechiel 47 wel en niet gaat zonder onderbouwing. De verklaarders/kanttekeningen zijn niet zo stellig in deze.

Dat er standen zijn lijkt me bijbels. Dat opwassen in de genade in de grond van deze zaak hetzelfde is als de "standen" lijkt me overduidelijk.
Ik begrijp daarom de stelligheid niet waarom predikanten die dit hoofdstuk aanhalen als onderbouwing zo afgeserveerd moeten worden.
Ik krijg het idee dat de eigen opvatting de uitleg van dit Schriftgedeelte bepaalt. Dan krijgen we opmerkingen in de trant van: Dit bedoeld de profeet er wel mee en dat bedoeld de profeet er niet mee'
Gebruikersavatar
huisman
Berichten: 17326
Lid geworden op: 12 nov 2009, 23:38

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door huisman »

Wim Anker schreef:
huisman schreef:
-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Het is jammer dat er onvolledig wordt geciteerd. Het is jammer dat zo stellig wordt beweerd waarover ezechiel 47 wel en niet gaat zonder onderbouwing. De verklaarders/kanttekeningen zijn niet zo stellig in deze.

Dat er standen zijn lijkt me bijbels. Dat opwassen in de genade in de grond van deze zaak hetzelfde is als de "standen" lijkt me overduidelijk.
Ik begrijp daarom de stelligheid niet waarom predikanten die dit hoofdstuk aanhalen als onderbouwing zo afgeserveerd moeten worden.
Ik krijg het idee dat de eigen opvatting de uitleg van dit Schriftgedeelte bepaalt. Dan krijgen we opmerkingen in de trant van: Dit bedoeld de profeet er wel mee en dat bedoeld de profeet er niet mee'
OK dit vind jij....heb je ook enige onderbouwing ? Ik lees nu alleen maar ...lijkt me overduidelijk...Ik begrijp.....Ik krijg het idee.

Ja als jezelf de enige bron bent geef ik mij snel gewonnen.
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 23836
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door refo »

Het is overduidelijk dat het niet over standen gaat. O.a. omdat het in de bijbel nooit over standen gaat. Weliswaar zijn er zuigelingen, jongelingen, vaders in de genade. Dat zijn geen standen. Die zijn er bijbedacht.

De Oostpoort is gesloten, niet omdat we niet in het heiligdom mogen komen. Dat kan nu wel, want het voorhangsel is gescheurd. Daarnaast heeft de tempel nog drie deuren. Het ontoegankelijk zijn van de tempel via de Oostpoort moet een andere betekenis hebben. Er staat in de bijbel dat deze gesloten was omdat de Heere erdoor was ingegaan.
Vanaf het altaar stroomt uit de zuidkant van het altaar en stroomt in Oostelijke richting, naar de Jordaan en dode zee vanuit Jeruzalem.
Links en rechts is een beetje lastig. De voorkant is de oostkant, het zuiden is dan niet rechts, maar links. Toch staat er dat het rechts is.
Waar gaat dit nu over? Vergeestelijken is een hachelijke zaak. Vers 13-23 geeft een nauwkeurige plaatsbepaling aan. Het gaat blijkbaar om iets wat na te meten is voor iedereen als het vervuld wordt.
Gebruikersavatar
Luther
Berichten: 15857
Lid geworden op: 25 jun 2008, 20:16
Contacteer:

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Luther »

Wim Anker schreef:
huisman schreef:
-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Het is jammer dat er onvolledig wordt geciteerd. Het is jammer dat zo stellig wordt beweerd waarover ezechiel 47 wel en niet gaat zonder onderbouwing. De verklaarders/kanttekeningen zijn niet zo stellig in deze.

Dat er standen zijn lijkt me bijbels. Dat opwassen in de genade in de grond van deze zaak hetzelfde is als de "standen" lijkt me overduidelijk.
Ik begrijp daarom de stelligheid niet waarom predikanten die dit hoofdstuk aanhalen als onderbouwing zo afgeserveerd moeten worden.
Ik krijg het idee dat de eigen opvatting de uitleg van dit Schriftgedeelte bepaalt. Dan krijgen we opmerkingen in de trant van: Dit bedoeld de profeet er wel mee en dat bedoeld de profeet er niet mee'
Maar voordat we twee verschillende discussies voeren.... niemand ontkent hier dat er opwas in de genade is. Dat is echter wat anders dan 'standen in de genade'. Dat laatste wordt doorgaans betrokken op de rechtvaardiging, of de bewustwording daarvan. Ik meen dat de Bijbel geen ruimte biedt voor trappen in de rechtvaardiging. Daarmee is het spreken van standen in de genade alleen juist, als daarmee bedoeld wordt dat er groei in het leven der heiligmaking is. In dat geval is het beter de bijbelse term 'opwassen in de genade' te gebruiken.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
-DIA-
Berichten: 32737
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door -DIA- »

Wim Anker schreef:
huisman schreef:
-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Het is jammer dat er onvolledig wordt geciteerd. Het is jammer dat zo stellig wordt beweerd waarover ezechiel 47 wel en niet gaat zonder onderbouwing. De verklaarders/kanttekeningen zijn niet zo stellig in deze.

Dat er standen zijn lijkt me bijbels. Dat opwassen in de genade in de grond van deze zaak hetzelfde is als de "standen" lijkt me overduidelijk.
Ik begrijp daarom de stelligheid niet waarom predikanten die dit hoofdstuk aanhalen als onderbouwing zo afgeserveerd moeten worden.
Ik krijg het idee dat de eigen opvatting de uitleg van dit Schriftgedeelte bepaalt. Dan krijgen we opmerkingen in de trant van: Dit bedoeld de profeet er wel mee en dat bedoeld de profeet er niet mee'

Ezechiël 47:1-12
1DAARNA bracht Hij mij weder tot de deur des 1huizes, en zie, er vloten 2wateren uit, van onder den dorpel des huizes naar het oosten, want het 3voorste deel des huizes was in het oosten; en de wateren daalden af van onderen, uit de rechterzijde des huizes, 4van het zuiden des 5altaars.
2 En Hij bracht mij uit door den weg van de noorderpoort, en voerde mij om door den weg van buiten tot de buitenpoort, den weg die naar het oosten ziet; en zie, de wateren sprongen uit de rechterzijde.
3 Als nu die Man naar het oosten uitging, zo was er een meetsnoer in Zijn hand; en Hij mat duizend ellen en deed mij door de wateren doorgaan, en de wateren 6raakten tot aan de enkels.
4 Toen mat Hij nog duizend ellen en deed mij door de wateren doorgaan, en de wateren raakten tot aan de knieën; en Hij mat nog duizend en deed mij doorgaan, en de wateren raakten tot aan de lendenen.
5 Voorts mat Hij nog duizend, en het was een beek waar ik niet kon doorgaan; want de wateren waren hoog, 7wateren waar men door zwemmen moest, een beek waar men niet kon doorgaan.
6 En Hij zeide tot mij: Hebt gij het 8gezien, mensenkind? Toen voerde Hij mij en bracht mij weder tot den 9oever der beek.
7 Als ik wederkeerde, zie, zo was er aan den oever der beek zeer veel a 10geboomte, van deze en van gene zijde.
8 Toen zeide Hij tot mij: Deze wateren vlieten uit naar het 11voorste Galiléa en dalen af in het 12vlakke veld; daarna komen zij in de 13zee; in de zee uitgebracht zijnde, zo worden de 14wateren gezond.
9 Ja, het zal geschieden dat alle 15levende ziel die er 16wemelt, overal waarheen 17een der twee beken zal komen, leven zal, en daar zal zeer 18veel vis zijn, omdat deze wateren daarheen zullen gekomen zijn; en 19zij zullen gezond worden, en het zal leven, alles waarheen deze beek zal komen.
10 Ook zal het geschieden dat er 20vissers aan 21dezelve zullen staan, van 22Engédi af tot 23En-eglaïm toe; daar zullen plaatsen zijn tot uitspreiding der 24netten; 25hun vis zal naar zijn aard wezen als de vis van de 26Grote Zee, zeer 27menigvuldig.
11 Doch 28haar modderige plaatsen en haar moerassen 29zullen niet gezond worden, zij zijn tot 30zout overgegeven.
12 Aan de beek nu, aan haar 31oever, zal van deze en van gene zijde opgaan 32allerlei spijsgeboomte, welks 33blad niet zal afvallen, noch de vrucht daarvan 34vergaan; 35in zijn maanden zal het 36nieuwe vruchten voortbrengen; want zijn 37wateren, die vlieten uit het 38heiligdom; en zijn vrucht zal zijn tot spijze en zijn blad totb 39heling.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Kanttekeningen en tekstverwijzingen:
1 Des nieuwen tempels en des heiligdoms (als vers 12), dat wel tevoren binnen Jeruzalem geweest, maar nu verstoord was. Vgl. Jes. 2:3. Micha 4:2. Zach. 14:8. Insgelijks Luk. 24:47, 49. Hand. 1:8; 2:2, 4. Openb. 22:1, alwaar vermeld wordt, dat deze heilzame stromen uit Jeruzalem en Sion, uit den hemel en uit den troon Gods en des Lams zijn voortgekomen.

2 Afbeeldende de gezonde en zaligmakende leer des Evangelies, met de overvloedige gaven des Heiligen Geestes, onder het Nieuwe Testament. Vgl. Jes. 11:9; 12:3; 35:7; 41:18; 44:3; 55:1. Jer. 31:9. Joël 2:28; 3:18. Zach. 14:8. Insgelijks Joh. 7:38. Openb. 22:1.

3 Hebr. aangezicht .

4 Of: tegen , aan het zuiden , dat is, de zuidzijde.

5 Versta het brandofferaltaar, dat voor het heilige stond; van hetwelk zie Ez. 43:13, enz. Een voorbeeld van onzen Heere Christus en van Zijn enig offer aan het kruis; alwaar Hij ons de gaven des Heiligen Geestes verdiend heeft, die Hij ons van den Vader toezendt; afgebeeld (als sommigen houden) door het water dat uit Zijn zijde vloot, Joh. 19:34, 35.

6 Hebr. het waren wateren der enkels , en zo in het volgende wateren der knieën , wateren der lendenen , afbeeldende den voortgang, lopenden wasdom der openbaring van het Heilig Evangelie, mitsgaders de verscheidene mate van de gaven des Heiligen Geestes in dit, en de volkomenheid in het andere leven.

7 Hebr. wateren der zwemming .

8 Dat is, op alles gelet? Waarmede de profeet vermaand werd, op alles naarstiglijk acht te nemen.

9 Hebr. lip ; en zo in het volgende vers.

10 Afbeeldende de menigte der uitverkorenen, die door de kracht dezer wateren in Gods huis overal zouden wassen en vruchtbaar zijn in alle goede werken, tot Gods eer en stichting van den naaste, als vers 12 breder wordt verhaald. Zie Ps. 1:3; 92:13. Jes. 44:3, 4; 55:11, 13. Jer. 17:8. Joh. 15:2, enz. 1 Kor. 3:6, 7, enz.

a Openb. 22:2.

11 Of: Oost-Galilea , waardoor enigen verstaan een gedeelte van Galilea, liggende over de Jordaan, waar Chorazin ook gelegen was, aan de oostzijde van de Galilese Zee, of de Zee Gennesaret, waar de Jordaan doorliep. Doch dit dient bijzonderlijk vergeleken te worden met Jes. 8:23; 9:1. Matth. 4:12, 13, 14, 15, alwaar verhaald wordt, dat het licht des Evangelies mede eerst is opgegaan in deze contreien. Zie wijders van tweeërlei Galilea's 1 Kon. 9 op vers 11. Anders kon het ook in het gemeen genomen worden voor de oostcontreien of grenzen, insgelijks de contreie van Gilgal , uit Joz. 18:17, vergeleken met Joz. 15:7, ook gelegen in het oosten van Jeruzalem, maar daarheen ging men door de vlakke velden van Jericho, Jer. 52:7, 8, insgelijks 2 Sam. 2:29; 17:26, en voorts over de Jordaan naar de vlakke velden van Moab, waarvan in het volgende.

12 Der Moabieten. Zie Num. 22:1. Deut. 1:1; 3:17; 34:1, 8.

13 De Dode Zee of Zoutzee, waar Sodom en Gomorra eertijds geweest waren, en waar Engedi en En-eglaïm lagen, waarvan vers 10. Zie wijders Gen. 14 op vers 3.

14 Van dezelve Dode Zee, die tevoren dodelijk waren.

15 Dat is, alle dieren, die leven en gevoelen, en overzulks zich beroeren. Zie Gen. 1 op vers 20.

16 Zie Gen. 1 op vers 20.

17 Hebr. de twee beken zal komen , dat is, een van beide. Het schijnt dat deze wateren zich in het voortlopen in tweeën gedeeld hebben, hoewel zulks hier niet wordt vermeld. Zie Zach. 14:8. Doch anders kan men met sommigen het twee voud voor het meer voud nemen (als elders ook wel gebruikelijk is), en het vertalen met stromen .

18 Of: grote , treffelijke ; alzo vers 10. Versta de menigte der uitverkorenen, die door de predikatie van het Heilig Evangelie en krachtige werking van den Heiligen Geest zekerlijk zouden bekeerd worden.

19 De andere wateren, door het invloeien van deze.

20 Dat is, leraars des Nieuwen Testaments, die als instrumenten van den krachtiglijk werkenden Heiligen Geest, door het net des Evangelies de mensen uit hun zondigen en dodelijken staat zouden optrekken tot de gemeenschap van den Heere Christus en van Zijn weldaden. Zie Matth. 4:19; 13:47. Luk. 5:10.

21 Dode Zee.

22 Tevoren genoemd Hazezon-Tamar , gelegen aan de Dode Zee. Zie Gen. 14:7. 1 Sam. 24:1. 2 Kron. 20:2, met de aantt.

23 Ook gelegen aan de Dode Zee, waar de Jordaan in dezelve loopt.

24 Of: visgaren ; als Ez. 26:5.

25 Der vissers, dien zij zullen vangen, of der voorzeide wateren.

26 De Middellandse, alzo onderscheiden van de binnenlandse zeeën of meren. Alzo vss. 15, 20.

27 Of: groot , heerlijk ; als vers 9.

28 Namelijk der Dode Zee. Hierdoor kan men verstaan het onderscheid dat er zou zijn tussen de uitverkorenen, die de voorzeide genade zouden deelachtig worden, en de verworpenen, die in hun vuiligheid zouden blijven liggen en verloren gaan. Zie Hand. 13:48. 2 Kor. 2:15, 16, enz.

29 Anders: die niet gezond zullen worden , enz.

30 Zie Deut. 29:23. Ps. 107:34. Jer. 17:6. Hebr. 6:8. Sommigen hechten dit vers aan het voorgaande in een anderen zin, aldus: Haar modderige en haar moerassige plaatsen, zeg ik, die niet gezond waren, die het zout waren overgegeven ; versta: zullen alle gezond en visrijk worden. Anders: Haar modderige plaatsen en haar moerassen, die niet gezond waren, zijn gegeven tot zout , dat is, tot enigen dienst en nuttigheid; waarvan de aandachtige lezer kan oordelen.

31 Hebr. lip .

32 Hebr. alle geboomte der spijze , dat is, allerlei geboomte, vruchten dragende, die ter spijze bekwaam, of eetbaar zijn. Zie op vers 7.

33 Zie Ps. 1 op vers 3.

34 Of: ophouden , verteerd worden .

35 Dat is, alle maanden zal dat geboomte nieuwe vrucht dragen. Vgl. Openb. 22:2.

36 Of: uitnemende , gelijk de eerste rijpe vruchten, die zeer aangenaam zijn. Zie Micha 7:1.

37 Waaraan het wast, en waarvan het bevochtigd wordt.

38 Zie op vers 1. Daarom zal deszelfs vrucht vast en zeker gaan.

39 Of: stamping , stoting , gelijk men bladeren en kruiden placht te stoten, om in dranken of pleisters te gebruiken.

b Openb. 22:2.


~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Matthew Henry zegt:

Ezechiël 47:1-12
Dit gedeelte van Ezechiëls visioen moet zo noodzakelijk een mystieke en geestelijke betekenis hebben, dat wij daarom besluiten: ook de andere gedeelten hebben geen andere betekenis. Er kan hier geen sprake zich van werkelijke wateren, die door pijpen in de tempel gevoerd worden om de offeranden te wassen, de tempel schoon te houden en dat water de weer af te leiden, want dat zou deze schone rivier in een zinkput of riool veranderen. De profetie, Zacharia 14:8, kan dit verklaren, van levende wateren, die uit Jeruzalem vlieten zullen de helft van die naar de Oostzee, en de helft van die naar de achterste zee aan. Duidelijk wordt hierop gezinspeeld, Openbaring 22:1, waar Johannes in een gezicht zag een zuivere rivier van het water des levens. Het schijnt de roem en de vreugde voor te stellen, die genade bewerkt en voltooit. Het schijnt genade en vreugde te betekenen, wanneer de roem begint. De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.

Ezechiël had herhaalde malen rondom het huis gewandeld en merkt nu eerst deze wateren op, want God maakt Zijn volk Zijn zin en wil niet ineens bekend,"maar trapsgewijze".

Let nu op,

I. de oorsprong dezer wateren. Hij moet niet de stroom nagaan tot zijn begin, maar de oorsprong wordt hem aangewezen, vers 1: Er vloten wateren uit, van onder de dorpel des Huizes naar het oosten, van onderen, uit de rechterzijde des Huizes, dat is de zuidzijde des altaars. En wederom, vers 2:De wateren sprongen uit de rechterzijde, betekenende, dat van Sion de wet zou uitgaan en des Heeren woord van Jeruzalem, Jesaja 2:3. Daar werd de Geest op de apostelen uitgestort, en de gave der talen hun geschonken, opdat zij dit water naar alle volken mochten brengen. In de tempel moesten zij staan en alle de woorden dezes levens spreken, Handelingen 5:20. Zij moesten het Evangelie aan alle volken prediken, beginnende van Jeruzalem, Lukas 24:47. Maar dat is niet alles: Christus is de tempel, Hij is de deur, die levende wateren vloeien uit Hem, uit zijn doorstoken zijde. Het is het water, dat Hij ons geeft, dat in ons wordt een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven, Johannes 4:14. En het is door het geloof in Hem, dat wij van Hem ontvangen stromen des levenden waters, dit zeide Christus van de Geest, Johannes 7:38, 38. De oorsprong dezer wateren lag niet boven de grond, zij vloten voort van onder de dorpel, want de oorsprong van het leven der gelovigen is een mysterie, het is met Christus verborgen in God, Colossenzen 3:3. Sommigen merken op, dat zij uit de rechterzijde des huizes kwamen, en zien daarin een aanwijzing, dat de zegeningen des Evangelies rechterhandse of krachtdadige zegeningen zijn. Het is ook een aanmoediging voor degenen, die aan de zijden der poorten der Wijsheid, aan de ingang der deuren staan, die gewillig zijn om aan de dorpel van het huis huns Gods te verkeren, gelijk David, opdat zij vlak bij de bron van troost en genade zijn mogen, de opening van Gods woorden geeft licht, Psalm 119:130. David spreekt tot prijs van Sion: Al Mijn fonteinen zullen binnen u zijn, Psalm 87:7.

Zij kwamen van de zijde des altaars, dat is, in en door Jezus Christus, het grote Altaar (dat onze gaven aan God heiligt), dat ons gezegend heeft met geestelijke zegeningen in de heiligen hemel. Van God uit als de fontein, in Hem als het kanaal, stroomt de rivier, die de stad Gods verblijdt, het heiligdom der woningen des Allerhoogsten, Psalm 146:5.

II. Merk echter op, hoezeer de gelukzaligheid en vreugde der verheerlijkte heiligen in de hemel die der beste en gelukkigste heiligen op aarde te boven gaat, hier vlieten de wateren van troost van onder de dorpel, daar komen ze voort uit de troon, de troon van God en des Lams, Openbaring 22:1. 11. de voortgang en de toeneming dezer wateren: zij vloeien oostwaarts, naar het voorste Galiléa, vers 3, 8. De profeet en zijn leidsman volgden de stroom, als die van de heilige bergen afdaalde, en toen zij dien duizend ellen gevolgd hadden, liepen zij er dwars doorheen om de diepte te peilen en vonden, dat het water tot aan de enkels raakte, vers 3. Zij vervolgen hun wandeling aan de andere zijde der rivier, weer duizend ellen en dan, opnieuw de diepte onderzoekende, doorwaadden zij die weder, en zie, het water bereikte hun knieën, vers 4. Opnieuw gingen zij duizend ellen voort, maakten de proef ten derden male en vonden het water gestegen tot aan de lendenen, vers 4. Weer duizend ellen verder, beproefden zij door de rivier te waden, nu voor de vierde maal, maar vonden het onuitvoerbaar: de wateren waren hoog, door instroming van beken boven de grond of van bronnen onder de grond, zodat men er door zwemmen moest, een beek waar men niet kon doorgaan, vers 5.

Zie,
1. De wateren des heiligdoms zijn stromende wateren, gelijk die ener rivier, geen stilstaande als die van een vijver. Het Evangelie heeft zich, van zijn eerste prediking af steeds verder uitgebreid. Genade in de ziel drijft immer verder, ze is een werkzaam beginsel, plus ultra, steeds voorwaarts, totdat de volmaaktheid is bereikt.

2. Het zijn toenemende wateren. Deze rivier stroomt voortdurend, hoe verder ze loopt, des te voller wordt ze. De kerk des Nieuwen Verbonds was aanvankelijk onbeduidend, als een beekske, maar allengskens werd ze dieper, het kwam tot aan de enkelen, tot aan de knieën, tot aan de lendenen. Dagelijks werden velen toegedaan. Het is als een mosterdzaad, dat opwast tot een groten boom. De gaven des Geestes nemen toe naarmate ze geoefend worden, en ware genade neemt toe, als het licht in de morgen, die voortgaat schijnende tot in de vollen dag.

3. Het is goed voor ons, deze wateren te volgen en er langs te wandelen. Zie de vooruitgang des Evangelies in de wereld, zie de vorderingen van het werk der genade in het hart, let op het ruischen des Geestes, en wandel ze na, gelijk Ezechiël deed.

4. Het is goed, dikwijls de dingen Gods te onderzoeken en de diepte ervan te peilen, niet alleen de oppervlakte dier wateren te beschouwen, maar zover mogelijk naar de grond door te dringen, veel te graven, vaak te duiken, in de verborgenheden van het koninkrijk der hemelen, vol begeerte met deze zaken vertrouwd te geraken.

5. Indien wij de dingen Gods onderzoeken, zullen wij vinden, dat sommige eenvoudig en gemakkelijk te verstaan zijn, gelijk de wateren, die tot de enkelen reikten, anderen zijn wat moeilijker en vereisen meer onderzoek, als de wateren tot aan de knieën en de lendenen. En sommige zijn ondoorgrondelijk, wij kunnen de bodem niet bereiken, maar moeten, als Paulus deed, wanhopende ze ten volle te verstaan, aan de oever ons neerzetten en de diepte bewonderen, Romeinen 11:33. E: is dikwijls gezegd, dat de Schrift, gelijk deze wateren van het heiligdom, hier en daar zo ondiep zijn, dat een lam er door kan waden, op andere plaatsen zo diep, dat een olifant er in kan zwemmen. En wij doen wijs, als wij, gelijk de profeet hier, met het gemakkelijkste of eenvoudigste beginnen en daarvan genieten, alvorens wij ons tot dingen begeven, zwaar om te verstaan, het is dus goed, met overleg te werk te gaan.

III. de omvang dezer rivier. Deze wateren vlieten uit naar het voorste Galiléa, maar daar verdelen zij zich in verschillende stroompjes en worden dus omvangrijker, zodat het water afdaalt in het vlakke veld en daarna in de zee komt, in de Dode Zee, die ten zuidoosten, of in de Zee van Galiléa, die ten noordoosten, of naar de Grote Zee, die ten westen ligt, vers 8. Dit werd vervuld, toen het Evangelie met vrucht werd gepredikt door alle delen van Judea en Samaria Handelingen 8:1, en later onder de volken rondom ja tot de verste stranden en de eilanden der zee gebracht, die daardoor verlicht en doorzuurd werden. Zijn geluid ging voort tot aan het einde der wereld, en de vijanden hebben zijn loop evenmin kunnen stuiten als de loop van een machtigen stroom.

IV. De geneeskracht dezer rivier. De wateren van het heiligdom, waar zij ook heen vlieten en de vrijen loop hebben, werden bevonden, een wondervolle geneeskracht te bezitten. Gekomen in de zee, de zwavelachtige Dode Zee, die blijvende gedachtenis der Goddelijke wraak over Sodom, worden zelfs die wateren gezond, vers 8 zoet, aangenaam, geneeskrachtig. Dit beduidt de wondervolle en gezegende verandering, die het Evangelie zou teweegbrengen, waar het ook met zijn macht komt, een verandering zo groot zoowel in de toestand als in de wandel, als de omkering der Dode Zee in een bron, die de tuinen bewatert. Wanneer kinderen des toorns kinderen der liefde worden, en die dood waren door de misdaden en de zonden weder levend gemaakt, dan wordt dit woord vervuld. Het Evangelie is gelijk het zout, dat Elisa in het water bij Jericho wierp, en waarmede het gezond gemaakt werd, 2 Koningen 2:20, 21. Christus, in de wereld komende als Heelmeester, heeft Zijn Evangelie als het grote geneesmiddel, het panpharmacon, in de wereld uitgezonden, een middel voor iedere ziekte. Ja waar deze rivier ook komt, het zal leven, alles waarheen deze beek zal komen, vers 9, beide planten en dieren, want het is het water des levens, Openbaring 22:1, 17. Christus is gekomen opdat wij het leven zouden hebben, en tot dat einde zendt Hij Zijn Evangelie uit. De genade Gods maakt dode zondaars levend en levende heiligen levendig, alles wordt vruchtbaar en bloeiend. Maar zijn uitwerking hangt af van de wijze van ontvangst, of het gemoed bereid en geschikt is het te ontvangen. Want, vers 11, de moerassen en modderige plaatsen, die zijn vol van het vuil van eigen zonde en zullen niet genezen worden, of zij zijn bevochtigd met het water van eigengerechtigheid en menen geen heling van node te hebben. Hun vonnis is: zij zullen niet gezond worden, hetzelfde Evangelie, dat anderen een reuk des levens ten leven is, is hun een reuk des doods ten dode. Zij zijn tot zout overgegeven, geen vrucht wordt meer uit hen in der eeuwigheid. Zij, die niet willen besproeid worden met Godsgenade en vruchtbaar gemaakt, worden aan het goeddunken van hun eigen hart overgegeven en blijven voor immer onvruchtbaar. Wie veil is, dat hij nog vuil worde. Zij worden tot zout overgegeven, dit is, gedenktekenen der Goddelijke gerechtigheid, zoals de vrouw van Lot, die, anderen ter waarschuwing, in een zoutpilaar verkeerd is.

V. De grote menigte vis, die in deze rivier gevonden wordt. Alle levende ziel dat wemelt, zal daar leven, vers 9, zal vooruitgaan en voorspoed hebben, zal het beste van zijn soort zijn, en grotelijks toenemen, zodat daar zal zijn zeer veel vis, naar zijnen aard, als de vis van de Grote Zee, zeer menigvuldig. Er zullen een groot aantal Christenen in de kerk zijn, en die zullen zich als vissen vermenigvuldigen in de opkomende geslachten, als de dauw der jeugd. In de schepping brachten de wateren overvloedig een gewemel van levende zielen voort, Genesis 1:20, 21, en nog leven die in en bij de wateren, die ze voortgebracht hebben, zo worden gelovigen gebaard door het woord der waarheid, Jakobus 1:10, er door wedergeboren, 1 Petrus 1:23. Bij die rivier Gods leven ze, daaruit hebben zij hun bestaan en onderhoud, in de wateren van het heiligdom zijn ze als in hun element, daarbuiten zijn ze als de vis op het droge. zo dorstte David naar God, naar de levenden God. Waar men weet, dat overvloedig vis te vinden is, daarheen gaan de vissers, en daar werpen zij hun netten, om dus aan te wijzen, dat deze wateren vol en dus tot alle goed ding nuttig zullen zijn, wordt voorspeld, dat de vissers op hun boorden zullen staan, van En-gedi, dat aan de oever der Dode Zee ligt, tot En-eglaim toe, een andere stad, die niet ver van die zee ligt, en op dien afstand zullen ze hun netten uitspreiden. De Dode Zee, die tevoren als walgelijk en schadelijk gemeden werd, zal druk bezocht worden. Evangelische genade maakt mensen en plaatsen, die vroeger onvruchtbaar en nutteloos waren, profijtelijk voor God en mensen.

VI. De bomen aan de oevers dezer rivier. Er was aan de oever der beek veel geboomte, van deze en van gene zijde, vers 7, waardoor het uitzicht aangenaam werd voor het oog, de schaduw dezer bomen zou de vissers niet dan aangenaam zijn. Maar dat is niet alles, vers 12. Het is allerlei spijsgeboomte en de vrucht daarvan zal niet vergaan, want het zal in zijn meander, dit is iedere maand nieuw vruchten voortbrengen. Zijn blad zal zijn tot heling en het zal niet afvallen. Dit deel van het gezicht vinden wij nauwkeurig weer in dat van Johannes, Openbaring 22:2, waar op de een en de andere zijde der rivier de boom des levens was, van maand tot maand gevende zijn vrucht, en de bladeren der bomen waren tot genezing der heidenen. Christenen worden ondersteld, zulke bomen te zijn, predikanten in het bijzonder, bomen der gerechtigheid, een planting des Heeren, Jesaja 61:3, geplant aan waterbeken, Psalm 1:3, wateren van het heiligdom, ingeënt op Christus, de Boom des levens, en krachtens hun vereniging met Hem, ook zelf bomen des levens geworden, geworteld in Hem Colossenzen 2:7.

Er is grote verscheidenheid in deze bomen, naar de verscheidenheid der gaven, waarmede zij begiftigd zijn, door de enen Geest, die alles in allen werkt. Zij groeien op de oever der rivier, want zij houden zich zorgvuldig aan de Goddelijke ordinantiën, en ontlenen aan Christus sappen en kracht. Het zijn vruchtbomen, bestemd, gelijk de vijgenboom en de olijfboom, om met hun vruchten God en mensen aangenaam te zijn, Richteren 9:9. Zijn vrucht zal zijn tot spijze, de lippen des rechtvaardigen voeden er vele. De vruchten hunner gerechtigheid zijn op de een of andere wijze nuttig. Zelfs de bladeren dezer bomen zijn tot heling, om wonden en kneuzingen te genezen. Goede Christenen verspreiden, met hun goede redenen, die hun bladeren zijn, evenzeer als met hun daden van barmhartigheid, die hun vruchten zijn, goed rondom zich: zij versterken de zwakken en verbinden de gebrokenen van harte. Hun blijmoedigheid is weldadig als medicijn, niet alleen voor hen zelf maar ook voor anderen. Door de genade Gods worden zij bekwaam gemaakt om in die goedheid en nuttigheid te volharden, hun blad valt niet af en verliest zijn geneeskracht niet, daar zij niet alleen leven in de wortel, maar ook sap in al de takken hebben, hun belijdenis zal niet verdorren, noch hun vrucht verdrogen, dat is: het beginsel hunner vruchtbaarheid zullen zij niet verliezen, maar in hun grijzen ouderdom nog vruchten dragen om te verkondigen, dat de Heere recht is, Psalm 92:15, 16.

Het loon hunner vruchtbaarheid zal eeuwig blijven, wij brengen overvloedig vrucht voort, die hun in de groten dag betoond zal worden, vruchten ten eeuwigen leven, want dat is vrucht, die inderdaad niet zal vergaan. Zij brengen nieuw vruchten voort in hun maanden, sommigen in deze, anderen in gene maand, zodat er altijd enigen zijn, die God verheerlijken, zoals Hij dat bedoelt.

Of: ieder onder hen brengt maandelijks zijn vrucht voort, hetgeen spreekt van een overvloedige aanleg om altijd wel te doen, en van een heerlijk klimaat, waar eeuwige lente en eeuwigdurende zomer heerschen. En de oorzaak van deze buitengewone vruchtbaarheid is, dat hun wateren uit het Heiligdom vlieten, het wordt niet toegeschreven aan iets in hen zelf, maar aan de steeds voortgaande toevloeiing van Goddelijke genade, waarmede zij alle ogenblik bevochtigd worden, Jesaja 27:3. Want, die hen geplant heeft, is dezelfde, die ook de wasdom geeft.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
GGBeroopingswerk
Berichten: 693
Lid geworden op: 26 jun 2008, 13:55

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door GGBeroopingswerk »

Luther schreef:
Wim Anker schreef:
huisman schreef:
-DIA- schreef:Is nog niemand op het idee gekomen om Matthew Henry (de 9-delig) te raadplegen? Doorgaans blijkt dit een van de meest betrouwbare Bijbelverklaringen te zijn.
Dit zegt Matthew Henry in het kort :De meeste uitleggers stemmen daarin overeen, dat deze wateren het Evangelie van
Christus afbeelden, dat van Jeruzalem uitging en zich in de landen rondom verspreidde, en de gaven en krachten des Heiligen Geestes, die het vergezellen, en waardoor het zoo ver doordringt en wonderlijke, gezegende uitwerking voortbrengt.
Het is jammer dat er onvolledig wordt geciteerd. Het is jammer dat zo stellig wordt beweerd waarover ezechiel 47 wel en niet gaat zonder onderbouwing. De verklaarders/kanttekeningen zijn niet zo stellig in deze.

Dat er standen zijn lijkt me bijbels. Dat opwassen in de genade in de grond van deze zaak hetzelfde is als de "standen" lijkt me overduidelijk.
Ik begrijp daarom de stelligheid niet waarom predikanten die dit hoofdstuk aanhalen als onderbouwing zo afgeserveerd moeten worden.
Ik krijg het idee dat de eigen opvatting de uitleg van dit Schriftgedeelte bepaalt. Dan krijgen we opmerkingen in de trant van: Dit bedoeld de profeet er wel mee en dat bedoeld de profeet er niet mee'
Maar voordat we twee verschillende discussies voeren.... niemand ontkent hier dat er opwas in de genade is. Dat is echter wat anders dan 'standen in de genade'. Dat laatste wordt doorgaans betrokken op de rechtvaardiging, of de bewustwording daarvan. Ik meen dat de Bijbel geen ruimte biedt voor trappen in de rechtvaardiging. Daarmee is het spreken van standen in de genade alleen juist, als daarmee bedoeld wordt dat er groei in het leven der heiligmaking is. In dat geval is het beter de bijbelse term 'opwassen in de genade' te gebruiken.
Mee eens. Laten we met ds. G.H. Kersten (De Gerformeerde Dogmatiek, bestrijding van A. Kuyper) eraan vasthouden dat er slechts dan sprake kan zijn van rechtvaardigmaking als er ook sprake is van een staatverwisseling. En aangezien een staatsverwisseling maar één keer plaats kan vinden (als we niet in een afval der heiligen geloven) kan er ook maar één rechtvaardigmaking zijn.
Gebruikersavatar
Posthoorn
Berichten: 6497
Lid geworden op: 04 dec 2008, 11:22

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Posthoorn »

GGBeroopingswerk schreef: Mee eens. Laten we met ds. G.H. Kersten (De Gerformeerde Dogmatiek, bestrijding van A. Kuyper) eraan vasthouden dat er slechts dan sprake kan zijn van rechtvaardigmaking als er ook sprake is van een staatverwisseling. En aangezien een staatsverwisseling maar één keer plaats kan vinden (als we niet in een afval der heiligen geloven) kan er ook maar één rechtvaardigmaking zijn.
Iets van klok en klepel... :bobo
Gebruikersavatar
Luther
Berichten: 15857
Lid geworden op: 25 jun 2008, 20:16
Contacteer:

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Luther »

Posthoorn schreef:
GGBeroopingswerk schreef: Mee eens. Laten we met ds. G.H. Kersten (De Gerformeerde Dogmatiek, bestrijding van A. Kuyper) eraan vasthouden dat er slechts dan sprake kan zijn van rechtvaardigmaking als er ook sprake is van een staatverwisseling. En aangezien een staatsverwisseling maar één keer plaats kan vinden (als we niet in een afval der heiligen geloven) kan er ook maar één rechtvaardigmaking zijn.
Iets van klok en klepel... :bobo
Nee, zeker niet. Dit heeft meer te maken met spijker en kop.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Wim Anker
Berichten: 3894
Lid geworden op: 05 dec 2014, 18:34

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Wim Anker »

Mijn conclusie is toch wel dat de uitleg van Ezechiel 47 door @huisman (en anderen) is gekleurd door zijn leerstellige opvattingen.
En dat is een belangrijke kanttekening bij zijn opmerkingen.

Overigens ben ik toch wel benieuwd naar wat nu het onderscheidt zou zijn tussen "opwas in de genade" en de, wat denigrerend genoemde, "standenleer".

De standen, zoals Johannus deze beschrijft, kennen een bepaalde opbouw. Kinderen, jongelingen, vaders.
Het woord opwassen (groeien) bevat ook deze opbouw, van kind wordt men jongeling enzovoort.
Daarmee lijkt het me duidelijk dat men door opwas in de genade van (geestelijk) kind, (geestelijk) jongeling wordt.
Gebruikersavatar
Luther
Berichten: 15857
Lid geworden op: 25 jun 2008, 20:16
Contacteer:

Re: Wateren der Zwemming

Bericht door Luther »

Wim Anker schreef:Mijn conclusie is toch wel dat de uitleg van Ezechiel 47 door @huisman (en anderen) is gekleurd door zijn leerstellige opvattingen.
En dat is een belangrijke kanttekening bij zijn opmerkingen.

Overigens ben ik toch wel benieuwd naar wat nu het onderscheidt zou zijn tussen "opwas in de genade" en de, wat denigrerend genoemde, "standenleer".

De standen, zoals Johannus deze beschrijft, kennen een bepaalde opbouw. Kinderen, jongelingen, vaders.
Het woord opwassen (groeien) bevat ook deze opbouw, van kind wordt men jongeling enzovoort.
Daarmee lijkt het me duidelijk dat men door opwas in de genade van (geestelijk) kind, (geestelijk) jongeling wordt.
Zeker!
En als je het zo uitlegt, is er ook niets mis mee.
Meestal wordt echter onder standen der genade verstaan een bepaald stadium in het proces van rechtvaardiging: Alleen wedergeboren, maar nog geen geloof; geloof en wedergeboorte; wel geloof, maar geen schuldvergeving; wel geloof en rechtvaardigmaking in de vierschaar; teruggebracht in het vaderhart van God.
Maar de rechtvaardiging kent geen standen!

Ik zie overigens niet in waarom de uitleg van @huisman wordt bepaald door zijn leerstellige opvattingen. (Ik schaar mezelf daar ook maar even bij.)
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Plaats reactie