Dat is oude bevindelijke leer waar wij bij opgevoed zijn. Zeer helder verwoord, hoewel geen mens in staat is dit te vatten als die niet deze zaken kent. Er kan (en dat is er) een hartelijk omhelzen zijn van deze leer, en daarvan niet meer los te kunnen komen. Niet anders te kunnen en willen weten dan deze waarheid. We hebben er in onze jeugd zoveel van gehoord, en dat vormt een mens. Dat overtuigt, en geef een hoge achting als je de levende Kerk echt hoort getuigen.Jeremiah schreef:Ja, er is een ogenblik in Zijn toorn, maar een leven in Zijn goedgunstigheid. Zo ervaart het ook de zondaar, die getrokken wordt in het rechtsgeding met God. Als de Heere onze ongerechtigheid ordelijk ons voor ogen stelt en de bronnen van ons hart bloot legt, benevens onze diepe val in Adam belicht door Zijn Geest, dan blijft er geen verwachting dan het eeuwige oordeel en het verderf van voor het aangezicht des Heeren. De zonde toch is de dood waardig. Daarom moet de geloofsbeschouwìng van de gekruiste Zaligmaker een heilige wraakbegeerte opwekken in de ziel tegen de zonde. De zonde is mij de dood geworden. De zonde, die Jezus de dood bracht! Hoe gruwelijk moet zij wel zijn in Gods reine en heilige ogen De zonde, die de hel noodzakelijk maakte, die haar eeuwige brandstof biedt. De zonde, die de eerste wereld te gronde richtte en Sodom en Gomorra in vlammen deed opgaan. De zonde, die Korach, Dathan en Abìram ter helle deed varen en Judas deed heengaan naar zijn eigen plaats. Zie op Jezus, verslagen zondaar; zie op Jezus, u allen die Hem kent en bemint, en de zonde wordt u bitter als de dood en Zijn bloed begeerlìjk als het leven. Toen eenmaal aan de Romeinen het bebloede kleed van Julius Caesar getoond werd, vermoord door Brutus, een van zijn vertrouwden, zwoeren zij wraak. Als u jezus ziet aan het kruis, bedenk dan de kracht van Zijn bloed en de verdoemelijkheid van de zonde. Wraak aan de zonde, wraak aan de oude mens, wraak aan de duivel. Moet ook ons niet worden toegeroepen: ’Gij hebt nog tot den bloede toe niet tegengestaan, strijdende tegen de zonde’ (Hebr. 12:4). Zie toch de arbeid van Jezus’ ziel en bedenk, dat Hij Zijn erfdeel duur heeft gekocht. Lezer, u, die nog onbekeerd voortleeft, met het teken van het verbond aan uw voorhoofd, zult u hardnekkig voortgaan met Zijn bloed te vertreden, Zijn rantsoen te verachten? U zult het niet, nee, nóóit kunnen verantwoorden voor God. In de dag der dagen zult u met een gesloten mond staan voor Zijn rechterstoel. Dat u in het heden van de genade met klagende lippen en een zuchtend hart aan Zijn voeten zou mogen neerzinken en de bede van de tollenaar slaken, die steeds werd gehoord en verhoord. Kinderen des Heeren, leer verlaten alles wat oorzaak was, dat God Immanuël moest verlaten, de zonde. ’Een iegelijk die den Naam van Christus noemt, sta af van ongerechtigheid’ (2 Tim. 2:19).
Ds. I. Kieviet
Een kleine aantekening, maar val ik niet over, de naam van deze predikant was Ds. I. Kievit. de laatste lettergreep zonder i.