De Vierschaar der Conscientie

Gebruikersavatar
Orchidee
Berichten: 10424
Lid geworden op: 30 dec 2009, 15:06
Locatie: Naast de buren

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door Orchidee »

Mara schreef:Ik bedoelde eigenlijk de term: wezen en welwezen.
Zulke uitspraken hoor je niet meer in de "gewone" kerken, maar ik denk wat betreft "ervaring" toch wel in die kleine gezelschappen.
Bij elkaar in een zaaltje, of kerken buiten verband, zoiets.
Een hervormde of chr ger kerk, kan ook klein zijn, maar is dan plaatselijk klein :)
Ah zo bedoel je...dat ken ik ook wel...
Maar dan word het al gauw "sektarisch", en daar moeten we erg voor oppassen!
Stil mijn ziel wees stil, en wees niet bang voor de onzekerheid van morgen. God omgeeft je steeds, Hij is erbij, in je beproevingen en zorgen!
Mara
Berichten: 23141
Lid geworden op: 15 jun 2010, 15:54

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door Mara »

Ik ga er ook niet heen :)
Maar ken het wel, van vroeger.
Maar sektarisch ?, mwah, zo zou ik het toch niet echt durven noemen.
We moeten oppassen bepaalde voorgangers die het in de gevestigde kerken niet meer konden vinden, weg te zetten als bedriegers.
Als er schaduw is, dan moet er ook licht zijn ~ Spurgeon
avisser
Berichten: 53
Lid geworden op: 27 sep 2010, 12:55

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door avisser »

-DIA- schreef:van dit punt kun je zeggen dat veel predikanten het nauwelijks meer noemen. Het wezen en welwezen des geloofs wordt nog wel genoemd maar nauwelijks verklaard.
Toch gelukkig bij ons nog wel altijd, en we hebben het ook nooit anders geleerd.

Het is volgens mij ook vrijwel onmogelijk dat een dominee die de vrijspaak in de vierschaar niet beleefd heedt daarovee kan preken.
Dit maakt juist de bevinding van de Kerk uit.

Ik weet dat er ook leraars zijn die wel zondag 23 goed verklaren, zover het het uiterlijke, de theorie betreft. Maar dan hoor je toch vaak dat een kind van God die dit wel bewust meegemaakt heeft in de preek wat mist.

Deze vierschaar-ervaring kan ook in vervband worden gebracht met, en wordt wel genoemd, 'het dood'lijkst tijdsgewricht' waarvan in Psalm 116 wordt vermeld.

Wat mij aangaat: Ik ken dit niet persoonlijk. Maar ben er tevens wel vast van overtuigd dat de Heere hier met Zijn volk afhandeld. Er zijn er weinig die dit verstaan. En daarom acht ik het een groot wonder dat ik meerderen van deze kinderen Gods heb gekend die het helder en klaar konden vertellen.

Het grote gevaar van (mogen we het zo noemen) dat God Zich meer en meer terugtrekt, is dat deze generatie hiet nog nauwelijks weet van heeft, en het daarom als valse mystiek verwerpt, niet wetende wat men verwerpt.
Daarom is ook de verantwoordelijkheid van mensen die hier nog wel enige kennis van hebben groter dan degenen die hier nooit van gehoord heb dacht ik.

Ik heb er ooit, wat over geschreven op dit forum, maar ben er niet in begrepen, aleen DWW viel mij hierin bij. Laat ik er verder maar over zwijgen. Dat de verstandigen maar mogen spreken.
Dat enkele mensen beweren de 4 schaar ervaren te hebben is tot daar aan toe, maar dat er een aantal predikaten toe over gegaan zijn te pretenderen dat hun eigen ervaring ook door anderen dienen ervaren te worden eer ze een kind van God genoemd kunnen worden is weer mensen in gevangenschap van het dogma brengen. Duizenden en duizenden zitten daar ook in gevangen. Lees eerst eens de verhandeling over de 4 schaar van ds.C. Harinck. ds W. Pieters heeft hier ook zinnige dingen over geschreven. Verder kan er alleen sprake zijn van zaligheid door het geloof waarbij (enige) kennis van onze zonden en ongeloof wel nodig is. Alleen is de mate hiervan niet voor te schrijven. In de uiterst rechtse kringen wordt wel beweerd dat het nodig is om met het hart te bekennen dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen. Besef wat je dan doet en verkondig. Geen acht moet slaan op de doorboorde handen van die lieve Christus, maar dat je werkelijk eerst voor het gevoel en de waarneming echt verloren moet zijn gegaan. Dit moet echt in de 4 schaar ervaren worden, want daar zou ook de vrijspraak plaatsvinden, zo zeker, als of je er zelf bij was. Echter, als je zonder dit, liefde tot Hem hebt, is dat slechts nabijkomend werk want het gaat dan buiten het lieven en omhelzen van het verdoemende recht om. Wat zijn we toch van het padje af. Wat doen we te kort aan de belofte, hoe erg?! Het geloof alleen zelf geeft de zekerheid, niet een aparte ervaring daarnaast die niet uit het Woord opkomt. Die moeten we met de reformatoren resoluut afwijzen. Dat er mensen met levendige voorstellingen zijn en zo dingen voor zichtzelf duidelijk krijgen is opzich niets mis, maar maak er geen voorwaarde van. In werkelijkheid is het voorschrijven van deze ervaring als een wetmatigheid in de weg van de bekering, een verplaatsen van het zwaardepunt van de belofte naar bevinding van een individueel persoon. Hoever zijn we van de reformatie af, hoe ver zijn we van Calvijn af. Hij betrekt de verzegeling van de zaligheid direkt op het geloof. Het lijkt soms wel als of de prediking gedevalueerd is van de prediking van het Woord en het daaruit opkomende evangelie naar dogma en de daaruit, op het dogma gefundeerde bevinding.

Comrie stelt dat God een openbaring en verklaring doet in de belofte van het evangelie die we lezen of gepredikt krijgen. De Geest werkt dan zo dat we de vrijmoedigheid krijgen om daarop te gaan staan en die vertrouwen als onwankelbaar en zo in de weg van het daarin geloven zekerheid krijgen. Dan moeten we wel de inhoud van die beloften weten. Worden die nog wel rijk en onomwonden gebracht?
Laatst gewijzigd door avisser op 04 okt 2010, 22:43, 1 keer totaal gewijzigd.
albion
Berichten: 7514
Lid geworden op: 27 dec 2007, 18:23
Locatie: ergens in nederland

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door albion »

avisser schreef:
-DIA- schreef:van dit punt kun je zeggen dat veel predikanten het nauwelijks meer noemen. Het wezen en welwezen des geloofs wordt nog wel genoemd maar nauwelijks verklaard.
Toch gelukkig bij ons nog wel altijd, en we hebben het ook nooit anders geleerd.

Het is volgens mij ook vrijwel onmogelijk dat een dominee die de vrijspaak in de vierschaar niet beleefd heedt daarovee kan preken.
Dit maakt juist de bevinding van de Kerk uit.

Ik weet dat er ook leraars zijn die wel zondag 23 goed verklaren, zover het het uiterlijke, de theorie betreft. Maar dan hoor je toch vaak dat een kind van God die dit wel bewust meegemaakt heeft in de preek wat mist.

Deze vierschaar-ervaring kan ook in vervband worden gebracht met, en wordt wel genoemd, 'het dood'lijkst tijdsgewricht' waarvan in Psalm 116 wordt vermeld.

Wat mij aangaat: Ik ken dit niet persoonlijk. Maar ben er tevens wel vast van overtuigd dat de Heere hier met Zijn volk afhandeld. Er zijn er weinig die dit verstaan. En daarom acht ik het een groot wonder dat ik meerderen van deze kinderen Gods heb gekend die het helder en klaar konden vertellen.

Het grote gevaar van (mogen we het zo noemen) dat God Zich meer en meer terugtrekt, is dat deze generatie hiet nog nauwelijks weet van heeft, en het daarom als valse mystiek verwerpt, niet wetende wat men verwerpt.
Daarom is ook de verantwoordelijkheid van mensen die hier nog wel enige kennis van hebben groter dan degenen die hier nooit van gehoord heb dacht ik.

Ik heb er ooit, wat over geschreven op dit forum, maar ben er niet in begrepen, aleen DWW viel mij hierin bij. Laat ik er verder maar over zwijgen. Dat de verstandigen maar mogen spreken.
Dat enkele mensen beweren de 4 schaar ervaren te hebben is tot daar aan toe, maar dat er een aantal predikaten toe over gegaan zijn te pretenderen dat hun eigen ervaring ook door anderen dienen ervaren te worden eer ze een kind van God genoemd kunnen worden is weer mensen in gevangenschap van het dogma brengen. Duizenden en duizenden zitten daar ook in gevangen. Lees eerst eens de verhandeling over de 4 schaar van ds.C. Harinck. Verder kan er alleen sprake zijn van zaligheid door het geloof waarbij (enige) kennis van onze zonden en ongeloof wel nodig is. Alleen is de mate hiervan niet voor te schrijven. In de uiters rechtse kringen wordt wel beweerd dat het nodig is om met het hart te bekennen dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen. Besef wat je dan doet en verkondig. Je geen acht moet slaan op de doorboorde handen van die lieve Christus, maar dat je werkelijk eerst voor het gevoel en de waarneming echt verloren moet zijn gegaan. Dit moet echt in de 4 schaar ervaren worden, want daar zou ook de vrijspraak plaatsvinden, zo zeker, als of je er zelf bij was. Echter, als je zonder dit liefde tot Hem hebt, is dat slechts nabijkomend werk want het gaat dan buiten het lieven en omhelzen van het verdoemende recht om. Wat zijn we toch van het padje af. Wat doen we te kort aan de belofte, hoe erg?! Het geloof alleen zelf geeft de zekerheid, niet een aparte ervaring daarnaast die niet uit het Woord opkomt. Die moeten we met de reformatoren resoluut afwijzen. Dat er mensen met levendige voorstellingen zijn en zo dingen voor zichtzelf duidelijk krijgen is opzich niets mis, maar maak er geen voorwaarde van.

Ik zou geeindigd hebben met: .... Ik heb gezegd! :)

In deze kringen worden zowel WET en EVANGELIE gepredikt.

Wat jij aanhaalt is een gedicht : Als onder het heilig recht, de ziele niet meer vecht... etc. En dat jij het daar niet mee eens bent, prima. Maar om te zeggen: dat er beweerd wordt dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen klopt toch niet. De mensen in die kringen noemen dat juist EVANGELIE. Wie het vatte kan die vatte het.
De halve waarheid is funester dan de onjuistheid (E. von Feuchtersieben)
avisser
Berichten: 53
Lid geworden op: 27 sep 2010, 12:55

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door avisser »

albion schreef:
avisser schreef:
-DIA- schreef:van dit punt kun je zeggen dat veel predikanten het nauwelijks meer noemen. Het wezen en welwezen des geloofs wordt nog wel genoemd maar nauwelijks verklaard.
Toch gelukkig bij ons nog wel altijd, en we hebben het ook nooit anders geleerd.

Het is volgens mij ook vrijwel onmogelijk dat een dominee die de vrijspaak in de vierschaar niet beleefd heedt daarovee kan preken.
Dit maakt juist de bevinding van de Kerk uit.

Ik weet dat er ook leraars zijn die wel zondag 23 goed verklaren, zover het het uiterlijke, de theorie betreft. Maar dan hoor je toch vaak dat een kind van God die dit wel bewust meegemaakt heeft in de preek wat mist.

Deze vierschaar-ervaring kan ook in vervband worden gebracht met, en wordt wel genoemd, 'het dood'lijkst tijdsgewricht' waarvan in Psalm 116 wordt vermeld.

Wat mij aangaat: Ik ken dit niet persoonlijk. Maar ben er tevens wel vast van overtuigd dat de Heere hier met Zijn volk afhandeld. Er zijn er weinig die dit verstaan. En daarom acht ik het een groot wonder dat ik meerderen van deze kinderen Gods heb gekend die het helder en klaar konden vertellen.

Het grote gevaar van (mogen we het zo noemen) dat God Zich meer en meer terugtrekt, is dat deze generatie hiet nog nauwelijks weet van heeft, en het daarom als valse mystiek verwerpt, niet wetende wat men verwerpt.
Daarom is ook de verantwoordelijkheid van mensen die hier nog wel enige kennis van hebben groter dan degenen die hier nooit van gehoord heb dacht ik.

Ik heb er ooit, wat over geschreven op dit forum, maar ben er niet in begrepen, aleen DWW viel mij hierin bij. Laat ik er verder maar over zwijgen. Dat de verstandigen maar mogen spreken.
Dat enkele mensen beweren de 4 schaar ervaren te hebben is tot daar aan toe, maar dat er een aantal predikaten toe over gegaan zijn te pretenderen dat hun eigen ervaring ook door anderen dienen ervaren te worden eer ze een kind van God genoemd kunnen worden is weer mensen in gevangenschap van het dogma brengen. Duizenden en duizenden zitten daar ook in gevangen. Lees eerst eens de verhandeling over de 4 schaar van ds.C. Harinck. Verder kan er alleen sprake zijn van zaligheid door het geloof waarbij (enige) kennis van onze zonden en ongeloof wel nodig is. Alleen is de mate hiervan niet voor te schrijven. In de uiters rechtse kringen wordt wel beweerd dat het nodig is om met het hart te bekennen dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen. Besef wat je dan doet en verkondig. Je geen acht moet slaan op de doorboorde handen van die lieve Christus, maar dat je werkelijk eerst voor het gevoel en de waarneming echt verloren moet zijn gegaan. Dit moet echt in de 4 schaar ervaren worden, want daar zou ook de vrijspraak plaatsvinden, zo zeker, als of je er zelf bij was. Echter, als je zonder dit liefde tot Hem hebt, is dat slechts nabijkomend werk want het gaat dan buiten het lieven en omhelzen van het verdoemende recht om. Wat zijn we toch van het padje af. Wat doen we te kort aan de belofte, hoe erg?! Het geloof alleen zelf geeft de zekerheid, niet een aparte ervaring daarnaast die niet uit het Woord opkomt. Die moeten we met de reformatoren resoluut afwijzen. Dat er mensen met levendige voorstellingen zijn en zo dingen voor zichtzelf duidelijk krijgen is opzich niets mis, maar maak er geen voorwaarde van.

Ik zou geeindigd hebben met: .... Ik heb gezegd! :)

In deze kringen worden zowel WET en EVANGELIE gepredikt.

Wat jij aanhaalt is een gedicht : Als onder het heilig recht, de ziele niet meer vecht... etc. En dat jij het daar niet mee eens bent, prima. Maar om te zeggen: dat er beweerd wordt dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen klopt toch niet. De mensen in die kringen noemen dat juist EVANGELIE. Wie het vatte kan die vatte het.
Inderdaad, die noemen dat evangelie.
---knip--- Spreek met respect over ambtsdragers, aub; mvg Tib
albion
Berichten: 7514
Lid geworden op: 27 dec 2007, 18:23
Locatie: ergens in nederland

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door albion »

avisser schreef:
albion schreef:
avisser schreef:
-DIA- schreef:van dit punt kun je zeggen dat veel predikanten het nauwelijks meer noemen. Het wezen en welwezen des geloofs wordt nog wel genoemd maar nauwelijks verklaard.
Toch gelukkig bij ons nog wel altijd, en we hebben het ook nooit anders geleerd.

Het is volgens mij ook vrijwel onmogelijk dat een dominee die de vrijspaak in de vierschaar niet beleefd heedt daarovee kan preken.
Dit maakt juist de bevinding van de Kerk uit.

Ik weet dat er ook leraars zijn die wel zondag 23 goed verklaren, zover het het uiterlijke, de theorie betreft. Maar dan hoor je toch vaak dat een kind van God die dit wel bewust meegemaakt heeft in de preek wat mist.

Deze vierschaar-ervaring kan ook in vervband worden gebracht met, en wordt wel genoemd, 'het dood'lijkst tijdsgewricht' waarvan in Psalm 116 wordt vermeld.

Wat mij aangaat: Ik ken dit niet persoonlijk. Maar ben er tevens wel vast van overtuigd dat de Heere hier met Zijn volk afhandeld. Er zijn er weinig die dit verstaan. En daarom acht ik het een groot wonder dat ik meerderen van deze kinderen Gods heb gekend die het helder en klaar konden vertellen.

Het grote gevaar van (mogen we het zo noemen) dat God Zich meer en meer terugtrekt, is dat deze generatie hiet nog nauwelijks weet van heeft, en het daarom als valse mystiek verwerpt, niet wetende wat men verwerpt.
Daarom is ook de verantwoordelijkheid van mensen die hier nog wel enige kennis van hebben groter dan degenen die hier nooit van gehoord heb dacht ik.

Ik heb er ooit, wat over geschreven op dit forum, maar ben er niet in begrepen, aleen DWW viel mij hierin bij. Laat ik er verder maar over zwijgen. Dat de verstandigen maar mogen spreken.
Dat enkele mensen beweren de 4 schaar ervaren te hebben is tot daar aan toe, maar dat er een aantal predikaten toe over gegaan zijn te pretenderen dat hun eigen ervaring ook door anderen dienen ervaren te worden eer ze een kind van God genoemd kunnen worden is weer mensen in gevangenschap van het dogma brengen. Duizenden en duizenden zitten daar ook in gevangen. Lees eerst eens de verhandeling over de 4 schaar van ds.C. Harinck. Verder kan er alleen sprake zijn van zaligheid door het geloof waarbij (enige) kennis van onze zonden en ongeloof wel nodig is. Alleen is de mate hiervan niet voor te schrijven. In de uiters rechtse kringen wordt wel beweerd dat het nodig is om met het hart te bekennen dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen. Besef wat je dan doet en verkondig. Je geen acht moet slaan op de doorboorde handen van die lieve Christus, maar dat je werkelijk eerst voor het gevoel en de waarneming echt verloren moet zijn gegaan. Dit moet echt in de 4 schaar ervaren worden, want daar zou ook de vrijspraak plaatsvinden, zo zeker, als of je er zelf bij was. Echter, als je zonder dit liefde tot Hem hebt, is dat slechts nabijkomend werk want het gaat dan buiten het lieven en omhelzen van het verdoemende recht om. Wat zijn we toch van het padje af. Wat doen we te kort aan de belofte, hoe erg?! Het geloof alleen zelf geeft de zekerheid, niet een aparte ervaring daarnaast die niet uit het Woord opkomt. Die moeten we met de reformatoren resoluut afwijzen. Dat er mensen met levendige voorstellingen zijn en zo dingen voor zichtzelf duidelijk krijgen is opzich niets mis, maar maak er geen voorwaarde van.

Ik zou geeindigd hebben met: .... Ik heb gezegd! :)

In deze kringen worden zowel WET en EVANGELIE gepredikt.

Wat jij aanhaalt is een gedicht : Als onder het heilig recht, de ziele niet meer vecht... etc. En dat jij het daar niet mee eens bent, prima. Maar om te zeggen: dat er beweerd wordt dat ze liever door Gods recht verdoemd worden dan dat ze het evangelie horen klopt toch niet. De mensen in die kringen noemen dat juist EVANGELIE. Wie het vatte kan die vatte het.
Inderdaad, die noemen dat evangelie.
---knip--- Spreek met respect over ambtsdragers, aub; mvg Tib

Om te begrijpen wat iemand bedoeld heeft moet je het eerst zelf beleefd hebben anders haal je de dingen uit het verband. En om eerlijk te zijn proef ik hier vijandschap t.o.z. van deze ds. en ook t.o.z. van degene die zo'n gebed gedaan heeft.

Als er een tekst genomen wordt als bewijs uit de bijbel dan wordt er gezegd: je rukt het uit het verband, en nu schrijf je iets wat iemand gezegd heeft en waarom hij dat gezegd heeft dat staat er niet bij en in wat voor context. Zulke dingen moet je niet neerschrijven want je weet niet hoe hij het gezegd heeft, waarom hij het gezegd heeft.
De halve waarheid is funester dan de onjuistheid (E. von Feuchtersieben)
avisser
Berichten: 53
Lid geworden op: 27 sep 2010, 12:55

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door avisser »

Johann schreef:In het topic Synode Gereformeerde Gemeenten 2010, kwam een discussie voort over het bovenstaande onderwerp:
Hoewel de Reformatoren, (en later ook Van der Groe) het welwezen, dus de zekerheid
van het geloof en de zekerheid van de vergeving der zonden, heel duidelijk in de
eerste daad van het geloof hebben gelegd (zie Zondag 7 H.C.) is er in de Nadere
Reformatie een verschuiving gekomen, waarbij men onderscheid ging maken in het
wezen van het geloof (klein en zwak geloof) en in het welwezen van het geloof (sterk
of verzekerd geloof)
Hoewel men nooit anders geleerd en beleden heeft dan dat de zondaar in de
wedergeboorte, op de eerste daad van het geloof gerechtvaardigd wordt, leerde men
ook dat de zondaar, op de eerste daad van het geloof niet altijd direct de volle
zekerheid van het geloof heeft, dat zijn zonden vergeven zijn, maar dat de Heere dit
vonnis ook wel later op verschillende wijzen aan de gelovigen meedeelt.
Zo heeft men een temporele scheiding aangebracht tussen de rechtvaardigmaking in
de vierschaar in de wedergeboorte en de bekendmaking van het vonnis, waardoor de
gerechtvaardigde zekerheid ontvangt dat hij gerechtvaardigd is. De gelovige kan het
vonnis van zijn vrijspraak, of van zijn vergeving der zonden weten uit het Woord. Dit
kan ook middellijk gebeuren, uit het opmaken van de sluitredenen, als hij Gods
genade in zijn hart met blijdschap mag herkennen, of soms ook wel onmiddellijk door
een krachtige werking van Zijn Geest, door b.v. een tekst met kracht in het hart toe te
passen.
Dit noemt men dan de bekendmaking van het vonnis.
Zodra een ziel dan met zekerheid mag besluiten dat hij genade heeft ontvangen en
verzekerd mag zijn van zijn aandeel in Christus, zo mag en moet hij ook besluiten dat
zijn zonden vergeven zijn.
Bij veel hedendaagse predikanten en kinderen van God in de breedte van de
Gereformeerde Gezindte heerst de vaste overtuiging, die men grondt op Gods Woord,
de belijdenisgeschriften (met name de Heidelbergse Catechismus), de Oudvaders en
de bevindingen van Gods volk, dat een wedergeboren kind van God, bedeeld met een
waar zaligmakend geloof en met de kennis van Jezus Christus, later met alles wat hij
van de Heere heeft ontvangen, de dood in moet en sterven moet onder het recht Gods,
omdat hij nog niet gerechtvaardigd is en zijn zonden nog niet zijn vergeven. De
zonden waren al wel bedekt, bij de eerste openbaring van Christus aan de ziel, maar
nog niet vergeven. Nadat hij gedaagd wordt voor de vierschaar Gods, ook wel
genoemd de rechtvaardigmaking in de vierschaar der consciëntie, wordt hij
gerechtvaardigd. Deze zgn. vierschaarbeleving is min of meer visionair, waarbij er
sprake is van een rechtbank, van aanklagers, bestaande uit de Wet, de Satan en het
geweten. Als de gedaagde voor de rechtbank staat, krijgt hij Gods deugden liever dan
zijn eigen zaligheid en wordt hij gewillig om verloren te gaan. In dit dodelijk
tijdsgewricht komt Christus vanachter het eisende recht van God te voorschijn en
ontvangt de gedaagde de vergeving der zonden.
Dit is dan een buitengewone weldaad, die temporeel (in tijd) meestal ver gescheiden is
van de wedergeboorte. Deze weldaad van de rechtvaardigmaking komt in onze dagen
nog sporadisch voor en valt lang niet alle kinderen Gods ten deel. Velen, die gehouden
worden voor Gods kinderen, sterven echter, zonder dat zij kunnen of durven getuigen
dat zij deze nadere weldaad hebben ontvangen. Hoewel de Heere het goede werk in
hen begonnen is en zij allerlei geestelijke ondervindingen hebben gehad en ook wel
deel genomen hebben aan het Heilig Avondmaal, beschouwen zij zichzelf als zijnde
niet gerechtvaardigd en missen zij de vergeving der zonden. Toch wordt er na hun
dood vaak niet aan getwijfeld dat zij toch voor eeuwig behouden zijn. Zij waren wel
bekeerd, maar niet gerechtvaardigd. Wel bekeerd, maar zij misten de vergeving van
hun zonden.
Bij deze visie is de rechtvaardigmaking in de vierschaar dus een nadere weldaad die
temporeel gescheiden is van de wedergeboorte, die (meestal) veel later na de
wedergeboorte plaats vindt en de meeste gelovigen niet ten deel valt. Zolang deze
weldaad de kinderen Gods nog niet ten deel is gevallen, zijn hun zonden nog niet
vergeven en leven zij meestentijds in veel bekommering, angst en vreze, twijfel en
aanvechtingen. Zij hebben de vaste overtuiging dat zij nog voor het gerechtigheid
eisende en verdoemende recht van God staan en hieronder verloren moeten gaan,
alvorens hun zonden vergeven kunnen worden en zij daadwerkelijk gerechtvaardigd
worden. Deze visie stempelt het hele geloofsleven en domineert ook de prediking. Als
er in de prediking wel eens ruim van Christus wordt gesproken en het bekommerde
kind van God wel eens een verruiming of ademtocht mag krijgen, waardoor zijn hart
naar Christus uit mag gaan en de hoop verlevendigd mag worden, dan wordt deze
vreugde aanstonds weer snel weggenomen door de waarschuwing van de predikant en
door zijn eigen vaste overtuiging dat hij nog met alles de dood in moet en moet
sterven onder het recht Gods.
Om deze leer van de rechtvaardigmaking Bijbels te onderbouwen, worden meestal
Oudtestamentische geschiedenissen vergeestelijkt, door ze allegoriserend
(zinnebeeldig) uit te leggen. De bekendste geschiedenissen hierbij zijn Jacob te Pniël,
Ruth die in de poort gelost wordt door Boaz en Esther in haar gang naar koning
Ahasveros.
In de uitleg van de Heidelbergse Catechismus wordt Zondag 7 temporeel gescheiden
van zondag 23, waarbij zondag 7 wordt gezien als de wedergeboorte en zondag 23 als
een aparte nadere weldaad die later plaats vindt bij de gelovige, waarbij hij voor de
vierschaar Gods wordt gedaagd en gerechtvaardigd wordt. Hierbij beroept men zich
op de uitleg van Zondag 23 van de H.C., door een aantal Nederlandse Oudvaders,
waarin de vierschaarbeleving wordt beschreven.

Zondag 7.
Antwoord 20 in Zondag 7 van de H.C. zegt duidelijk dat alleen diegenen zalig worden
die Hem door een waar geloof worden ingelijfd en al Zijn weldaden aannemen. Dit
geloof is een rechtvaardigend geloof. Zo wordt het door de opsteller van de H.C.
Zacharias Ursinus genoemd in zijn Schatboek der verklaringen van de Heidelbergse
Catechismus.

In vraag 60 van Zondag 23 wordt de vraag gesteld: “Hoe zijt gij rechtvaardig voor
God?”. De kern van dit antwoord is hetzelfde als het antwoord op vraag 20 in Zondag
7, nl. Alleen door een waar geloof in Jezus Christus. Deze weldaad van de schenking
en toerekening van de volkomen genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van
Christus wordt door God, uit loutere genade, geschonken alleen als ik deze weldaad met
een gelovig hart aanneem. Bedoeld wordt hier het geloof zoals vermeld in Zondag 7. Te
veronderstellen dat er tweeërlei soort van geloof zou zijn, dus een niet rechtvaardigend
geloof in Zondag 7 en een rechtvaardigend geloof in Zondag 23, zou een ernstige
dwaling zijn
, strijdig met Gods Woord en de Belijdenisgeschriften.

Wat vind u/jij hiervan?
Wat is een christen nodig te geloven?

Al wat ons in het Evangelie Beloofd wordt. Dat betekend dus dat wanneer men alles van Hem mag verwachten en geloofd, dat men dus ook gerechtvaardigd moet zijn. Dit moet je erkennen omdat dat in het Woord beloofd wordt. Dit klinkt nu heel rationeel maar als je dit mag verstaan, sta je voor je gevoel op rotsvaste Grond.... Nu is de vraag: wat werkt dat uit? Doet dat kracht in ons leven of moeten we meer bewijs hebben, iets tastbaars, iets zichtbaars?

In de 4 schaar is volgens mij geen geloof in een belofte nodig daar de rechtvaardiging visionair bekend gemaakt wordt. Als daar vertrouwen uit volgt kan dat geen vertrouwen uit het geloven meer zijn op grond van de belofte m.i. Deze noodzakelijke functie is dan weggevallen want men heeft het dan letterlijk gezien.

Zondag 7-21 (b) Het welk de Heilige Geest door het Evangelie ( de geopende Bijbel en de prediking naar het Woord) in mijn hart werkt.

We kennen ook dat verlichting van het verstand (kennelijk is het verstand heel belangrijk en onmisbaar) door de Heilige Geest plaats vindt. Misschien dat dat inmiddels wel een onderbelicht iets is geworden maar ik kan het mis hebben. Het verlichte verstand, een deel van ons wat ons mens maakt, wij zelf dus, gaat de woorden Gods weten te plaatsen, begrijpen. We zijn er dus ten volle bewust van door het begrip, maar natuurlijk altijd naar de mate die God geeft. Hier lijkt wel een spanning op te staan. Wij zijn het die begrijpen en meer en meer willen, echt als ervaring van onze wil, maar het is God die het werkt....

Zo. 23-60

Hoe zijd gij rechtvaardig voor God?

Alleen door een waar geloof in Jezus Christus, alzo dat, al is het dat mij mijn geweten mij aanklaagt dat ik tegen al de geboden Gods zwaarlijk gezondigd en geen daarvan gehouden heb etc.... Maar dan: "Nochtans"! God zonder enige verdienste mijnerzijds uit louter genade mij de volkomen genoegdoening gerechtigheid en heiligheid van Christus schenkt en toerekent. etc... in zoverre ik zulke weldaad met een gelovig hart aanneem.

Laten we dit toch vasthouden. De catechismus stelt geen rechtvaardiging voor door een visionair bewijs, maar door de lijn van het leren aannemen/mijnen van de beloften door het gewerkte geloof middels het Woord en de prediking. Ik weet het, dit gaat tegen een mens in die voor alles tastbaar bewijs wil zien. Alle alarmbellen in een mens gaan rinkelen als we geloof moeten hechten aan iets dat we niet zien. Daar is toch echt de Heilige Geest voor nodig, maar niet visionair m.i., extreme uitzonderingen daargelaten. Als het goed is leren deze beloften voor werkelijk waar te gaan houden. Het geloof vindt zijn bewijs in de beloften in het geschreven Woord die gegeven zijn door de Belover. Als dat waarheid wordt in het leven heb je daar aan genoeg en is een visionair bewijs niet nodig. Hier zien we weer hoe buitengewoon belangrijk het is dat dat in de prediking gepreekt moet worden. Anders leren wij geen acht te slaan op het Woord en gaan we het verwachten van andere ervaringen....
albion
Berichten: 7514
Lid geworden op: 27 dec 2007, 18:23
Locatie: ergens in nederland

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door albion »

avisser schreef:
Johann schreef:In het topic Synode Gereformeerde Gemeenten 2010, kwam een discussie voort over het bovenstaande onderwerp:
Hoewel de Reformatoren, (en later ook Van der Groe) het welwezen, dus de zekerheid
van het geloof en de zekerheid van de vergeving der zonden, heel duidelijk in de
eerste daad van het geloof hebben gelegd (zie Zondag 7 H.C.) is er in de Nadere
Reformatie een verschuiving gekomen, waarbij men onderscheid ging maken in het
wezen van het geloof (klein en zwak geloof) en in het welwezen van het geloof (sterk
of verzekerd geloof)
Hoewel men nooit anders geleerd en beleden heeft dan dat de zondaar in de
wedergeboorte, op de eerste daad van het geloof gerechtvaardigd wordt, leerde men
ook dat de zondaar, op de eerste daad van het geloof niet altijd direct de volle
zekerheid van het geloof heeft, dat zijn zonden vergeven zijn, maar dat de Heere dit
vonnis ook wel later op verschillende wijzen aan de gelovigen meedeelt.
Zo heeft men een temporele scheiding aangebracht tussen de rechtvaardigmaking in
de vierschaar in de wedergeboorte en de bekendmaking van het vonnis, waardoor de
gerechtvaardigde zekerheid ontvangt dat hij gerechtvaardigd is. De gelovige kan het
vonnis van zijn vrijspraak, of van zijn vergeving der zonden weten uit het Woord. Dit
kan ook middellijk gebeuren, uit het opmaken van de sluitredenen, als hij Gods
genade in zijn hart met blijdschap mag herkennen, of soms ook wel onmiddellijk door
een krachtige werking van Zijn Geest, door b.v. een tekst met kracht in het hart toe te
passen.
Dit noemt men dan de bekendmaking van het vonnis.
Zodra een ziel dan met zekerheid mag besluiten dat hij genade heeft ontvangen en
verzekerd mag zijn van zijn aandeel in Christus, zo mag en moet hij ook besluiten dat
zijn zonden vergeven zijn.
Bij veel hedendaagse predikanten en kinderen van God in de breedte van de
Gereformeerde Gezindte heerst de vaste overtuiging, die men grondt op Gods Woord,
de belijdenisgeschriften (met name de Heidelbergse Catechismus), de Oudvaders en
de bevindingen van Gods volk, dat een wedergeboren kind van God, bedeeld met een
waar zaligmakend geloof en met de kennis van Jezus Christus, later met alles wat hij
van de Heere heeft ontvangen, de dood in moet en sterven moet onder het recht Gods,
omdat hij nog niet gerechtvaardigd is en zijn zonden nog niet zijn vergeven. De
zonden waren al wel bedekt, bij de eerste openbaring van Christus aan de ziel, maar
nog niet vergeven. Nadat hij gedaagd wordt voor de vierschaar Gods, ook wel
genoemd de rechtvaardigmaking in de vierschaar der consciëntie, wordt hij
gerechtvaardigd. Deze zgn. vierschaarbeleving is min of meer visionair, waarbij er
sprake is van een rechtbank, van aanklagers, bestaande uit de Wet, de Satan en het
geweten. Als de gedaagde voor de rechtbank staat, krijgt hij Gods deugden liever dan
zijn eigen zaligheid en wordt hij gewillig om verloren te gaan. In dit dodelijk
tijdsgewricht komt Christus vanachter het eisende recht van God te voorschijn en
ontvangt de gedaagde de vergeving der zonden.
Dit is dan een buitengewone weldaad, die temporeel (in tijd) meestal ver gescheiden is
van de wedergeboorte. Deze weldaad van de rechtvaardigmaking komt in onze dagen
nog sporadisch voor en valt lang niet alle kinderen Gods ten deel. Velen, die gehouden
worden voor Gods kinderen, sterven echter, zonder dat zij kunnen of durven getuigen
dat zij deze nadere weldaad hebben ontvangen. Hoewel de Heere het goede werk in
hen begonnen is en zij allerlei geestelijke ondervindingen hebben gehad en ook wel
deel genomen hebben aan het Heilig Avondmaal, beschouwen zij zichzelf als zijnde
niet gerechtvaardigd en missen zij de vergeving der zonden. Toch wordt er na hun
dood vaak niet aan getwijfeld dat zij toch voor eeuwig behouden zijn. Zij waren wel
bekeerd, maar niet gerechtvaardigd. Wel bekeerd, maar zij misten de vergeving van
hun zonden.
Bij deze visie is de rechtvaardigmaking in de vierschaar dus een nadere weldaad die
temporeel gescheiden is van de wedergeboorte, die (meestal) veel later na de
wedergeboorte plaats vindt en de meeste gelovigen niet ten deel valt. Zolang deze
weldaad de kinderen Gods nog niet ten deel is gevallen, zijn hun zonden nog niet
vergeven en leven zij meestentijds in veel bekommering, angst en vreze, twijfel en
aanvechtingen. Zij hebben de vaste overtuiging dat zij nog voor het gerechtigheid
eisende en verdoemende recht van God staan en hieronder verloren moeten gaan,
alvorens hun zonden vergeven kunnen worden en zij daadwerkelijk gerechtvaardigd
worden. Deze visie stempelt het hele geloofsleven en domineert ook de prediking. Als
er in de prediking wel eens ruim van Christus wordt gesproken en het bekommerde
kind van God wel eens een verruiming of ademtocht mag krijgen, waardoor zijn hart
naar Christus uit mag gaan en de hoop verlevendigd mag worden, dan wordt deze
vreugde aanstonds weer snel weggenomen door de waarschuwing van de predikant en
door zijn eigen vaste overtuiging dat hij nog met alles de dood in moet en moet
sterven onder het recht Gods.
Om deze leer van de rechtvaardigmaking Bijbels te onderbouwen, worden meestal
Oudtestamentische geschiedenissen vergeestelijkt, door ze allegoriserend
(zinnebeeldig) uit te leggen. De bekendste geschiedenissen hierbij zijn Jacob te Pniël,
Ruth die in de poort gelost wordt door Boaz en Esther in haar gang naar koning
Ahasveros.
In de uitleg van de Heidelbergse Catechismus wordt Zondag 7 temporeel gescheiden
van zondag 23, waarbij zondag 7 wordt gezien als de wedergeboorte en zondag 23 als
een aparte nadere weldaad die later plaats vindt bij de gelovige, waarbij hij voor de
vierschaar Gods wordt gedaagd en gerechtvaardigd wordt. Hierbij beroept men zich
op de uitleg van Zondag 23 van de H.C., door een aantal Nederlandse Oudvaders,
waarin de vierschaarbeleving wordt beschreven.

Zondag 7.
Antwoord 20 in Zondag 7 van de H.C. zegt duidelijk dat alleen diegenen zalig worden
die Hem door een waar geloof worden ingelijfd en al Zijn weldaden aannemen. Dit
geloof is een rechtvaardigend geloof. Zo wordt het door de opsteller van de H.C.
Zacharias Ursinus genoemd in zijn Schatboek der verklaringen van de Heidelbergse
Catechismus.

In vraag 60 van Zondag 23 wordt de vraag gesteld: “Hoe zijt gij rechtvaardig voor
God?”. De kern van dit antwoord is hetzelfde als het antwoord op vraag 20 in Zondag
7, nl. Alleen door een waar geloof in Jezus Christus. Deze weldaad van de schenking
en toerekening van de volkomen genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van
Christus wordt door God, uit loutere genade, geschonken alleen als ik deze weldaad met
een gelovig hart aanneem. Bedoeld wordt hier het geloof zoals vermeld in Zondag 7. Te
veronderstellen dat er tweeërlei soort van geloof zou zijn, dus een niet rechtvaardigend
geloof in Zondag 7 en een rechtvaardigend geloof in Zondag 23, zou een ernstige
dwaling zijn
, strijdig met Gods Woord en de Belijdenisgeschriften.

Wat vind u/jij hiervan?
Wat is een christen nodig te geloven?

Al wat ons in het Evangelie Beloofd wordt. Dat betekend dus dat wanneer men alles van Hem mag verwachten en geloofd, dat men dus ook gerechtvaardigd moet zijn. Dit moet je erkennen omdat dat in het Woord beloofd wordt. Dit klinkt nu heel rationeel maar als je dit mag verstaan, sta je voor je gevoel op rotsvaste Grond.... Nu is de vraag: wat werkt dat uit? Doet dat kracht in ons leven of moeten we meer bewijs hebben, iets tastbaars, iets zichtbaars?

In de 4 schaar is volgens mij geen geloof in een belofte nodig daar de rechtvaardiging visionair bekend gemaakt wordt. Als daar vertrouwen uit volgt kan dat geen vertrouwen uit het geloven meer zijn op grond van de belofte m.i. Deze noodzakelijke functie is dan weggevallen want men heeft het dan letterlijk gezien.

Zondag 7-21 (b) Het welk de Heilige Geest door het Evangelie ( de geopende Bijbel en de prediking naar het Woord) in mijn hart werkt.

Zo. 23-60

Hoe zijd gij rechtvaardig voor God?

Alleen door een waar geloof in Jezus Christus, alzo dat, al is het dat mij mijn geweten mij aanklaagt dat ik tegen al de geboden Gods zwaarlijk gezondigd en geen daarvan gehouden heb etc.... Maar dan: "Nochtans"! God zonder enige verdienste mijnerzijds uit louter genade mij de volkomen genoegdoening gerechtigheid en heiligheid van Christus schenkt en toerekent. etc... in zoverre ik zulke weldaad met een gelovig hart aanneem.

Laten we dit toch vasthouden. De catechismus stelt geen rechtvaardiging voor door een visionair bewijs, maar door de lijn van het leren aannemen/mijnen van de beloften door het gewerkte geloof middels het Woord en de prediking. Ik weet het, dit gaat tegen een mens in die voor alles tastbaar bewijs wil zien. Alle alarmbellen in een mens gaan rinkelen als we geloof moeten hechten aan iets dat we niet zien. Daar is toch echt de Heilige Geest voor nodig, maar niet visionair m.i., extreme uitzonderingen daargelaten. Als het goed is leren deze beloften voor werkelijk waar te gaan houden. Het geloof vindt zijn bewijs in de beloften in het geschreven Woord die gegeven zijn door de Belover. Als dat waarheid wordt in het leven heb je daar aan genoeg en is een visionair bewijs niet nodig. Hier zien we weer hoe buitengewoon belangrijk het is dat dat in de prediking gepreekt moet worden. Anders leren wij geen acht te slaan op het Woord en gaan we het verwachten van andere ervaringen....

Ik heb jaren gekerkt onder die predikant en hij heeft niets meer en niets minder dan Wet en Evangelie gepredikt. Wij hebben een schriftuitleg ontvangen die we (jammer genoeg) nog maar weinig horen (ik heb het nu over mijn eigen kerkverband).
Wat ik zeker weet is dat we niets met ervaringen van een ander kunnen doen, we zullen zelf zalig moeten worden op rechtsgronden en niet omdat het zo en zo zou moeten gebeuren. Echter ons verstand is verduisterd. Wij zijn niets en wij weten niets als Gods Geest ons het ons niet leert.
De duivelen geloven ook en zij sidderen..

Maar hier heb je dus ook het punt: voor wie zijn de beloften? Voor Izaäk of voor Ismaël? Voor Jakob of voor Ezau? Met andere woorden, zijn de beloften voor Gods Kerk of ook voor degenen die buiten staan? Er was maar weinig verschil tussen de vijf wijzen en de vijf dwazen, ze verwachtten allen de Bruidegom. Ze vielen allen in slaap. De vijf wijzen hadden genoeg olie en konden de Bruidegom tegemoet.
De vijf dwazen kwamen te laat, en toch klopten ze op de deur, maar werden niet binnengelaten. Waarom niet? Omdat ze de Bruidegom niet verwachtten? Omdat ze niet geloofden in de beloften?
Er is zo weinig verschil dat het maar een jota uitmaakte Schibboleth of Sjibboleth. Daar hing je leven van af.
Waarom werd de bruiloftsganger geboeid en weggebracht naar de buitenste duisternis? Hij was toch in de bruiloftszaal, maar had geen witte klederen. Had hij geen geloof?
Of degenen die in Zijn Naam duivelen uitgeworpen hadden en nog vele andere dingen in hun ijver gedaan hadden, toch werd hun aangezegd: Ga weg van Mij, Ik heb u nooit gekend. Hoe kan dat?

Het is dacht ik nog altijd dat VIJANDEN met God verzoend raken want wij zijn de duivel toegevallen.
De halve waarheid is funester dan de onjuistheid (E. von Feuchtersieben)
avisser
Berichten: 53
Lid geworden op: 27 sep 2010, 12:55

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door avisser »

albion schreef:
avisser schreef:
Johann schreef:In het topic Synode Gereformeerde Gemeenten 2010, kwam een discussie voort over het bovenstaande onderwerp:
Hoewel de Reformatoren, (en later ook Van der Groe) het welwezen, dus de zekerheid
van het geloof en de zekerheid van de vergeving der zonden, heel duidelijk in de
eerste daad van het geloof hebben gelegd (zie Zondag 7 H.C.) is er in de Nadere
Reformatie een verschuiving gekomen, waarbij men onderscheid ging maken in het
wezen van het geloof (klein en zwak geloof) en in het welwezen van het geloof (sterk
of verzekerd geloof)
Hoewel men nooit anders geleerd en beleden heeft dan dat de zondaar in de
wedergeboorte, op de eerste daad van het geloof gerechtvaardigd wordt, leerde men
ook dat de zondaar, op de eerste daad van het geloof niet altijd direct de volle
zekerheid van het geloof heeft, dat zijn zonden vergeven zijn, maar dat de Heere dit
vonnis ook wel later op verschillende wijzen aan de gelovigen meedeelt.
Zo heeft men een temporele scheiding aangebracht tussen de rechtvaardigmaking in
de vierschaar in de wedergeboorte en de bekendmaking van het vonnis, waardoor de
gerechtvaardigde zekerheid ontvangt dat hij gerechtvaardigd is. De gelovige kan het
vonnis van zijn vrijspraak, of van zijn vergeving der zonden weten uit het Woord. Dit
kan ook middellijk gebeuren, uit het opmaken van de sluitredenen, als hij Gods
genade in zijn hart met blijdschap mag herkennen, of soms ook wel onmiddellijk door
een krachtige werking van Zijn Geest, door b.v. een tekst met kracht in het hart toe te
passen.
Dit noemt men dan de bekendmaking van het vonnis.
Zodra een ziel dan met zekerheid mag besluiten dat hij genade heeft ontvangen en
verzekerd mag zijn van zijn aandeel in Christus, zo mag en moet hij ook besluiten dat
zijn zonden vergeven zijn.
Bij veel hedendaagse predikanten en kinderen van God in de breedte van de
Gereformeerde Gezindte heerst de vaste overtuiging, die men grondt op Gods Woord,
de belijdenisgeschriften (met name de Heidelbergse Catechismus), de Oudvaders en
de bevindingen van Gods volk, dat een wedergeboren kind van God, bedeeld met een
waar zaligmakend geloof en met de kennis van Jezus Christus, later met alles wat hij
van de Heere heeft ontvangen, de dood in moet en sterven moet onder het recht Gods,
omdat hij nog niet gerechtvaardigd is en zijn zonden nog niet zijn vergeven. De
zonden waren al wel bedekt, bij de eerste openbaring van Christus aan de ziel, maar
nog niet vergeven. Nadat hij gedaagd wordt voor de vierschaar Gods, ook wel
genoemd de rechtvaardigmaking in de vierschaar der consciëntie, wordt hij
gerechtvaardigd. Deze zgn. vierschaarbeleving is min of meer visionair, waarbij er
sprake is van een rechtbank, van aanklagers, bestaande uit de Wet, de Satan en het
geweten. Als de gedaagde voor de rechtbank staat, krijgt hij Gods deugden liever dan
zijn eigen zaligheid en wordt hij gewillig om verloren te gaan. In dit dodelijk
tijdsgewricht komt Christus vanachter het eisende recht van God te voorschijn en
ontvangt de gedaagde de vergeving der zonden.
Dit is dan een buitengewone weldaad, die temporeel (in tijd) meestal ver gescheiden is
van de wedergeboorte. Deze weldaad van de rechtvaardigmaking komt in onze dagen
nog sporadisch voor en valt lang niet alle kinderen Gods ten deel. Velen, die gehouden
worden voor Gods kinderen, sterven echter, zonder dat zij kunnen of durven getuigen
dat zij deze nadere weldaad hebben ontvangen. Hoewel de Heere het goede werk in
hen begonnen is en zij allerlei geestelijke ondervindingen hebben gehad en ook wel
deel genomen hebben aan het Heilig Avondmaal, beschouwen zij zichzelf als zijnde
niet gerechtvaardigd en missen zij de vergeving der zonden. Toch wordt er na hun
dood vaak niet aan getwijfeld dat zij toch voor eeuwig behouden zijn. Zij waren wel
bekeerd, maar niet gerechtvaardigd. Wel bekeerd, maar zij misten de vergeving van
hun zonden.
Bij deze visie is de rechtvaardigmaking in de vierschaar dus een nadere weldaad die
temporeel gescheiden is van de wedergeboorte, die (meestal) veel later na de
wedergeboorte plaats vindt en de meeste gelovigen niet ten deel valt. Zolang deze
weldaad de kinderen Gods nog niet ten deel is gevallen, zijn hun zonden nog niet
vergeven en leven zij meestentijds in veel bekommering, angst en vreze, twijfel en
aanvechtingen. Zij hebben de vaste overtuiging dat zij nog voor het gerechtigheid
eisende en verdoemende recht van God staan en hieronder verloren moeten gaan,
alvorens hun zonden vergeven kunnen worden en zij daadwerkelijk gerechtvaardigd
worden. Deze visie stempelt het hele geloofsleven en domineert ook de prediking. Als
er in de prediking wel eens ruim van Christus wordt gesproken en het bekommerde
kind van God wel eens een verruiming of ademtocht mag krijgen, waardoor zijn hart
naar Christus uit mag gaan en de hoop verlevendigd mag worden, dan wordt deze
vreugde aanstonds weer snel weggenomen door de waarschuwing van de predikant en
door zijn eigen vaste overtuiging dat hij nog met alles de dood in moet en moet
sterven onder het recht Gods.
Om deze leer van de rechtvaardigmaking Bijbels te onderbouwen, worden meestal
Oudtestamentische geschiedenissen vergeestelijkt, door ze allegoriserend
(zinnebeeldig) uit te leggen. De bekendste geschiedenissen hierbij zijn Jacob te Pniël,
Ruth die in de poort gelost wordt door Boaz en Esther in haar gang naar koning
Ahasveros.
In de uitleg van de Heidelbergse Catechismus wordt Zondag 7 temporeel gescheiden
van zondag 23, waarbij zondag 7 wordt gezien als de wedergeboorte en zondag 23 als
een aparte nadere weldaad die later plaats vindt bij de gelovige, waarbij hij voor de
vierschaar Gods wordt gedaagd en gerechtvaardigd wordt. Hierbij beroept men zich
op de uitleg van Zondag 23 van de H.C., door een aantal Nederlandse Oudvaders,
waarin de vierschaarbeleving wordt beschreven.

Zondag 7.
Antwoord 20 in Zondag 7 van de H.C. zegt duidelijk dat alleen diegenen zalig worden
die Hem door een waar geloof worden ingelijfd en al Zijn weldaden aannemen. Dit
geloof is een rechtvaardigend geloof. Zo wordt het door de opsteller van de H.C.
Zacharias Ursinus genoemd in zijn Schatboek der verklaringen van de Heidelbergse
Catechismus.

In vraag 60 van Zondag 23 wordt de vraag gesteld: “Hoe zijt gij rechtvaardig voor
God?”. De kern van dit antwoord is hetzelfde als het antwoord op vraag 20 in Zondag
7, nl. Alleen door een waar geloof in Jezus Christus. Deze weldaad van de schenking
en toerekening van de volkomen genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid van
Christus wordt door God, uit loutere genade, geschonken alleen als ik deze weldaad met
een gelovig hart aanneem. Bedoeld wordt hier het geloof zoals vermeld in Zondag 7. Te
veronderstellen dat er tweeërlei soort van geloof zou zijn, dus een niet rechtvaardigend
geloof in Zondag 7 en een rechtvaardigend geloof in Zondag 23, zou een ernstige
dwaling zijn
, strijdig met Gods Woord en de Belijdenisgeschriften.

Wat vind u/jij hiervan?
Wat is een christen nodig te geloven?

Al wat ons in het Evangelie Beloofd wordt. Dat betekend dus dat wanneer men alles van Hem mag verwachten en geloofd, dat men dus ook gerechtvaardigd moet zijn. Dit moet je erkennen omdat dat in het Woord beloofd wordt. Dit klinkt nu heel rationeel maar als je dit mag verstaan, sta je voor je gevoel op rotsvaste Grond.... Nu is de vraag: wat werkt dat uit? Doet dat kracht in ons leven of moeten we meer bewijs hebben, iets tastbaars, iets zichtbaars?

In de 4 schaar is volgens mij geen geloof in een belofte nodig daar de rechtvaardiging visionair bekend gemaakt wordt. Als daar vertrouwen uit volgt kan dat geen vertrouwen uit het geloven meer zijn op grond van de belofte m.i. Deze noodzakelijke functie is dan weggevallen want men heeft het dan letterlijk gezien.

Zondag 7-21 (b) Het welk de Heilige Geest door het Evangelie ( de geopende Bijbel en de prediking naar het Woord) in mijn hart werkt.

Zo. 23-60

Hoe zijd gij rechtvaardig voor God?

Alleen door een waar geloof in Jezus Christus, alzo dat, al is het dat mij mijn geweten mij aanklaagt dat ik tegen al de geboden Gods zwaarlijk gezondigd en geen daarvan gehouden heb etc.... Maar dan: "Nochtans"! God zonder enige verdienste mijnerzijds uit louter genade mij de volkomen genoegdoening gerechtigheid en heiligheid van Christus schenkt en toerekent. etc... in zoverre ik zulke weldaad met een gelovig hart aanneem.

Laten we dit toch vasthouden. De catechismus stelt geen rechtvaardiging voor door een visionair bewijs, maar door de lijn van het leren aannemen/mijnen van de beloften door het gewerkte geloof middels het Woord en de prediking. Ik weet het, dit gaat tegen een mens in die voor alles tastbaar bewijs wil zien. Alle alarmbellen in een mens gaan rinkelen als we geloof moeten hechten aan iets dat we niet zien. Daar is toch echt de Heilige Geest voor nodig, maar niet visionair m.i., extreme uitzonderingen daargelaten. Als het goed is leren deze beloften voor werkelijk waar te gaan houden. Het geloof vindt zijn bewijs in de beloften in het geschreven Woord die gegeven zijn door de Belover. Als dat waarheid wordt in het leven heb je daar aan genoeg en is een visionair bewijs niet nodig. Hier zien we weer hoe buitengewoon belangrijk het is dat dat in de prediking gepreekt moet worden. Anders leren wij geen acht te slaan op het Woord en gaan we het verwachten van andere ervaringen....

Ik heb jaren gekerkt onder die predikant en hij heeft niets meer en niets minder dan Wet en Evangelie gepredikt. Wij hebben een schriftuitleg ontvangen die we (jammer genoeg) nog maar weinig horen (ik heb het nu over mijn eigen kerkverband).
Wat ik zeker weet is dat we niets met ervaringen van een ander kunnen doen, we zullen zelf zalig moeten worden op rechtsgronden en niet omdat het zo en zo zou moeten gebeuren. Echter ons verstand is verduisterd. Wij zijn niets en wij weten niets als Gods Geest ons het ons niet leert.
De duivelen geloven ook en zij sidderen..

Maar hier heb je dus ook het punt: voor wie zijn de beloften? Voor Izaäk of voor Ismaël? Voor Jakob of voor Ezau? Met andere woorden, zijn de beloften voor Gods Kerk of ook voor degenen die buiten staan? Er was maar weinig verschil tussen de vijf wijzen en de vijf dwazen, ze verwachtten allen de Bruidegom. Ze vielen allen in slaap. De vijf wijzen hadden genoeg olie en konden de Bruidegom tegemoet.
De vijf dwazen kwamen te laat, en toch klopten ze op de deur, maar werden niet binnengelaten. Waarom niet? Omdat ze de Bruidegom niet verwachtten? Omdat ze niet geloofden in de beloften?
Er is zo weinig verschil dat het maar een jota uitmaakte Schibboleth of Sjibboleth. Daar hing je leven van af.
Waarom werd de bruiloftsganger geboeid en weggebracht naar de buitenste duisternis? Hij was toch in de bruiloftszaal, maar had geen witte klederen. Had hij geen geloof?
Of degenen die in Zijn Naam duivelen uitgeworpen hadden en nog vele andere dingen in hun ijver gedaan hadden, toch werd hun aangezegd: Ga weg van Mij, Ik heb u nooit gekend. Hoe kan dat?

Het is dacht ik nog altijd dat VIJANDEN met God verzoend raken want wij zijn de duivel toegevallen.
Ik snap dat wanneer je gekerkt hebt onder genoemde ds, dat je heel anders tegen zijn meegedeelde ervaringen aankijkt. Als ik je hierin gekwetst hebt spijt me dat.

Ds. Pieters schreef iets over de beloften. Persoonlijk kan ik mij hierin helemaal vinden. Ben benieuwd wat jij er over denkt.

Maar hoe zit het nu met de belofte?. Hij deed aan jou bij je geboorte een belofte, niet van duizend of honderdduizend euro, maar van het eeuwige leven en de Goddelijke gelukzaligheid. Hij ondertekende die belofte met Zijn Naam, die Hij in de doop op je voorhoofd schreef. Hij schreef: kom in geloof tot Mij, al ben je nog zo slecht, vuil en gemeen, en Ik zal je het eeuwige leven en de vergeving van al je zonden uit genade schenken. Ik verplicht Mij om Mijn belofte aan jou te vervullen als je komt!

Wie geen last heeft van zijn zonde, is brutaal genoeg om met de verstandskennis van de belofte tot God te gaan en te eisen: geef mij het deel van het goed dat mij toekomt. Maar wie zichzelf leert kennen als misdadiger, als de moordenaar van Gods Zoon..., die zal niet zomaar in zogenaamde geloofsvrijmoedigheid steunen op de belofte van de doop. We kunnen de woorden van de Schrift wel in de mond nemen en Gods volk napraten, het is dan echter de grote vraag nog maar of het bij ons ook gelóófstaal is. Kennen we enigszins ons hart en al de vuile zonden die daarin wonen, dan ontzinkt ons de moed om ons tot God te wenden. Dan hebben we waarlijk de genade van de Heilige Geest nodig om te durven en te kunnen komen aan Gods voeten als een veroordeelde en strafwaardige misdadiger. O ja, dan is en blijft Gods belofte wel geldig; maar daar nu ook zicht op te hebben is een wonder. Dan is en blijft Gods belofte wel geldig; maar daar nu ook eerbiedig, ootmoedig en vrijmoedig gebruik van te maken is een wonder van Gods bijzondere genade. Daarom: God is ons niets verplicht wat betreft onze verdiensten; toch heeft Hij ons uit onverplichte goedheid een verzegelde belofte gegeven en verplichtte Hij Zich vrijwillig om die belofte ook te vervullen aan een ieder die zich -hoe zwart en vuil ook- in geloof tot Hem begeeft.

Hoe vervult God dan die heerlijke doopbelofte? In de weg van gericht, Jesaja 1 vers 18: “Komt dan en laat ons tezamen rechten, zegt de HEERE, al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw, al waren zij rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol!”
Gebruikersavatar
Ronald
Berichten: 35
Lid geworden op: 12 okt 2010, 15:25

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door Ronald »

Ik vertrouw maar gewoon op wat de Heere Zelf openbaart in Zijn Woord. Net zo eenvoudig als de Nederlandse Geloofsbelijdenis dat leert in artikel 3 en 7: http://www.online-bijbel.nl/belijdenisg ... belijdenis
In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten. Wie dat wel leert en verkondigt doet aan het Woord toe en leert dus een dwaling.
Erasmiaan
Berichten: 8596
Lid geworden op: 17 okt 2005, 21:25

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door Erasmiaan »

Ronald schreef:Ik vertrouw maar gewoon op wat de Heere Zelf openbaart in Zijn Woord. Net zo eenvoudig als de Nederlandse Geloofsbelijdenis dat leert in artikel 3 en 7: http://www.online-bijbel.nl/belijdenisg ... belijdenis
In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten. Wie dat wel leert en verkondigt doet aan het Woord toe en leert dus een dwaling.
Hee Ronald,

Heb je enig idee wat de vierschaar inhoudt?

Groet,

Erasmiaan
GJdeBruijn
Berichten: 2198
Lid geworden op: 09 mar 2010, 13:37

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door GJdeBruijn »

Ronald schreef:In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten.
Jes.1:18!
Vierschaar=rechtsprekende instantie.
utrech
Berichten: 59
Lid geworden op: 02 nov 2010, 13:09

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door utrech »

GJdeBruijn schreef:
Ronald schreef:In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten.
Jes.1:18!
Vierschaar=rechtsprekende instantie.
dat is een tweeschaar: God met mens.
in de vdc verhalen ontbreekt de Heilige Geest. Die kan niet afwezig zijn als de Zoon en de Vader er zijn. de duivel hoort daar juist niet thuis.
het is God en mens en verder niemand
GJdeBruijn
Berichten: 2198
Lid geworden op: 09 mar 2010, 13:37

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door GJdeBruijn »

utrech schreef:
GJdeBruijn schreef:
Ronald schreef:In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten.
Jes.1:18!
Vierschaar=rechtsprekende instantie.
dat is een tweeschaar: God met mens.
in de vdc verhalen ontbreekt de Heilige Geest. Die kan niet afwezig zijn als de Zoon en de Vader er zijn. de duivel hoort daar juist niet thuis.
het is God en mens en verder niemand
Vierschaar is gewoon de oud-hollandse benaming van de rechtsprekende overheid. Het heeft in de bijbel niets te maken met 4 personen. De 4 personen betreffen enkel de samenstelling van de toenmalige middeleeuwse rechtbank. Het is een nederlands woord en de beeldspraak m.b.t. de rechtvaardiging is aan dit woord ontleent voor zoverre het gaat om een rechtzaak waarin een aanklacht en een vonnis passeren. De schuldige zondaar en de rechter die genade afkondigt. Zie nogmaals Jes.1

Zie ook http://nl.wikipedia.org/wiki/Vierschaar
albion
Berichten: 7514
Lid geworden op: 27 dec 2007, 18:23
Locatie: ergens in nederland

Re: De Vierschaar der Conscientie

Bericht door albion »

GJdeBruijn schreef:
utrech schreef:
GJdeBruijn schreef:
Ronald schreef:In het Woord leert God niets over de vierschaar van het geweten.
Jes.1:18!
Vierschaar=rechtsprekende instantie.
dat is een tweeschaar: God met mens.
in de vdc verhalen ontbreekt de Heilige Geest. Die kan niet afwezig zijn als de Zoon en de Vader er zijn. de duivel hoort daar juist niet thuis.
het is God en mens en verder niemand
Vierschaar is gewoon de oud-hollandse benaming van de rechtsprekende overheid. Het heeft in de bijbel niets te maken met 4 personen. De 4 personen betreffen enkel de samenstelling van de toenmalige middeleeuwse rechtbank. Het is een nederlands woord en de beeldspraak m.b.t. de rechtvaardiging is aan dit woord ontleent voor zoverre het gaat om een rechtzaak waarin een aanklacht en een vonnis passeren. De schuldige zondaar en de rechter die genade afkondigt. Zie nogmaals Jes.1

Zie ook http://nl.wikipedia.org/wiki/Vierschaar

Dus wat ik altijd van de kansel gehoord hebt is niet waar: dat de Vader, de Zoon en de Heilige Geest samen met de consciëntie de vierschaar is? De Vader moet de mens verdoemen vanwege de zonde die de mens begaan heeft om aan Zijn heilig recht genoeg te doen, dan komt de Zoon als Advocaat die tegen de Vader zegt dat Hij Borg stond voor deze mens en daardoor/daarom spreekt de Vader de ziel vrij, de consciëntie van de mens moet zichzelf toch ook schuldig verklaren vanwege het werk van de Heilige Geest die hem laat zien wat voor zondaar hij is ten opzichte van een groot en heilig God. Ik heb altijd begrepen dat hiermee de vierschaar is bedoeld.
De halve waarheid is funester dan de onjuistheid (E. von Feuchtersieben)
Plaats reactie